Afsluiting zeega
twee jaar kunfty* Ml
OUD PROBLEEM VOOl
Reeds lang proeven met
natuurgetrouwe
nabootsing
Mr. Berger verlaat
de Hoge Raad
DINSDAG 17 FEBRUARI 1953
(Van onze Haagse redacteur).
T^E niets ontziende watermassa's, die het Zuidwesten van ons land
hebben overspoeld, hebben in het Waterloopkundig Laborato
rium in Delft een nieuwe actualiteit verleend aan het model van de
benedenrivieren en de zeegaten, dat daar een jaar of vijf geleden
gebouwd werd. In deze wereldvermaarde werkplaats, waar weten
schap en practijk elkaar reeds in tal van waterbouwkundige proble
men de hand gereikt hebben en waar in de loop der jaren de stro
mingen en de golfslag van vele zeeén en rivieren natuurgetrouw
nagebootst en bestudeerd zijn, heeft het vraagstuk van de afsluiting
der zeegaten niet veel geheimen meer. Vijf jaar lang heeft men hier
proeven genomen met dammen en dijken en met kunstmatig opge
wekte Noordwesterstormen. Hand in hand met deze proeven zijn
door de Rijkswaterstaat ingewikkelde berekeningen opgezet en I
belangrijke conclusies getrokken. Conclusies, die wellicht binnen
afzienbare tijd in practijk gebracht zullen worden.
OVER deze studie en over de resul
taten er van hadden wij een ge
sprek met prof. ir P. Ph. Jansen,
hoogleraar in de waterbouwkunde aan
de Technische Hogeschool te Delft. De
bestudering van de waterstanden en de
meteorologische verschijnselen, zo ver
telde prof. Jansen or.s, heeft jaren gele
den reeds geleid tot de berekening van
de kans op het optreden van een be
paalde zeer hoge stormvloed dienog
niet was voorgekomen dooh die «hans,
in de rampzalige eerste dagen en nach
ten van Februari, dicht benaderd
De berekennng van deze wat men zou
kunnen noemen super-stormvloed hee t
de Rijkswaterstaat aan het denken en
aan het studeren gebracht. Zou de ver
dediging van het land tegen het gevaar
van een mogelijke stormvloed van bij
zonder grote omvang gevonden moeten
worden in verhoging van de dijken
langs de kust en langs de brede stro
men of zouden deze gëheel voor de
invloed van stormvloeden gevrijwaard
moeten worden door afsluiting van de
zeegaten?
Op deze vragen bezonnen zich de
Delftse ingenieurs, toen ook het pro
bleem van de verzilting der landbouw
gronden een belangrijke rol ging spe
len. Het zoute water dringt steeds ver
der het land binnen tot groot ongerief
voor land- en tuinbouw en in bepaalde
streken zelfs voor liet drinkwater. De
grote afmetingen, die dit euvel is gaan
aannemen, hebben duidelijk gemaakt,
dat slechts drastisch ingrijpen een op
lossing zal kunnen brengen en zo werd
dit vraagstuk, naast dat van mogelijke
stormvloed, de tweede factor, die het
denkbeeld van afsluiting der zeegaten
actueel maakte.
De verzilting stond de laatste jaren
zelfs zodanig in het middelpunt van de
belangstelling, dat het de voornaamste
achtergrond ging vormen van de stu
die der benedenrivieren en zeegaten
totdat de grote ramp van deze maand
er wreed aan herinnerde, dat neet alleen
het zout, maar ook en in heviger mate
het water zelf een vijand is, die in onze
lage landen grote waakzaamheid ver
eist.
Honderd proeven
TOEN deze pijnlijke herinnering
kwam en vele pennen in beweging
gebracht werden om het afdammen
van de zeegaten aan te geven als de op
lossing die herhaling van een catastro
phe zou kunnen voorkomen en om aan
te drinigen op studie en op een spoedige
beslissing, waren in het Delftse labora
torium reeds meer dan honderd moge
lijkheden beproefd en berekend. Schot
ten waren geplaatst en verplaatst in
Haringvliet en Brouwershavense gat,
in Krammer en Holandsoh Diep, storm
Bij Koninklijk Besluit is aan mr.
J. Berger, op zijn verzoek, met
winden waren opgewekt en de invloed i
van de ontstane stromingen in het wa- I
ter op oi.de en nieuwe dijken w be- j Maarl nU
studeerd. Men staat bij de Rijkswater- verleen^i als procureur.se„craal bg
de Hoge Raad der Nederlanden, onder
staat geenszins voor een nieuw vraag
stuk, waarop men zien nog vele jaren
zou moeten bezinnen, alvorens tot uit
voering overgegaan zou kunnen wor
den.
Prof. Jansen meent, dat over een jaar
of twee met het gigantische werk zou
kunnen worden begonnen, een werk
dat zou kunnen bestaan uit afsluiting
van Haringvliet, Grevelingen en Oos-
terschelde en uit onderlinge verbindin
gen tussen de Zeeuwse eilanden. De
sterke dammen, die de zeegaten moeten
afsluiten zullen niet aan de koppen van
de eilanden, op de grens van de open
zee, gebouwd moeten worden, maar
meer binnenwaarts, omdat het uitvoe
ren van de werken daardoor minder
moeilijk wordt.
Van een plan, zoals hier in grote trek
ken weergegeven, springen enkele
voordelen direct in het oog. De be
staande dijken langs de eilanden zullen
voor een groot deel slaperdijken wor
den De e landen krijgen dus een dub
bele beveiliging en de lengte van de
directe zeeweringen zal veel korter zijn
dan de totale lengte van de dijken
thans, hetgeen voor onderhoud en ver
sterking een groot voordeel is. Andere
voordelen zijn gelegen in de teruggang
van de verzilting en in de mogelijk
heid van landaanwinning en in het feit,
dat de kustlijn geleidelijker zal verlo
pen. Dit laatste betekent dat de stroom
langs de gebogen kustlijnen, b.v. aan
de kop van Goeree en van Schouwen,
minder sterk zal worden.
dankbetuiging voor de vele en gewich
tige diensten door hem in verschillende
rechterlijke betrekkingen aan de Ko
ningin en den lande bewezen.
N'A
Moeilijkheden
AAST deze en andere voordelen zal
de uitvoering van dit grote plan
ook moeilijkheden voortbrengen, die
nog een nauwkeurige studie vragen.
Tot die moeilijkheden behoort «iet,
aldus prof. Jansen, het gevaar dat bij
een eventuele stormvloed, nadat de zee
gaten zijn afgesloten, de watermassa's
de Nederlandse of Belgische kusten op
andere plaatsen zodanig zouden beu
ken, dat de zeeweringen daar het zou
den begeven. Men mag thet niet zo stel
len, dat in de eerste dagen van Februa
ri al het opgestuwde water een uitweg
gezocht en gevonden zou hebben in de
(Advertentie)
ONTVELLINGEN
SCHRALE EN
RUWE HUIO
Op bovenstaande kaart wordt aangegeven hoe de ingenieurs van de
Rijkswaterstaat zich de afsluiting van de zee-wrmen ongeveer denken.
De te bouwen dijken komen niet aan de koppen van de eilanden, maar
meer binnenwaarts. Het. uitvoeren van de gigantische werken wordt
daardoor minder moeilijk. De plaatsen waar de geweldige afsluitdam-
men eventueel zullen verrijzen, moeten nog nauwkeurig worden be
paald. De tussenwateren binnen de bedijkingen blijven „binnenzeeën".
OOK EEN MANIER OM AAN
DE KOST TE KOMEN
De Haagse politie heeft een 20-jarige
vertegenwoordiger in suikerwerken,
K. H. de G, uit Rotterdam, aangehou
den, die de volgende truc had bedacht
om aan de kost te komen.
Op Zaterdagmiddagen, wanneer de
bedrijven gesloten waren, belde hij
suikerwerk verkopers op met de bood
schap, dat hij dringend om partijen
suikerwerk verlegen zat en of men
hem even kon helpen. De verkopers,
die De G. kenden, gingen daar meestal
op in, maar zij zagen nimmer geld en
bij navraag bleek De G. zoek.
Zo belde de G. een fabriek in het
Noorden des lands op en gaf zich daar
bij uit als vertegenwoordiger van zijn
oude firma, die hem had ontslagen.
Hij zeide dat de firma zat te springen
om een ton suikerwerk en verzocht de
fabriek deze partij mee te geven aan
de vertegenwoordiger, die toch in het
Noorden vertoefde en opdracht zou
krijgen om de partij af te halen. Nadat
de fabriek in de aflevering had toe
gestemd, vertrok De G. met een auto
uit Den Haag. Na driekwart van de
reis te hebben afgelegd, kreeg hij mo.
torpech en verwittigde de fabriek
daarvan. Deze was zo welwillend om
de vertegenwoordiger de partij suiker
werk te brengen, die onmiddellijk
werd verkocht, cloor De G.
Eervol ontslag burgemeester
Bij Koninklijk Besluit is aan de heer
A. J. W. van der Does, op zijn verzoek
eervol ontslag verleend als burgemees-
ter der gemeente Koudekerk aan de j
Rijn.
de duinen belagen en misschien, zo zei-
de ons de hoogleraar, zullen wij op den
duur niet kunnen ontkomen aan het
aanleggen van kunstmatige zeewerin
gen daar, waar thans nog de duinen
voldoende bescherming bieden. Wij
moeten de consequenties trekken uil
het feit, dat wij lage landen bewonen
en dat wij die willen beschermen tegen
zee.
Wel zullen andere moeilijkheden
overwonnen moeten worden, die uit het
afsluiten van de zeegaten zullen voort
vloeien. De waterstanden un de af te
dammen rivieren zullen veranderen.
De hoogwaterstanden kunnen lager en
de laagwaterstanden hoger worden. Dat
kan bezwaarlijk zijn voor polders die
een natuurlijke lozing hebben. Bere
kend zal moeten worden waar dit ver
schijnsel zal optreden en dan zullen
gemalen gebouwd moeten worden
waaraan polderbesturen en waterschap
pen zullen moeten meewerken. Reke
ning zal moeten worden gehouden met
de afvoer van het water in de grote
rivieren, wanneer zich daar hoge wa
terstanden voordoen. De zeegaten kun
nen niet zonder meer afgesloten wor
den, maar in de dijken zullen sluizen
van grote afmetingen moeten komen.
Enige oplossing
MET al deze dingen moet rekening
gëhouden worden, waarbij dan nog
niet eens gesproken is over de proble
men, die aan de eigenlijke uitvoering
van een plan als dót verbonden zijn.
Er zal soms gewerkt moeten worden op
een diepte van omstreeks dertig meter,
op plaatsen waar sterke stromingen
staan en in wateren, die onderling met
elkaar \erbonden zijn en waar grote
moeilijkheden in de Noord-Zuidverbin
dingen kunnen optreden wanneer de
afsluitingen niet gelijktijdig tot stand
gebracht worden.
Toch is bij de huidige stand van we
tenschap en techniek de uitvoering van
een dergelijk plan mogelijk en het is
wellicht de enige oplossing om geva
ren van overstroming en verzilting te
verminderen. Het klimaat is thans gun
stig om over te gaan tot de voorberei
ding van een van de grootste werken,
zo niet het grootste, dat Nederlandse
waterbouwkundigen ooit tot stand
brachten. Enorme bedragen zullen er
voor beschikbaar moeten komen en en
kele tientallen jaren zal er aan gewerkt
moeten worden. Het zal een bewiis zijn
van de geestkracht van het Nederlandse
volk wanneer het tot deze grote daad
durft besluiten en het zal een antwoord
kunnen zijn van de Nederlandse dijken
bouwers op de twijfel aan hun kundig
heid, die men, onder invloed van de
jongste gebeurtenissen, hier en daar
hoort uiten.