Slachtoffers watersnood w® gestegen tot 1795 Prof. Thijsse: „He,* was een benauwd half elf je" Ir. Maris heeft goede hoo] Alle bressen dicht op één na: het gat bij Ouwerkerk Feest op Schouwen Komende maanden worden kritiek Driemaal door oog van een naald LAATSTE LOODJES WEGEN ZWAAR „Een zeer riskante onder neming is tot een goed einde gebracht'', was de commen taar van ir. A. G. Maris, di recteur-generaal van Rijks waterstaat, een van de vele honderden die op schepen en pontons het beslissende ogenblik meemaakten. „De stroom.is nu geblokkeerd" aldus de heer Maris, „en ik heb gegronde hoop, dat we het hier veilig houden. Dit succes toas alleen mogelijk dank zij het élan, de kunde en de wilskracht van alle werkers van hoofd en hand". Het bericht, dat de inlaagdijk achter het gat van Schelphoek gesloten was, heeft de feestvreugde op Schouwen doen oplaaien. In Zierikzee en Brou wershaven werd overal de nationale driekleur ontplooid. In vlaggend Zie rikzee hosten en juichten de bewoners van Zierikzee. Het muziekcorps trok uit onder aanvoering van de loco-bur gemeester de heer R. Gerritsen en bracht aan de leidende figuren van de dienst dijkherstel en van de aanne mersmaatschappij serenades. Woorden van dank en erkentelijkheid weerklon ken. Ook in Brouwershaven werd een feestconcert gegeven. Gisteren duurde de feestvreugde op Schouwen onver minderd voort. De inlaagdijk houdt het best, en de versterking er van vordert snel. Volgens het informatiebureau van het Nederlandsche Roode Kruis edraagt het totale aantal slachtoffers van de overstromingsramp ADS *s ze^er» dat hierbij geen doublures voorkomen. Nog 164 personen worden vermist. Een aantal van hen zal waar schijnlijk nog wel gevonden worden, maar groot is de kans dat velen van deze slachtoffers door de zee naar buiten zijn gevoerd of onder het door de storm, de stromingen of de herstelwerkzaam heden opgeworpen zand zijn bedolven. Van de 164 nog vermisten zijn inmiddels 32 slachtoffers geborgen i doch dezen konden nog niet geïdentificeerd worden. Dank zij de gezamenlijke krachts inspanning van ingenieurs, aannemers en arbeiders zijn alle gaten die in of na de rampnacht van 1 Februari in de dijken zijn geslagen, gedicht op één na, het stroomgat bij Ouwerkerk. Dit stroomgat, dat meer dan 200 meter breed en ruim 20 meter diep is, vergt thans alle aandacht. Wil men het oude eiland Duiveland en in het bijzonder de Vierbamnenpolder behou den, dan zal het nodig zijn, dat het gat bij Ouwerkerk vóór de winter ge sloten wordt. In verband met de na jaarsstormen geldt hier: hoe eerder hoe beter. Het werk dat de grondslag vormt voor de sluiting is het rijswerk. Van de rijswerkers en de arbeiders, die aan de afsluiting werken, moet dan ook het uiterste worden gevraagd. Reeds is, dank zij hun inspanning, zeer veel bereikt, doch de komende weken zullen beslissend zijn vcor de herovering van het laatste stuk grond dat werd overstroomd. Het eigenlijke werk, het inbrengen van zinikstukken, kan slechts bij laag water tijdens de kentering geschieden. Ogenblikken van de kentering moe ten voor deze eindstrijd worden be nut, ook op Zaterdag en in sommige gevallen zelfs 's Zondags. De toestand bij Ouwerkerk is volgens deskundigen kritiek, doch niet hopeloos. Indien allen, die bij het werk van de sluiting betrokken zijn, hun uiterste krachten inspannen, zal ook dit gat dichtge maakt worden. Tot driemaal toe zijn de ingenieurs en uitvoerders van het dijkherstel op Sahouwen-Duiveland door het oog van een naald gekropen. Prof. ir. J. T. Thijsse vertelde, dat men met 't slui ten van de Klompengeul en de Ge mene Geul met grote caissons geen dag langer had mogen wachten. Bere keningen hebben bewezen, dat a.nders de in de geulen liggende voorzienin gen door de zee vernield zouden zijn en dat veel werk vergeefs zou zijn geweest. j Over Duiveland werd .gezegd, dat het Westelijke stroomgat van de Vier- bannenipolder onder Ouwerkerk op het nippertje is dicht gekomen. Dat was het derde benauwde half elf je. Met veel improvisatie is de verleden Zon dag begonnen strijd rondom deze dijkbreuk gewonnen. Het gat is een slagveld van beton.brokken, keien en modder. Langs de vernielde caissons worden met drie grote kramen pers- kaden van klei gebouwd. Daartussen wordt een dijfckern van zand gespoten. Het dijfcliicihaaim, dat thans ten dele nog onder water ligt, wordt voorts versterkt door bietennetten, gevuld met ongeveer een kubieke meter steen en losgestorte steen op zogenaamde stalen torpedonetten. Het Oostelijke gat bij Ouwerkerk biedt maar een trieste aanblik. Een der la.nd'hoofden is totaal vernield en de voorzieningen en bezinikingen in het gat zijn grotendeels weggeslagen door de felle stroom, die in en uit de polder komt, nu het Westelijke gat gesloten is. Op enkele plaatsen zijn al vrij grote diepten gemeten, een daarvan was reeds ruim 22 meter. Des kundigen weten op het ogenblik niet, hoe lang men nodig zal hebben, om dit zeer kwalijke gat te sluiten. De gedachten variëren van drie tot acht weken. Het sluiten van dit gat met de uit Engeland aangevoerde Phoenix- caissons maakt een punt van over weging uit. In elk geval ligt een reeks van deze caissons op. een der zand platen bezuiden het eiland Schouwen gereed.

Krantenbank Zeeland

Watersnood documentatie 1953 - krantenknipsels | 1953 | | pagina 36