Laatste dorp van Tholen herleeft Film en volkslied over Stavenisse BURGEMEESTER MAAKTE: 'Laatste gang naaf Stavenisse JN Stavenisse eindigt het eiland Tholen, Daar ligt de Scheldse dijk, waar Brabanders en Zeeu wen zich buigen over de schop en samen de nooddijk van 180 meter lengte versterken, opdat het kleine Stavenisse niet op nieuw een dorp in de branding zal worden. Aan de overzijde van het brede water, waarop logge zandzuigers liggen te dob beren, ziet men het levenloze Ouwerkerk, het Duivelandse dorp, dat erger lot onderging dan Stavenisse, hoewel de ge schiedenis van het Tholense dorp met zilt water is geschre ven. Sinds 1200 is Tholen, dat de brede Ooster-Schelde recht in het gezicht kijkt, tien keer ondergestroomd. Maar het Stavenisse van de twintigste eeuw, in de donkere Februari-dagen als dodendorp gekenschetst, herleeft; het brengt de bazaltblokken, die tot kilo meters ver over zijn bouwlanden zijn gejaagd, terug naar de dijk, het heeft reeds een opbouwplan, waarvan de Gooise architect Wesseloo de geestelijke vader is en het zal weldra weer het rustieke laatste dorp zijn van een der kleinsten van de Zeeuwse eilanden, ook al zullen twee- driehonderd Stavenissers tot het volgend voor jaar in hun evacuatie-woonplaats moeten-blijven, alvorens te kunnen terugkeren. (Van onze speciale verslaggever) Stavenisse betreurt 154 doden. Zij rusten op de kerkhoven van Bergen op Zoom, St. Annaland en St. Maartensdijk. Men wil alle doden her-begraven op het kerk hof van Stavenisse. Besprekin gen met genoemde gemeenten zijn gaande, ten einde een mas saal nachtelijk transport voor te bereiden, welke een rouwdag voor het geteisterde dorp inluidt. Met kerkdiensten en eerbetoon wil Stavenisse zijn doden ont vangen. Temeer daar de slacht offers destijds zonder aanwezig heid van familieleden ter aarde zijn besteld, leeft de wens onder de bevolking als dorpsgemeen schap een laatste groet aan de verdronken bewoners van de weggevaagde Kerkstraat en aan de anderen, die zijn omgekomen, te kunnen brengen. Vertrouwd wordt dat deze massale her begrafenis op korte termijn haar beslag zal kunnen krijgen. De oude geschonden Scheldsedijk wordt hersteld. De nooddijk wordt straks de landgrens van de nieuwe brede zeewering als de ruimte tussen beide dijken is volgestort. in de Amerikaanse staat New Yersey, wil ons een kleuterschool zenden, zó maar. En die hebben we broodnodig." Deze burgervader, die zes jaar Sta- venisser is, heeft vele kwaliteiten. Hij heeft een volkslied voor zijn gemeente naren gemaakt, dat wordt uitgegeven ten bate van het opbouwfonds. Het heeft zes coupletten en het laatste couplet ia tevens het einde van de film. Het luidt zó: Zo blijven w' allen aan ons dorp ver pand wijl wij zijn in Godes hand. Voor Stavenisse zij ons aller bêe „Geve God ons rust en vree". Op de openbare school de enige school van het dorp waar de heer J. Gideonse het schoolkrijt zwaait, hebben de leerlingen dit „volkslied" leren zingen. We hebben in het dorp horen ver luiden, dat burgemeester Verburg, die na de ramp in een soldatenuniform rondliep andere kleding was er niet met evenveel geestdrift klok ken repareert als hij films draait „Stavenisse is in het wereldnieuws geweest. Er zijn niet alleen veel vreemdelingen geweest, maar zij blij ven komen, want de Belgen, die nu nog maar incidenteel met autobussen naar het dorp en de dijk komen kijken, arriveren straks via een vaste dienst per bus. Een Belgische ondernemer treft namelijk voorbereidingen in deze richting. Het is belangwekkend de dijk te gaan zien, al zullen de meesten niet weten, dat de waterkering op dezelfde plaats bezweken is als bij overstro mingen in het verleden. Stavenisse eet nog uit de centrale keuken. Zij, die konden weerkeren, wonen niet zelden bij elkaar in. De straten worden hersteld en men is dankbaar voor het mooi*» voorjaars weer, al hadden de boeren op regen gehoopt als hulp in de strijd tegen de mantel van slik. In de Kerkstraat, grotendeels ver dwenen, waar zich een der grootste drama's uit de rampnacht heeft afge speeld, staat rechtop de cél, welke bij de politiepost behoorde. Die cel was er nieuw gebouwd. Een dorp, dat uit duizend doden is herrezen in deze, nu bloeiende en stralende, voortuin van Zeeland. Vóór de ingebonden wetsboeken, die in lange rij een wand van de werk kamer van de burgemeester vullen, hangt een groteske negerpop van de Mickey Mouse-structuur met een gele strik. De pop zat tussen een zending buitenlandse goederen. Haar kraal- ogen zien naar het portret van Willem van Oranje, aangetast, maar niet ver zwolgen door de vloed. „Ik hoop, dat mijn huis binnen een paar weken bewoonbaar is," zegt bur gemeester L. A. Verburg van Sfave- nisse, en hij buigt zich over z'n pa pieren. Buiten de bebouwde kom liggen zandzakken te drogen in de glooiing van een binnendijk, een bleekveld, dat een vertrouwd beeld is in Zeeland. Burgemeester L. A. Verburg, geboortig uit Colijnsplaat, die zijn slaapvertrek heeft in het kadaster kamertje naast de raadzaal van het vierkante gemeentehuis aan de Voor straat, is tevreden over de wijze, waar op Stavenisse zich herstelt. Het is een prettige ervaring met een tevreden burgemeester uit het rampgebied te kunnen spreken. „Een derde deel van de bevolking is terug, de winkeliers zijn dezer dagen teruggekomen. Elk gemiddeld schade geval ligt echter boven de 3000. Wederopbouw heeft mij verzekerd, dat het geld klaar ligt; dat zeg ik de men sen dan ook steevast, maar men is wat huiverig geworden gezien de ervaringen opgedaan naar aanleiding van de oorlogsschade. We hopen 1 October klaar te hebben, wat her steld kan worden, maar er zijn 130 woningen verloren gegaan en we heb ben geen enkele woning, die niet be schadigd is." De toekomst van Stavenisse met zijn ruim 1600 zielen zal voor een belang rijk deel afhangen van de vraag, in hoeverre Tholen als ontwikkelingsge bied voor industrie zal worden aan gewezen. Het rapport, waarin een studiecommissie haar bevindingen heeft neergelegd, zal binnenkort het licht zien. Naast dat propvolle kadasterkamer tje is de raadzaal, welke bij een vluch tige blik de indruk wekt van een jeugdherberg. Er staan stapelbedden van het Rode Kruis, een kachel, een gasstel en in het midden van het verr trek bureau's, waaraan de „hulp troepen" van burgemeester Verburg werken. Des avonds schenkt de burge meestersvrouw er koffie voor de ad ministrateur van gemeentewerken uit Bergen (N.-H.), de heer Uitenthuis, de ambtenaar ter secretarie in Wijdenis, de heer J. vart. Veen en de heer" J. Reijnink, ambtenaar ter secretarie uit Den Helder, die gedetacheerd zijn op deze Zeeuwse secretarie. „Bleven ze maar voorgoed," luidt het oordeel van de eerste burger van De stormachtigste peridde' ih zijn- Stavbnisser tijd begon toen hij in zijn Zondagse pak uit Colijnsplaat met een vissersboot aan de havendijk van Stavenisse landde. De burgemeester was toevallig tijdens het stormweekend afwezig. Stavenisse, die bij alle zorgen er één heeft, waarom hij glimlacht: zijn film! Cineast Dezer dagen geeft de burgemeester, tot groot enthousiasme van velen, een première-voorstelling van zijn film „Storm over Stavenisse". Hij heeft het scenario gemaakt voor een rolprent van drie kwartier, een film van 8 mm, waarbij deze jonge burgervader de tekst zal spreken via een tape-recor der. Een en ander is tot stand gekomen in samenwerking met de fotograaf, de heer' Cortielisse uit Tholen, maar bur gemeester Verburg is de man geweest, die het celluloid bezielde. In Stavenisse, waar de stoïcijnse Zeeuwse nuchterheid ook na de vloed geen duimbreed is geweken, ziet men deze" nieuwigheid toch wel met be langstelling tegemoet. „Ik heb er van alles in, het oppersen van de dijk, zowel als het eerste veu len, dat in Stavenisse geboren is." Dat is Ida, eigenaar boer Piet Potappel, die zijn leven te danken heeft aan een zwemmende koe. Uitdeling van kleding en andere goederen, de centrale keu ken van het dorp, kortom „Storm over Stavenisse" wordt een rolprent, waar mede de burgemeester zelfs op tournee gaat. Natuurlijk gaat hij eerst naar de adoptiegemeenten in Noord-Holland om daar de film te draaien, bijvoor beeld naar Hoorn, dat kinderboeken zond voor jong Stavenisse. En stellig ook naar Mantes, een stad ten Zuiden van Parijs, dat ook helpt. Met die Fratlse adoptie is het merk waardig gegaan. De burgemeester was in St. Annaland, waar koningin Juliana zich liet voorlichten over de toestand in „het laatste dorp" van Tholen. „Weet u, dat u geadopteerd bent I door Mantes, burgemeester?" De burgemeester zei Hare Majesteit, I dat hij van niets wist, maar ontving de mededeling met veel vreugde. En nu is er een invitatie gekomen I uit Mantes. „En dan gaat de film mee," zegt de| magistraat-cineast. Begeerde barak I De van elders komende ambtenaren maken zelf hun bed op m de zit-, werk en slaapkamer, welke voor de ramp raadzaal was. Op de tournée van burgemeester I Verburg, welke nog voor uitbreiding I vatbaar is, hoopt hij geld in te zame- I len voor een fonds, waaruit culturele I ontspanning in zijn gemeente moet| worden mogelijk gemaakt. „De Oecumenische Raad van Kerken I heeft ons een barak toegezegd; die! hebben we hard nodig, want een ver-I enigingsgebouw is er niet. We hopen I vurig, dat die barak vóór het winter seizoen arriveert. En in het nieuwe! opbouwplan is een sportveld gecalcu-I leerd Een sportveld bezit Stavenisse! niet. En dan déze waardevolle toezeg-1 ging de burgemeester zwaait met! een enveloppe de plaats Freehold,!

Krantenbank Zeeland

Watersnood documentatie 1953 - krantenknipsels | 1953 | | pagina 25