fAARIN OPGENOMEN DE IERSEKSCHE EN THOOLSCHE COURANT
NIEUWSBLAD VOOR HET EILAND THOLEN
rijdag 27 October 1939.
No. 43
Zeven en vijftigste jaargang
Tholen, Poortvliet, Scherpenisse, St-Maartensdijk, Stavenisse, St-Annaland en Oud-Vossemeer
UITGAVE FIRMA J. M. C. POT. THOLEN - TEL INTERC. 16 - POSTREK. 1043
oc
EZE WEEK
49277 Dam po bij Hoofd- Neus- Keel- en Borstverkoudheid
De internationale
toestand
blad verschijnt eiken
idag. Prijs per kwartaal
10met Geïllustreerd
dagsblad ƒ1,375, franco
post ƒ1.65 15 cent
kosten.
THOOLSCHE COURANT
Advertentiën van 1 tot 4
regels 75 et.; iedere regel
meer 175 ct. Grootte der
letters naar plaatsruimte.
BIJ abonnement aanmerkelijke
prijsvermindering.
PUBLICATIEN
DIENSTPLICHT.
Uitspraken in zake vrijstelling.
burgemeester van Tholeu brengt
algemeene kennis, dat eenige
praken op aanvragen om vrij
ling van den dienstplicht, welke
praken zijn gedagteekend 18
ober 1939, ter secretarie van
gemeente voor een ieder ter
jge zijn gelegd.
egeti elke uitspraak kan uiterlijk
tienden dag na den dag van
e bekendmaking in beroep worden
omen
door den ingeschreve, wien de
uitspraak geldt, of door diens
wettelijker, vertegenwoordiger
ett$. door elk der overige voor deze
gemeente en voor dezelfde
lichting ingeschreven personen
of door diens wettelijken ver
tegenwoordiger,
let verzoekschrift, waarbij beroep
'rai -dt ingesteld, moet met redenen
zeil kleed zijn. Het behoet niet geze-
j v, 1 te zijn. Het moet worden inge-
nd bij den burgemeester, ter
retarie van deze gemeente. De
■gemeesier zorgt voor de doorzen-
g van het verzoedschrift aan de
ningin, die op het beroep beslist,
advies van den raad van state,
eeling voor de geschillen van
tuur.
ndien de ingeschreve, wien de
praak geldt, in het buitenland
onplaats heeft, kan, voor zoover
door dezen in te stellen beroep
relt, met overschrijding van den
mijn van 10 dagen genoegen
rden genomen. Zoolang omtrent
idanige overschrijding geen be-
ising is genomen, wordt de uit-
aak na het verloop van den
nbi mijn van 10 dagen als onherroep-
ijk beschouwd.
Tholen, 21 October 1939.
Gevonden voorwerpen.
n bankbiljet Hoogstraat 56. Een
ledkralen colliertje Julianastraat 17
nieuwe badmuts, terug te beko-
in Hofstraat 14, een genummerde
reausleutel id.,een rijwielbelasting-
irk, terug te bekomen M. Bakker,
ogstraat 5.
3rbi
'eg
rtre
ord
lot
lei
VI
be
lin
zee
its
.rat
ko
sb(
kei
rui
n d
ni
ga
ii
*0!
ier
icli
Ia'
3 VI
IN NEDERLAND
igemeene Zaken gehandhaafd.
Na het heengaan van liet vierde
binet Colijn rees de vraag of het
parlement van Algemeene Zaken
het leven geroepen door den
;etreden premier, zou blijven
staan. Er gingen weldra geruchten
t het zou worden opgeheven. Thans
enwel heeft minister-president De
gt'fcer aan deze onzekerheid een einde
maakt. In antwoord op vragen,
steld in het verslag de Tweede
mer over de begrooting 1940 van
departement, heeft de minister
degedeeld, dat het departement,
n Algemeene Zaken niet zal worden
geheven. In dezelfde nota van ant-
)ord verklaart de minister naaraan-
ding van het in de Kamer geuite
nk beeld, dal thans ook in ons land de
(1 rijp is voor het stichten van een
jmsterie van Voorlichting, datTiaar
t oordeel der regeering aan zulk
ministerie hier te lande tot
isverre geen behoefte bestaat.
e radiorede van minister Steenberghe.
Het was ongetwijfeld een goede
dachte van den minister van
onomische Zaken, mr. M. P. L.
eenberghe, om in deze moeilijke
den een woord van opwekking tot
nd- en tuinbouwers te richten en
zen tak van bedrijf te doen ge
leien, dat de regeeriug een open
g heeft voor zijn belangen. En dit
inisterieele woord kwam te rechter
d, want juist in de laatste weken
zijn er in land- en tuinhouwkringen
veel klachten gehoord over de maat
regelen der regeering. Nog dezer
dagen bleek op een vergadering var.
de afdeeling Drente van Landbouw
en Maatschappij, die door over de
duizend leden werd bezocht, hoe
groot de ontevredenheid over het
regeeringsbeleid ten aanzien van den
landbouw onder de boeren is. Op
nieuw werd hier om een afzonderlijk
ministerie van Laddbouw gevraagd,
of althans om instelling van een
directie van landbouw, waarin zonder
aanzien van politieke richting de
meest bekwarre personen zullen
worden benoemd. Verder bleek in
deze vergadering de meening te be-
'staan, dat de beteekenis van den
boerenstand in tijd van oorlog door
de regeering niel voldoende wordt
ingezien. Op dit punt nu zal de rede
var. minister Steenberghe veel twijfel
hebben weggenomen. Volmondig
erkende de bewindsman het groote
belang van den landbouw te licht
in te zien, zooals in den laatsten tijd
nogal eens gedaan is. Voor groot
optimisme bestaat geen grond, de
moeilijkheden, waarmee land- en
tuinbouw ten gevolge van den oor
logstoestand te kampen hebben zijn
legio en de regeering houdt er reke
ning mee, dat financieele steun aan
dezen tak van bedrijf nog op groote
schaal rioodig zal zijn. Bij de thans
geldende prijsverhoudingen zal naar
verwachting, indien zich geen verdere
tegenvallers voordoen, nog ongeveer
10U millioen gulden noodig zijn.
Meer dan ooit is het streven der
regeering er op gericht, aldus de
minister, de positie van den landbouw
gezond en krachtig te maken. Doch
de boeren zelf moeten daartoe ook
medewerken, door hun uiterste
krachten in te spannen otn uit den
grond te halen wat er in zit en ver
trouwen te hebben in de regeering.
Natuurlijk is het voor de regeering
onmogelijk, het iedereen naar den
zin te maken, doch men kan de
overtuiging hebben, dat land- en
tuinbouw zoo goed mogelijk geholpen
zullen worden en de regeering steeds
achter zich zullen vinden. Met een
beroep op de nationale solidariteit
en een opwekking om zonder klein
zielig gemopper aan het werk te
gaan ten bate van de geheele Neder-
landsche gemeenschap, besloot de
minister zijn belangrijke rede.
De haringvangst hervat.
Na enkele weken van gedwongen
rust in de havens van IJmuiden,
Scheveningen en Vlaardingen, is een
klein deel van de visschersvloot thans
weer uitgevaren. De Vlaardingsche
visschers waren er het eerste bij.
De eerste loggers, die te Vlaardingen
binnenliepen, waren de „VI. 79" en
de „VI. 216", die respeeiievelijk 420
en 519 kantjes van het zoo gewilde
zeebanket aanbrachten. Deschippers
hadden dus een goede vangst gehad,
maar vooral nummer twee had veel
netten verspeeld tengevolge van de
groote hoeveelheid visch. Bijzondere
avonturen hadden de schippers niet
beleefd. Wei hadden zij tal van vlieg
tuigen, een enkele duikboot en ver
schillende mijnen gezien. Met het
oog op het mijnengevaar werden de
netten pas bij daglicht ingehaald,
opdat men kon zien of er zich ook
mijnen in bevonden. De radiozenders
bewezen nu vooral uitstekende dien
sten de schippers konden er onder
ling door in contact blijven en op
den vasten wal was men daardoor
ook doorloopend op de hoogte van
den gang van zaken op zee. Schipper
Groeneveld van de „V 79" maakte
nog melding van een zeeslag, die zij
op de Noordzee hadden gehoord
zij hadden er echter niets van te
zien gekregen.
De Algemeene Ned. Invoer Centrale.
Ten behoeve van de Algemeene
Nederlandsche Invoer Centrale, liet
Wonderlijk zooals dat helpt zoowel bij kinderen als volwassenen. Pot 50 ct. Tube 40 ct. Doos 30 ct. Bij Apothekers en Drogisteen
lichaam, dat een soortgelijke taak
heeft te vervullen als in den wereld
oorlog de N.Ü.T., is een commissie
van advies ingesteld, bestaande uit
de heeren dr. H. M. Hirschfeld,
directeur-generaal van Handel en
Nijverheid ir. R. P. Bonthuis, chef
van den Buitenlandschen Landbouw-
voorlichtingsdienstprof mr. J. P. A.
Franpois, administrateur aan het
ministerie van Buitenlandscbe Zaken
mr. C. J. M. Schaepman, waarnemend
chef van de consulaire handelsafdee-
ling van het ministerie van Buiten
landsche Zaken, en mr. G. H. C. Hart,
chef van de handelsafdeeling van het
ministerie van Koioniën. Later zal
bovendien nog een Raad van Bijstand
worden ingesteld.
De vaart op Amerika.
Aan het ongewild verblijf van dui
zenden Amerikaansche toeristen in
ons land is thans een einde gekomen.
Twee schepen van de Holland-Ame-
rikalijn ondernamen de riskante
reis naar de overzijde van den
haringvijver. De „Statendam" vertrok
in den nacht van Zaterdag op Zondag
geheel volgeboekt met 1500 passa
giers en een lading stukgoed. Hel
tweede schip de „Veendam", koos
Maandagmorgen zee, echter zonder
passagiers en met een zeer geringe
lading, daar zoowel passagiers als
lading pas in Antwerpen aan boord
werden genomen. De passagiersgingen
per extra trein naar Antwerpen,om
zich daar in te schepen.
Het moet een ware opluchting zijn
geweest voor het meerendeel door die
den oorlog op hun vacantiereis waren
overvallen en over weinig of geen
geld meer beschikten, om hun ver
blijf in Europa nog langer te rekken
in de afgeloopen week
Als er eenig verband bestaat tusschen
het weer en het toekomstige lot van
Enropa, dan ziet het er somber voor
de Westersche mogendheden oor
logvoerende zoowel als neurale staten
uit. Want sedert Zondag maken be
richten van het front tusschen Saar
en Moezel melding van een over-
vloedigen regenval, welke het toch
al niet blijmoedige verblijf in de
bunkers van Siegfried- en Maginotlinie
nog onaangenamer.
De laatste dagen hebben trouwens
maar bitter weinig bemoedigende
voorteekenen opgelevsrd. Zij die nog
gehoopt hadden, dat de bezinning
uiteindelijk toch zou zegevieren,
hebben uil de stemming in het kamp
der geallieerden en uit de redevoe
ringen, welke achter de Siegfried-
linie zijn uitgesproken, de conclusie
kunnen trekken, dat beide partijen
vast voornemers zijn den strijd lot
het bittere einde uit te vechten.
De Britsche minister van Oorlog.
Hore Beilsha, zette in een rede het
doel van Engelands optreden nog
maals uiteen en zeide, dat de oorlog
niet begonnen is om het herstel van
Tsjechoslowakije oi Polen. Engeland
strijd voor het herstel van den toe
stand, waarin de onderdanen van die
landen ook de Duilschers weer
kannen leven.
De Poolsche en Tsjechische kwestie
buiten beschouwing latend, moet het
ons van het hart, dat de Britsche
minister zich ten aanzien van de
Duitschers in weinig tactische be
woordingen heeft uitgedrukt en blijk
heeft gegeven nog steeds niet te be
seffen, dat het Duitsche volk van 1918
ot 1930 een ander was, dan waar
tegen hij thans de Tommies ten strijde
laat trekken.
Ware dit inderdaad het geval dan
zou de regeering van het Derde Rijk
reeds lang voor dezen ten val zijn
gebracht en dan zou de Engelsche
hulp daarbij waarschijnlijk niet noodig
zijn geweest. Na de aansluiting van
Oostenrijk de inlijving van Sudeten-
land, het totstandkomen van de
„as", de bezetting van Tsjechië en
den Poolschen veldtocht is het ver
trouwen van het gros der Duitschers
in Hitier niet meer met pamfletjes
en bevrijdingsredevoeringen te onder
mijnen. Dit schijnt men jammer ge
noeg in Brilsche regeeringskringen
nog steeds niet begrepen te hebben.
Anders is het in enkele bladen van
de Engelsche pers. De „Daily Herald"
het groote blad van de Labour-Partij
verwijt de regeering in een hoofd
artikel, getiteld „Te veel fouten, mr.
Chamberlain", dalzij aan vele politieke
dwalingen lijdt en niet in staat is
geweest zich aan den nieuw geschapen
toestand aan te passen. In het slot
van het artikel schrijft het blad „Als
de regeering zich niet spoedig van
een andere zijde doet kennen, dan
moet zij terstond aftreden en ver
vangen worden door een regeering
die haar taak beter begrijpt". Het
zijn krasse wooiden en zij onder
schrijven het bovenstaande ten volle,
hetgeen ook het geval is met enkele
publicaties in andere Britsche bladen.
Vredesinitiatief niet meer
te verwachten.
Hoewel de laatste dagen wederom
geruchten de ronde deden over
mogelijke vredesinitiatieven van
Duitsche zijde, schijnen deze berichten
van allen grond ontbloot te zijn. In
de Wilhelmstrasse wordt althans
categorisch ontkend, dat Duitschland
alsnog een poging zal doen den viede
te bewaren. Slechts kan sprake zijn
van de beginselen neergelegd in de
jongste Rijksdagrede van Hitier, er
'bestaat voor Duitschland niet de
minste aanleiding om nieuwe voor
waarden voor een vredesinitiatief op
te stellen.
De rede, welke de minister van
Buitenlandsche Zaken Joachim von
Ribbentrop Dinsdagavond in Dantzig
heeft gehouden, was geheel in over
eenstemming met deze officieuze
meeningen en kan beschouwd worden
als een aanloop tot de oorlogsver
klaring.
Van Zeeland redivivus.
Ook verluidde het nog, dat de ge-
gewezen Belgische minister-president
Paul van Zeeland voor een overleg
met president Roosevelt inzake het
nemen van een vredesinitiatief naar
Amerika zou reizen. In verband
hiermede zou Hitier zijn grooten
aanval hebben uitgesteld iti afwachting
van Van Zeeland's resultaten. Voor
den ex-premier was de herleving
van zijn naam in de wereldpers
echter van korten duur, daar Van
Zeeland onmiddellijk na liet ver
spreiden van het bericht een ver
klaring aflegde, waarin hij zeide, dat
het doel van zijn reis.... de vergade
ring van het Internationale Vluchte
lingen Comité was.
Finsch-Russische onderhandelingen
hervat.
De berichten over de voortgezette
onderhandelingen te Moskou recht
vaardigen de hoop. dat de Finsch-Rus
sische besprekingen een voor beide
partijen bevredigend verloop zullen
hebben „Langzaam aan, dan breekt
het lijntje niet", is blijkbaar het
motto, waaronderstaatsraad Paasikivi
te werk gaat, want blijkens de be
richten, welke Dinsdag uit Oost-
Enropa kwamen, heeft de Finsche
onderhandelaar besloten wederom
ruggespraak met zijn regeering te
gaan plegen en wel op grond va11
het feit, dat in het Kremlin wee*
nieuwe voorstellen tér tafel zijn ge
bracht. Reden tot* onrust houd
dit echter niet in, zoo zegt een com
muniqué van Buitenlandsche Zaken
te Helsinki.
Duitsch-Russische vriendschap.
Zoowel uit de reeds gememoreerde
reds van Von Ribbentrop als uit een
artikel in het Russische blad de
„Izwejsta" blijkt, dat in de toekomst
een verdieping van de Duitsch-Rus
sische vriendschap en van het handels
verkeer te wachten is. Met nadruk
heelt Von Ribbentrop er in Danzig
op gewezen dat beide landen vast
besloten zijn geen wig tusschen hun
goede, wederzijdsehe verstandhouding
te laten drijven.
De handeisprekingen met de Sovjets
hebben volgens hem een uiterst be
vredigend verloop. Overeengekomen
is het goederenverkeer zoo hoog
mogelijkop te voerep, waarbij Duitsch
land de uit Rusland betrokken grond
stoffen zal betalen met de producten
van zijn industrie. Voorts heeft
Duitschland een groot handelscrediel
aan de Sovjets toegestaan en tevens
zijn plannen en schema's in de maak,
welke betreking hebben op een in
grijpende verbetering van de bestaande
handelswegen, waardoor o.m. de
goederenverscheping van Rusland
naar de Oostzee zal worden opge
voerd van 2'/, millioen ton tot 25
millioen ton per jaar.
De „City of Flint",
Het is een eenigszins vreemde
historie met het Amerikaansche
vrachtschip „City of Flint" dat door
een Duitschen kruiser is prijsgemaakt
en naar de Russische haven »Moer-
mansk" gebracht. De „City ot Flint"
was van New York naar Engeland
onderweg met 5000 ton verschillende
levensmiddelen. Het is door een
kruiser aangehouden,die ISDuitschers
aanboord liet gaan door wie het
schip naar Moermansk, dat een
ueutrale haven is, werd gebracht
voor nader onderzoek in hoeverre
de lading uit contrabande bestaat.
Een prijsgemaakt schip mag echter
volgens het volkenrecht, niet in een
neutrale haven blijven. In Amerika
wordt deze daad niet vriendelijk
opgenomen, en men verwacht er een
gunstigen invloed van op de af
schaffing van het wapen-embargo,
waaraan trouwens toch al niet meer
te twijfelen valt ondanks het heftig
verzet, door sommigen daartegen
gevoerd.
Denemarkens export zwaar getroffen
Denemarken is een der landen, die
door de blokkade der neutrale mo
gendheden het zwaarste getroffen
worden. In verband met de nog
steeds niet opgeloste transportmoei
lijkheden is thans besloten den uit
voer van geslachte varkens naar
Engeland tot nader order stop te
zetten, in Denemarken bestaan 61
groote exportslachterijen die in 1937
een totalen omzet van 458.8 millioen
Kronen hadden liet aantal geslachte
varkens bedroeg in 1937 3.7 millioen
hetgeen gelijk staat met ongeveer
86 procent van de totale slacht.
Wekelijks verwerkten de slachterijen
ongeveer 80.000 varkens, waarvan
65.000 tot 70.000 naar Engeland ge
ëxporteerd werden. Deze vertegen
woordigen een waarde van ongeveer
2.5 millioen gulden. De waarde van
den Deenschen boter- en eieruitvoer
naar Engeland is ongeveer even groot
zoodat de totalesschade ongeveer 5
millioen gulden per week bedraagt,
hetgeen overeenkomt met de helft
van den totalen uitvoer.