WAARIN OPGENOMEN DE IERSEKSCHE EN THOOLSCHE COURANT
^BUITENLAP
NIEUWSBLAD VOOR HET EILAND THOLEN
•luk
i]m
Een matte of gebruinde teint staat altijd charmant
§1*11
Vrijdag 2 Juni 1939.
No. 22
Zes en vijftigste jaargang
Onze kaasexport
in gevaar
Tholen, Poortvliet, Scherpenisse, St-Maartensdijk, Stavenisse, St-Annaland en Oud-Vossemeer
UITGAVE FIRMA J. M. C. POT. THOLEN - TEL. 1NTERC. 16 - POSTREK. 1043
•J '1 VtT
1vl"au
THOOLSCHE COURANT
Dit blad verschijnt eiken
Vrijdag. Prijs per kwartaal
/■0.80; met Geïllustreerd
Zondagsblad 1,375, franco
per post Zl.65 15 cent
disp. kosten.
Advertentiën van 1 tot 4
regels 75 ct.; iedere regel
meer 175 ct. Grootte der
letters naar plaatsruimte.
Bij abonnement aanmerkelijke
prijsvermindering.
PUBLICATIEN
BESTRIJDING VAN DEN COLORADO
KEVER.
De Burgemeester van Tholen brengt
bet volgende onder de aandacht van
belanghebbenden
Indien zich op een perceel de
colorado kever bevindt, is de gebrui
ker van het perceel verplicht daarvan
onverwijld kennis te geven aan den
burgemeestor van de gemeente,
waarin dat perceel is gelegen.
De colorado-kever is een voor het
aardappelgewas zeer schadelijke kever
Daarom is het voor onze aardappel
cultuur en voor onzen uitvoer van
land- en tuinbouwproducten van het
hoogste belang, dat alle haarden, ook
de kleinste, zeer spoedig na hun
ontslaan worden ontdekt, daar zij
dan alleen nog volledig kunnen
worden uitgeroeid. Niemand moet
echter deze uitroeiing op eigen ver
antwoording doen. Onmiddellijke
kennisgeving aan den burgemeester
is noodzakelijk, waarna in overleg
met den plantenziektenkundigen
dienst te Wageningen de noodige
maatregelen voorgeschreven zullen
worden.
Het is een ieder verboden levende
colorado-kevers of eieren of levende
larven daarvan in zijn bezit te hebben
of te vervoeren Ook is het verboden
loof van aardappelplanten te vervoe
ren of te doen vervoeren van een
perceel, waarop de aanwezigheid van
den colorado-kever is vastgesteld of
wordt vermoed.
liet vervoeren of doen vervoeren
van aardappelen en andere gewassen
afkomstig van een perceel, waarop
de aanwezigheid van den colorado
kever is vastgesteld of wordt vei-
moed, is slechts toegestaan met schrif
telijke machtiging van den burge
meester.
Overtreding dezer voorschriften is
strafbaar.
Nadere inlichtingen zijn te be
komen ter secretarie.
Tholen, 1 Juni -1939.
00
De Burgemeester van Tholen maakt
bekend, dat de datum, waarop met
de eerste bespuiting van de aardappel
velden in de gemeente moet worden
aangevangen, vastgesteld is op Maan
dag 5 Juni a.s. De bespuiting van
alle aardappelvelden moet zijn ge
ëindigd op Donderdag 15 Juni a.s.
Met de tweede bespuiting zal moeten
worden aangevangen op Donderdag
22 Juni a.s., terwijl deze zal moeten
zijn beëindigd op Maandag 3 Juli
a.s. Deze bespuiting zal voor elk
veld op zoodanig tijdstip moeten
worden uitgevoerd, dat zij ongeveer
twee en een halve week na de eerste
valt.
De datum voor de derde bespuiting
zal later worden bekend gemaakt.
De bespuitingen moeten zorgvuldig
worden verricht, zoodat de geheele
oppervlakte van alle bladeren der
aardappelplanten bevochtigd wordt.
Tijdens de uitvoering der bespui
ting moet nauwkeurig toegezien
worden of zich op de aardappel
planten een of meer Coloradokevers
bevinden en als dit het geval blijkt
te zijn, moeten deze onmiddellijk
worden verzameld en gedood, en
van deze vondst moet ten gemeente
huize aangifte worden gedaan.
Tholen, den 1 Juni 1939. 39
De BURGEMEESTER van Tholem
zal op Zaterdag den 10 Juni 1939,
des middags te 12 uur, ten Gemeente
huize aldaar 10 48696
EEN HOOP COMPOST
publiek verkoopen.
Inlichtingen bij den Gemeente-
bouwmeester.
Amilda-crême. die tevens zoo goed is voor de huid, is verkrijgbaar in deze twee begeerde leinten. Mat of Bruin. Doos 50 en 25 ct.
48906 12
DIENSTPLICHT.
Inschrijvingsregister en
alphabetisch register.
De Burgemeester van Tholen maakt
bekend, dat gedurende tien dagen,
van 3 Juni tot en met 12 Juni as.
ter gemeen tesecrelarie voor een ieder
ter inzage ligt het inschrijvingsregis
ter voor de lichting 1940 met het
daaruit opgemaakt alphabetisch
register.
Tegen deze registers kan binnen
dien tijd bij een met redenen omkleed
verzoekschrift bezwaar worden inge
bracht. Het verzoekschrift wordt
ingediend bij den Burgemeester der
daarbij betrokken gemeente. Deze
zendt het aan den Comissaris der
Koningin, die beslist bij een met
redenen omkleed besluit.
Het verzoekschrift behoeft niet
gezegeld te zijn.
Tholen. 1 Juni 1939. 29
Eigenlijk hadden wij boven dit
artikel moeten plaatsen„Onze
kaasexport in nog grooter gevaar",
want de gevaren, waardoor de uit
voer van dit product zich reeds
bedreigd ziet, zijn op dit oogenblik
niet weinige.
Scherpe contingenteeringen in
landen, welke vroeger tot onze
grootste afnemers behoorden, samen
gaande met de fabricage van namaak
Nederlandsche kaas in die landen,
zijn wel de grootste hinderpalen op
den weg naar den eertijds zoo be
langrijken uitvoer van dit bij uitstek
Nederlandsche product.
Men kent de nieuwe ramp, welke
kort geleden onzen kaasexport heeft
getroffenAmerika heeft besloten
tot het heffen van compensatierech
ten op onze zuivelproducten, omdat
men in de Vereenigde Staten de
meening is toegedaan dat wij ons
schuldig maken aan „dumping", dit
wil zeggen dat wij b.v. de kaas in
Amerika verkoopen tegen een prijs,
liggende beneden den eigen kostprijs
in Nederland, hetgeen natuurlijk
alleen mogelijk is, wanneer de
regeering de kaasfabrikanten steunt.
Wij hebben gewezen op de nood
zaak om tegen dezen maatregel te
protesteeren, daar deze geacht kan
worden inbreuk te maken op vroeger
te dien aanzien met Amerika gesloten
overeenkomsten Tot een dergelijk
protest is onze regeering dan ook
inderdaad overgegaan. Zij heeft
daarmede in zekeren zin een matig
succes behaald, in den vorm van
een kleine, door de Vereen. Staten
gedane concessie.
Deze concessie bestaat hierin, dat
bedoeld compensatierecht niet meer
zal worden geheven van zuivelpro
ducten, die rechtstreeks uit Neder
land worden ingevoerd en waarbij
een verklaring wordt overgelegd,
dat de Nederlandsche regeering geen
premie verstrekt op den uitvoer van
zuivelproducten naar Amerika.
Wij vreezen echter, dat er op die
wijze weinig is bereikt en dat onze
uitvoer er weinig of in het geheel
geen gunstigen terugslag van zal
ondervinden. Er zijn zelfs zakenlieden
die voorspellen dat de uitvoer er
eer nadeel dan voordeel bij zal
hebben.
Zij verdedigen hun meening met
er op te wijzen dat men tot dusverre
op indirecte wijze onze producten in
Amerika kon invoeren, door dit b.v.
via Engeland te doen. Zoodoende
verviel de verplichting om er het
compensatierecht op te betalen.
Daaraan zal nu echter wel een einde
komen, omdat er strenger op dezen
indirecten uitvoer naar de Vereen.
Staten zal worden gelet.
Uit een en ander> vloeit alleen
als schrale troost dit eene voor
deel voort, dat onze boter niet goed-
kooper naar Amerika zal mogen
worden verkocht, dan de prijs, welke
wij zelf betalen, het verschil tusschen
den prijs op de wereldmarkt en den
binnenlandscben prijs zal derhalve
niet ten voordeele komen van de
Amerikaansche schatkist in den
vorm van compensatierecht, doch in
het Landbouw-crisisfonds terecht
komen, evenals dit het geval is met
de binnenlandsche heffingen.
Met dit al zijn wij evenwel weinig
gebaat. Het feit blijft bestaan dat
onze afzet van kaas opnieuw een
veer heeft moeten laten, na al de
slagen die den uitvoer daarvan tot
dusverre reeds hebben getroffen.
Welke landen blijven er nu nog
over, die voor vrijwel ongehinderden
invoer van Nederlandsche kaas in
belangrijke hoeveelheden in aan
merking komen Niet anders dan
Engeland en België. En wat dit
laatste land betreft, ziet de toestand
er ook niet zoo rooskleurig uit, want
in het begin van dit jaar heeft men
daar bepaalde maatregelen getroffen,
waardoor een soort stelsel van in
voervergunningen is ontstaan, naar
het heet om een einde te maken
aan ongewenschte toestanden bij den
invoer en den verkoop
Het bestaan van zekere wantoe
standen op dat gebied kan inderdaad
niet worden ontkend, doch het is de
vraag, of men daaraan niet op andere
wijze den kop had kunnen indrukken
dan door het kiezen van den thans
ingeslagen weg, die de vrees wettigt
dat de invoer er den beperkenden
invloed van zal gaan ondervinden.
Dit te meer, daar tnen tegelijkertijd
in België de binnenlandsche productie
van kaas aanmoedigt. Dit laatste is
trouwens ook in Engeland het geval.
Neen, bemoedigend zijn de voor
uitzichten niet voor onzen kaasexport.
(Nadruk verboden)
il f Ifl
Prinses Beatrix uit varen.
Wat de eerste Pinksterdag ons
onthield, heelt de tweede ons met
gulle overdaad geschonken zon en
een stralend blauwen hemel, alles
wat de werkende menschheid noodig
heeft, om er welgemoed op uit te
trekken en met volle teugen te ge
nieten van de vrije natuur. Ook de
vorstelijke bewoners van Soestdijk
deden niet anders en zij zochten
met het motorjacht Piet Hein de
wijdheid der watervlakten op.
Tegen het middaguur verscheen
het Prinselijk jacht onverwacht in de
haven van Muiden, waar eenigen tijd
later een hofauto arriveerde met
Prinses Beatrix en haar verzorgster
jkvr. Feith. Het Prinsesje werd aan
boord gebracht, waarna het jacht
weer uitvoer en den geheelen dag
op het IJselmeer bleef. Des avonds
om negen uur keerde de Piet Hein
terug en vertrok bet Prinselijk gezin
per auto naar het Paleis Soestdijk.
Debetposten op de Pinksterbalans.
Voor het overige ziet de balans
van de feestdagen er niet al te roos
kleurig uit. Verkeersongelukken en
branden waren de sombere posten,
die geboekt moesten worden. Het
verkeer op den weg, dat vooral
Tweeden Pinksterdag in verband
met het betere weer zeer druk was,
eischle weer bet noodige aantal
slachtoffers, namelijk zestien zwaar
en tien lichtgewonden. Doch ook de
overwegen vroegen hun tol. Op den
onbewaakten overweg bij het Loo
werd een echtpaar uit Apeldoorn
gegrepen doorden locaaltrein Zwolle
Apeldoorn en gedood. Ook in het
Noorden van het land, op den onbe
waakten overweg bij Mantgem, vond
een ernstig ongeluk plaats. Een
vrachtauto werd daar door den snel
trein LeeuwardenSneek gegrepen
en geheil vernield, terwijl de beide
inzittenden ernstig werden gewond.
Alweer bosch- en heidebranden.
Nog voordat de zomer zelfs zijn
intrede heeft gedaan, hebben alweer
verscheidene bosch- en heidebranden
op verschillende plaatsen in ons land
gewoed en niet alleen deerlijk het
natuurschoon geteisterd, doch ook
aanzienlijke materieele schade aan
gericht door het verloren gaan van
groote oppervlakten bosch en veen.
Bij Leersum woedde een bosch- en
heidebrand, die gelukkig door het
snel en doortastend ingrijpen van de
brandweer uit Amerongenen Doorn,
geassisteerd door burgers en pad
vinders uit Maarn, tot een opper
vlakte van ongeveer 3 h.a. beperkt
kon blijven. Ernstiger was een boscii-
brand, die in de uitgestrekte ge-
meentebosschen van Meliek en
Herkenbosch uitbrak. Het geheel
met dennen beplante terrein stond
spoedig in lichterlaaie. Hoewel de
bestrijding onmiddelijk ter hand werd
genomen, mede met hulp van de
marechaussee uit Vlodorp en van
soldaten der grensbewaking uit
Roermond, gingen bij deze brand
ongeveer 50 H A. bosch verloren.
Verder verwoeste het vuur nog een
complex woeste heide grond bij
Nuenen (bij Helmond) waar ongeveer
5 hectaren aan de vlammen ten
offer vielen.
En ook daarbij is het nog niet
gebleven. Dinsdagmiddag ontstond
nog brand in de heide van Oost-
Brabant tusschen de plaatsjes Asten
en Meyel. Door de groote droogte
plantte het vuur zich snel voort, zoodat
ook het veen van de Peel werd aan
getast. Honderden hectaren heide
en veen zijn aan de vlammen ten
offer gevallen. Met vereende krachten
slaagde men er in op 2 k.m. afstand
van de Zuid Willemsvaart bet vuur
tot staan te brengen, nadat het niet
minder dan 4 k.m. had afgelegd.
400 h.a. fraaie natuur, waar zich
veel wild ophield en waar een groote
verscheidenheid vogels, zooals kor
hoenders, patrijzen en roofvogels
zich nu juist in den broedtijd op
hielden, werden verwoest. De schade
van dezen brand, die wel de grootste
is, moet zeer aanzienlijk zijn.
Ten slotte ontstond in een complex
heide te Kraloo (gemeente Ruinen
in Drente) nog brand, vermoedelijk
opzettelijk gesticht. Ook hier werd
het blusschingswerk door den sterken
wind zeer bemoeilijkt. In de omgeving
van Arnhem werd 400 h.a. bosch en
heide door brand vernield niettegen
staande eeuige duizenden militairen
en burgers het vuur bestreden. Op
nieuw leeren al deze noodlottige bran
den, dat men, vooral met het droge,
winderige weer jder laatste weken,
in bosch en heide niet voorzichtig
genoeg kan zijn.
Brand in de staatsmijn Hendrik.
Om nu het sombere hoofdstuk
branden maar meteen af te handelen,
zij hier ook nog melding gemaakt
van een brand, die in den avond van
Tweeden Pinksterdag in de nabijheid
van schacht 600 der Staatsmijn
Hendrik te Brunssum woedde. Direct
werd de reddingsploeg der Staats
mijn gerequireerd en met man en
macht toog men aan het werk om
het vuur te blusschen. Niettegen
staande het over een lengte van
300 a 400 meter brandde, leverde
het vuur geen direct gevaar voor de
mijnwerkers op.
Gelukkig zijn dan ook bij dezen
brand geen menschenlevens te be
treuren, doch het blusschingswerk
heeft meer dan een etmaal geduurd.
Stichting tot bevordering van den
uitvoer.
Enkele weken geleden is te 's Graven-
hage van den minister van econo
mische zaken de Stichting tot Be
vordering van den Uitvoer opgericht,
naar de Regeeringspersdienst eerst
thans meldt.
Deze stichting heeft ten doel, werk
zaamheden op het gebied der econo
mische voorlichting te verrichten, ter
aanvulling van heigeen de econo
mische voorlichtingsdienst op dat
gebied verricht. Gelijk bekend, heeft
de economische voorlichtingsdienst
tot taak, aan bet bedrijfsleven koste
loos voorlichting en hulp op econo
misch gebied te verstrekken.
In de practijk is gebleken, dat bij
het bedrijfsleven meermalen behoefte
bestaat aan meer uitgebreid en in
grijpend dienstbetoon, hetgeen nu
door den nieuw opgerichten dienst
tegen betaling zal worden verricht.
Gedacht wordt speciaal aan meer
diepgaande onderzoekingen naar af
zetmogelijkheden in het buitenland,
waaraan onderzoek ter plaatse in het
te bewerken marktgebied kan worden
vastgeknoopt. Ten einde misverstand
te voorkomen, wordt er opgewezen,
dat de normale werkzaamheden van
den economischen voorlichtingsdienst
zooals tot dusverre kosteloos zullen
worden verricht. Als directeur van
van de stichting treedt op de chef
van den Economische Voorlichtings
dienst dr. T. P. van der Kooy, terwijl
de stichting ook aan hetzelfde, adres
als deze dienst, Rijnstraat 24 te Den
Haag, is gevestigd.
Na een Pinksteren, waarin eindelijk
eens niets gebeurd is, wat op een
vacantiedag niet behoort te gebeuren
voor het slechte weer kan men
de staatslieden moeilijk verantwoor
delijk stellen wordt thans over
de geheele lijn weer een groote
diplomatieke activiteit ontplooid. Het
meest intensief is deze activiteit op
het oogenblik ongetwijfeld in Londen,
Parijs en Moskou, waar men de laat
ste hand legt aan de voorbereiding
van het te sluiten bijstandspact. Meer
rust kan men zich aan de zijde van
de spil gunnen. Daar heeft men zijn
militair verbond reeds gesloten en
pogingen, ondernomen om Japan en
wellicht ook Hongarije en Zuidslaviê
daarbij te betrekken, schijnen voor-
loopig mislukt en opgegeven te zijn.
Misschien echter, dat in dit opzicht
op Zuidslaviê, welks regent Prins
Paul op bet oogenblik in Berlijn
vertoeft, nog eens een bijzonderen
aandrang kan worden nitgeoefend.
Ten aanzien van hel sluiten van
het EngelschFransch—Russ'sche
bijstandspact schijnen nog enkele
bezwaren te zijn, die in hoofdzaak
van Russische zijde komen. Uit Rus
sische verklaringen kan men opmaken
dat Moskou de bedoeling beeft moge
lijke gapingen in het anti-agressie
front, die gevormd worden door de
neutrale positie der randstaten te
dichlen en dat het daarvoor de hulp
van alle mogelijke bondgenooten wil
hebben.
De moeilijkheid ligt nu in het feit,
dat de randstaten niet graag beloften
van hulp aanvaarden, welke hen,
naar zij vreezen, in een ongemak
kelijke positie zouden kunnen bren-