IERSEKSCHE THOOLSCHE COURANT NIEUWSBLAD VOOR HET EILAND THOLEN. PUROL rijk aau geneeskracht No. 2485 Vrijdag 23 December 1932. Negen en veertigste jaargang Tholen, Poortvliel, Scherpenisse, St. Maartensdijk, Stavenisse, St. Arnialand en Oud-Vossemeer Eerste Blad. rdi: ene ITJ Dit blad verschijnt eiken Vrijdagavond. Prijs per kwartaal f 0,80met Geïllustreerd Zondagsblad f 1,376 franco per post fl,65 -f 15 ct. disp. kosten. UITGAVE FIRMA J. M. C. POT - THOLEN. TELEF. INTERC. No. 16. Met het oog op de opname van NIEUW JAARSADVERTENTIES, zal het eerstvolgende nummer van ons blad inplaats van Vrijdag 30 December, ZATERDAG 31 DECEMBER in den morgen verschijnen. Advertenties en be richten voor dit nummer uiterlijk tot Vrijdag middag 2 uur. Wij verzoeken hh. adverteerders beleefd hiermede rekening te willen houden. Administratie. PUBLICATIEN. De Burgemeester van Tbolen uiaukt bekend, dal tegen Woensdag, den 28 December 1932 dos namid dags 21/2 uur eene opeubare vergadering van den Raad is belegd. Punten van behandeling: 1. Ingekomen stokken. Vermindering van den pachtprijs van het Zuidelijk Hoornwerk. 3. Wijziging van de begrooiing voor 1932. 4. Wijziging van het Gas'ariel'. 5. Gratificatie voor den veldwachter. 6. Verhuring van een pakhuis. 7. Verkoop van oud brandweer-materiaal en aan koop van nieuw. Aankoop van grond. Besohikbaaistelling van gelden voor aanschaf fingen ten behoeve van de Bijzondere School aan den Doelweg. Aangaan eener lijdelijke geldleening. Vaststelling van het salaris van den agent der arbeidsbemiddeling tevens ambtenaar der werk loosheidsverzekering. Benoeming van voornoemden ambtenaar. Mededeeling van het reglement der commissie van toezicht op het agentschap der arbeids bemiddeling en van de instructie van den agent. Benoeming van dc leden der commissie van toezicht op de arbeidsbemiddeling en werkloos heidsverzekering, lo. Benoeming der leden van de commissie voor plaatsing bij de werkverschaffing. 16. BenoemiDg leden der Gascommissie. 17. Benoeming van een lid van het Algemeen Armbestuur. 18. Verstrekking van brandstoffen aan werkloozen. Tholen, 22 December 1932. 38 Advertentiënvan 1 tot 4 regels 75 ct.; ieder regel meer 171/, ct Grootte der letters naar plaatsruimte. Bij abonnement aanmerkelijke prijsvermindering. 8 40049 14. Plaatselijk Crisis Comité. Het Plaatselijk Crisis comité is heden begonnen toet de verstrekking van brandstof. Aanvragen lot het bekomen van brandstof kunnen nog worden «gezonden tot 31 December a.s. De aanvraag kan shriftelijk geschieden en worden bezorgd in de brievenbus van het gemeentehuis. Zij, die het Comité met een geldelijke bijdrage voor dit liefdadig werk willen steunen, kunnen hun bijdrage storten op postrekening No. 192433 of oezenden aan den Secretaris-Penningmeester, dhr. D J. BLAAS, Brugstraat 31. 13 GEMEENTERAAD. B (Vervolg 2e blad.) Dhr Vos antwoord daarop, dat dit hem wel bekend is, dat het hier gaat overeen persoon die opgenomen is in een zieken huis, doch de gemeentebestuursleden heb ben nooit geweten wat de kosten voor de verpleging enz. waren. Toen spr dan ook eens vroeg hoe het met deze zaak stond kreeg bij ten antwoord, dat dat hem niets langing, dat het een zaak van het Algem. Armbestuur betrof. Volgens deze mede- leeling zou het dus niet meer dan waar schijnlijk zijn, dat het Armbestuur volle- Jig met de gang van zaken hekend was, loch het tegendeel blijkt wel uit het feit, Jat toen aan het Armb. een nota werd langeboden welke betrekking had op deze (kaak, deze werd geweigerd daar bekend heid ervan werd ontkend, zoo is het spr ienrainste medegedeeld. Als gemeenteraad -veten wij niet hoeveel de kosten per dag )edragen daar B. en W. geheel deze zaak lebben afgedaan, doch spreker is wel van neening, dat wanneer op een andere nanier in de verpleging van de bedoelde L )ersoon was voorzien dit geheel kosteloos 5 zou zijn gebeurd. Spr zou thans graag villen weten hoe de geweigerde nota is 5 voldaan, daar hij naar zijn meening als "aadslid liet recht op heeft te weten waar iet geld blijft. Een nieuwe begrooting voor bet Algem. Armb. is gemaakt, doch daarop ^komt die post in het geheel niet voor. De voorz. antwoord dan, dat er inder tijd in den raad mededeeling van is gedaan. Dhr Vos: dat heb ik toegegeven Burge meester. De voorz. toen is er zelfs schriftelijk mededeeling gedaan. Dhr Vos dat weet ik Burgemeester. De voorz. vraagt dhr Vos dat deze als spr aan het woord is, zijn mond eens wil houden. De Voorzitter vervolgt dan dat de ver pleging de Gemeente f 1,20 per dag kost, Spr. heeft op alle manieren getracht de kosten voor de Gemeente zoo gerien mogelijk te doen zijn. Hij heeft besprekingen gehouden met familieleden, enz. die allen besloten bij te dragen in de kosten zoodat hij wel meent in deze zijn best te hebben gedaan. Dat van de zomer alles betreffende deze aangelegenheid aan de raadsleden is medegedeeld, valt toch niet te ontkennen. Dhr Vos beaamt dit, doch meent toch dat hen niet alles is medegedeeld en hel grieft hem thans nog dat hem toen ten antwoord werd gegeven dat het hem niets aanging. De Voorzitter zegt dan dat ook het Arm bestuur schriftelijk is medegedeeld hoe alles in elkaar zal en nogmaals "merkt spreker op, dat alles gedaan is de kosten voor de gemeente zoo gering mogelijk te doen zijn. Dhr Vos stelt dit zeer op prijs. Het komt hem echter wonderlijk voor, dat als het Armbestuur alles wist, het toch een nota weigerde. Spr. is van meening, dat altijd eerst overleg dient te geschieden met het Algem. Armbestuur voordat tot uitzending van zieken enz. wordt besloten dat het toch een Bestuur met een Voor zitter is. Aan de diaconie werd nooit om eenige bijstand in deze gevraagd en spreker meent wel te mogen zeggen, dat ook dat Bestuur zou hebben hijgedragen in de kosten, doch naar het spr. teroore kwam gaan er geruchten, dat het Armbestuur hiervan niets wil weten. De Voorz. zegt wederom dat hij alles betreffendedeze aangelegenheid heelt mede gedeeld. Dhr Vos erkent zulks doch naar zijn oordeel kwamen die mededeelingen veel te laat. De Voorzitter zegt getracht te hebben zooveel mogelijk van de Gemeente af te wentelen. Dhr Vos Dat stel ik zeer op prijs. Weth. Hartog kan wel zeggen dat de Voorzitter reusachtig veel gedaan heeft om de gemeente zooveel mogelijk te ont lasten. Spr. vraagt dhr Vos of het dan geen eerlijke zaak is. Dhr Vos verklaart dit niet te hebben gezegd, hij moet zelfs den voorz. prijzen om diens ijver. De voorz. brengt dan het voorstel tot verhooging van suhsidiën in stemming het welk met alg. st. wordt aangenomen. In verhand met deze subsidieverhoo- ging en nog enkele andere kleine uitgaven wordt door den voorz. een wijziging der begrooting voor 1932 aangeboden welke eveneens met alg. st. wordt aangenomen. Op verzoek van D. van Hout om ver mindering van pacht voor het door hem van de gemeente gehuurde stukje grond wordt besloten, hem een vermindering toe te staan even groot als die welke aan de andere pachters is gegeven. Vervolgens komt aan de orde hét uit de vorige vergadering aangehouden verzoek van den modernen landarbeidersbond, den mo dernen bouwvakarbeidersbond en den Chr. landarbeidersbond om voor de werkloozen een steunregeling in het leven te roepen en aan dezen een kolenbijslag te verleenen. De voorz. deelt mede, dat een ontwerp is opgesteld naar model van het algemeen reglement, alleen de bedragen zullen door den raad moeten worden vastgesteld. Eerst moet dus worden besloten of een steun regeling zal worden ingevoerd. Dhr Bolier merkt op dat er 2 groepen van werkmenschen zijn, de georganiseer- den en de ongeorganiseerden, graag zou hij nu willen weten hoe de regeling ten opzichte van beide groepen werkt. De voorz. licht een en ander toe en zegt, dat eerst het werkloozenhesluit werkt. d.w.z. eerst als de georganiseerden zijn uitgetrokken komen zij in aanmerking voor steun. 1 Dhr Bolier zegt dat er menseben zijn die 5 of 6 gemeten land hebben, die ook zeer noodig steun behoeven. De voorz. is het roerend met den heer Bolier eens. Dhr van Ast wijst op de diverse steun regelingen als daar zijn tarwesteun, sui- kerbielensteun, varkenssteun, steun inge volge de zuivel wet, enz. welke allen van wege het Rijk worden ingevoerd, terwijl de Minister voor deze zaak de gemeente met de uilvoering belast. De Minister maakt bij de uitkeeringen geen onder scheid, zij die kapitaal bezitten krijgen evengoed steun als zij die van'honger bijna omkomen. Waar hier de regeling aan het gemeentebestuur wordt overgelaten is spr er voor, dat voor de steunregeling een scheiding naar verdiensten en inkomsten wordt gemaakt. (Hetgeen verder door dhr van Ast wordt gezegd gaat verloren in het lawaai hetwelk ontstaat doordat het hekje waarachter de toeschouwers staan bezwijkt) Dhr Bolier dringt er op aan dat aan de zoo juist door hem genoemde groep van mensehen ook steun wordt gegeven. Dhr van Ast kan zich hiermee ook ver eenigen, als maar een oplossing daarvoor gevonden wordt. Hierna ontspint zich tusschen de heeren Vos en van Ast een gesprek waarin de moeilijkheden van een steunregeling ge zamenlijk tot klaarheid worden gebracht De Voorzitter vindt dan dat het nu wel genoeg beredeneerd is. Dhr Bolier vraagt weer of er voor de kIeingrondbezittcrs ook iets gedaan kan worden. De Voorz. antwoordt, dat dit niet in een steunregeling kan worden geregeld. Dhr Bolier Maar die menschen hebben het toch ook hard noodig Dnr Van Ast vindt ook, dat de steun- regeling voor de hoeren onvoldoende is, doch denkt dat de Minister daar wel tijdi" I zal ingrijpen. 0 Dhr Bolier kan zich met de uitsluiting dier groep nog niet vereenigen en voert aan, dat alle Scherpenissenaars toch be lasting betalen. Dhr Rijstenbil is het met dhr Bolier eens dat aan de wettelijke regelingen wel eens iels ontbreekt maar volgens hem is alle steun „uit den hooze" want een rijke boer behoelt net zoo min staun als een rijke arbeider. Weth. Hartog vraagt den Voorzitter hoeveel de Rijkssteun bedraagt. Be Voorz. antwoordt dat dit nog niet bekend is, dat hangt geheel van den Minister af. Vervolgens brengt spr. het invoeren van een steunregeling in stemming. Dhr Vos vraagt dan eerst nog hoelang de steunregeling geldt, of ze een heel jaar van kracht is. Spr. verduidelijkt zijn vraag met een voorbeeld. Met alg. st. wordt daarna de steun regeling ingevoerd. Hierna wordt besloten als maximum uitkeering een bedrag van f9,50 te ver leenen en worden B. en VV. gemachtigd, de regeling verder af te doen. De voorz. deelt dan nog mede, dat in verband met de invoering van een steun regeling een commissie ingesteld moet worden, waarin behalve vertegenwoordigers der Bonden drie raadsleden zitting zouden moeten nemen. Spr vraagt dan wie der leden zich hiervoor beschikbaar stelt. Daar niemand dan de heer van Ast zich beschikbaar stelt, wordt overgegaan tot een vrije stemming, daar nog twee raads leden verkozen moeten worden. De eerste stemming heeft geen resultaat. Dhr Vos vraagt op hem niet te stemmen, daar hij een eventueele benoeming toch niet aan zal nemen. Weth. Hartog verzoekt zulks ook. Uit de tweede vrije stemming wordt dhr Keur gekozen, daar deze echter zijn benoemingniet aanneemt moet weer worden over gestemd. Dhr van Ast meent dat men zoo wel bezig kan blijven. Dhr Vos merkt dan op, dat hij geen werkzaamheden meer op zich kan nemen, daar hij het druk genoeg heeft met de diaconie. Weth. Hartog vindt dat we allemaal genoeg hebben, wat door dhr Vos wordt tegengesproken. Dhr van Ast is van meening, dat het 111 het belang der gemeenschap noodzake lijk is dat deze werkzaamheden worden aanvaard. Dhr Vos wijst er nogmaals op dat hij het voor de diaconie druk heeft. Dhr van Ast zegt, dat de kerkelijke groep klein is en dat men hier voor de geheele gemeente zit. Dhr Vos merkt op dat de kerkelijke groep nog zoo klein niet is. Wederom wordt dan gestemd, uit welke stemming nog geen resultaat volgt. Als weer wordt gestemd blijkt dat de heer Hartog is gekozen. Deze wil echter eerst weten welke werk zaamheden aan het lidmaatschap der commissie zijn verbonden. Dhr van Ast antwoordt daarop, dat er niet veel werk te doen is. Eenmaal in de week komt men met de vertegenwoordigers der Bonden bij elkaar om een en ander te bespreken. Weth. Hartog neemt zijn benoeming tot lid der commissie aan. Thans moet nog voor een vertegen woordiger gestemd worden. Bij stemming wordt dhr Bolier gekozen, die echter ook de benoeming niet aanneemt. Wet. Hartog vraagt den voorz. gezien het vergevorderde uur, of eerst gepauzeerd kan worden om koffie te drinken. Daar echter het laatste punt aan de orde is, zal dit eerst afgehandeld worden. Herstemming vindt dan plaats tusschen de hh. Vos en Rijstenbil. Dhr Vos heeft de meeste stemmen op zich vereenigd, doch moet vanwege zijn drukke werkzaam heden voor de diaconie ook bedanken De voorz. vraagt dhr Rijstenbil of deze genegen is als vertegenwoordiger op te treden. r Dhr Rijstenbil zag echter liever eerst een ander deze functie op zich nemen, om te weten welke werkzaamheden eraan verbonden zijn. Weth Hartog merkt op dat als de heer Rijstenbil zelf de functie op zich neemt hij zeker weet welke werkzaamheden er te verrichten zijn. Dhr Rijstenbil voert dan nog aan, dat een der andere heeren het gemakkelijker kan doen, daar hij huiten de kom woont en dan weten die heeren ook wat er aan verbonden is. De voorz. merkt op, dat het voor den heer Rijstenbil een uitstapje is naar de vergaderingen der commissie te komen. Dhr Rijstenbil vindt echter dat hij zich genoeg uitstapt. Dhr Vos stelt dan voor dhr Rijstenbil bij acclamatie te benoemen. Dhr Rijstenbil zwicht voor den aandrang en neemt zijn benoeming aan, echter onder voorbehoud, dat als er te veel werkzaam heden aan verbonden zijn hij de volgende vergadering als lid der commiseie bedankt. Nog moet worden behandeld de kolen- toeslag aan de werkloozen. De Voorzitter brengt in stemming een verzoek of toeslag zal worden gegeven. Over de vraag of de toeslag in natura 01 in geld zal geschieden zal daarna worden gestemd. Met algem. stemmen wordt besloten toeslag te verleenen in natura. Intusschen heeft dhr Rijstenbil de ver gadering verlaten. Dhr Bolier stelt voor de levering der kolen over de handelaars te verdeelen. Weth Keur vraagt of ook de Kolenbond voor de gemeente mag leveren. Dhr Bolier is er niet voor, daar er dan voor niemand verdiensten aanzit. Er wordt besloten de kolenbond geen leveranlién op te dragen. De Voorzitter brengt dan een belasting- verhooging te berde. De steunregeling zal van de Gemeente heel wat uitgaven vragen, waarom B. en W. voorstellen te heffen 20 opcenten op de personeele belasting en 30 opcenten op de gemeentefondbelasting.

Krantenbank Zeeland

Ierseksche en Thoolsche Courant | 1938 | | pagina 1