fAARIN OPGENOMEN DE IERSEKSCHE EN THOOLSCHE COURANT
""pïïKliS NIEUWSBLAD VOOR HET EILAND THOLEN
ijdag 24 Juni 1938.
No. 25
Vijf en vijftigste jaargang
UITGAVE FIRMA J. M. C. POT. THOLEN - TEL. INTERC. 16 - POSTREK. 1043
'hina's smart sinds
oudste tijden".
Tandpasta Ivorol (volgens nieuw recept) geeft volop volwaardig schuim,
p - 1 holen, roortvliet, bcherpenisse, ot-lviaartensdijk, otavenisse, ot-Annaland en Uud-Vossemeer
THOOLSGHE COURANT
Advertentiën van 1 tot 4
regels 75 ct.iedere regel
RO; met Geïllustreerd ti 1 r> 1* o C. 1\/I J"1 C. e. a ij j meer 176 ct. Grootte der
Hagsblad 1,375, franco
[post 1,65 -j- '15 ct.
kosten.
letters naar plaatsruimte.
Bij abonnement aanmerkelijke
prijsvermindering.
e verschrikkelijke berichten, die
iiet oogenblik over de doorbraak
de dijken der Hwang Ho en de
:door veroorzaakte catastrophe
lenkomen. opereeren met cijiers,
ons bevattingsvermogen bijna te
in gaan. Maar van veel in dit
lachtige rijk heeft de Westerling
1 juiste voorstelling, hoewel het
igend noodzakelijk is, dat Europa
langzamerhand eens een duidelijk
,d van de werkelijke toestanden
iet Verre Oosten maakt. Juist het
nwoordigë gebeuren in het Hwang
gebied dwingt daartoe, wijl het
een beslissend oogenblik met
lentair geweld ingrijpt in een
de geheele wereld belangrijke
ociorische ontwikkeling, welker
bp onder bepaalde omstandig-
en daardoor ten sterkste beïnvloed
worden. Vooral, wanneer het,
in het geheel niet uitgesloten
jnt te zijn, ook in de andere
stroomingsgebieden van Midden-
ia, aan de Hwai-rivier, aan het
:erkanaal en zelfs aan de Jangtse
ïg totdergelijke catastrophen zou
len.
hina's smart sinds oudste tijden"
lat is, hoe verschrikkelijk soms
deoverstroomingenin het Jangtse-
zijn, de Hwang Ho. Niets is daar-
karakteristieker dan het feit,
in hel jaar 2278 v. Chr. de toen-
ige keizer van China zijn troon
den waterbouwkundigen inge-
ir Yu schonk, als dank voor het
dat deze de „Gele Rivier" had
en te bedwingen. De Hwang Ho
isschen had hij „slechts" voor
Chi f jaar aan banden gelegd. Sinds
7e eeuw v. Chr. veranderde de
er herhaaldelijk van benedenloop,
'at zij eindelijk in 1853 in een
slrophe, waarvan men zich geen
stelling kan maken, haar tegen-
rdige bedding vond. Men moet
rbij bedenken, dat het gebied, dat
deze veranderingen steeds in
pilote rampen werd gestort, een
lajnte beslaat, die op Europee
verhoudingen overgedragen
Den Haag tot Stettin en van
e kustlijn af naar het zuiden tot
lemen zou reiken.
Vaarom pleegt nu de Hwang Ho,
5100 km. lang is (bijna viermaal
jer dan de Rijn) met zoo'n vrees-
jagende regelmatigheid de meest
chrikkelijke rampen te veroor-
en 1 Het antwoord op deze vraag
ppft: wijl zij de „Gele Rivier" is,
grootste lösslroom der aarde. De
de Tibetaansche randgebergten
ol lende zijrivieren voeren haar
pp ds zooveel slib toe, dat zij al in
meest noordwestelijke Chineesche
vincie Kangsoe geel van kleur is.
in het verdere verloop wordt zij
ds sterker van dit gele slib ver-
igd. Bij normaal hoog water voeit
in de omgeving van Kaifeng 10
len löss op 90 deelen water mede.
len in abnormale jaren, zooals op
oogenblik, stijgt het lüssgehalte
een hoogte van 50 Het water
de Gele Rivier wordt dan tot
gele brij, die maar al te vaak
lijken doorbreekt en tienduizenden
"kante kilometers overstroomt,
'e löss heeft ook veroorzaakt, dat
ivierbodem binnen de dijken
wijlshooger ligt dan het omliggende
van Tsjengtsjoe-Kaifeng af b.v.
meterde bodem van de rivier-
ding wel te verstaan, zoodat de
erspiegel zeil zes. acht of tien
ter boven de eeuwig bedreigde
cl gvlakte ligt! Overigens doet bet-
v Fde geval zich ook voor met de
igse.
a leschiedt thans, want in het jaar
h '1 gebeurde, dat zoowel de Hwang
fé
W(
al
i|
in
vo
Tl!
dat tandaanslag en apijsresten absorbeert en emulgeert- Daardoor worden de tanden werkelijk wit en de mond bijzonder frisch en rein- Tube 25 en 40 ct Extra groote tube 60 ct
20 47628
Ho als de Jangtse en het Iieizerkanaa'
het tooneel van dergelijke overstroo"
mingen worden, dan beteekent dat
een nationale ramp, waartegenover
alles verbleekt, wat in Europeesche
verhoudingen denkbaar is. Volgens
de verslagen van het Nationale
Hulpcomité waren indertijd 16 pro
vincies en 50 millioen menschen
onmiddellijk bij de catastrophe betrok
ken en werden alleen tusschen
Woehoe en Nanking 200.000 morgen
rijstcultures vernietigd. Spoorwegen
werden over véle kilometers wegge
spoeld en duizenden huizen in Nanking
en Hankau vernield. In het water
dreven tienduizenden lijken, die een
enorm gevaar voor epidemieën be-
teekenden. Bijna 100.000 menschen
zijn bij deze verschrikkelijke ramp
om het leven gekomen.
Inderdaad, het arme, door den
oorlog geteisterde Chineesche volk is
op het oogenblik niet te benijden.
De Kamer tegen het enquête
voorstel. De voedselvoorziening
in oorlogstijd. Het werknemers-
voorstel verworpen. Het
W egencongres te Scheveningen
Minister van Staat mr. D.
Fock 80 jaar.
Het voorstel-Wendelaar tot het
houden van een enquête inzake Oss
is thans in de Tweede Kamer in be
handeling geweest.
Het enquête-voorstel Wendelaar
werd verworpen met 50 tegen 37
stemmen.
De nota Alberda-Oud werd aange
nomen met 84 tegen 3 stemmen.
Tegen de N.S.B.
De voorzitter stelde voor de nota
wanneer zij afkomt, in handen te
stellen van een bijzondere commissie
van vijl leden, door hen te benoemen.
Dit werd goedgekeurd.
De heer Rost van Tonningen
(N.S.B.) vroegen nieuwe interpellatie
aan over de zaak Oss.
En voorstel van den voorzitter om
deze interpellatie niet toe te staan
wordt aangenomen met 80 tegen 3
stemmen. Tegen N.S.B.
Meer dan één fractie is er tegen Aller
eerst natuurlijk de Katholieken,die er
zich van den aanvang af tegen hebben
gekant, daar zij er een ondergraving
van het vertrouwen in de regeering
in zien. Welk standpunt de Christe
lijk Historische fractie zou innemen,
was aanvankelijk nog onzeker, doch,
ook zij heett zich tegen het voorstel
verklaard.
Wel is deze fractie van meening,
dat nadere opheldering gewenscht is,
waartoe zij een nieuwe interpellatie
noodig acht, die zoo spoedig mogelijk
zou moeten worden gehouden. De
woordvoerder der sociaal-democraten,
de heer Albarda, deed weer een ander
voorstel aan de hand. Zijn partij
voelt meer voor een uitvoerige
schriftelijke uiteenzetting van den
minister, waarover een commissie
een rapport .zou moeten uitbrengen.
De zaak zou dan weer in de Kamer
komen, waar ook de Minister aan de
beraadslagingen kan deelnemen.
Dit debat is overigens aanleiding
geworden tot een niet alledaagsche
gebeurtenis in het Parlement. Een
der leden van de N.S.B fractie, de
heer Rost van Tonningen liet zich
in dusdanige termen uit over het
optreden van den minister en de
Kamercommissie, welke het Voor-
loopig Verslag over de zaak Oss heeft
opgesteld, dat de voorzitter daarin
aanleiding vond gebruik te maken
van zijn recht, dit lid na herhaalde
waarschuwingen het woord te ont
nemen en hem vervolgens van de
zitting uit te sluiten. Gelukkig zijn
zulke incidenten in ons Parlement
nog niet aan de orde van den dag.
Voor dezen is het slechts twee maal
voorgekomen, dat een lid de toegang
tot de Kamer werd ontzegd, namelijk
in 1930 en 1932. In beide gevallen
betrof het toen het communistische
kamerlid De Visser.
De plannen van Me regeering tot
vorming van voedselvoorraden voor
het geval van oorlog, althans het
weinige dal daarover tot nog toe
bekend is geworden, hebben het
libérale Kamerlid Bierema ertoe
gebracht, dén beiden hij deze plannen
betrokken ministers (van Defensie
en van Economische Zaken) hierover
vragen te stellen.
In antwoord op deze vragen hebben
genoemde ministers thans medege
deeld dat inderdaad een regeling in
voorbereiding is, waarbij belangrijke
grondstoffen voor de voeding van
mensch en dier bij den importhandel
in permanenten opslag worden aan
gehouden, zoodat in tijden van mo
bilisatie of oorlog de overheid bij
staking der aanvoeren op deze voor
raden zal kunnen rekenen.
De hiervoor noodzakelijke kosten
zullen worden afgewenteld op hen
in wier belang de voorraden worden
aangelegd. Ten aanzien van het
systeem van uitvoering is nog geen
beslissing genomen.
Zooals men weet is van verschil
lende zijden critiek uitgeoefend op
het feit, dat de regeering de bevoegd
heid voor deze plannen meent le
kunnen ontleenen aan de beslaande
Landbouwcrisiswet. Dat deze critiek
niet geheel ongegrond is, heeft de
regeering blijkbaar zelf ook ingezien.
Althans heeft zij een wetsontwerp
aangekondigd, waarbij de bevoegd
heden aan de regeering krachtens
de Landbouwcrisiswet worden uit
gebreid.
Het schijnt niet mogelijk, de beide
partijen in het haringvisscherijconflict
tot overeenstemming te brengen. De
jongste poging om het conflict te
beëindigen is gedaan door de werk
nemersorganisaties, die den reeders
een nieuw voorstel voorlegden, dat
zich op vele punten bij het voorstel
van den Rijksbemiddelaar aansluit,
doch op enkele kardinale punten
daarvan afwijkt, nl. de regeling van
het binnenliggen en van de gages.
De visschers stellen nu voor, dat
na binnenkomst 36 uur onafgebroken
vrij zal worden gegeven. Dit blijkt
echter het onoverkomelijke punt te
blijven, want hierdoor worden de
reeders genoodzaakt een los- en
laadploeg in dienst te nemen, hetgeen
de kosten van het bedrijf aanzienlijk
zou opvoeren. Om deze reden hebben
dan ook thans weer de reederijen
dit nieuwste voorstel afgewezen, zoo
dat het einde der staking nog altijd
niet in zicht is.
Nadat Scheveningen juist een week
geleden het officieele badseizoen had
geopend, heeft het thans ook het
„congressenseizoen", waarvoor het
langzamerhand een zekere vermaard
heid heeft gekregen ingeluid.
Voorafgegaan door de opening van
de met dit congres in nauw verband
slaande internationale tentoonstelling
„De Weg" op Houlrust, in begin
der week in de groote zaal van het
Kurhaus de plechtige openingszitting
van het achtste Internationale wegen
congres gehouden.
De opening geschiedde door den
voorzitter van het congres, ir. W. G. C.
Gelinck, oud-inspecteur-generaal-
titulair van den Rijkswaterstaat, ter
wijl minister mr. dr. ir. J. A. M. van
Buuren een belangwekkende rede
hield over den wegenbouw in Neder
land en Nederlandsch-lndië.
Als jubilaris van de week mag
zeker niet onvermeld blijven de oud-
gouverneur-generaal van Nederl.-
lndië, tevens oud-minister van Kolo
niën en oud-gouverneur van West
Indië, mr. D. Fock, die den 19en
dezer zijn SOsten verjaardag vierde
en deswegen den dag daarop door
de talloos velen met wie hij gedurende
zijn lange politieke loopbaan in aan
raking is geweest, in Palace Hotel
te Scheveningen werd gehuldigd.
Bij deze huldiging waren verschei
dene leden van het zittende kabinet,
zoowel als van vroegere regeeringen
aanwezig, terwijl ook lal van Kamer
leden den krassen slaatsman hun
hulde kwamen betuigen.
Om het Britsch-Italiaansche
verdrag. Waarom Italië onge
duldig is. De strijd in China.
De vergadering, die de sub
commissievoorde niet-in menging
deze week gehouden heeft, is
wellicht een van de belangrijkste
bijeenkomsten van den laatsten
tijd te noemen. Ditmaal is n.1.
met alg. stemmen het Britsche
voorstel tot het terugtrekken der
buitenlandsche vrijwilligers ge
paard met herstel der controle
aangenomen, hetgeen in meer
dan een opzicht een verheugend
feit moet worden genoemd.
Van grooten invloed moet het thans
in de sub commissie voor de niet-
in menging op de Britsch-Italiaansche
betrekkingen, waarover juist in de
laatste dagen zooveel le doen was,
zijn. Wat is toch het geval'?
Toen twee maanden gelede het
Engelsch-Italiaansche accoord werd
onderteekend, voegde men daaraan
een voorwaardelijke bepaling betref
fende zijn inwerkingtreding toe. De
voorwaarde was. zoo stond de situatie
althans practisch, het einde van den
burgeroorlog in Spanje.
Formeel was nog de mogelijkheid,
welke niemand toen waarschijnlijk
achtte, open gehouden van een
vroegere inwerkingtreding, indien
over het terugtrekken der vrijwilligers
overeenstemmingkon worden bereikt.
Terwijl nu het einde van den bur
geroorlog, tegen alle verwachtingen
in, nog geenszins in zicht is, mag
rnen op het oogenblik zeggen, dat de
alternatieve voorwaarde op het punt
staat verwezenlijkt le worden. Is er
een aanvang gemaakt met de terug-
trekking der vrijwilligers, dan kan
het Britsch-Italiaansche verdrag in
werking treden.
Op het oogenblik hangt nu veel af
van een snelle en eerlijke uitvoering
van het Britsche voorstel Men mag
echter aannemen, dat zich daarbij
geen al te groote moeilijkheden meer
zullen voordoen Naar uit Frankrijk
verluidt, is de Pyreneeëngrens thans
hermetisch gesloten en dus kan er
ook voor Rome geen verder bezwaar
bestaan tegen het staken van den
steun aan Franco, die overigens in
de laatste dagen in Spanje weer
eenige successen heeft kunnen boeken.
Een gunstig teeken is, dat men in
Rome zeer gesteld schijnt te zijn op
spoedige inwerkingtreding van het
accoord met Engeland. Nog voor de
sub-commissie haar gelukkig besluit
nam, had graaf Ciano reeds aan den
Engelschen ambassadeur te Rome
laten weten, dat de Italiaansche
regeering gaarne zou zien, dat de
overeenkomst zoo spoedig mogelijk
in werking treedt. Londen meende
voorloopig niet aan dit verzoek te
kunnen voldoen, maar thans, na het
besluit van de sub-commissie, zijn er
geheel nieuwe mogelijkheden ge
opend en men kan als zeker aan
nemen, dat de Engelsche regeering,
die natuurlijk ook gaarne zou zien,
dat de overeenkomst met Italië van
kracht wordt, daarvan terdege gebruik
zal maken.
Het Italiaansche ongeduld berust
op meer dan een grond. In de eerste
plaats verslindt het Spaansche avon
tuur nog steeds enorme sommen en
derhalve wenscht mer, met de over
winning van Franco in het zicht,
thans een einde te maken aan de
inmenging, die tenslotte ook Barce-
lona ten goede komt en den strijd
dus slechts rekt. Een tweede oorzaak
van Italië's ongeduld moet echter
gezocht worden in den caïastrofalen
binnenlandschen economischen toe
stand. Het toch al aan deviezen
arme land is in den laatsten tijd door
drie natuurplagen geteisterd. In den
herfs van 1937, onmiddellijk na het
uitzaaien van de wintertarwe, vielen
in Noord-en Midden-Italië verschrik
kelijke regens, die een deel van het
zaad wegspoelden. Daarna volgenden
6 maanden van enorme droogte. En
tenslotte kwam in het voorjaar de
onverwacht felle vorst/De schade is
nu enorm groot en dat alle gebieden
bij fruit en wijn evenzoo als bij
groenten, graan en veevoeder.
Men neemt aan, dat Italië thans
minstens 1 millioen ton graan zal
moeten invoeren, terwijl anderzijds
vele uitvoer mogelijkheden, b.v. aan
wijn, fruit en kaas, zullen verminde
ren. Voor Italië, dat een groot gebrek
aan deviezen heeft, is dat een ver
schrikkelijk ongeluk en het is dan
ook geen wonder, dat rnen over de
grenzen naar hulp uitkijkt. Deze
kan voornamelijk echter slechts uit
Engeland komen, maar ook slechts
dan, wanneer de betrekkingen met
Italië geheel geregeld zijn. Dat weet
men ook in Rome en mede daarom
stelt rnen de inwerkingtreding van
het Britsch-Italiaansche accoord op
zoo'n hoogen prijs.
De strijd in China heeft door de
verschrikkelijke overstrooming van
Hwang Ho een geheel ander aanzien
gekregen. Hankau is thans van het
Noorden uit voor de Japanners on
bereikbaar geworden en slechts van
het Ooslen uit, langs de Jangtse
kunnen de Japansche troepen de stad
naderen, indien tenminste ook deze
rivier niet buiten haar oevers treedt.
Dat Hankau op den duur voor de
Chineezen niet te behouden zal zijn,
weet men ook in de kring van Tsjang
Kai-sjek, maar de verovering van de
stad zl minder snel in haar werk
gaan, dan de Japanners, die veel
haast hebben, gedacht hadden. En
zelfs indien Hankau ingenomen wordt
is de oorlog nog geenszins ten einde,
want weer zullen de legers van
Tsjiang Kai-sjek zich langzaam terug
trekken en nieuwe stellingen, verder
het binnenland in, betrekken. Vrede
zal er eerst zijn, dat wordt duide
lijker en duidelijker, wanneer deze
met Tsjiang Kai-sjek gesloten kan
worden. Dat is voor de Japanners,
die Chineesche „regeeringen" in Pe
king en Nanking hebben „gefabri
ceerd" en verklaard hebben, niet met
den Chineeschen maarschalk te willen
onderhandelen, een hard gelag.
Toch schijnt Japan den strijd nog
te willen uitbreiden en wel tot Zuid-
China. De bedreiging van Hainan
spreekt hier boekdoelen. En dat,
terwijl na een jaar oorlog de balans
er voor Japan zeker nog niet roos
kleurig uitziet. In Tokio oordeelt men
intusschen, dat men over een tijdperk
van een jaar nog niets kan zeggen
en dat men voorloopig de onlwikke-