OPGENOMEN DE IERSEKSCHE EN THOOLSCHE COURANT 13J NIEUWSBLAD VOOR HET EILAND THOLEN dag 15 November 1935 No. 46 Twee en vijftigste jaargang Tholen, Poortvliet, Scherpenisse, St-Maartensdijk, Stavenisse, St-Annaland en Oud-Vossemeer UITGAVE FIRMA J. M. C. POT, THOLEN - TEL. INTERC. 16 - POSTREK. 1043 1 01 11 V.T M] LSCHE COURANT ui versmijnt eiken r. Prijs pr kwartaal met (èillustreerd sblad ƒ1,376, franco ist f 1,63+ 15 ct. osten. Advertentiën van '1 tot 4 regels 75 ct.; iedere regel meer 175 ct. Grootte der letters naar plaatsruimte. Bij abonnement aanmerkelijke prijsvermindering. 8t met ELSs T| jgl V{j&7 De wijtiging van de Waren wet. Appil moes met een kleurtje als jam. Voorloopig geen ver laging van briefport. Het scbrikbedd der devaluatie. 'K De salarikortingen voorRijks- personeel. wijziging der Warenwet kan geen aljiemeene instemming in de hajdels- en fabrikanten- Dit blijet weer uit het adres, jet Verboid van Nederiandsche evers geijcht tot de Tweede naar aanleiding van het ge- d ontwerp Warenwet, door de 'ing bij de memorie van Ant- ingedienl. bedoeld acres wijzen de werk- op de [groote onzekerheid voor het bedrijfsleven is onl- melbetreknug tot de Warenwet, volg van dit wetsontwerp. den eenai kant wordt in het e artikel 13, alsmede in artikei bescherming van de eerlijkheid handel geschrapt, doch aan den en kant viaagt de regeering een ge van hel bedrijfsleven in de van controle. adres tóont aan, dat hel ge+ ;d wetsontwerp een geheel nieuwe ie schept, waarvan de gevolgeii overzien zijn. Zonder nadere hting van de regeering, betoogt verder, is dit voorstel niet rijp openbare behandeling. Uit dien Ee wordt er dan ook in het adres klem bij de Kamer op aange- ;eu, het wetsontwerp opnieuw afdeelingen te doen onderzoeken, einde de regeering in de ge heid te stellen haar bedoelingen angaande nader uiteen te zetten, de „eerlijkheid in den handel" el eens iets te wenschen over is juist dezer dagen gebleken, men tot de ontdekking kwam een fabrikant, die het niet zoo nam met bedoelde eerlijkheid, e appelmoes vermengde met andere (gelukkig onschuldig) e eu ze dan als.... jam verkocht rood gekleurd, dan heette ieil»essenjam, en was ze geel, dan het abrikozen jam. Eenvoudiger hel niet. is de regeering toch eerlijker, men weet, zijn met ingang November jl. enkele tariefs- igingen ingevoerd bij den dienst Posterijen, telegrafie eu telefonie, natuurlijk zeer loffelijk. De ing, waarnaar men echter het algemeen verlangend htelt ezien, namelijk die van aetbinnen- sche briefport is helaas uitge- be tri !s<e regeering geeft blijk, dat dit angen haar niet onbekend is, _lt zij verklaart„Hoeveel aan- J kelijks een verlaging van het fport in het binnenlaitdsch ver van 6 op 5 cent ook zau hebben an moet vooralsnog vorden af- tfen, omdat zulk een verlaging, ^le door de noodzakelijkheid om ere daarmede verband houdende even te verlagen, een derving van ige millioenen guldens aan in- isten metzichzou brengen, hetgeen het oog op den tegensvoordigen id van 's Rijksfinanciën niet ver woord kan worden geacht", lieruit blijkt wel, dat wij niet de >p behoeven te koesteren, binnen ienbaren tijd het briefport te zien lagen. )e devaluatie van den gulden blijft steeds het schrikbeeld,dat velen den lande voor oogen zweeft, in erwil van de formeele veiklaringen de regeering in dat opzicht beeft jelegd. Dat deze vrees velen maar niet laat, komt tot uiting in het adres, or de Nederiandsche Vereeniging or Waardevast Geld gericht tot de eede Kamer. In bedoeld stuk wordt door het hoofdbestuur van deze ver eeniging uiteengezet, dat „in breede kringen" de overtuiging heeft post gevat, dat aan een verandering van de monetaire politiek der regeering niet meer valt te ontkomen. Op grond hiervan komt het de vereeniging voor, dat het de plicht is van de Volksvertegenwoordiging om de regeering „in een andere richting te sturen dan die, welke zij tot dusverre heeft gevolgd." Critiek op de regeering van een andere zijde bleek uit de vergadering van de Centrale van Nederlandsch Overheidspersoneel te Den Haag, waarin de voorzitter een uiteenzetting gaf van de laatst gevoerde onder handelingen betrelfende de salarissen van Rijkspersoneel. Hij wees op het voordeel van ge- organiseerdoverleg, doch constateerde dat bij de nu vastgestelde korting geen sprake is geweest van overleg, omdat de regeering bij voorbaat in het Bezuinigingsplan had vastgesteld dat op de salarissen van het Rijks personeel een bedrag van 10 millioen moest worden bezuinigd, vooidat de onderhandelingen in de Commissie van Overleg hadden plaats gehad. Op deze wijze van „overleg" is ernstige critiek geoefend. Noodge dwongen heeft men nu deze korting moeten aanvaarden. Nauwelijksechter is deze korting aangenomen, of de regeering komt met nieuwe bezuini gingen. De moeilijke financieele toe stand van de schatkist moet worden bestreden. Het overleg moet tijdig kunnen plaats vinden. fi II 0 L Wapenstilstand wordt gevierd. llaliaansche successen in Oost-Afrika. De toestand in het Verre Oosten. Naar een „onafhankelijk" Noord-China? Begin dezer week werd in Londen, Parijs, Rome, Washington kortom in bijna alle landen, die indertijd aan den wereldoorlog hebben deelgeno men, de wapenstilstand gevierd. De wapenstilstandsdag, de dag, die nu zeventien jaren geleden een einde maakte aan den verschrikkelijksten aller oorlogen, die de wereld tot op het oogen blik gekend heeft. Toen in 1918 de laatste duizenden soldaten in de loopgraven den dood gevonden hadden, legde de inenschheid de plechtige gelofte at, dat dit de laatste oorlog was, die men gevoerd had. De staatslieden van dien tijd kregen de lang niet gemakkelijke opdracht, de wereld in dien zin te hervormen, dat een oorlog niet meer tot de mo gelijkheden kon worden gerekend. Zij zijn iu deze bovenmenschelijke taak helaas niet geslaagd. Hun fouten zijn vele, te vele geweest. liet Verdrag van Versailles, dat de basis van den toekornstigen wereldvrede moest zijn, faalde en kon ook niet anders dan falen. Men kan de wereld nu eenmaal niet in overwinnaarsen overwonnenen verdeelen, zonder dat deze laatste categorie tegen deze positie in opstand geraakt. Van het Verdrag van Versailles is op het oogenblik dan ook zoo goed alsniets meer over. En de Volkenbond, het schoone ideaal van den Ameri kaan Wilson hoe is het daarmede gegaan 1 Beter dan met het zooeven genoemde verdrag, dit moet direct op den voorgrond gesteld worden. Zeker, het Geneefsche Instituut heeft vele oorlogen niet kunnen voorkomen ook den Italiaansch-Abessijnschen niet maar anderzijds heeft het successen kunnen boeken, die zonder zijn bestaan in geen geval behaald zouden zijn. En juist op het oogenblik, nu mén weer aan den vooravond van een wereldoorlog schijnt te staan, groeit er in de Zwitsersche stad een geest van samenwerking, die niet anders dan verheugend is te noemen, en die den burger nog niet allen moed op een betere toekomst doet verliezen. Want de sancties, die nu a.s. Maan dag in werking zullen treden, kunnen niet anders worden beschouwd dan als een uiting van den wil van het meerendeel der volkeren, om tot eiken prijs den vrede te bewaren. Desondanks moet worden toegege ven, dat de wereld weinig leer uit den wereldoorlog heeft weten te trekken en dat de wil tot den vrede van de meerderheid nog geenszins in staat is om den wensch van de min derheid aan Mars hulde te brengen, te onderdrukken. In Oost Alrika gaan de Italianen rustig verder het land van den negus te veroveren, waarbij zij in de loopende week 'groote suc cessen behaald hebben. In het Noorden werd Makallé ge nomen en in het Zuiden Gorohai en op het oogenblik zijn de Italiaansche linies nog meer naar voren geschoven. De vroegere berichten over de grootte van het Abessijnsche leger schijnen dan ook wat voorbarig te zijn geweest. Tegen de moderne be wapening van de Italianen schijnen de Ethiopische krijgslieden niet op gewassen te zijn. Anderzijds nemen de Italianen geen enkel risico, zoodat hun zelf tot op het oogenblik ook de kleinste nederlaag is bespaard geble ven. Ook rukken de Italianen thans in een sneller tempo op, wat echter nog geenszins wil zeggen dat de oorlog nu van korten duur zal zijn. Het moeilijkste gevechtsterrein, de verraderlijke Abessijnsche bergen, ligt nog voor de Italianen en daar zullen zij slechts langzaam kunnen vorderen. Welk gebied de Italianen zich tenslotte zullen kunnen toeëigenen zal echter niet op het ooflogstooneel, maar tusschen Rome, Londen en Parijs worden uitgemaakt. In het Verre Oosten staan eveneens bijzondere dingen te gebeuren. Reeds thans is het zoover, dat een nieuw Chineesch rijk, onder Japanschen invloed, naast Mantsjoekwo zal wor den geschapen, n.l. het Noordelijk gedeelte van Cliina, wat dan waar schijnlijk de welluidende naam van Hosjantsjakwo zou krijgen. Deze nieuwe staat zou dan eveneens als Mantsjoekwo niet veel meer dan een kolonie van Japan zijn. Maar ook meer naar het Zuiden, in Shanghai, trachten de Japanners hun invloed uit te breiden. Daar heeft men ver schillende uitingen van een anti- Japansche stemming benut, om in de stad een paar duizend man Japansche troepen te stationneeren. Zooals van zelfsprekend heeft dit de Chineezen in groote angst doen verkeeren. Men is nog steeds niet vergeten, dat de aanslag op een Japanschen soldaat aanleiding heeft gegeven tot de ves tiging van den „onafhankelijken" staat Mantsjoekwo. Ook tusschen Rusland en Japan botert het weer weinig. Talrijk zijn de grensincidenten, die dan weer aanleiding geven tot het uitwisselen van scherpe nota's tusschen Moskou en Tokio. In het middelpunt staat hier de strijd om Mongolië. Ware het Siberische leger van generaal Blücher niet zoo sterk en .beschikten de Russen niet over uitstekende bom- meneskaders, die de groote Japansche steden niet weinig last zouden ver oorzaken, dan hadden Mongolië en een flink stuk Oost-Siberië reeds lang in denzelfden toestand verkeerd als Mantsjoerije. Thans zoekt het Japan sche imperialisme nog maar liever zijn gebiedshonger in het verdeelde en weerlooze China te bevredigen. DE GEVOLGEN DER STEUNPOLITIEK WORDEN STEEDS DUIDELIJKER!! B Toen minister Verschuur onder den drang der zich opeenstapelende moei lijkheden de eerste incidenteele cri sismaatregelen tot steun van den landbouw afkondigde, kon niemand voorzien waarheen dit stelsel op den duur zou leiden. Langzamerhand moesten de van elkaar los staande maatregelen tot een geheel worden samengevoegd, en nu wordt het dui delijk dat deze steun niet tot den landbouw beperkt kan blijven. Het wetsontwerp tot industrie fi nanciering is ingediend, en dit belooft de basis te worden voor een soort gelijken steun aan de industrie. Ook hierbij is het met incidentieele maat regelen begonnen, met de steun aan de scheepvaart en met bepaalde on dersteuning door het werklonds, doch sneller dan bij den landbouw moest men er toe overgaan een algemeen kader te scheppen, waardoor het ge- heele terrein systematisch zal worden behandeld. Dit is ten aanzien van de industrie natuurlijk daarom noodzakelijk, omdat deze oneindig meer gevarieerd is dan de landbouw, zoodat hier met inci dentieele maatregelen spoedig de meest hopelooze verwarring zou heer- schen. Leest men de toelichting van het wetsontwerp aandachtig, dan ojit- moet men daar woorden als export subsidie op een openlijke wijze, terwijl tot nu voor dergelijke maatregelen steeds fraaiere woorden waren uit gedacht, die minder aanstoot gaven. Blijkbaar komt er dat nu niet rneer op aan. Wij zijn het er mee eens, dat men de dingen bij de naam be hoort te noemen. De regeering stelt in dit wetsontwerp duidelijk voorop, dat de hulp aan onze industrie in de eerste plaats voor de exportproducten moet gelden, en dat daarnaast zekere steun dient te worden verleend aan de industrie voor de binnenlandsche markt. Voor zoover het bestaande industrieën betreft, wordt die steun thans reeds gegeven door contingen- teering, maar hier gaat het om nieuw op te richten bedrijven, die over de eerste moeilijkheden heen moeten worden geholpen, otn later natuurlijk doorcon tingen teeringof invoerrechten blijvend te worden beschermd. Unze exportindustrie zal daarbij op exportsubsidie of exportpremie kunnen rekenen, welke gelden op de een of andere wijze moeten worden opgebracht. Men kan een leening verdedigen ten behoeve van nieuw te slichten bedrijven, maar men kan dat niet doen voor subsidies aan boven staande bedrijven, die anders met verlies zouden exporteeren. Hier gaat het om gelden die verloren zijn, en waarvoor dus niet mag worden ge leend. Ook de scheepvaart en de scheeps bouw zullen op dien steun aanspraak maken. De Vereeniging voor de Staathuishoudkunde heeft in haar jaarvergadering op 2 November de moeilijkheden voor de scheepvaart besproken, en het was duidelijk, zoo wel uit de prae-adviezen als uit de discussies, dat niemand eenige andere mogelijkheid ziet dan subsidie en steun om de scheepvaartbedrijven voor ondergang te behoeden. Daar zij bovendien financieel ten eenenmale niet in staat zijn om hun vloot op peil te houden en aan te passen aan de moderne verbeteringen, zal men ook voor den bouw en verbetering van schepen tot subsidieering moeten overgaan. Op zichzelf is hierin niets schrik wekkends gelegen. Het zijn allemaal maatregelen, die ook in vele andere landen worden toegepast, zonder dat deze daarvan tot nu toe nadeelige gevolgen hebben ondervonden. Alleen is het volkomen duidelijk, dat bij een dergelijke algemeene doorvoering van de steunpolitiek de grondslag voor verdere aanpassing geheel en al verdwijnt. Aanpassing van loonen en vaste lasten was tot nu toe mo gelijk omdat de prijzen daalden. Worden de prijzen echter hooger ten gevolge van een verder doorge- voerden steun, hetzij doordat de pro ducten zelf duurder worden, hetzij doordat de belastingen moeten stijgen, dan is er geen argument voor verdere aanpassing aanwezig, terwijl export steun wanneer deze eenmaal is ingevoerd zich onvermijdelijk zal uitbreiden, en ook den prikkel tot verlaging der kosten in de uitvoer- bedrijven zal verminderen. Het verlies wordt toch in de vorm van subsidie door den staat bijgepast. Wij gaan op deze wijze rechtstreeks den weg op van de landen der ui terste protectie, landen met een hoog binneniandsch kostenpeil, die hun grenzen zooveel mogelijk moeten af sluiten en die den export zwaar moeten subsidieeren. Slechts door stelselmatige verhooging der belas tingen en der staatsleeningen kan deze staatshuishouding eenigen tijd worden voortgezet. Dat het in Duitschland niet lot een instorting is gekomen ligt hierin, dat men in werkelijkheid de loonen daar belangrijk heeft verlaagd, en boven dien, nadat eerst de oude schulden door de inllatie van 1923 waren ge annuleerd, ten tweede male in 1930 tot nu toe een streep door een be langrijk deel der latere schulden heeft gehaald. Waar ons land zich dergelijke han delingen niet kan veroorloven, moet deze weg veel spoediger doodloopen dan zulks in andere landen dreigt te gebeuren. VAN DE WAL IN DE SLUUÏ. Het gebeurde in de Westerstraat te Amsterdam. Een aanrijding komt daar vaker voor. Een vrachtauto voor vleesch- vervoer gebruikte een marktkraam als openbaren weg hetgeen voor den houder van de kraam natuurlijk niet bepaald winstgevend was. De gevolgen bleven dan ook niet uit. Te midden van brokstukken van de negotie werd een hartig woordje gezegd en de chauffeur en de koopman waren weldra in een zoo hoogloopenden twist gewikkeld, dat zelfs de Amster dammers hoe is 't mogelijk, want die zijn niet zoo gauw geïnteresseerd! van alle zijden kwamen aanloopen. Toen er een heele oploop was ont staan, oordeelde een politieagent het nuttig de ruzie op het politiebureau te beslechten. Hij nam daarom chauf feur en marktkoopman mee naar de dichtsbijzijnde post. Ondertusschen stond de vrachtauto als een hinderlijk verkeersobstakel dwars over den weg hetgeen een burger zoozeer aan het hart ging, dat hij den agent aanbood om de auto naar het bureau te rijden. De agent ging hiermee accoord Nauwelijks was de wagen in bewegiug of hij reed een klein knaapje aan, dat echter slechts licht gewond werd. Van de verwarring die ontstond, maakte de hulpvaardige chauffeur gebruik, om met de auto weg te rijden, niet naar het politiebureau, maar de Wester straat uit, een hoek om eu de groote hoofdstad in! 's Avonds werd de vrachtauto in de Jan Hansenstraat onbeheerd terug gevonden, met sterk geslonken inhoud. Alleen een kuip vet was overgebleven. De politie tracht nu uit te vinden, wie haar zoo vriendelijk heeft ge holpen. OPRUIMING EN UITVERKOOP. Het eerste proces-verbaal krachtens de nieuwe wet is er reeds. De gemeente-politie te Veendam heeft een manufacturier bekeurd, die coupons sloffen, tegen verlaagden prijs ten verkoop aangeboden heeft, zonder zich vooraf te hebben voor zien van een vergunning van de commissie, ingesteld door de Kamer van Koophandel.

Krantenbank Zeeland

Ierseksche en Thoolsche Courant | 1935 | | pagina 1