WAARIN OPGENOMEN DE IERSEKSCHE EN THOOLSCHE COURANT
®BUITENLAF
ü-
NIEUWSBLAD VOOR HET EILAND THOLEN
WT
Vrijdag 6 September 1935
No. 36
Twee en vijftigste jaargang
Tholen, Poortvliet, Scherpenisse, St-Maartensdijk, Stavenisse, St-Annaland en Oud-Vossemeer
UITGAVE FIRMA M. C. POT, THOLEN - TEL. INTERC. 16 - POSTREK. 1043
Eerste Blad.
THOOLSCHE COURANT
Dit blad verschijnt eiken
U Vrijdag. Prijs per kwartaal
'j0,80; met Geïllustreerd
U Zondagsblad /'1,376, franco
j; j 'per post f 1,65 -f- 15 ct.
•jiisp. kosten,
i
Advertentiën van 1 tol 4
regels 75 ct.iedere regel
meer 175 ct. Grootte der
letters naar plaatsruimte.
Bij abonnement aanmerkelijke
prijsvermindering.
l'i
jj PUBLICATIEN.
Burgemeester en VVeihouders van Tholen
naken bekend, dat tegen Donderdag 12
September a.s. gelegenheid beslaat lol aangifte
Goor ruiming van privaatpuiten,
In den voormiddag van dien dag sullen
jljhcherven, enz. door den reinigingsdienst
liworden opgehaald.
Tholen, den 4 Sept. 1935. 10
|i] De BURtiEMEEdTER van Tholen zal op
,''|4aiordag den 14 Sept 1935, dos middags
j|j e 12 uur, ten Raadhuize aldaar,
|,V EEN HOOP COMPOST
1 publiek verkoopen 8 44637
De aanwijzing geschied! door den Knrremau
i
«gras..
O 1
8]
1
|.(j De ministers in Den Haag
terug. Een arbeidersdele-
lgatie naar het Roode Para
dijs. Een opfrisschertje
na een inbraak. Koningin
Astrid in ons land herdacht,
t Buitenlandsche piloten bij de
K. L. M.
•1 Wij schieten alweer aardig op naar
•ide opening van de Staten-Generaal.
De ministers komen weer in Den
Ktlaag terug Dr. Golijn heeft zijn
I ^ambtsbezigheden hervat op het depar
tement van Koloniën, terwijl hij tevens
Defensie overnam van Dr. Deckers,
die, zooals men weet, overgegaan is
i naar een ander departement. Uok de
L ministers van binneulandsche zaken
•eu onderwijs, kunsten en welen
schappen hebben hun plaatsen weder
ingenomen. Nu is het wachten nog
maar op de millioenen-nota...
Dat deze niet zal meevallen, is wel
zoo goed als zeker. De uitkeering
aan weikloozen, om maar iets te
noemen, verslindt reusachtige som
men. Op hetontwerp-gemeen tebegroo-
ting voor 1936 voor Den Haag alleen
vinden wij voor Maatschappelijk llulp-
i betoon uitgetrokken een bedrag van
bijna 14 millioen, waarin het Dijk
voor een groot deel participeert. Hier
naar kan men eenigszins afmeten,
wat er aan steun in verschillenden
vorm moet worden uitgekeerd.
Misschien zal hierin verbetering
komen als de delegatie van arbeiders
welke onder auspiciën van de V. V.
S. U. (Vereeniging van Vrienden der
jSowjet-Unie) een kijkje zal gaan
nemen in Rusland, weder hier te
lande is teruggekeerd. Daarginds is
immers alles even ideaal iedereen
werkt en geen mensch lijdt honger,
steunverleening is er onbekend,
kortom, in Rusland is het „pas goed".
Men moet moet zich er eigenlijk over
verwonderen dat de „arbeiders", die
zoo'n paradijs aanschouwen nog naar
hun eigen land terug willenDe
heeren willen er alles vrij(U) mogen
onderzoeken, natuurlijk onder leiding
van een uitgezocht stel roode kame
raden, zoodat ze niets te zien zullen
krijgen, wat een schaduw zou kunnen
werpen op hun schitterende indruk
ken van dezen Rooden Hemel.
De beide heeren, die verleden jaar
werden geknipt toen ze een Amster-
damschen effectenmakelaar nage
maakte aandeden van de H. V. A.
ten bedrage van bijna een ton in de
handen stoppen, moeten voorloopig
afzien van de voortzetting van hun
lucratief, maar gevaarlijk handwerk.
In honger beroep is het vonnis van
de rechtbank bevestigd. Ze gaan dus
elk voor drie jaar achter de tralies,
minus een half jaar voorarrest.
Wat zij in het groot probeerden,
doen anderen in het klein. Met atta
queeren van brandkasten schijnt
tegenwoordig een manie te zijn ge
worden onder bet dievengilde. Den
eenen keer zijn zij fortuinlijker dan
den anderen.
De slag, dien zij te Rotterdam in
liet Capitol-theater sloegen, was nogal
de moeite waardzij maakten 5800
gulden in contant geld buit. Zij waren
zuo onbeleeid om geen vingerafdruk
keu achter te laten.
In verband met het verscheiden
van Koningin Astrid van België heb
ben ook in ons land op verschillende
plaatsen plechtige herdenkingen plaats
gevonden. In Den Haag werd ge
wijde muziek uitgevoerd in de Kloos
terkerk, welke uitvoering werd uitge
zonden door de N. G. R. V. In de
katholieke keik aan den Boschkant
aldaar werd een plechtige mis opge
dragen, evenals m de basiliek te
Hulst.
Algemeen heeft men een sympa
thiek medeleven kunnen constateeren
met de zoo zwaar getroffen Konink
lijke familie van het bevriende België.
Vele particulieren hebben de vlag
hall-stok uitgestoken.
ji. M. de Koningin heeft den hof
rouw afgekondigd voor den lijd van
veertien dagen. Zelfs over haar ver
jaardag heelt de droeve gebeurtenis
een schaduw geworpen. Hoewel deze
op rustige en onopvallende wijze te
St. Fillans werd gevierd, zou er toch
een klein partijtje aan verhonden
worden, waarvoor verschillende leden
van den hoogen Seholschen adel
waren uitgenoodigd. In verhand ech
ter met den onverwachten dood van
Koningin Astrid is aan ait voornemen
geen gevolg gegeven.
Mede naar aanleiding van de ver
liezen aan geschoold personeel, die
de K.L.M. helaas in de afgeloopen
maanden heelt geleden, zag zij zich
genoodzaakt, haar corps vliegtuig-
bestuurders aan te vullen met enkele
ervaren piloten, zij het dan, dat dezen
slechts een lijdelijke aanstelling
krijgen.
De keus is daartoe gevallen op
buitenlandsche bestuurders met een
uitstekende reputatie op "vlieggebied
en een groote ervaring. De uitnoodi-
gingeu zijn gericht aan een Deen-
schen en een Oostenrijkschen piloot.
Indien zij deze aannemen, zullen zij
in hoofdzaak dienst doen op de Euro
peesche lijnen van de K.L.M.
De raadszitting van den
Volkenbond geopend. Wat
er van Genève te verwachten
valt. Waarschijnlijk nog
geen sancties. De Italianen
op hun teenen getrapt.
Een dag na de begrafenis van de
Belgische koningin vond elders in
Europa, namelijk te Genève een an
dere plechtigheid plaats, weliswaar
veel minder indrukwekkend, maar
waarschijnlijk nauwelijks minder,
tragischde opening van de zitting
van den Volkenbondsraad, waarin
zal worden uitgemaakt, of thans in
1935, 21 jaren na het uitbreken van
den meest verschrikkelijken oorlog,
dien de menschheid tot op dat oogen-
hlik had gekend, nog eens geweld
hoven recht zal gaan. En voor den
objectieven toeschouwer is het dui
delijk, en hij constateert dit met den
schrik in het hart, dat het ook dit
maal het geweld zal zijn, dat de
overwinning wegsleept. De beslissende
eindstrijd, die op het oogenblik te
Genève gestreden wordt, zal naar
alle waarschijnlijkheid van een hef
tigheid zijn, zooals wij zulks sinds
den wereldoorlog niet meer beleefd
hebben. En het merkwaardige is
daarbij, dat de „heroïsch Romeinsche"
toon van de Italiaansche pers lang
zamerhand ook door de couranten
van andere landen wordt overge
nomen. Ook de Engelsche bladen
gaan te keer op een wijze, die eigen
lijk al heel slecht bij het nuchtere
wezen van den Bril past. Desondanks
hebben wij op het op oogenblik, dat
dit geschreven wordt, nog de vrije
keus tusschen alle mogelijke oplos
singen zoowel ten goede als ten
kwade. Wij kunnen aan oorlog, com
promis óf gemeenschappelijke actie
denken.
Op het oogenblik kan er intusschen
geen twijfel aan bestaan, dat de
tegenstelling tusschen Engeland en
Italië weer verscherpt is. Voor Enge
land is het daarbij een nadeel, voor
Italië, echter een voordeel, clat de
negus op het allerlaatste oogenblik
coucessies heeft gegeven voor het
boren naar petroleum aan een onbe
kende groep Engelsehen of Ameri
kanen, vertegenwoordigd cloor een
geheim zin u igen mr. Ricket. Ondanks
alle verklaringen van de Engelsche
regeering, die intusschen zeer ge-
loolwaardig klinken, dat zij van de
geheele zaak niets afwist, verwijt
Rome nu aan Londen een schaamte-
looze belangenpolitiek. De Italiaan
sche pers heeft voor dit geval zelfs
al een leuze gevonden „Zij (de En
gelsehen) zeggen Volkenbond en zij
rneeneu petroleum".
Nog iets merkwaardigs valt er in
dezen tijd op te merken. Terwijl
vroeger tusschen mobilisatie en oorlog
slechts weinige uren stonden, groeit
thans het tijdsbestek tusschen deze
beiden meer en meer. Zoowel Engeland
als Italië en Abessinië hebben alle
militaire voorbereidingen getrolleu,
die zij voor eeu toestand van oorlog
in werkelijkheid noodig hebben.
Italië bijv. heeft niet slechts in
theorie, maar ook in werkelijkheid
reeds op groote schaal gemobiliseerd.
Dagelijks worden nieuwe troepen
naar Oost-Afrika gezonden, terwijl
het anderzijds mogelijk blijkt bij Bozen
een leger van een hult millioen op
de been te houden.
Over de economische mobilisatie
hebben wij reeds in ons vorig overzicht
gesproken. Het geheeleindustrieproces
en het handelsverkeer van het land
is uit de oude hanen geleid en het
wordt steeds duidelijker, dat men
hierbij niet alleen rekening met een
oorlog in Oost-Afrika, maar ook met
een gewapend conlliet in de Mlddel-
landsche Zee rekening houdt.
Desondanks worden de grenzen
tusschen mobilisatie en oorlog nog
niet overtreden. Geruchten over een
strijd tusschen Italianen en Abessynen
die begin dezer week de ronde
deden moeten naaf het rijk der
fabelen worden verwezen. Men houdt
het geweer gereed en wacht erop,
of de ander niet beginnen wil. Men
schijnt te gelooven, den tegenstander
door deze houding tot toegeven te
kunnen dwingen.
Deze politiek is intusschen om
tweeërlei redenen gevaarlijkin de
eerste plaats wordt daardoor liet weer
standsvermogen van den tegenspeler
in dit geval Engeland verhoogd.
Iedere stap die op toegevendheid
zou wijzen, behoort op gronden van
propaganda en prestige voor het Fo-
reign Office tot de onmogelijkheden.
Anderzijds grijpt het Abessynsche
conflict als locale gebeurtenis steeds
meer in de internationale politiek in.
Wat nu onder deze omstandigheden
van de huidige Volkenbondszitting
te verwachten Reeds nu ziet het er
naar uit, dat Engeland bij de laatste
beslissingen niet alleeu Italië maar
ook Frankrijk als tegenstander moet
beschouwen. Mussolmi voelt zich ze
ker. Hij voelt zich in den rug door
geheime militaire verdragen met
Frankrijk gedekt. Dit brengt den
stijfkoppigen Eden in een situatie,
die alles behalve eenvoudig en ver
heugend is.
Welke uitwegen blijven er nu over
Ook op dit oogenblik is een vreed
zame oplossing nog mogelijk. Maar
een poging- daartoe-is gelijk aan een
smal pad met vele prikkeldraadver
sperringen. Blijft dus nog de moge
lijkheid van 'n zeker propagandistisch
succes te Genève, doordat men de
openbare meening tegenover de Ita
liaansche oorlogs en annexatiezucht
mobiliseert. Engeland zou door een
dergelijke nog niet tot sancties zijn
toevlucht zoekende politiek in ieder
geval nog eenigen tijd een afwachtende
houding kunnen aannemen.
Mussolini kan, tegen de openbare
meening in, in Abessinië zijn slag
slaan. Engeland zal dan voorloopig
toezien, totdat er door een snelle
overwinning van den Duce dan wel
door een langdurigen guerrillaoorlog
nieuw licht op den toestand wordt
geworpen.
Wij meeneu, dat dit het resultaat
van de huidige Volkenbondszitting
zal zijn. Voorspellen laat zich echter
niets meer. Naast militaire en poli
tieke verwikkelingen loopen ook eco
nomische. Italië is voor een groot
deel op zichzelf aangewezen. Het
moet maar zien, hoe het zijn handel
en industrie.zijn valuta en zijn prestige
door deze isoleeiing heenstuurt.
De afgevaardigde van Abessinië
Prof Jèze heeft den Italianen goed
de waarheid gezegd en hun doel
einden, dit iand zonder meer te ver
overen in het licht gesteld. Hij deed
een beroep op de leden van den
volkenhond om met alle middelen
die hen tendienste staan een aanval
van Italië te verhinderen.
De Italianen verlieten daarop de
vergadering.
De voorzitter Litwinof viel Italië
ook scherp aan en riep de mede
werking van den Raad in om voor
geen middel en geen beslissing terug
ie deinzen om een conflict tusschen
twee leden van den bond te beletten.
Vanzelfsprekend heerscht er thans
groote onrust en is de toestand zeer
critiek geworden.
GEMEENTERAAD
ST. ANNALAND. Gemeenteraads
vergadering van Dinsdag 3 Sept.
De voorzitter heet allen hartelijk
welkom op deze eerste zitting, in 't
bijzonder de nieuwe leden Stols en
Van den Boogaard.
Na voorlezing van het ambtsgebed,
door allen staande aangehoord, leggen
alle leden in handen van den voor
zitter den zuiverings- en ambtseed af.
Hierna wenseht de voorzitter allen
geluk met de aanvaarding van hun
ambt. Hoewel hij niet weet wat de
tijd zal brengen, moet er, gezien de
tegenwoordige omstandigheden, toch
op gerekend worden, dat het werk
niet gemakkelijk zal zijn. Er is met
vele zorgen te kampen. Toch geeft
hij den Raad niet te pessimistisch te
zijn, daar dit het uitzicht op betere
tijden zou kunnen verhinderen. In
tegendeel, men moet met goeden
moed de toekomst tegemoet zien. Hij
hoopt dat de verhouding in den raad
goed moge zijn en de werkzaamheden
eendrachtig verricht zullen worden.
Hij verklaart indien noodig de
nieuwe raadsleden steeds gaarne van
voorlichting te zullen dienen, en
vertrouwt dat ook hun ambtgenooten
dit willen doen. Hij eindigt met den
wensch, dat in de nieuwe zittiif^s-
periode, onder 's Hoogsten zegen,
nuttigen arbeid voor de gemeente
verricht zal kannen worden.
Bij. de wethoudersbenoeming wordt
in de eerste vacature herkozen de
heer M. J. Heijboer met 4 stemmen,
terwijl 3 stemmen zijn uitgebracht
op den heer A. G. Geluk. In de tweede
vacature wordt eveneens met 4 stem
men herkozen de heer G. Goedege-
buure, tegen 3 stemmen op den heer
F. J. Stols.
De voorzitter feliciteert de her-
kozenen en wijst op het groote ver
trouwen dat uit deze herkiezing
blijkt, hij dankt de heeren voor hun
trouwe medewerking en drukt zijn
genoegen uit over de prettige vriend
schappelijke geesi die in de afgeloopen
4 jaren steeds in het college van B.
en W. heeft geheerscht.
De heeren Heijboer en Goedege-
buure danken degenen die hun stem
op hen hebben uitgebracht en betuigen
den voorzitter hun erkentelijkheid
voor de vriendelijke en waardeerende
woorden tot hen gericht. Zij verklaren
weer naar hun beste weten de be
langen der gemeente te zullen be
hartigen.
Aan de orde komt nu het voorstel
tot herziening van de verordening
op de vaststelling van het kaai- en
havengeld, waarover in de vorige
vergadering de stemmen staakten.
De heer Stols vraagt eerst eenige
gegevens omtrent de totale opbrengst
van de genoemde gelden en de totale
bedragen van rente en aflossing van
de op de haven drukkende schulden.
De voorzitter geeft die als volgt
over'34opbrengst havengeld f4647.67;
opbrengst kaaigeld f2772.72. Totaal
dus f7420.39. Aan rente moest worden
betaald f 1630.75; aan aflossing f2965.
Totaal f 4595.75. Overschot f2824.64.
Op een desbetreffende vraag van
den heer Stols antwoordt de voor
zitter, dat dit geheele restant wordt
gebezigd voor onderhoud haven en
toegangswegen en dat dit elk jaar
nog een tekort oplevert, al mag er
een matige winst worden gemaakt.
Dit gebeurt hier echter nooit. Boven
dien zijn de inkomsten dalend, blij
kende uit de raming voor 1936 die
slechts f6500 aan opbrengsten toont
tegen "f6673 aan uitgaven.
Op de vraag van den heer Stols
hoever die toegangswegen zich uit
strekken, antwoordt de voorzitter, dat
iedereen dit zelf kan uitmaken.
De heer Stols merkt op dat dat
móéten bestrijden van de onderhouds
kosten der toegangswegen toch geen
eisch is van Ged. Staten. Met het
oog op de moeilijke tijdsomstandig
heden, ook voor de landbouwers en
de schippers, vindt hij het onbillijk,
dat alleen die personen dit onderhoud
betalen, terwijl toch ook andere bur
gers van die wegen gebruik maken.
De voorzitter zegt dat dit vooral
zoo geregeld is en dat die andere
burgers de wegen niet stuk maken.
Bij de polders is het immers niet
anders. Daar betalen toch ook alleen
de grondeigenaars de polderlasten.
De heer Stols bepleit nogmaals de
wenschelijkheid om den druk meer
te verdeelen en niet alleen op die
bepaalde categorieën te Iaden. Bo
vendien wijst hij nog op een andere
onbillijkheid, n.1. de betaling bij hij
lading en de verhooging van haven
geld met 5 c. per ton tusschen 15
Sept. en 15 Dee. Volgens hem is dit
op het eiland Tholen toch nergens
anders het geval, terwijl hier verreweg
het meest verladen wordt. Wanneer
deze verhooging in andere gemeenten
niet noodig is, begrijpt hij niet waar
die dan hun toegangswegen van be
kostigen.
De voorzitter zegt dat daar dan de
gewone bevolking het tekort zal
moeten bijpassen, wat ook hier het
geval is, doch in mindere mate. En
wat dat havengeld betreft wil hij
opmerken, dat de schipper dit niet
betaalt. Immers, het havengeld wordt
geconditioneerd bij de vrachtprijs.
De heer Pleijboer wijst er nog op
dat in het begin van het seizoen bij
laden van kleine hoeveelheden, nooit
wordt gevaren per vrachtprijs, doch
altijd per lading, zoodat ook dan het
nadeel voor den schipper ondervan
gen is.
De heer Stols blijft bij zijn opvatting
dat getracht meet worden den bij
zonderen druk op bepaalde groepen
te verlichten en stelt daarom voor
de genoemde verhooging ad. 5 cent
van 15 Sept. tot 15 Dec. te laten
vervallen.
Dit voorstel wordt met 4 tegen 3
stemmen (rechts tegen links) ver
worpen.
Daarop wordt het voorstel van B.