AARIN OPGENOMEN DE IERSEKSCHE EN THOOLSCHE COURANT
N;V|
1M
PUROU
NIEUWSBLAD VOOR HET EILAND THOLEN
^NKij(Iag 25 Januari 1935
No. 4
Twee en vijftigste jaargang
en.
trbank
)r aap); met Geïllustreerd Tholen, p00rtvliet, Scherpenisse, St-Maartensdijk, Stavenisse, St-Annaland en Oud-Vossemeer
UITGAVE FIRMA J. M. C. POT, THOLEN - TEL. INTERC. 16 - POSTREK. 1043
Tholl
T00§nwoordi»en »de li^d van °Poe"
U gebrand
verzacht- geneest.1
wmsm.
TTT
Int
32251
fi recl
THOOLSCHE COURANT
^ns d lad verschijnt eiken
racht^d;
ag. Prijs per kwartaal
agsblad ƒ1,376, franco
zendijjost ƒ1,65 15 ct
kosten.
15 cei
T. Ze
ThoL
3ermi
Advertentiên van 1 tol 4
regels 75 ct.; iedere regel
meer 175 ct. Grootte der
letters naar plaatsruimte.
Bij abonnement aanmerkelijke
prijsvermindering.
PUBLICATIËN.
337$ JRGEMEËSTF.R EN WETHOUDERS
recll, XHOLEN maken bekend, dat met ingang
t
on
heden door ben op de lijst bedoeld in
8 der Armeuwet rijn geplaatst
Ide kerkelijke instelling „Vrije Gerefor-
8 Uiiineerde Gonieente", en de gemengde
instelling „Pot-Meyer-fonds".
Pholen, 11 Januaii 1925. 9
liletze De goede oude tijd
QZ. V
cheidf^niangs heeft een schrijver den
wa'J,oemd, welke uitspraak hij grondde
het jeugdige uiterlijk van de te-
jnwoordige vrouw tot op een leeftijd,
LQlurop zij vroeger als „oud" werd
ichuuwd Aan deze uitspraak werden
herinnerd, toen we in den trein
|amen te zitten tegenover twee
bes,die zeer veel op elkaar geleken,
uiterlijk zoowel als in kleeding.
nze eerste gedachte wastwee
,ters. Toen raakten we weer aan
twijfelen: mogelijk moeder en
(chter? Maar wie was dan de moeder
wie de dochter?— We speurden
ar een grijs haar. Niet te zien.
:n rimpeltje om het oog. Afwezig,
irschil in iippenkleur. Van beiden
rsrood. De kunst had in dit geval
,et alleen de moeder onherkenbaar
maakt, maar de dochter evenzeer,
i vermoedelijk zouden we thans
N )g in twijfel verkeeren, als we uit
en mond van de eene niet een
^fnama" hadden opgevangen.
Misschien moeten we „de eeuw van
poe" naar het Rijk der spotternij
erwijzen, maar „de eeuw der ge
lijkheid voor alle vrouwen" is het
J (eer zeker. Een goéde 30 jaar geleden,
iij den aanvang dezer eeuw, deed
e dochter moeite om op de moeder
{e lijkeu, thans bootst de moeder de
ochter na.
"1 Eigenaardig vonden wij deze ver
andering in levensverhouding geka-
raliteriseerd in „Die goede, oude lijd"
5n ran Cornelis Velh.
„Er was vroeger ook zelfstaudig-
ieid" zoo zegt hij. „Er waren er
Dnder onze moeders, die haar leven
elf hadden weten te maken, en ook
haar genoegens zelf wel konden en
wisten te kiezen. Maar er kwam in
haar leven een tijd, waarin zij geen
ander zelf kenden dan het gezin,
waarin zij geen andere genoegens
begeerden dan de voldoening over
het lot van de leden van het gezin".
Bij de gezeten burgerij althans,
die toen onbetwist den loon aangaf,
wasde vrouw van middelbaren leeftijd
de kern van liet familieleven, en wat
wij thans stijf en prenterig achten
in haar verschijning was het teeken
van die waardigheid, die de afwe
zigheid van zelfzucht haar verleende.
Men misgunt de jeugdige moeders
en grootmoeders van heden niet haar
levenslust. De zaak ligt anders. Men
is veeleer geneigd haar te beklagen
om het gemis aan vermogen om zich
te vergeten en zich te verliezen. Zij
deeler. misschien, met mate, in de
genoegens der jeugd, zij ontberen de
vreugden van den ouderdom.
De vergelijking van de kleeren der
laat-negentiend'-eeuwers en de onze
leeren ons, waar het groote verschil
ligt.
De jongen met zijn volle haardos
heeft de lastige, broeierige pet of
den knellenden hoed terzijde gelegd
de grijsharige of kaalhoofdige oude
heer doet het hem na. Hij draagt
een korte broek het historisch
moment van de eerste lange broek
wordt daardoor uitgeschakeld, zooals
bij het meisje dat van den eersten
langen rok en het opgestoken haar,
de oudere doet het na
Men draagt tot op hoogen leeftijd
sportpakken, truien, gekleurde sokken,
lage bruine schoenen. De oudere
dames dragen de jurken nit een stuk,
de korle rokken, de halzen en
armen bloot, de lichte kousen en lage
open schoentjes van het jonge meisje,
nauwelijks gewijzigd. Het is nog
krasserhet meisje van zeventien is
bijna eender gekleed als haar zusje
van tien, en als de jongeling van
twintig naar het sportterrein gaat,
kleedt hij zich als zijn broertje van
zes".
Er ligt heel veel waars in deze
schildering. En toch zouden wij
den ouden tijd terug verlangen? Was
er niet heel veel schijnheiligheid
onder het decorum van toenwas
men toen niet huichelachtiger dan
nu? Zeker, wij zijn misschien i t
kinderachtiger dan'een vorig geslacht,
maar wij zijn oprechter, zelfstandiger
en meer verdraagzaam.
(Nadruk verboden).
448
tO 441G3
De positie van de gehuwde vrouw
in Rijks- en Gemeentedienst. De
dijken van het Julianakanaal in
hooge male poreus. Een rede van
den Minisier van sociale zaken. De
hoogterecords.
Naar aanleiding van zijn in de
vergadering der Tweede Kamer van
14 Nov. gedane toezegging de aan
gelegenheid van de gehuwde ambte
nares nader te onderzoeken, heeft
Minister Golijn de resultaten van dit
onderzoek in een Nota aan de Kamer
medegedeeld, alsmede de over
wegingen, waartoe zij de regeering
aanleiding hebben gegeven.
Uit het onderzoek, aldus de Nota,
is gebleken, dat in den geheelen
Rijksdienst, de Rijksonderwijsin
richtingen inbegrepen, onder de ruiin
60.000 personen, daarbij werkzaam,
zich op 31 December 1933 326 ge-
gehuwde vrouwen bevonden.
Dit aantal bevat niet alleen de ge
huwde ambtenaressen, doch alle ge
huwde vrouwen in'sRijksdienst, dus
ook zij, die onbeduidende neven
functies bekleeden, zooals visiteuse
bij de belastingdienst.
Minister Golijn is van meening,
waar een zoo gering aantal gehuwde
(werkelijke)ambtenaressen is 's Rijks
dienst is, een herziening niet noodig
is, aangezien uit de gegeven cijfers
genoegzaam blij kt, dat door een her
ziening het werkloozenprobleem toch
niet voldoende gebaat zou zijn.
Anders gesteld is het met de openbare
en .bijzondere onderwijsinrichtingen
vooral in de gemeenten Amsterdam,
Rotterdam, Den Haag en Haarlem,
welke gemeenten niet onder de sub
sidieregeling voor het Middelbaar en
Voorbereidend Hooger Onderwijs
vallen en daardoor t.o.v. haar per
soneelspolitiek bij het M.O. een
meerdere mate van vrijheid bezitten
is het aantal gehuwde leeraressen
vrij groot.
Hetzelfde verschijusel, maar in nog
grootere mate, zien wij bij de leer
krachten van het Lager en Uitgebreid
Lager Onderwijsop 1 Januari 1934
bevonden zich onder de 38.213 leer
krachten waaronder 16.537 onder
wijzeressen, 921 gehuwde vrouwen.
Om dit groote aantal gehuwde
onderwijzeressen geleidelijk te doen
afvloeien zal hoogstwaarschijnlijk
dezelfde regeling worden getroffen
als die, welke indertijd voor de
Rijksinstellingen van kracht was. Een
principieele beslissing mag dan ook
in den loop van dit jaar worden ver
wacht.
Tenslotte is de Regeering tot de
conclusie gekomen, dat voor het ge-
subsideerde onderwijs de volgende
regeling dient te worden getroffen
1. de huwende ambtenares wordt
ontslagen
2. de gehuwde ambtenares niet
kostgangster gaat bij ontslag
voor
3. de gehuwde vrouw komt niet voor
aanstelling in aanmerking, dus een
regeling, zooals is bepaald voor
de Rijksambtenares in het Alge
meen Rijksambtenarenreglement.
Sedert maanden laten de dijken
van het Julianakanaal te Limburg,
door tot nog toe onbekende oorzaken,
water door. Alhoewel van officieele
zijde al 'meerdere malen is verklaard,
dat het lekken der dijken tot op de
hellt verminderd is, blijven de be
woners van het omliggende gebied
met dezelfde halsstarrigheid verklaren
dat het euvel nog even groot is als
in den beginne.
Inderdaad is een feit, dat Natten-
hoven en Ubbicht onophoudelijk te
kampen hebben met overstroomingen
van het kanaalwater; slechts te Urmond
is het kwaad eenigszins verminderd.
Trouwens, indien de toestand was
zooals van oiiicieele zijde is mede
gedeeld, zou dan wijlen ir. Kalff zich
onlangs persoonlijk van den toestand
zijn gaan overtuigen? Wij denken
van niet Juist door het overlijden
van Minister Kalff is natuurlijk de
stagnatie in deze dringende water
staatsaangelegenheid nog grooter
geworden.
Toch wordt het hoog tijd, dat in
kwaad wordt voorzien immers straks
hebben de boeren hun akkers en
weiden noodig. En hoe moet het dan
Een spoedig ingrijpen van de
overheid is hier dus geboden, om de
schade toteen minimum te beperken.
i Voor de Kamerkringvereeniging
Amsterdam van de Chr. Historische
Unie heeft prof. dr, J. R. Slotemaker
de Bruine, minister van sociale zaken,
Maandagavond gesproken over: Natio
nale politiek in crisisdagen.
Spreker stelde de vraag, hoe in een
tijd als dezen, wij tegenover de crisis
moeten staan. Hij kwam tot de con
clusie, dat de eenige, werkelijke, op
lossing gelegen is in het feit, dat de
werkloosheid moet worden wegge
nomen door een herstel van het be
drijfsleven. Om dit te bereiken mag
het bedrijfsleven niet belemmerd
worden; verder is kapitaalbewaring
en kapitaalwinning noodzakelijk, om
dat kapitaal de onmisbare voorwaarde
is voor de uitbreiding van hel bedrijfs
leven.
Zoolang de tariefmuren zich nog
opwerpen en« uitsluiting van den
eenen Staat door den anderen nog
toegepast wordt, zoo lang moet een
goede ordening de bezwaren uit den
weg ruimen en de baan voor nieuwe
mogelijkheden openen.
Hieruit volgt, dat de Miuister
onder de tegenwoordige omstandig
heden althans een soort van
autarchie van Nederland wil maken
anders zijn zijn woorden „door uit
breiding van het bedrijfsleven de
werkloosheid verminderen" niet te
rijmen. Een uitbreiding van het be
drijfsleven kan slechts komen door
den buitenlandsclien invoer stop te
zetten en ter bevrediging van de
behoefte aan bepaalde ingevoerde
goederen zelf daarvan de productie
ter hand te nemen.
Wij begrijpen volkomen de moeilijk
heden, waarmede de Minister van
sociale zaken te kampen heeftwij
kunnen zijn streven naar vermindering
van de werkloosheid niet anders dan
toejuichen. Maar dat het zou moeten
gaan, zooals hij het in zijn rede
voorgaf te doen, gelooven wij toch niet.
Nadat wij langen tijd de prestaties
van de K.L.M.-vliegers hebben kunnen
volgen, doen nu de militaire vliegers
te Soesterbcrg van zich spreken. Het
Nederlandsche hoogterecord, dat ten
name stond van wijlen Jhr. Asch van
Wijk, was voor verbetering vatbaar.
Dit heeft Jhr. Wiltert van Hoogland
ingezien. In een proefvlucht bereikte
hij gemakkelijk met zijn Hispano-
Suiza-motor de 10.060 meter. Zijn
eerste officieele vlucht, hij zelf
noemde het „een nog maar heel
voorloopige proef" gooide hij er
nog een dikke 1000 meter boven op,
en ware het niet,, dat hij door slechte
weersomstandigheden moest dalen,
wie weet, of niet de 12.000 meter
gepasseerd, was geworden.
De Siste zitting van dea Volken
bondsraad beëindigd. De kleine
Entente en het verdrag van Rome.
Te verwachten moeilijkheden rüet
het oog op hei Oostelijk pact.
Verandering in de Frausche leger
leiding. De wankelende positie van
hei kabinet Theunis. Wrijving in
ip het verre Oosten.
Maandagavond heeft de Volken
bondsraad, na een week van vrucht
baar en hard werken, zijn 84ste zit
ting beëindigd. Ongetwijfeld is cleze
zitting een van de meest belangrijke,
zoo niet ae belangrijkste, uit het
geheele Volkensboudbestaau geweest.
Eenige van de meest brandende
kwesties, die het Europeesehe poli
tieke leven bezwaarden, werden tot
een goed einde gebracht. Maar nog
geenszins willen wij daarmede zeg
gen, dat Europa nu een politiek
paradijs geworden is. Integendeel, er
moet nog veel veranderen voor we
zoover zullen zijn. Een eerste ver-
eischte daartoe is, dat het Duitsch-
land moge gelukken, het wantrouwen,
dat Engeland, Frankrijk, Italië en
nog eenige andere landen, nog steeds
te recht ol teu onrechte tegen
het Derde Rijk koesteren, uit den
weg kan ruimen.
Zoolang het daarin niet is geslaagd,
zoekt men het nog steeds in het op
ruimen van tegenstellingen en hel
afsluiten van collectieve pacten tot
het handhaven van den vrede. En
daarvoor heeft men te Genéve
dank zij vooral Engeland een gun
st igen bodem kunnen scheppen, dien
Frankrijk niet zal nalaten uit te
buiten, om aldus te geraken lot het
door dit land sinds lang nagejaagde
hel afsluiten van het Oostelijke pact
en uitbouw van het hij het verdrag
van Rome gelegde fundament. Wat
dit laatste betrelt is het wachten nog
steeds op de landen van de Kleine
Entente, die door hun aansluiting een
krachligen ondergrond zouden kun
nen leggen.
Te Genève geeft men daartoe voor
bereidend werk kunnen verrichten,
zoodat de door Frankrijk zoozeer
gewenschte aansluiting van de Kleine
Entente gemakkelijker is geworden.
In dit verband was het vooral van
groot belang, dat het Eden is mogen
gelukken Zuid-Slavië, dat geenszins
te spreken was over het door Hon
garije, volgens beslissing van den
Volkenbondsraad, uitgebrachte rap
port naar aauleidtng van den aanslag
te Marseille, tegenover dit laatst ge
noemde land weer iets verzoenings
gezinder te stemmen.
Meer moeilijkheden zal intusschen
het Oostelijk pact wel opleveren. Men
twijfelt er nog steeds aan, dat Duitsch-
land voor een onderteekening te vin
den zal zijn. Mocht het dit wel doen,
dan kan zulks echter niet anders
worden uitgelegd, dan dat Hitier het
met zijn vredelievende betoogingen
ernstig meent en dit feit zou een
geheel andere kleur aan de Euro
peesehe politiek gaan geven. Ook
Polen zit met het Oostelijk pact wat
in zijn maag, Beek heeft er tenminste
een diplomatieke ziekte van gekregen.
Dat het echjer Frankrijk ernst met
de zaak is, moge wel blijken uit
Laval's verklaring, dat, indien het
pact niet tot stand mocht komen, zijn
land met Rusland en Tsjechoslowakije
een ook voor de andere mogendheden
openstaand verdrag tot wederzijdsche
bijstand zal sluiten.
In de Fransche legerleiding heelt
een verandering plaats gehad, die
niet zonder militaire en politieke be-
teekenis is. De inspecteur-generaal
van het Fransche leger, Weygand,
die reeds drie jaren de ouderdoms-
grens heeft overschreden, heeft af
scheid genomen en is opgevolgd door
Generaal Gamelin, die buiten deze
functie tevens die van chef van den
generalen staf en vice-president van
den hoogen raad van oorlog zal ver
vullen. li ij komt direct onder den
minister van oorlog te staan en daar
mede is een einde gemaakt aan de
onafhankelijke positie, die de opperste
leider van het Fransche leger placht
in te nemen. Zulks vindt zijn oorzaak
vooral in het feit, dat de legerleiding
er een handje van had den volke
onpopulaire maatregelen door te
drijven, waarvan dan de regeering
dikwijls het slachtoffer werd. Zoo
wenschte bijv. generaal Weygand den
tweejarigen diensttijd in te voeren, i
zulks met het oog op het door het
lage bevolkingscijfer gevolg van
den wereldoorlog veroorzaakte 1
gebrek aan manschappen. Tegen dit j
plan bestond echter de grootste tegen
kanting van de zijde van het Fransche
volk. Generaal Gamelin ziet echter i
van dezen eisch al en wil zelfs ge-
noegen nemen met een diensttijd
van achttien maanden, indien daar
tegenover het leger gemotoriseerd
wordt. Er bestaal geen twijfel aan,
dat met deze verandering iu de leger
leiding de positie van het kabinet
Flandm in het binnenland danig
versterkt is.
In België schijnt thans, na het uit
treden van minister van Cauwelaert,
'het kabinet Theunis op de laatste
beenen te loopen, terneer daar ook
de beide Vlaamsch democratische
ministers Van lsacker en Rulbens
een oogenblik er over dachten, uit
solidariteit inet van Cauwelaert, hun
ontslag te nemen. Na een onderhoud
met den koning zijn zij daarvan terug
gekomen, maar daarmede zijn de
moeilijkheden nog niet uit den weg
geruimd. Naar verluidt zullen de
katholieke democraten, die het lot
van het kabinet geheel in de hand
hebben, zich met kracht verzetten
tegen de loonskorting van het staats-
personeel, de vermindering der gezins
vergoedingen enzwat na 1 Maart,
het einde van de volraachtsperiode,
ongetwijfeld tot den val van het in
België weinig geliefde kabinet moet
leiden.
Voordat het echter zoover gekomen
is, zal het kabinet eerst nog gelegen
heid krijgen tot het nemen van een
maatregel, die zeker ook in ons land
verheugenis zal wekken. Men wil
namelijk met het oog op de wereld
tentoonstelling, die dit jaar te Brussel
gehouden wordt, een toeristen-belga
in het leven te roepen, die 20 a 30 pCt.
goedkooper zal zijn dan het gewone
Belgische geld. Deze belga zal dan
alleen door vreemde toeristen in be
taling mogen worden gegeven. Voor
Nederlanders, die dit jaar de wereld
tentoonstelling willen bezoeken, een
niet onaanzienlijke besparing op hun
reiskosten, als dit uitvoerbaar zou
zijn.
In het verre Oosten rommelt hel
weer. Japan heeft in Jehol een groote
militaire actie ondernomen, zulk.'
-- zoo wordt beweerd naar aan
leiding van het feit, dat China in di!
gebied troepen op de been zou houden
China heeft intusschen deze troepen
welke onder leiding van generaa
Soeng Tsje Joean staan, doen terug
trekken, waardoor voorloopig erge
is voorkomen. Door dit terugtrekkei
is weliswaar de spanning verminderc
maar nog geenszins de kwestie va
de grensaf baken in g tot een definitievi
oplossing gebracht. Maar de mogelijf
beid blijft bestaan, dat men alsno