AARIN OPGENOMEN DE IERSEKSCHE EN THOOLSCHE COURANT
Geeft een boek
NIEUWSBLAD VOOR HET EILAND THOLEN
FIRMA J. M. C. POT
jdag 16 November 1934
No. 46
Een en vijftigste jaargang
Tholen, Poortvliet, Scherpenisse, St-Maartensdijk, Stavenisse, St-Annaland en Oud-Vossemeer "tters'miJr phatermJiI
UITGAVE FIRMA J. M. C. POT, THOLEN - TEL. INTERC. 16 - POSTREK. 1043
Eerste Blad.
ïieo virum unius
'-bri.
het beste dat ge kunt doen
Wij hebben een mooie sorteering in prachtband
Boekhandel - Tholen
t
ilad verschijnt eiken
ag. Prijs per kwartaal
met Geïllustreerd
agsblad ƒ1,375, franco
iost ƒ1,05 -f 15 ct.
kosten.
THOOLSGHE COURANT
Advertentiën van 1 tot 4
regels 75 ct.; iedere regel
Bij abonnement aanmerkelijke
PUBLICATIËN.
gemeester en Wolhouders van Tholen
bekend, dat tegen Donderdag 22
ober 1934 gelegenheid beslaat tot aan-
Det coor ruiming van privaatpuiten.
den voormiddag van dien dag sullen
en. enz. opgehaald worden,
o ilen, den 15 November 1934 8
vrees den man van één boek.
di
oei
ai
Ei
1 iedere lezer de betec. van
jvenstaande spreuk ook -.n haar
rlandsche vertaling aanstonds
begrijpen, zou ik niet durven
maar de vertaling is ook ta-
jk houterig. Iets meer verslaan
zou zijn
en bang voor den man
én boek door-en-door kenb»
>ch ook dit heeft eenige toelichting
lig. Daarom dus dit stukje, dat
is een aansporing wil zijn, om
uitsluitend boeken te koopen
een ontspanning van eenige uren,
ook boeken, waaraan men voor
heele leven iets heeft.
'ie de Latijnsche spreuk het eerst
t uitgedacht, is niet bekend,
migen hebben gemeend dat ze
Cicero is, dus van ongeveer
eeuw vóór onze jaartelling,
eren hebben ze toegeschreven
ugustinus, die 'n 400 jaar later
le. Weer anderen gingen acht
wen verder, en hebben ze gezet
naam van Thomas van Aquino.
laar volgens nieuwere onderzoe
gen is het welzeker, dat noch Ci-
o, rioch Augustinus, noch Thomas
schuldig aan zijn. Daarom houdt
n zich tegenwoordig maar 'n beetje
de vlakte, door alleen te beweren
het een „middeleeuwsche" spreuk
Dus nu heeft men 'n duizend
de ruimte.
)och wat er van zij in die spreuk
net als in alle andere spreuken:
gia, stelregels, aphorismen, apoph-
mata, maxiemen, of hoe die dingen
heelen mogen een stuk practi-
levenswijsheid, dat door onze
irvaderen in enkele woorden is
:ondenseerd, en dat voor alle tijden,
ik zou bijna zeggen: vooral voor
en tegenwoordigen, altijd-in-vlie-
ide-haast-werkenden tijd, nuttig
leerzaam is.
Waar hoe kwamen de middeleeuw-
ie menschen er toe, aan het lezen
i boeken het begrip: vreezen,
zijn te verbinden?
)e zaak is deze.
len van de meest gebruikelijke
ddelen om vooral de studenten
de universiteiten in de wetenschap
bekwamen, was, hen onderlinge
puten te laten houden, die dan
)t' een belangstellend publiek wer-
bijgewoond. Deze zoogenaamde
iperire, aulse of actus, waarbij twee
meer tegenstanders tegenover el-
ir werden geplaatst, vormden een
irnaam onderdeel van het hooger
lerwijs. Ze stonden gelijk met
inbare examens.
Wanneer nu de eene tegenstander
den andere wist, dat hij, om zijn
lingen te verdedigen één boek
ar en-door bestudeerd had, begreep
vanzelf, dat zoo iemand niet voor
poes was, vooral omdat de mid-
eeuwsche boeken over 't algemeen
degelijker en rijker van inhoud
ren dan de tegenwoordige. Het
üd dus als vooruit vast, dat het
van dien „man van één boek"
vig op pooten zou staan; dat zijn
eneeringen al was het dan
schien slechtsscbijnbaarzouden
iten als een bus, en dat men voor
dus op zijn hoede moest zijn.
ntusschen heeft die middeleeuw
spreuk, nog voor onzen tegen-
ordigen tijd haar volle waarde
behouden, ook al is men heelemaal
niet van plan met iemand te gaan
disputeeren.
Vooral heden ten dage, nu niet
alleen door onze talrijke onderwijs
inrichtingen maar ook door onze
openbare leeszalen en volksuniversi
teiten, door de keurige uitstallingen
van onze boekhandelaren, en door
allerlei kostelooze en niet-kostelooze
leergangen en cursussen allerwegen
de lust wordt opgewekt tot het weten,
begrijpen en genieten van honderden
dingen die goed en mooi zijn: om
nog te zwijgen van het algemeen
verlangen naar meer kennis teneinde
ergens een postje te kunnen bemach
tigen
nu onze Nederlandsche uilgevers
door een vloed van boeken aan al
die behoeften trachten tegemoet te
komen, en onze boekhandelaren die
boeken op de meest aanlokkelijke
wijze aan den man trachten te brengen;
maar nu anderzijds iedereen zich
gedwongen ziet, zijn uitgaven te be
perken, en dus veel meer dan vroeger
moet uitkijken, dat hij zijn geld zoo
nuttig mogelijk besteedtvooral in
dezen tijd zeg ik komt het er
op aan zulke boeken aan te sch&ITen
waarmen voor heel 2ijn verdere
leven iets aan heeft en waaruit mm
dus voor de volle 100 procent nut
kan trekken. Misschien zullen die
boeken iets duurder«zijn dan andere;
maar men krijgt dan ook waar voor
zijn geld.
Natuurlijk heeft iedereen wel eens
'n boek noodig, dat enkel en alleen
dient om een paar uur gezellig bezig
te zijn, .en allerlei muizenissen uit
zijn hoofd te laten waaien.
Maar daarnaast zal menigeen toch
ook eens een ernstig boek willen
lezen, hetzij om zich in een bepaalde
richting te bekwamer^ hetzij om met
allerlei wetenswaardige op de hoogte
te blijven, hetzij alleen maar, om
nuttig bezig te zijn.
Maar onverschillig wat voor boeken
men ook wil koopen over godsdienst
of wijsbegeerte, over tooneel en dans
of over inuntpolitiek, over scheeps-
bouwof tand verzorging,over economie
of costuumnaaien, over aardrijkskunde
ot wapenfabricage, over kunstzijde
of electrisch lasschen, over jagen en
visschen of zuigelingensterfte, over
litteratuur of diepzee onderzoek, over
ziekenverpleging of bloemen verzor
ging, over talen of betonconstructies
over muziek of plant- en dierkunde,
over onderwijs of veeteelt over sport-
of rechtswetenschappen, over beeld
houwkunst of radiotechniek, over
haringvisscherij of verkeerswezen,
over dierenbescherming of kookkunst
zorg altijd voor één dingdat het
een degelijk boek is, en dat u dat
boek grondig tot in alle hoeken en
gaten bestudeert, zoodat u het heele
maal in u opneemt. Op die manier
giet ge als het ware alle kennis en
wetenschap die de schrijver in dat
eene boek heeft neergelegd, in uw
eigen hoofd over, en wordt ge de
„vir unius libri", de „man van één
boek". Op den duur wordt ge daar
door iemand die iets in zijn mars
heeft, die over bepaalde onderwerpen
kan meepraten, en die bij tijd en
gelegenheid een of anderen vervelen
den wauwelaar, een van de velen die
van niets alles en van alles niets weten
en die toch overal het hoogste woord
voeren, op zijn nummer kunt zeiten.
Maar als u mij nu vraagtWat
is op dit of dat gebied nu een degelijk
boek, een boek, waar ik inderdaad
wat uit kan leeren, dan kan ik daarop
geen ander antwoord geven dan dit
Vraag het aan een vakman, die niet
alleen het boek, maar ook uw ver
mogens en uw behoeften kent. Want
anders gaat ge misschien voor uw
lieve geld een boek koopen dat veel
te geleerd voor u is, of waar integen
deel weinig of niets in staat wat ge
al niet lang en breed weet.
Natuurlijk zijn er ook gevallen,
waarin u zelf kunt oordeelen of u
34 43899
met een degelijk boek te doen hebt,
bijvoorbeeld wanneer de naam van
denschrijver algemeen gunstig hekend
staat, of wanneer het met opgave
van redenen aanbevolen wordt in een
betrouwbare boekbespreking, of wan-
ueer het zijn 3e, 4e, 5e enz. uitgave
beleeft. Toch is ook in die gevallen
de raad van een vaktnan gewenscht,
want het gevaar blijf bestaan, dat ge
toch nog een kat in den zak koopt,
al is het maar met betrekking tot
uw persoonlijke behoeften en ver
mogens.
Wanneer he eindelijk over boeken
gaat die eenigszins omvangrijk zijn,
of die over zwaarwichtige onder
werpen handelen, dan heelt men
meermalen, ook een houvast aan het
al of niet-aanwezig zijn van een
Alfabetisch Register. Alleen al zoo'n
Register wettigt de veronderstelling,
dal de schrijver zijn taak ernstig
heeft opgevat, dat hij aan zijn lezers
inderdaad iets heeft willen leeren,
en dat hij zijn boek niet zoo maar
even in de wereld heeft geschopt om
er van al te zijn, of met het hoog
hartige ideeStudieren und... Maul
hallen.
'n Dertig a veertig jaar geleden
heb ik mijzelven wel eens beklaagd,
dat ik te weinig boeken had. Het
waren er inderdaad ook te weinig.
Maar langzamerhand groeide mijn
voorraad aan, en zorgde ik er voor
vooral degelijke boeken bij elkaar te
krijgen, en die tot in alie onder-
deelen te bestudeeren.
En toen de tijd kwam, dat dezen
en genen mij om inlichtingen vroegen,
heb ik meermalen alleen hoeven te
antwoorden: „"Wat u welen wil staat
vlak voor uw neus. Kijk maar in dat
of dat algemeen gebruikt boek".
Langzamerhand ben ik toen gaan
begrijpen, wat die spreuk van „vir
unius libri". den „man van één boek",
beteekende.
En dat het hebben van weinig
boeken nog niet altijd zoo'n nadeel
is. Mits het maar degelijke boeken
zijn, en mils men er maar uit haalt
wat er in zit.
B. KRUITWAGEN O.F.M.
Rotterdam, 25 October 1934.
Het geschil tussckeD den Amster-
damschen gemeenteraad en deNeder-
landscho regeering. De wereldreis
vau Hr. Ms. K. X VT1I, in dienst van
de wetenschap en van de propaganda
voor ons land. De autoriteiten van
Westslellingswerfaan het woord over
het drama van Wolvega. Het nieuwe
archeologisch maseum te Amsterdam
geopend. De 17-jnrige oplichter te
Os. Verlangens van do Nederland
sche maatschappij voor Nijverheid
en Handel, nopens de financiering
van de sociale verzekering. De te
Alkmaar verdwenen wissellooper.
Het drama te Koog a. d. Zaan.
Wat wij reeds in een vorig over
zicht als onze verwachting hadden
uilgesproken, is nu een feit geworden
de regeering te 'sGravenhage heeft aan
Burgemeester enWethouders der ge
meente Amsterdam het verzoek
gericht regelingen te treflen, in
zake de loonen en salarissen van het
gemeente-personeel in den geest van
het voorstel, dat B. en W. bij den
raad hadden ingediend, doch dat de
raad tot tweemaal toe heeft verwor
pen. Nu zit de al te principieele raad,
die zoo weerbarstig was, dat zy meende
boven de regeering uit te kunnen
gaan met de gebakken peren en weer
is een stukje van de gemeentelijke
zelfstandigheid van de hoofdstad des
lands door verwaten eigendunk teloor
gegaan. Niet met u, dan zonder u
Dat zijn de woorden, die de regee
ring te 'sGravenhage aan den bal-
oorigen Raad van Amsterdam toe
voegd. Natuurlijk zullen B. en W. van
Amsterdam aan het verzoek der re
geering voldoen, zoodat de loonen en
salarissen toch naar beneden worden
geschroefd. Precies datgene, wat de
raad niet wenschte gebeurt nu toch,
maar buiten den raad om. De Ouden
wisten het wel, toen zij zeiden: Wien
de Goden len verderve willen voeren,
slaan zij met blindheid 1
Al zal de tocht van Hr. Ms. K. XVIII
niet die geestdrift wekken, die aan
de Uiver is ten deel gevallen, toch
moet hier de verre reis van dit
vaartuig, in dienst van de wetenschap
en van de propaganda voor Neder
land met eere worden vermeld. Aan
de opvarenden en aan het materiaal
zullen enorm zware eischen worden
gesteld, maar wij zijn er van overtuigd
dat de opvarenden er een eer in zullen
stellen aan die eischen te kunnen
voldoen. Het is geen gewone reis
van Nederland naar Indië, die moet
worden volvoerd. Neen, het is een
wereldreis, die dient te worden vol
bracht. Onder bevel van luitenant ter
zee, 1ste klasse, D. C. M. Hetterschij,
gaat de K. XV11I eerst naar de west
kust van Afrika, steekt dan over naar
de Oostkust van Zuid-Amerika en
gaat vandaar weer terug naar Afrika,
waar Kaapstad wordt aangeloopen.
Vervolgens gaat het notedopje naar
Australië, om tenslotte te Soerabaja
de eindbestemming te bereiken, als
er ongeveer 25.000 mijl zullen zijn
afgelegd. Aan boord zal zich ook be
vinden prof. dr. E. Vening Meinesz, die
daar het bekende slingerapparaal
voor de waarneming van de wisselen
de zwaartekracht zal opstellen.
Op de reis doet de onderzeeboot
elf' havens aan, waarvan men gebruik
zal maken in de havens propaganda
te maken voor Nederland. Moge de
wakkere bemanning dat succes heb
ben, waarvoor zij zooveel ontberingen'
zal hebben te ondergaan
Het is te begrijpen, dat de autori
teiten van de gemeente Weststelling
werf, waarvan het dorp Wolvega de
hoofdplaats is er behoefte aan hebben
gevoeld ook eens hun standpunt in
zake de mysterieuse zaak van den
motor uiteen te zetten. De burge
meester, Maas, en de wethouder,
Mutrrling, trachten nu hemel en aarde
te bewegen, om de lachende wereld
van hun goede trouw en hun on
schuld te overtuigen, Of zij daarin
zullen slagen, het valt te betwijfelen.
Aan de goede trouw van de neeren
behoeft men niet te twijfelen maar
dat zij zeer en zeer lichtvaardig ge
handeld hebben en er loelijk zijn
ingeloopen, nu, daarvan is geheel
Nederland, ondanks alle onschuld-
betuigingen, wel dubbel en dwar9
vanjovertuigd. Achteraf blijkt nu, dat
niemand ooit den fameuzen motor
heeft gezien, noch minder dat hersen
schimmige product van den jeugdigen
uitvinder ooit heeft zien draaien.
Maar wel is het aan het college van
B. en W. van Weststellingwerf te
vergeven, dat zij voor hun gemeente
hebben getracht te halen, wat er te
halen viel: een groote fabriek, waarin
tallooze werk en brood hadden kun
nen vinden. Natuurlijk gaat de ge-
heele zaak nu dezer dagen uit als
een nachtkaars, met als eenig blij
vend gevolg, dat niet Kampen alleen
meer de lasten zal hebben te dragen,
doch dit broederlijk met Wolvega
zal mogen deelen. Geluk er mede!
Was de uitvinder te Wolvega geen
eigenlijke oplichter, maar meer een
fantast, de 17-jarige jongen, afkom
stig uit Heesch, die te Oss is gear
resteerd, was een zeldzame handige
oplichter in een stijl, die wel geen
bewondering kan wekken, maar die
men toch moet erkennen, dat met
wonderlijke genealiteit was ineen
gezet. Het is alleen maar zoo jammer,
dat dergelijke heldere koppen
want een heldere kop had deze jongen
van pas zeventien jaar ongetwijfeld
hun genie altijd in de onjuiste rich
ting schijnen te moeten laten werken.
Had hij andere paden bewandeid, hij
zou voorzeker een groot man in
Heesch en wellicht ook in geheel
Noord-Brabant zijn geworden. Thans
zal de rechtbank te's-Hertogenbosch
hem wel niet al te zacht behandelen.
In een vroegere school, die daartoe
verbouwd is, heeft burgemeester
De Vlugt het Archeologisch Museum
te Amsterdam geopend, waarbij o. a.
de gezanten van Italië, Griekenland
en Egypte tegenwoordig waren. Dit
is volkomen te begrijpen, want de
kunst van het oude Rome, het oude
Hella en het oude Egypte zijn hier
onder gebracht. Toen indertijd de
collectie-Scheurleer naar alle wind
streken dreigde verstrooid te worden,
heeft de gemeente Amsterdam inge
grepen, hebben liefhebbers van oude
kunst de handen ineengeslagen en
is de geheele Haagsche verzameling
naar de hoofdstad overgebracht sn
op die manier voor Nederland be
houden gebleven. Het getuigt van
goede gemeenschapszin, dat', nu de
kosten van toezicht niet door de ge
meente gedragen kunnen worden,
zestig studenten van de stedelijke
Amsterdamsche universiteit zich bij
toerbeurt voor dat werkje hebben
beschikbaar gesteld.
Het houfdbestuur van de Neder
landsche Maatschappij voor Nijver
heid en Handel te Haarlem heeft
zich met een breedvoerig adres tot
den Raad van Ministers, in zake de
linancieriug van de sociale verzeke
ring, die thans al te veel op het
huidig geslacht drukt, terwijl het
billijk is, dat het toekomstig geslacht
ook de toekomstige lasten zal hebben
te drageu. De volledige fondsvorming,
die thans bestaat, zal door een ander
stelsel van financiering dienen te
worden vervangen, waarbij geringere
kapitaal-accumulatie plaats vindt.
Maar hoe het stelsel ook moge zijn,
het zal wel aan geen twijfel onder
hevig wezen, dat er breede lagen der
bevolking bestaan, die men niet onder
het begrip „arbeiders" in den zin
der sociale verzekeringswetgeving
kan rekeneu, en voor welke menschen
dezelfde aanspraken bestaan wel bij
de verzekerden te mogen worden
ondergebracht. In het tegenwoordig
tijdsbestek zijn tal van groepen dei-
bevolking er vermoedelijk, financieel-
economisch gesproken, heel wat
slechter aan toe dan tal van groepen
der bevolking, die men „arbeider"
pleegt te noemen. Is het dan niet
gewenscht allen over een en dezelfde
kam te scheren
Een jongeman van 33 jaar, die
voor de Middenstandsbank te Alk
maar als wissellooper fungeerde, is
er met een zevenduizend gulden van
door gegaan en vermoedelijk in de