Sproetenverdelger allemaal zouden 2e gekort worden. B. en W. zijn met een voorstel gekomen en dat '«as aangenomen en goedgekeurd en geen £rai der belanghebbenden is met bezwaren k. gekomen. Toen ia dit besluit vernietigd von en ie er een ander besluit gekomeu om boven de 1300 allen met 4% te korten. Nn willen Ged. Staten alles korten met Hai 4 °/0spr. meent dat het beste z in zijn, 0ui bet besluit van Geluk te doen ver- u vallen en bet eerste besluit te bandhaven. Wordt nu bet voorstel van Ged. Staten j u aangenomen dan worden de menschen die nergens aan dachten, onverwacht gekort. Dhr. Bout zegt, Ged. Staten niet te kunnen begrijpen. Hij beeft het schrijven van den heer Geluk gelezen en dan werd het aan den Raad overgelateu. Nu is het besluit gevallen eu nu komen ze daar weer tegen op. Het is eeu heen en weer draaien. Pei Wethouder Koopman is er ook voor betonde besluit van B. en W. te houden en niet op het voorstel van Ged. Staten in te gaan. Dit is van de eerste galden af en daD moeten de kleine salarissen net zooveel missen als de groote, terwijl het voorstel van B. en W. zoo was dat joint de grootste salarissen het meest werden gekort. Spr. is het eens met het gespro kene in de vorige vergadering van den heer Vroegop de menschen worden niet broodeloop, dat kan niemand zeggeD. Men moet den toestand maar zoo zwart mogelijk inzien en als bet Diet anders kan dan gaat de bewaarschool. Is bet nn niet beter om dan de joffronw met f 100 te korten, dan ze weg te doeD. Dhr. Vroegop is het met het gesprokene van de heereo wethouders eens. Het be sluit was geuomeD eu door Ged. Sttten goedgekeurd en nu komt de heer Geluk met een ander voorstel. Dau kaD hij niet begriipeD, hoe dat is aangenomen. Waarom moet iemand met eeu salaris van f 1300 of f 1400 evenveel korttDg toegepast worden als iemand met f400 salaris. Dat kan toch niet en dat deugt niet ook. Het voorstel van B. en W. was het beate eu dat zou moeten blijven. Weth. Koopman merkt op dat was billijk. Weth. Hage merkt op dal io het voor stel van B. en W. ook de eerste f 300 vrij was en nn zeggen Ged. Staten' zich er niet mee te kannen vereenigen. Dhr Vroegop zegt dat geen enkele arobteoaar er tegen op gekomen is. Dhr Nelisse zegt bij het eerste voorstel hebben Ged. Staten geen bezwaar gemaakt eu nn doen ze het wel, dit vindt hij wonderlijk. Beide voorstellen zijd wat het beginnen betreft eender. Dhr Vroegop meent omdat het eerste voorstel progressief was en het andere voorstel daar was alles eender. Weth. Hage merkt op dat door het laatste beslnit Ged. Staten het hoovast verliezen en nu beter achten het volgeüs hun regeling te doen. Dhr Bout is het eens met den heer Nelisse, waarom bij het eerste geen be zwaar en nn wel? Weth. KoopmaD merkt op toen was er geen beroep. Weth. Hage zegt er was geen beroep. Toen was het van een salaris van f400 maar i 4 en nn is het f 16, dat beteekent toch wat. Dhr. Bout zegt dus nu B. eD W. han zin niet krijgen, na is het niet goed. Nog eenige discussie er over en de voorzitter sluit deze. Het voorstel van Ged. Staten om alles te korten wordt met alg. st. afgewezen. Weth. Hage stelt nn voor om het be sluit van den 13 April in te trekken. Hierover staken de stemmen. Voor de beide wethoaders en de heer Vroegop. Tegen de heereo Boat, GelaK en Nelisse. Zoodat het wordt aangehouden tot de volgende vergadering. Ëen verzoek van D. C. de Graaf om ODtslag van de woning wegens vertrek naar elders wordt met alg. st. ingewilligd. Een verzoek van D. vaD de Rhee om deze woning te krijgen en een verzoek van M. A. Joppe ook voor deze'fle wo ning, komen na ter tafel. Met alg. st. wordt besloten deze woning aan D. van de R'aee te verhureD. Op een verzoek van J. M Scherpenisse om een stokje tuingrond, wordt met alg. st. afwijzend beschikt. Met alg. st. wordt het ambtenarenreglement defiuitief vastge steld. Met alg. at. worden goedgekeurd wijzi gingen van de begrootingen voor 1933 en 1934. Hierna sluiting. THOLEN, 30 Mei 1934. Voorzitter, Burgemeester Mr. A. J. van der Hoeven. Secretaris de heer H. J. Laban. Aanwezig alle leden. He Voorz. opent de vergadering met het ambtsgebed. De notulen van de vorige verga dering worden ongewijzigd vastgesteld Als punt 9 wordt aan de agenda toegevoegdAanschaffing kluisdeur. Ingekomen stukken Eenige missives van Ged. Staten betreflende goedkeuring raadsbeslui ten. Van de Kerkvoogdij der Ned. Herv. Kerk een dankbetuiging voor de medewerking voor het houden van denBazaren het afstaan van de lo kalen van de U.L.U.-school. Deze stukken worden voor kennis geving aangenomen. Een schrijven van Ged. Staten om het raadsbesluit betreflende het aan gaan van een geldleening in te trekken B. en W. stellen voor het advies van Ged. Staten aan te nemen, waartoe met alg. stemmen besloten wordt. Een request tot het oprichten van een zweminrichting. B. en W. stellen voor hierop af wijzend te beschikken omdat de kosten voor aanleg te hoog zijn. Dhr Dekker kan met dit voorstel meegaan, maar vraagt of B. en W. genegen zijn weer vergunning te geven om in de oesterput te zwemmen. De Voorz. merkt op dat dit niet aan de orde is. Dhr Dekker meent dat dit er bij behandeld kan worden. De Voorz. wil wel zeggen, als er een dergelijk verzoek komt, hij ge negen is daar gunstig op te beschikken onder nader te stellen voorwaarden. Dhr Overbeeke vraagt of er on derzocht is naar de eventueele kosten voor het inrichten van deze gelegen heid. De Voorz. antwoordt dat er ver schillende plannen zijn bedacht, maar de hooge kosten lieten het niet toe in finesse is dit echter niet berekend. Dhr Overbeeke meent dat de kosten niet weinig zullen zijn. Ook meent spr. dat men geen vergunning zal krijgen om daar te graven, omdat hij meent dat men 50 M. uit den dijk moet blijven dan zal men te diep komen en de gelegenheid te klein en de kosten te groot. Hij kan dan ook met het voorstel van B. en W. meegaan Met alg. st. wordt afwijzend beschikt Een schrijven van Ged. Staten in houdende een nieuw ontwerp betref fende zijkant en aanplanting van Mevr. Wagtho. B. en W. stellen voor dit nieuw ontwerp aan te nemen, waartoe met alg. stemmen besloten wordt. Een verzoek van H. Baaij Schot om een gedeelte van de oesterput te mogen onder te verhuren aan Gebr. Kegge. B. en W. stellen voor dit verzoek toe te staan. Dhr Dekker vraagt naar de huur. De Voorz. zal dit straks in besloten vergadering meedeelen. Dhr Bogert doet het genoegen dat deze zaak is opgelost. Met alg. stemmen wordt het voorstel van B. en W. aangenomen. Het verzoek van dr. P. J. Duinker. B. en W. stellen voor hierop af wijzend te beschikken; hij onderzoek op andere plaatsen is gebleken dat het salaris van dr. Duinker niet het minste is. Dr. Duinker heelt zich indertijd accoord met dit salaris ver klaard en het is thans geen tijd om salaris te geven van topjaren. Dhr Dekker is het omtrent het laatste niet eens. Hij heeft het ge middelde. Spr. is er voor f1300 te geven; de gemeente behoeft er geen voordeel van te hebben. De Voorz. merkt op dat dr. Duinker berekend de twee laatste jaren, maar hij zou moeten beginnen van 1924 of 1925 af; dan berekend is het salaris van f 1200 niet lager. Dhr Dekker stelt voor Dr. Duinker vanaf 1 Januari 1934 een salaris te geven van f1300. De heer Moelker kan met den heer Dekker meegaan. Het salaris van den gemeente-geneesheer is nooit ver hoogd geworden, daarom kan spr. het voorstel van den heer Dekker steunen. Nu worden wel aangehaald de twee laatste jaren maar spr. meent dat hij nog meer patiënten zal krijgen, want de armenpractijk wordt steeds uitgebreider. Spr. heeft gehoord dat dr. Duinker voor de armenpractijk evenzeer zijn best doet als voor zijn particuliere practijk, Op grond dan ook dat liet salaris tot op heden nooit is verhoogd kan spr. voor het voorstel van den heer Dekker stemmen. De Voorz. merkt op dat destijds het salaris is gebracht op f1200. Dr. Duinker heeft nu gevraagd dat besluit in te trekken en dat is niet juist. Dhr Moelker merkt op dat het salaris niet is veranderd. De Voorz. antwoordt dat het sala ris wel is veranderd. Het is gebracht op f1200, dat was vroeger niet zoo. Dhr Moelker zegt dat nu het be drag van de medicijnen er ook bij is gekomen, maar dat is voor den pensioensgrondslag. Dhr Overbeeke heeft het verzoek van dr. Duinker aandachtig gelezen. Spr. heeft de vorige maal zijn stem er aangegeven, maar gezien de toe lichting die dr. Duinker geeft, wordt de zaak anders. Met het salaris van f1200, krijgt dr. Duinker een ver mindering van f 250, en daarom is spr. er voor het te brengen op f1300. Nu wordt er gesproken over de twee laatste jaren, dat dat topjaren zijn, spr. meent dat de eerstkomende jaren dit werk zeer zeker overschre den zal worden en dan was het voor dr. Duinker misschien beter dat het maar bleef f0.50 per medicament, dan zou hij wel aan flGOO komen. Spr. meent dat wij verstandig doen het salaris te brengeu op f1300. Weth. van den Berge gelooft dat dr. Duinker het er voor heelt kunnen doen, want anders zou hij zich wel hebbeu laten hooren. In de goede jaren heeft hij hetzelfde salaris gehad en hij was er tevreden mee, want hij heeft zich stil gehouden. Wat de toekomst brengen zal kan niemand zeggen, wij zijn allen even blind in die zaken. Maar spr geeft zijn stem niet aan het voorstel van den heer Dekker. Dhr Wagenaar merkt op dat, hoe wel adressant zich stil heeft gehouden, Zeg mij Uw naamMijn naam SPROETENBEZITTER is en blijft: SPRUT0L. 8 43622 hij toch steeds zijn plicht heeft ge daan. Spr. kan ook meegaan met het voorstel van den heer Dekker. De Voorz. merkt op dat hel be sluit van de vorige vergadering nu zelf als onbillijk wordt gekwalificeerd. Dhr Moelker merkt op dat gezegd is dat dr. Duinker tevreden was met f l2üü en het blijkt dal dit niet zoo is. De Voorz. zegt dat in de confe rentie met B. en W. dr. Duinker accoord ging met f1200, maar hij zou nog inforraeeren. Dhr Overbeeke merkt op, dus hij was nog vrij. Het voorstel van B. en W. wordt verworpen met 3 tegen 4 st. Voor de beide wethouders en de heer Bogert. Het voorstel van den heer Dekker wordt aangenomen met 4 tegen 3 st. Tegen de beide wethouders en de heer Bogert. Een schrijven van den Min. van Financiën betreffende opzegging huur lokaal voor het Kantongerecht. B. en W. stellen voor om den Minister te schrijven dat men met de halve huur voor 1934 accoord gaat. Met alg. st. wordt ihiertoe besloten. Een verzoek van de hh. W. en L. J. Moelker om bij afloop van de concessie in 1935, met billijker voor waarden te komen. De voorz. stelt voor dit te stellen in handen van B. en W. om prae- advies. Wordt met alg. st. goedge vonden. Een wijziging der begrooting voor 1933 wordt goegdekeurd. B. en W. stellen voor om de per- soneele belasting voor koffiehuizen, restaurants enz. met 2/3 van den tegenwoordigen aanslag te vermin deren. Met alg. st. wordt dit voorstel aangenomen. B. en W. stellen voor de wijziging van het ambtenaren-reglement vast te stellen zooals deze ter inzage heelt gelegen. Dhr Overbeeke zou gaarne zien dat voor bijbetrekkingen de raad beslist en niet B. en W. De voorz. meent dat het veel ge makkelijker is dat dit bij B. en W. berust, omdat die het beste kunnen weten of het toegelaten kan worden ja ol neen. Dhr Overbeeke vind de redeneering mooi, maar liet kan voorkomen dat een ambtenaar benoemd wordt door den raad tegen den zin van B. en W, en dan kan die man daar wel last van ondervinden. Daarom acht hij het beter dat het aan den raad is. De voorz. antwoordt dat het an dersom ook kan en men kan dit dan ook veronderstellen van den raad. Dhr Overbeeke meent dat het beste is bij den raad. De voorz. merkt op dat volgens het ambtenaren-reglement B. en W. niet vrij zijn, want B. en W. moeten in aanmerking nemen de bestaans mogelijkheid van die ambtenaar. Dhr Overbeeke vraagt waar is de grens van de bestaanmogelijkheid volgens spr. behoort het aan den raad. De voorz. meent dat het verstan digst is dit aan B. en W. over te laten omdat B. en W. toch verant woording aan den raad schuldig zijn. Het is veel beter dat dit in klein comité behandeld wordt, dan dat men voor zoo iets den raad bijeen moet roepen. Dhr Overbeeke meent dat men den raad dan wel op non-activiteit kan zetten en zoo maar eens per jaar bij elkaar laten komen om elkander nieuw jaar te wenschen en om oud nieuwjaar uit te vieren. De raadsleden moeten zeggenschap hebben; er wordt toch al zooveel gemopperd door de raadsleden dat B. en W. maar doen. De Voorz. zegt dat hetgeen de heer Overbeeke zegt, niet waar is. Dhr Overbeeke zegt ik loop al een jaar of elf mee, maar men heeft weinig te zeggen. Met de stem van dhr. Overbeeke tegen wordt de wijziging goedgekeurd. B. en W. stellen voor om de heer J. Kooien de rest van de pachtsom kwijt te scheldende heer Kooien heelt f140 betaald. Met alg. st. wordt dit goedgevonden B. en W.«stellen voor om de huur van drie huizen aan de Hofstraat van 14 te brengen op f3.75. Dhr Overbeeke bevreemdt het dat men juist met deze komt. Er zijn daar 4 soorten woningen; er zijn er van f4.van 13.50, van f3.15 en van f2.80; nu juist die van f4. moeten met een kwartje verlaagd worden. Spr. zou er voor zijn al de woningen te verlagen, want met een inkomen van f500, kan men de laagste huur ook niet houden spr. is niet tegen huurverlaging, maar dan de huur van het geheele complex wo ningen verlagen. Dhr Wagenaar meent dat het wel in belang van de gemeente zou zijn als al die woningen met f0.30 huur per week werden verlaagd. De Voorz. zegt dat B. en W. de moeite gedaan hebben na te gaan of de huren te hoog waren en het is uitgemaaktdat deze drie huizen alleen te hoog waren. De huizen zijn geschat op de tegenwoordige waarde en B. en W. kunnen op dit moment niet met een voorstel komen al de huren te verlagen ook is de waterleiding in deze huur begrepen. Dhr Overbeeke meent dat gebleken is dat de huur te hoog is. Ook zou spr. er voor zijn de huizen te laten zooals ze zijn, want telkens als er andere bewoners komen moet dit of dat veranderd worden. De voorz. antwoordt dat zooverre er verlaagd moet worden. B. en W. dit voorstellen, maar van de andere woningen achtten zij de noodzake lijkheid nog niet daar. Dhr. Moelker zegt de bedoeling is dat volgens de waarde van de huizen de huur niet te hoog is, maar de heer Overbeeke spreekt meer op de draagkracht van de bewoners. Met de stem van den heer Over beeke tegen, wordt het voorstel van B. en W. aangenomen. B. en W. stellen voor om het salaris van den bouwmeester te bepalen van f850 tot. f '1600. Dhr Moelker stelt voor een maxi mum van f 1500. Dit voorstel wordt echter niet ondersteund. Met de steun van den heer Moelker tegen wordt het voorstel van B. en W. aangenomen. B. en W. stellen voor om den heer L. W. Blaas vast te benoemen als bouw meester met ingang van 1 Augustus a.s. op een salaris van f 1000 met 4 tweejaarlijksche verhoogingen van f150, zoodat hij over 8 jaar het maximum heeft bereikt. Dhr Dekker stelt voor hem eerst aan een geneeskundig onderzoek te onderwerpen. De Voorz. merkt op dat dit reeds in het ambtenarenreglement is be paald, dus dit kan geschieden. Met alg. st. wordt de heer Blaas vast aangesteld als bouwmeester. B. en W. stellen voor om het voor- loopig contract met den heer Ver- couteren aangegaan tot ruil van grond goed te keuren, zooals het voor de heeren ter inzage heeft gelegen. Dhr Overbeeke heeft de teekening bekeken en meent dat het huis van Perestam nog wel eens een twist- appeltje kan worden en kan er alsnog niet meegaan, vooral in dien het huis van P. Perestam is aangekocht. Dhr Bogert is het daarmee eens. De Voorz. stelt voor dit aan te houden tot na de besloten vergade ring straks. In die- vergadering zal hij dan nog een en ander hieromtrent mededeelen. Wordt met alg. st. goedgevonden. B. en W. stellen voor een kluis deur aan te koopen. Er is op het oogenblik een goedkoope aanbieding. De gemeente moet dan echter de kosten van vervoer betalen en de deur zelf plaatsen. Dhr Moelker is er voor, maar zou dan gaarne zien dat hij ook geplaatst werd door den leverancier. Dhr Overbeeke is dezelfde meening toegedaan. Met alg. st. wordt besloten tot aanschaffing over te gaan, mits de kosten van vervoer en plaatsing niet te hoog worden. Hierna wordt de vergadering ge- schorscht. Na heropening der vergadering wordt B. en W. een blanco crediet verleend tot het verder in orde brengen van de nieuwe begraafplaats en het verbouwen van het baarhuisje. Met de stem van den beer Over beeke tegen wordt nu ook besloten over te gaan tot ruil van onroerend goed. Hierna sluiting. SCHERPENISSE, 29 Mei 1934. Voorzitter de Burgemeester. Secretaris dhr L. C. van Doom. Tegenwoordig alle leden. De Voorz. opent de vergadering eu hield onmiddellijk daarna een herdenkingsrede wegens het overlijden van H. M. de Koningin-Moeder welke rede door de vergadering staande werd aangehoord. Notolen vorige vergadering onveranderd vastgesteld. Overgelegd worden o.ro. eeD proces verbaal van kasopneming bij den gero.- outvaoger, goedgekeurde r&adsnesloiteo tot verhoriog der gemeeutewoningen en de daarachter gelegen taiogrocd. Een schrijven van den Mir*. van Sociale zaken meldende dat in de kosten steun verlening over 1933 een rijksbijdrage wordt verleend bedragende f 2927,50. Een schrijven van de Min. van Finan ciën meldende dat voor deze gemeente voor 1934/35 geen vermindering zal plaats hebben van de oitkeering uit het ge- mceotefonds. Schrijven van den beer Commissaris der Koningin houdende toezending van bet K. B. waarbij de schorsing van bet raadsbesloit van 31 Jnli 1933 tot aar- valling van art. 164 der Alg. Politie verordening verleDgd is tot 23 Oclober 1934. De beslissing op bet verzoek der afd. Tbolen van Ned. Bond van Kofifehuis- en Restauranteboaders en slijters id zake vermindering personeele-belasting wordt aangehouden tot de begrootiog voor 1935. Het ambtenarenreglement wordt ge wijzigd met opneming der bepalingen die voor Rijksambtenaren gelden. Tot leden der commissie van school verzuim werden benoemd de beeren D. J. Hartog, Joh. van Gorsel, J. M. W. de Jager, G. J. Quaak en D. Kleppe. Tegen het verzoek van Ged. Siaten van net raadsbesloit van 27 Febr. 1934 betreft wijziging der Algem. Politiever ordening welk beslnit door dit college geaebt wordt ie zijn in strijd met de wet in te trekken stemden de heeren Kleppe, Rijsteubil, Van der Werf en Vos, de heeren Hartog, Bolier en van Ast stemden voor intrekkiog. Inzake het verzoek van het bestuur der waterkeeriDg om een bijdrage te ver- leenen in de schade, die een drietal in gezetenen hebben ondervonden tengevolge vau den hoogen waterstand in Nov, 1932 wordt besloten deze bijdrage van gemeente wege te verleeaen op eeu bedrag van de helft der geleden schade, doch in elk geval met hooger dan f 60. De heer Hartog bleef botten stemming, terwijl de beer vau Ast tegenstemde. Bij de gewone rondvraag brengt dhr Vos ter sprake de feestelijkheden die met Pinksteren hebben plaats gehad, waarna bij voorstelt om een motie aan te nemen tol bet uitspreken van de scherpste afkeuring van het beleid van den Burge meester terzake van de handelingen bij de feestelijkheden met Pinksteren. Deze motie wordt aaogenomen met 4 stemmen voor die der beeren Vos, v. d. Werf, Kleppe en Rijstenbil en 3 stemmen tegen die der heeren Hartog, Bolier en van Ast. RECHTZAKEN. ARR. RECHTBANK TE BREDA. Zitting van Donderdag 31 Mei 1934. Üavoorztchtig bestuorder. De 51-jarige chauffeur C. L. v. d. K. oit Poortvliet stond Donderdag te Breda voor do Arr. Rechtbauk io hooger beroep tereebt omdat bij op 5 Januari j.l. te Poortvliet komende uit Tholen met zijn vrachtauto niet behoorlijk naar rechte zoo zijn uitgeweken toen er een andere aoto gepasseerd moest worden, waardoor een aaorijding ontstond en die aoto werd be schadigd, eu waarbij verdachte's wagen in den sloot kwam. Voor dit onvoorzichtig rijden werd de chauffeur oit Poortvliet door den Kan tonrechter van Bergen op Zoom bij vonnis d.d. 29 Maart beboet met f 5.sabs 5 dagen hechtenis, met welk vonnis hij echter geen genoegen nam. Na verhoor van twee getuigen, de be stuorder van deu aangereden wagen, de reiziger C. G. de Tb. uit Zevenbergen en mej. M.C. de R. geb. v. A. oit Poortvliet werden op verzoek van den verdediger, Mr. H. D. Wolfensberger nit Tholen twee getuigen a decharge gehoord. Uit ban uitvoerige verhooren en de verklaring van verdachte bleek dat bij de botsing, plaats vindend op den vrij smallen weg, toen 'o paar «rouwen nit Tholen passeerden beide wagens beschadigd werden; de loxe anto 'n Ford kwam er vrij goed afmet eeu beschadigd linker spatbord, liokervoorwiel en spatbord; van den vrachtwagen werd een wiel ontrokt, waarna of waardoor de wagen in den sloot langs den weg raakte.

Krantenbank Zeeland

Ierseksche en Thoolsche Courant | 1934 | | pagina 4