WAARIN OPGENOMEN DE IERSEKSCHE EN THOOLSCHE COURANT
NIEUWSBLAD VOOR HET EILAND THOLEN
Eerste Hulp
Vrijdag 13 Januari 1933
No. 2
Vijftigste jaargang
Tholen, Poortvliet, Scherpenisse, St-Maartensdijk. Stavenisse, St-Annaland en Oud-Vossemeer
UITGAVE FIRMA J. M. C. POT, THOLEN - TEL. INTERC. 16 - POSTREK. 1043
PUROL
THOOLSGHE COURANT
it blad verschijnt eiken
rijdag. Prijs per kwartaal
0,80met Geïllustreerd
mdagsblad ƒ1,376, franco
>,r post ƒ1,65 -f- 15 ct.
sp. kosten.
Adverlentiën van 1 tot
4 regels 75 ct.iedere regel
meer 175 ct. Grootte der
letters naar plaatsruimte.
Bij abonnement aanmerkelijke
PUBLICATIEN
PAARDENFOKKERIJ.
De BURGEMËKSTËK. vanTholeu herinnen,
volgens artikel 23 der paarden wet 1918
aatsblad no. 419; ieder, die eigenaar of
ader is van een tweejarigen of ouderen
ngst, verplicht is hiervan bij den Burge
ester der gemeente zijner inwoning aangifte
doen binnen een maand, nadat de hengst
ee jaar is geworden of in zijn bezit is ge-
men, alsmede vóór den eersten Februari
i elk jaar.
[)e Burgemeester geeft van deze aangifte
,teloos een bewijs af, volgens een door don
nister van Economische Zaken en Arbeid
itgesleld mode).
Overtreding wordt gestiaft met geldboete
ten hoogste tien gulden.
Ingevolge art. 24 der wet is de eigenaar
houder van een merrie, welke een veulen
left geworpen, verplicht, zoolang het veulen
it is gespeend, om op vordering, onmiddellijk
|t betreffende dekbuwijs (waarmede een ver-
kring, gewaarmerkt door het bevoegde gezag
mer buitenlandsche gemeente, dat de merrie
fdie gemeente is gedekt, wordt gelijkgesteld)
i vertooncn aan de in het eerste lid van
iikel 37 bedoelde ambtenaren.
Het is dus noodzakelijk, dat bedoelde
genaars of houders bij de dekking van de
«rrie een dekbewijs van de houders der
)pgsteu vragen.
Overtreding wordt gestraft met een geld-
»pte van ten hoogste f100.
Tholen, 7 Januari 1933. 37
Belastingvraagstukken.
EEN OUD TWISTPUNT BESLECHT.
Volgens de i H. R. is loon, betaald
in den vorm van kost en in
woning, een bedrijfslast, waarvan
het bedrag als aftrekpost voor
de inkomstenbelasting is te be
schouwen. Dit geldt ook als de
Arbeidsovereenkomst een „stil
zwijgende'' is.
Het is steeds een twistpunt tusschen
belastingadministratie en vele
astingplichtigen geweest, of het
dat in den vorm van kost en
oning aan in het bedrijf werkzaam
nde meerderjarige kinderen ver
ekt wordt, een bedrijfslast is, m.a.w
die last in mindering mag komen
n het inkomen.
Er waren inspecteurs, die weigerden
n aftrek toe te staan.
Anderen accepteerden den aftrek-
st wel, mits voldaan was aan de
orwaarde, dat een arbeidsovereen-
mst tot stand was gekomen.
Met dit laatste werd uitsluitend
doeld een schriftelijk contract.
Hoogst zelden werd een moudelinge
ereenkomst voldoende geoordeeld
wijl nimmer werd aangenomen,
t de overeenkomst ook door de
iragingen der partijen tot stand
n zijn gekomen.
Aan dezeouzekerheidheeftde Hooge
ad een einde gemaakt in een tweetal
1 pesten, verschenen 2 Juni 1926 en
Juni 1926 B. i. B. resp. 3838 en
3849.
De eerste beslissing betrof het geval
ti een belastingplichtige, die in zijn
rn drijf werkzaam bad zijn meerder-
J» igen zoon, die gehuwd was en met
i vrouw en 2 kinderen bij zijn
er inwoonde.
'e vader betaalde het werk van
zoon door hem en zijn gezin
lt< st, inwoning en zakgeld te ver-
ekken. De Raad van Beroep te
weigerde zulk een loon in
ndering te brengen op het inkomen
i den belastingplichtige, zich er-
beroepende, dat het gezin van den
Ier met dat van den zoon één
ïeel vormde, dat er dan ook geen
werd uitgekeerd en dat er
schen den vader en den zoon geeu
tkei iele arbeidsovereenkomst bestond.
|ry| belastingplichtige ging van deze
*spraakin cassatie, waarna de Hooge
ad de uitspraak vernietigde en de
k terugwees naar den Raad van
'ep. De motiveering van den H R.
zeer- Pr'"eipieele en daarom
-»li|ge ze hier vermelding vinden. Ons
ogste rechtscollege merkte op, dat
j ifUad van Beroep wel had over-
362
42-J
ION
N
S
Isteln
3UW
wogen, dat tusschen vader en zoon
terzake geen overeenkomst bestond,
doch dat de raad er daarbij kennelijk
van was uitgegaan, dal overeenkomsten
slechts uitdrukken, hetzij dan schrifte
lijk of mondeling worden aangegaan,
daarbij voorbijziend DAT OVEREEN
KOMSTEN OOK STILZWIJGEND
ENKEL DOOR DE GEDRAGINGEN
DER PARTIJEN, TOT STAND
KUNNEN KOMEN.
De H. R. oordeelde, dat de Raad
van Beroep diende te onderzoeken of
in het onderhavige geval een over
eenkomst inderdaad op zulk een wijze
tot stand was gekomen, krachtens
welke kost en inwoning en zakgeld
door den belanghebbende aan zijn
zoon verschuldigd waren, in welk
geval het te begrooten bedrag daarvan
van de onzuivere opbrengst van het
bedrijfzou mogen worden afgetrokken
In het tweede arrest wordt nog
eens uitdrukkelijk door den Hoogen
Raad vastgeste'd, dat de kosten van
huisvesting van inwonende geëm
ployeerden evenzeer als de verstrekte
kost in mindering van de bruto-
bedrijfswinst mogen komen en dat
daarbij onverschillig is of dat loon
kost en inwoning aan kinderen
dan wel aan andere personen wordt
verstrekt. De aldus gevormde juris
prudentie zal velen contribuabelen
welkom zijn, omdat nu is komen vast
te staan, dat zij aan meerderjarige
kinderen, die in hun bedrijf werkzaam
zijn, een zeker loon mogen uitkeeren
en van hun inkomen aftrekken. De
vorm van het loon speelt geen rol
meer; het kan geld zijn, het mag
kost en inwoning zijn. De arbeids
overeenkomst behoeft niet schriftelijk,
doch kan evengoed mondeling geregeld
zijn. Ze komt zelfs stilzwijgend tot
stand door gedragingen der partijen.
Ook de belastingadministratie is
gebaat met den door den H. R. aan
gewezen weg. De inspecteurs hebben
nu alleen toe te zien, dat de over
eenkomsten reele voorwaarden in-
nouden. Komt de fiscus tot de slotsom,
dan heeft hij den aftrekpost het
loon te erkennen Hij regelt dan
zoo noodig den afzonderlijken aanslag
voorden zoon, die over zijn loon be
lasting behoort te betalen.
GEMEENTERAAD
Slot van den raad der gemeente
Poortvliet.
Vervolgens stellen B. en W. voor
de gemeentebegrooting voor 1932 te
wijzigen, overeenkomstig het aange
boden concept-besluit.
In verband met den nieuwen post
„Kosten vallende op de blussching
van een brand op 18 Aug. jl. ad.
f38.74 wijst dhr Carels op art. 167
der Algem. Politieverordening, waarbij
het verboden is sterken drank te
verstrekken bij brand. Dit artikel is
overschredenhij zou het willen
schrappen.
De Voorzitter zegt, dat in dit artikel
een andere bedoeling ligt. Het Be
stuur van den Brandweer heeft bij
die gelegenheid aan den Burgemeester
te kennen gegeven dat de spuitgasten
dorst hadden, omdat het zoo warm
was. De Burgemeester heeft ze toen
bier gegeven en voor hen die tot
's nachts moeten blijven een paar
flesschen sterken drank.
Dhr Carels merkt op, dat het ge
zag van de verordening wordt onder
mijnd.
Hij acht het dan beter dat dit
artikel geschrapt wordt.
De Voorzitter vindt het wenschelijk
bedoeld artikel te handhaven.
Dhr Boogaart vraagt of de aan de
dienstdoende brandweerplichtigen ge
geven belooning wel voldoende was.
De Voorz antwoord!, wanneer bij
brand aan het personeel een belooning
wordt gegeven, dit voor ben een
meevaller is, daar men toch in deze
materie te doen heeft met hand- en
spandiensten.-Daarop berust de ver
ordening en naar die verordening is
men verplicht dergelijke diensten
gratis te verrichten.
Dhr Boogaart meent dat, hetgeen
de assurantie-maatschappijen aan
gratificatie geeft voor het personeel,
dit beschouwd moet worden als een
douceurtje.
Hij stelt daarom voor voortaan
voor eiken brandweerplichlige per
uur f0.30 an voor den nacht f0.40
per uur te betalen, met terugwerkende
kracht tot 18 Aug. van dit jaar,
waarop een brand bij P. Burgers heeft
plaats gehad.
Daar dit voorstel niet wordt onder
steund blijft het buiten behandeling.
Daarop stelt dhr Carels voor artikel
167 van de Alg. Politieverordening
te laten vervallen.
Dit voorstel wordt met 4 tegen 3
stemmen, die der heeren Murre,
Boogaart en Carels verworpen.
Dhr Boogaart zou hel bindwerk
Om in hel gezin aan groot en klein,
dadelijk hulp te kunnen verleenen bij
Brandwonden en Snij wonden en alle
andere Huid verwondingen, is het zoo
veilig thuis altijd bij de hand te hebben
een doos ot tube 13 42267
van de gemeente door iemand uit de
gemeente willen laten verrichten.
De Voorzitter heeft hiertegen be
zwaren omdat ouder de in te binden
bescheiden, ook stukken zijn van
vertrouwelijken aard, althans niet
voor publiciteit vatbaar.
Met algem. stemmen wordt daarop
de begrooting van het loopende dienst
jaar gewijzigd overeenkomstig het
ontwerp-besluil.
Daarna stellen B. en W. voor de
algem. politieverordening aan te
vullen met de volgende artikels
Aan artikel 13 wordt als tweede
lid toegevoegd
„Onder rij- en voertuigen worden
in dit hoofdstuk ook verstaan motor
rijtuigen, tractoren of motortrekkers,
autobussen, motorrijwielen, rijwielen
en handkarren".
Na artikel 54 wordt bet volgende
artikel ingevoegd
Art. 54a.
„Het is den bestuurder van een
rij- of voertuig verboden op den
openbaren weg zonder noodzaak het
voertuig te plaatsen of in stilstand
te hebben
a. anders dan aan den kant van
den weg en anders dan in een richting
evenwijdig daaraan, tenzij de politie
in het belang van de openbare orde
of de vrijheid of veiligheid van het
verkeer een andere wijze van plaatsing
aanwijst
b. voor den ingang van een open
baren weg of op een in dien weg
gelegen inrit of toegang tot een perceel
of onmid dellijk voor dien inrit of toe
gang, tenzij dit laatste geschiedt, met
goedvinden van den gebruiker van
het perceel
c. op een geringer en afstand dan
12 Meter van hoeken van wegen
d. tegenover een reeds aan de
overzijde van den weg stilstaand
voertuig, indien de afstand tusschen
de beide voertuigen minder bedraagt
dan 5 Meter
e. op aangewezen staanplaatsen voor
autobussen en voor motorrijtuigen en
andere rij- of voertuigen, bestemd
voor of ingericht tot het in min of
meer regelmaligen dienst vervoeren
van personen, goederen en vee.
Dhr Buogaarl merkt op dat in het
aangeboden ontwerpbesluit geen straf
bepaling voorkomt.
De Voorz. antwoordt dat bet laatste
artikel van het desbetreffende hoofd
stuk een strafbepaling inhoudt voor
alle artikels van dat hoofdstuk.
Met algem. stemmen wordt daarop
dit voorstel aangenomen.
Daarna wordt met alg. stemmen
hesloten wederom vrijstelling te vragen
voor de verplichting tot het geven
van onderwijs in lichamelijke oefening
tot 1 Januari 1935.
De Voorzitter zegt, dat zooals de
leden weten het Waterschap Poort
vliet geen kasgeld meer noodig heeft
en daarom het geleende bedrag ad
f5000aan de gemeente heeft terug
gegeven. Nu vraagt het gemeente
bestuur van 's Heerenhoek of de ge
meente Poortvliet bereid is kasgeld
te verstrekken tot een bedrag van
'10 a 12000 gulden tegen een rente
van 35/8 ten honderd. Deze vraag en
en het aanbod is geschied via heeren
Ged. Staten. Daarop wordt op voor
stel van B. en W. besloten aan ge
noemde gemeente f12000.kasgeld
te verstrekken voor ten hoogste een
jaar en tegen een rente van 35/s%.
Bij de rondvraag geeft dhr Murre
in overweging de slooter. langs de
gemeenteweide en achter het kerk
plein te laten delven.
Weth. Krijger zegt dat een paar
jaren geleden B. en W. hebben voor
gesteld om elk jaar eenige sloten te
delven of zuiver te houden doch dit
voorstel werd verworpen.
Hij meent dat deze zaak ter hand
moet worden genomen wanneer de
steunregeling is geëindigd.
Dhr Boogaart zegt dat, ondanks de
gemeentelijke vuilnisbelt naar het
Noorden is gebracht de menscben
daar ter plaatse nog evenveel last
hebben van slank enz. Hij zou daarom
het advies willen inwinnen van de
Gezondheidscommissie of den Inspec
teur van de Volksgezondheid.
De Voorzitter meent, dat de om
wonende menscben eerst eens moeten
beginnen met het opruimen van hun
eigen mestputten, die vlak bij de
woning liggen.
Weth. van der SI ikke zegt dat bij
den aankoop van het terrein voor hel
aanleggen van een gemeentelijke
mestvaalt, hel advies van de Gezonds-
commissie is ingewonnen.
De Voorzitter zegt dat destijds niet
de Gezondheidscommissie maar de
Inspecteur van de Volksgezondheid
is gehoord. Deze heeft toen persoonlijk
het terrein in oogenschouw genomen.
Spr. meent dat het niet aan te bevelen
is het idee van dhr Boogaart ten
uitvoer te brengen, want dan zullen
ook nog andere mestputten moeten
worden verwijderd.
Weth. Krijger wijst op pulpputten
enz.
De Voorzitter zegt dat in de vorige
vergadering een besluit is genomen
om de mestvaalt meer noordwaarts
te leggen. Daaraan is voldaan.
Dhr Boogaart stelt vervolgens voor
in de verordening op de arbeids
bemiddeling een artikel op te nemen
dat geen bloedverwantschap tot de
tweede graad mag bestaan tusschen
den agent en den Burgemeester of
de wethouders.
Dit voorstel ondersteund door de
beer Carels, wordt gmet 5 tegen 2
stemmen, die der heeren Boogaart
en Carels verworpen.
Dhr Vogelaar acht het wenschelijk
dat de straatlantaarns meer in den
vooravond branden.
Dhr Carels merkt op, dat de
P. Z. E. M. een kookdemonstratie
heeft gehouden in het leegstaand
lokaal der o. 1. school en wel in de
namiddaguren, waarop het school
was. Dit heeft stoornis veroorzaakt
in het geven van onderwijs, daar het
geloop van het publiek hinderlijk was.
Deze demonstratie kon evengoed
in een café of in de raadzaal ge
houden zijn.
De Voorzitter deelt mede, dat toen
hem het verzoek werd gedaan, hij
in overweging gaf deze demonstratie
te laten plaats hehben in het café
van Geene, maar de P.Z.E.M. achtte
een café eenigszins bezwaarlijk om-
datdaardoor wellicht rnenschenzouden
wegblijven.
Toen heeft spr. gezegd dat het
leegstaand schoollokaal gebruikt kon
worden met vooraf overleg met het
Hoofd der school.
Dhr Carels vraagt waarom de
P. Z. E. M. lot dit doel niet een
request heelt gericht tot den raad
De Voorz. antwoordt, dat voortaan
een verzoekschrift aan den raad ge
richt zal worden.
Dhr Boogaart acht bet voorts
wenschelijk in overleg te treden met
het polderbestuur om werk te ver
schaffen. Met goeden wil is wel iets
te bereiken, waarna dan overleg kon
worden gepleegd met den minister.
Hij stelt daarom voor dat B. en W.
wordt opgedragen met het polder
bestuur in overleg te treden.
De Voorzitter kan mededeelen, dat
binnenkort een groote watergang
zal worden gedolven.
Dhr Boogaart meent dat bet weg
ruimen van de bermen der wegen
een goede werkverschaffing zou zijn.
Hel onderhoud van de wegen zal
daardoor minder uitgaven vorderen.
Bovendien kunnen eenige water
leidingen gedolven worden, zooals
b.v. in den Noordhoek.
Wat betreft het delven van water
leidingen en het afsteken van weg
bermen merkt de Voorzitter op, zijn
aangelegenheden, die dhr Boogaart
als ingeland ook in de vergadering
van Ingelanden ter sprake had kunnen
brengen.
Er is echter geen bezwaar tegen
dat B. en W. trachten resultaat te
bereiken.
Ten slotte geeft dhr Boogaart in
overweging het kohier van bet school
geld te herzien.
De Voorzitter antwoordt dat B. en W.
hieraan hun aandacht zullen schenken.
Daar niets meer aan de orde is,
wordt de vergadering gesloten.
BINNENLAND.
KATHOLIEK DEMOCRATISCHE
BOND.
Ondanks de crisis hebben de ka
tholieken steeds nog de eenheid weten
bewaren. Wij kregen een roomsch-
katholieke Volkspartij, zij telde haar
aanhangers slechts bij tientallen.
Meerdere pogingen tot vorming eener
democratisch roomsch-katholieke par
tij zijn gedaan. Tot heden echter
mislukten al dergelijke pogingen- Prof.
rar. J. A. Veraart wil het opnieuw
probeeren. Er is een katholiek-Dem.
bond opgericht. We moeten nu maar
afwachten, wat ervan terecht komt.
Maar veel vertrouwen hebben wij er
niet in. het oogenblik voor splitsing
is er o.i. nog niet.
HERDENKING PRINS WILLEM
VAN ORANJE.
In verschillende plaatsen zal men
op plechtige wijze den 400-jarigen
geboortedag van Prins Willem van
Oranje, den Vader des Vaderlands,
herdenken.Eenedergelijke herdenking
is waarlijk niet gezocht. De wording
van een slaat en een volk is zelden
of ooit zoo eng verbonden geweest
aan bet leven van een groot man, als
dit het geval is ten opzichte van den
Nederlandschen Staat en Prins Wil
lem van Oranje.
DE V.A.R.A. EN HET WILHELMUS.
Eenige ontstemming heeft het ver
wekt, dat de V.A.R.A. aan het einde
van de rede van Jhr. de Jonge, op
oudejaarsdag uit Batavia uitgezonden,
het „Wilhelmus" niet had door
gegeven De zaak is toch weer in het
reine gekomen. Dhr Zwertbroek heeft
namelijk verklaard, dat iedere demon
stralie tegen het „Wilhelmus" in dit
geval is buitengesloten geweest. Had
de omroeper mij advies gevraagd,
aldus de V.A.R.A. leider, dan zou ik
ongetwijfeld gezegd hebben, dat er
niet moest worden afgebroken.
ZESTIEN M1LLIOEN AAN GOUD.
De „Maasbode" weet te vertellen,
dat er plannen bestaan, die reeds in
een vergevorderd stadium van uit
voering verkeeren, om de goudharen
ter waarde van zestien millioen, die