en id. Ongevallenwet f 80, zoodat er ïd totala
van onvoorzien moet worden afgeschreven f744.58.
Daarna rondvraag. Dhr Stontjesdijk vroeg of
de voorzitter reeds een slachtplaats op het oog
had, waarop geantwoord werd, dat er nog geen
defioitieve aanwijzing kon gedaan worden.
Dhr A. van Loijk wees op de gevaren, die
er bestaan, wanneer de schoolkinderen des
morgens een schoolwandeling in den Postweg
makeD, doordat daar veel paarden komen.
De voorz. zeide hiervan nota te znllen nemen,
door er met het schoolpersoneel over te spreken.
Dhr van Oudenaarde vroeg waarom er bij de
werkverschaffing zoo dikwijls dezelfde persouen
aangenomen worden en anderen er dan huiten
vallen.
De voorz. zeide, dat, behoudens vergissingen,
steeds personeD genomen worden, die het
't meeste noodig hebben. Worden er in deze
fouten gemaakt, dan gelieve men B. en W.
ervan in kennis te stellen, ook spr zelve, als
zijnde er zelf in betrokken.
Dhr v. d. Slikke maakte eenige opmerkingen
op de regeling der vacantie alhier op de lagere
school. Bij het personeel bestaat er wel eenige
ontstemming, doordat het hier in dit opzicht
misdeeld is. Op verscheidene plaatsen hebben
ze per jaar 9 of 10 dagen meer vacantie. Voor
dit jaar zon spr. al vast willen, dat de Maandag
na de vacantie als reisdag gegeven werd.
De Voorz zeide, dat de regeling der vacauties
in het leerplan tbois behoort en dat bet niet
aangaat er bier verandering in te brengen! Wel
kan hij mededeelen, dat die vrije Maandag voor
dit jaar gegeven ie. Overigens moet men het
vastgestelde handhaven.
Daarna sluiting.
Spoedeischende openbare vergadering
van den Raad der gemeente OUD-VOSSE-
MEER op Donderdag 21 Juli jl.
Aanwezig alle leden.
Voorzitter de Burgemeester.
Met lezen van de notulen wordt uit
gesteld tot een volgende vergadering.
De Voorz. deelt mede, dat in de ver
gadering van 14 Juli het aanbrengen van
spouwmuren in de openbare lagere school
is besproken. Dit werkje is op 18 Juli met
den gemeeuteopzichter bekeken, .en is aan
de ambachtslieden aanwijzing gedaan. Bij
nadere beschouwing is gebleken dat bet
gewenscht is, niet muur voor muur aan
te pakken rnaar het gèheele werk ineens.
Het plafond vertoonde golven, hetgeen
voor de kinderen zeer gevaarlijk is. Dit
wil niet zéggen dat het vandaag of morgen
inzakt, maar voorkomen is beter dan ge
nezen. B. én W. hebben de zaak besproken,
vinden het wel jammer in dezen tijd met
een dergelijk voorstel te moeten komen,
maar de toestand is van dien aard dat
uitstel niet verantwoordelijk is Tijdens het
burgemeesterschap van dhr Brinkman en
ook van dhr Snijder is er door den
gemeenteopziehter herhaaldelijk op ge
wezen, had men in die dagen do zaak
aangepakt, dan had men nu niet zulke
groote uitgaven. Van den buitenkant gezien,
zijn de balken allemaal verrot, vandaar de
verzakking van de kozijnen en het moeilijk
opengaan van de ramen. Bij bekwamen
spoed kan alles in 3 a 4 weken klaar zijn,
dus ongeveer den duur der vacantie, welke
Maandag a.s. begint. Pakt men één lokaal
tegelijk aan dan moet aan de ijzeren goot
een afvoerbuisje worden gemaakt, en moet
het volgende jaar een ander stuk goot
weer worden aangelascht. Dit alles brengt
extra kosten met zich mee, wat het werkje
nog duurder zal komen te doen staan.
Dhr Heijboer zegt enkele malen in de
O. L. school te zijn geweest, en acht den
toestand ter plaatse gevaarlijk, en vraagt
zich af waarom niet vroeger is ingegrepen.
Nu zit men voor het volle bedrag. Daar
door hem de stukken niet zijn ingezien,
zou hij gaarne vernemen hoeveel de kosten
van reparatie bedragen.
De Voorz. deelt mede dat de begrooting
van den gemeenteopzichter f 1509.is.
Dhr Heijboer vraagt of voor deze werk
zaamheden de bijzondere scholen ook hun
aandeel krijgen, voor wat leermiddelen
betreft is hij daarvoor, of blijft deze uitgaaf
buiten beschouwing. Tegen leermiddelen
zou hij geen bezwaar willen maken maar
dit is iets anders, zoo ook las hij in de
Gemeente Stem.
De voorz. zegt dat dus dhr. Heijboer
een noodzakelijk werk aan de O. L. School
op een dergelijk bezwaar laat afstuiten.
Dhr Heijboer wijst er op dat hij dit niet
verklaart. Hij vindt de gelijkstelling voor
leermiddelen goed. Deze verbouwing is
iets anders
De Voorz. antwoordt dat als er voor de
bijz. scholen recht op is volgens de Wet.
hij er voor is dit recht niet te kort te doen.
Dhr Heijboer geeft toe dat de verbouwing
urgent is, en wil de verantwoording niet
dragen. Verleden jaar was er sprake van
f200.nu van f400.per lokaal.
Dhr Daane zegt, dat hij dhr Heijboer
niet begrijpen kan, daar hij als médelezer
van „De Gemeente Stem" toch kan weten
dat, wat men bij bijz. onderwijs niet ge
bruikt aan geld, dit ook niet genoten wordt.
Hij verklaart voor bijzonder onderwijs te
zijn, maar daarom is hij niet tegen de
O. L. School. Hoofdzaak is wat nu noodig
is voor de O. L School, en dan zegt hij
uitvoeren; de vergoeding is bijzaak. Hij
verklaart het echter niet te begrijpen. In
een vorige raad, verledeu jaar, werd een
bedrag genoemd van f 800.en nu is het
f 1500.De scheur heeft hij drie jaar
geleden al gezien. Tijdens zijn wethouders-
schap heeft hij er nooit iets van gehoord,
noen van den Burgemeester noch van
den heer Vriens. Het spijt hem dat het
nu opeens zoo hard noodig is, en dat niet
veel eerder tot uitvoering is overgegaan,
daar we nu voor groote kosten komen te
staan, evenals de haven, welke een uitgaaf
vordert van f 10.000 In de vergadering
van 14 Juli heeft hij over de spouwmuren
gesproken, men was aan 't begin, en nu
moet alles met spoed gebeuren, met het
oog op de vacantie.
Dhr Lindhout verklaart een vakman te
hebben gesproken. In twee lokalen was
de toestand urgent, voor 2 lokalen minder,
kan daarom niet gesplitst worden over
twee jaar?
De Voorz. licht toe dat het voornemen
ook bestaan heeft over 4 jaar, maar dit
is afgestuit op de extra kosten die dit met
zich meebrengt, door telkens een gedeelte
te laten doen.
Dhr Ampt meent dat splitsen niet ge
wenscht is, daar de toestand ernstig is.
Bij een regenval zooals 1.1. te Bergen op
Zoom zouden de balken bezwijken, en
zouden er ongelukken kunnen gebeuren,
waarmede de anderen instemmen.
Wordt besloten hel werk in zijn geheel
uit te voeren.
Hierop komt de aanbesteding in be
spreking. Door de metselaars zijn briefjes
ingeleverd, met de volgende opgaaf:
L. de Wilde f1892Jac. de Later
f 1957.Jac. Vaders f2017.— Abr. Gunter
f2077.— L. J. de Later f2022.—
Dit is ongeveer f 400.boven de be
grooting. Dhr Daane meent dat een ver
keerd systeem is toegepast. Het ware wel
licht beter geweest, niet in massa aan te
besteden, maar iedere vakman afzonderlijk.
De Voorziitër merkt op, dat er voor de
metselaars het pieestë werk aan is Het
'timmerwerk is zeer eenvoudig.
Dhr van Gorsel kan de wijze van aan
besteding niet direct afkeuren, hoewel hij
toegeeft dat bij werken van grooten om
vang de vaklieden dikwijls afzonderlijk
aanbesteden.
De begrooting is met f 400 overschreden
en nu is het de vraag wie er abuis is, de
gemeenteopzichter met zijn begrooting of
de inschrijvers.
Dhr Daane kan moeilijk aannemen dat
dhr Vriens f 400 te laag is. Bij andere
aanbestedingen was ze steeds hooger dan
de inschrijvingen, hij zou daarom de metse
laars nog eens willen interviewen, hij meent
dat het niet mag worden gegund voor
f1892 en het doet hem genoegen dat de
heer Van Gorsel dit aanstipt.
Dhr Ampt verklaart er tegen te zijn nog
eens met de metselaars te praten. Hij voor
zich kan niet gelooven dat dhr Vriens
abuis is. Besloten wordt dat, wanneer dhr
Vriens zijn begrooting handhaaft, aan de
metselaars zal worden gevraagd of zij het
voor f 1509 willen doen, daarbij de voor
keur gevende aan den laagsten inschrijver
L. de Wilde. Wenschen zij hierop niet in
te gaan, dan zal een nieuwe aanbesteding
worden gehouden, waarbij ook menschen
van buiten de gemeente verzocht zullen
worden, inschrijvingsbriefjes in te leveren.
Dhr Daane zegt dat het hem zou spijten
wanneer het werk aan een niet ingezetene
moest worden gegund, maar hij acht het
niet verantwoordt f 400 boven de begrooting
te gaan.
Ingekomen is nog een schrijven van
den heer 1'luijt, waarin deze meedeelt dat
de houlen schotten, tusschen de lokalen,
bij het lesgeven zeer hinderlijk zijn, en
deze er cp zinspeelt steenen muren te
houwen.
B. en W. zijn echter van oordeel dat
dit nog wel wat kan wachten, eerst dient
het allernoodzakelijkste te worden aan
gepakt.
Dhr Lindhout zegt dat in de school met
Bijbel ook houten schotten zijn, en nog
nooit klachten te hebben gehoord. Besloten
wordt dit aan te houden en bij de be-
grooting opnieuw in bespreking te brengen.
Hièrop wordt de vergadering gesloten.
KANTONGERECHT THOLEN.
Door deo kantonrechter alhier is behandeld
de eerste zaak tot vermindering van pacht inge
volge de crieispachtwet. Het betrof hier een in het
eiland Tholen gelegeo hofstede, die voor f 14.000
verpacht is.
De verpachter wilde de pacht met 25 °/Q
verminderen. De pachter meende hier geen ge
noegen mede te moeten nemen en wilde de
pachtsom op f 7000 gebracht zien.
De Kantonrechter verwees deze zaak naar de
noi niet bestaande Pachtcommissie. i