van Vrijdag 9 September 1927.
Tweede Blad.
Ceetje van de Oranjeboom
GEMEENTERAAD.
mellTrMAARTENSDIJK, 6 September 1927,
e pr |rm' 11 Bnr"
FEUILLETON
Verhaal uit het oude Baarn
ferbetl
amweT
Sept.J
rsvereel
:e schil
i Lanl
DrzitterJ
ord i
i het I
'erseksche en Thoolsche Courant
irs wasl
e afd.9
p 3P°orz^ter Burgemeester J. J. Polderman,
Uijl lretaris de heer J. E. B. Meloen.
3. DrtfraDwez'K a^e leden.
C. »*Ta opening der vergadering leggeu de nieuw
pr. M,lozen leden in handen van den voorzitter de
P„ lleifchte eeden al.
5 p., lfeaarna zegt de Voorzitter.
6 P-» l£ EdelAchtbare leden.
»n dit plechtig oogeublik, waarin Gij U door
I 2]|e eedstffeggine, hetzij bij hernieuwing hetzij
43 plr eer8te maal aaQ de gemeente verbindt,
oei J deel *e maken van het Bestuur der ge-
cherpleote St. Maartensdijk, zij U mijne heeren,
p., 2lne beste wenschen toegebracht,
ion JBlet het vertrouwen door het kiezerskorps in
fcesteld, door u af te vaardigen naar de raadzaal,
Kulciteer ik u van harte.
P-» °|lk verwacht dat de beraadslagingen en be-
^^Isingen door uw college te nemen, mogen zijn
GoJke' belang der gemeente, en van hoe grooten
i'luk lvan8 °°k mogen zijn, ik mag verwachten
bij het nemen van besluiten, n steeds helder
irtogl>r den geest aal staan, het gewichtige van
Goeli zooeven door u afgelegden eed.
re 8|Groot zijn de belangen der gemeente, en
Goeleten deze domineeren boven het persoonlijk-
P 1 particulier belang.
lik moge daarom hopeu, dat onze besprekingen
ink 41 eD 8e?oerd worden in den goeden zakelijken
man |n> want n*et8 *9 onaaogenamer dan een hard,
doorr' 8madend woord.
jomajöet spreekt van zelf, dat onze voorstellen over
werdl «eer te doen, niet altijd met elkander zullen
aarbilookeo, waarom zoo van veel gewicht is voor
Mol lichten en te overtuigen van het goede of
Koder goede.
ang lik althans zal niet aarzelen mijne ideeën prijs
i opl geven voor betere, wanneer ik daarvan ben
ftt a lertuigd of daarvan kan overtuigd worden.
lik hoop dat dit ook bij u het geval zal zijn.
paat IVerschil van meeniDg mag nimmer verwijde-
t kali ten8e?°lge hebben.
ne (I ?r'endschap mag daaronder nooit lijden.
Wij allen toch zijn geroepen om de belaDgeo
Aariir gemeente voor te staan en te behartigen, en
Iets ia aangenamer dan flinke sameuwerking.
t0 lla de zittingsperiode die voor ons ligt, zullen
aards gewichtige vooratellen worden gedaaD, die
H. ituurlijker wijze groote uitgaven met zich zullen
lengen.
)Z0 Evenwel, wanneer die voorstellen in het sociaal
dekl algemeen belang zijn daar mag men ver-
paarfcnwen dat hiertegen geen verzet zal zijn.
n JJMen moet de gemeente vooruit brengen, en
'd gledegaan met de eischen des tijds.
Slaan wij 't oog op andere gemeenten, waar
lot,*or groote uitgaven, daar moet dit ook voor
de I eeQ sPoor8^ag «ijn, om die voetstappen te
lakken, mits deze overeen te brengen zijn met
draagkracht der gemeente,
irkol Mijne heeren. Bij herhaling bind ik a op 't
daiirte, het belang der gemeente St. Maartensdijk,
>en,l)dat men ook van n moge getuigen, de be-
oplngeu der gemeerte zijn aan goede handen
oor|evertrouwd.
En hiermede mijne heeren, verklaar ik n ge-
Islalleerd, en verzoek ik u plaats te nemen
lm over te gaan tot behandeling der punten op
/iet convocatiebiljet gesteld.
/erl
li al
ka
door J. Lindbnkom.
III.
De bakker was inmiddels met kloppen klaar
'komen en bond een aantal zakken tot een
lundel. Hij had met een lange stoffer het meel-
lof van het luik geveegd en stond er nu op.
„Hier is niets dat er niet wezen uiag zei
je oode dos we gaan weer*....
„De heeren zullen toch zeker wel zoo goed
ijn om die zakken weer behoorlijk dicht te
jinden en op hun plaats te leggen*.,..
„Neen bakker, dat znllen we nu eens niet
|oea* teemde de oade.
„Dat zal je verd..., wèl doen schreeuwde
Ie bakker driftig.
„Dat znllen we niet doen giog de oude
laar bedaard er tegeu in en ga jij nu maar
fan het luik af, dan kunnen wij naar beneden"....
,Je komt niet eer benedeu voor die zakken
|P zijn
zijn
Eau oogeublik stonden de drie manoen zwij
gend, onbeweeglijk. Alle drie kookten ze in-
reodig. De bakker niet, maar de twee ambte
naren wendden kalmte voor.
„Nu nog eens voor het laatst, wil je ons
tan den zolder laten.... ja of neen"
De bakker zweeg en plantte zich vierkant
op het luik.
De heer Quakkelaar wil als ondste lid den
voorz. bedanken voor de toegesproken woorden.
En spreker zal als er zaken komen die door den
beugel kunnen, hiervoor niet terug schrikken want
dit is zijn gewoonte niet. Spreker hoopt ook dat
de nieuwe leden de belangen van de gemeente
voor zullen staan.
De notulen der vorige vergadering worden
gelezen en ongewijzigd vastgesteld.
Hierna volgt benoeming wethouders.
Voor de stemmiug deelt de heer Koopman
mee dat Priem en hij blanco zullen stemmen.
Bij de eerste stemming worden uitgebracht
op de heer C. M. Quakkelaar 4 st. en 3 blanco,
zoodat gekozen is de heer C. M. Quakkelaar.
De voorz. vraagt of de heer Quakkelaar deze
benoeming aauneemt.
De heer Quakkelaar weet wat er aan die be
trekking verbonden is hij heeft het 4 jaar mee
gemaakt, hij weet zeer goed dat de critiek voor
de deur staat en bij vernieuwing niet zal uit
blijven, maar dan zal spr. toch trachten alle
critiek te weerstaan en de benoeming aanneme.
Spreker zegt de heeren dank voor het vertrou
wen dat zij in hem gesteld hebben en zal zich
aan alle rechten aan B. enW. toegekend vasthon-
den en deze zich door niemand lateu ontwringen.
Hij heeft reeds 4 jaar als zoodanig meegemaakt,
het was niet altijd koek en ei toch kwam alias
terecht.
De voorz. feliciteert den heer Quakkelaar en
hij spreekt den wensch uit dat zij samen de
zaken goed zullen kannen behartigen.
Bij de tweede stemmiDg worden uitgebracht op
den heer Arit. L. Hage 5 stemmen en 2 blanco,
zoodat gekozen is de heer Ant. L. Hage.
De voorz. vraagt of de heer Hage zijn be
noeming aanneemt.
De heer Hage zegt:
Mijnheer de Voorzitter!
Het was na den uitslag van de verkiezing te
voorzien dat de samenstelling van het Dagelijksch
Bestnur een groote verandering zon ondergaaö.
Ook was het bij ons bekend dat de heer
Quakkelaar en mijn persoon aangewezen zouden
worden om als Wethouders op te treden, en
daarom, M. de V., is het mijn plicht, die taak
te aanvaarden.
Het is echter een taak die niet zoo gemakkelijk
is. Wact het spreekwoord zegt: Wie aan den
weg timmert, heeft veel bekijks, en vooral in deze
nienwe periode, nu zuinigheid plicht is. Want
gezien ons laatst afgesloten boekjaar een tekort
heeft opgeleverd, moeten wij trachten dit tekort
in te halen. En om dan die taak naar behooren
te kunnen vervallen, M. de V., vraag ik in de
eerste plaats Uwen steun. Ik hoop dat U de
zaken ons openlijk en onpartijdig 'zolt bloot
leggen, zonder aanzien des persooos,
Eq ook U, Mijnheer de Secretaris, zullen Uwe
adviezeD, zoo ze gevraagd worden, door mij dank
baar worden aanvaard.
En U, collega's Quakkelaar, Nelisse en Geluk
tniju dank voor Uw steon in dezen verleend. Ik
hoop dat onze verstandhouding van vriend-
schappelijken aard moge zijn, en onze voorstellen
en besluiten meestal parallel mogen loopeD.
En U, collega Vroegop mijn bijzooderen dank
voor de stem die U op mij hebt uitgebracht,
want toen «ij reeds voor de verkieziug ver
moedden dat er verandering ging komen, toen
hebt U Uw woord al gegeven om aan deze
samenstelling mede te werken, en ik beschouwde
Uw wooid als een zegel. Ik hoop vooral vau U
dat onze verstandhouding moge blijven gelijk
ze deze afgeloopeq acht jaren geweest is. Wtnt
„Ja.... of. Neen
„Denk er om bakkertje zei de oade met
hoonende zalving denk er om.... ik vraag
het je nou..., voor.... het laatst.Ja,... of....
neen
De bakker zweeg.
De ambtenaren zagen elkander een oogenblik
aan. Even was het heel stil in het huis, het
was of nergens een levend wezen was. Toen
klonk van beneden iueens een geluid alsof een
zware ijzeren deur onbehoorlijk hard werd dicht
gesmeten. De bakker scheen te schrikken....
Duivels, mijB beschuit.... da's waar ook. Ea
zonder van de twee ambtenaren eenige notitie
te nemen, tilde hij het loik op en snelde de
trap af. De twee mannen volgden. In de bak
kerij zat de vrouw nog te st ijden....
De bakker vloog naar den oven, rukte de
deur open.... De vronw lachte.... Je dacht zeker
dat de bovenkorsten er nog in stonden.... Die
heb ik er uit gehaald
■X-
De oude kommies was een man van ervaring
en had een scherp oog, maat hij merkte toch
niet op dat de vroaw gedarende al dien tijd
dat ze op den zolder geweest waren, nagenoeg
niets met haar beschuilsnijderij was opgeschoten.
Zij was nog aan dezelfde plaat bezig, die ze
onder handen had toen de oianneu de trap op
gingen en nog aan dezelfde rij bolders.
Zoodra het luik zooeven onder de twee amb
tenaren was dicht gevallen, had sij het mes
neergelegd en was onhoorbaar de bakkerij uitge
wipt.
Op t zelfde moment was ook de molenaar
onze belangen zijn niet altijd dezelfde: Uw kiezers
hebben andere eischen dan de mijne. Daarom
kunnen wij met elkander niet altijd hand in
hand gaan, maar toch hoop ik dat wij, wat de
belangen van de gemeente aangaat wij elkander
dikwijls de hand mogen toesteken.
Ea U, collega's Koopman en Priem, die nu
ia de minderheid gekomen zijt, Uw getij is
verloopen en dienen de bakens verzet te worden
van U zal ik de meeste critiek moeten ontvangeo,
doch dan wil ik hopen dat die critiek opbouwend
zal wezen en uiet afbrekenden in 't belaug
van de gemeente.
Nu zullen in deze vier jaren die aanstaande
zijn Uwe voorstellen anders onder oogen genomen
worden dan voorheen, hoe dikwijls was het niet
4 voor en 3 tegen, zonder dat U van mij protest
hoorde, en wij er in bernstteo.
Toch beloof ik U, collega KoopmaD, wanneer
U met voorstellen komt die in 't waarachtig
belang van de gemeente zijn, wij ze zeker zullen
aanvaarden. Een enkele keer zullen wij, niet
tegenstaande het schoorvoetend zal wezen, toch
wel eens kwaad met k waad moeten vergelden
zonder echter de belangen der gemeente te zullen
schaden.
Mocht dit dan zoo wel eens een enkele keer
voorkomen, wil er dan ook ia berasten en denken
het is loon naar werken.
Mijnheer de voorzitter, ik neem dus de be
noeming aan, dat ben ik verplicht, en ik hoop
de belangen der gemeente dan ook steeds voor
te staan.
De voorz. feliciteert den heer Hage met het
vertrouwen dat de raad in hem heeft gesteld.
De heer Nelisse feliciteert eveneens den heer
Hage.
De heer Koopman feliciteert de heeren met
hnn benoeming en hoopt dat zij altijd de be
langen van de gemeente zullen voorstaan gelijk
zij steeds hebben gedaan.
De heer Vroegop feliciteert eveneens en hij
hoopt dat de heer Hage het vertrouwen in hem
gesteld niet zal beschamen.
Ingekomen stokken:
Dankbetuiging van H. M. de Koningin voor
het telegram bij de viering van haar geboortedag
ontvangen.
Een schrijven vau C. Rijnberg e. a. tot het
wegnemen van de nriuoir bij de schoor van
L. de Fouw, daar deze veel stank veroorzaakt.
De voorz. stelt voor dit in te willigen. De
meeste ziju reeds opgeraimd, mede door de
klachten der bewoners, en men ziet het ook in
andere plaatsen. Spreker had gedacht om hem
dan te verplaatsen dichtbij de Zeesluis.
De heer Hage acht dit tot niets nut bij de
zeesluis.
De heer Koopmau vindt het maar beter op
te ruimeD.
De heer Vroegop is ook tegen het verplaatsen
naar de Zeesluis. Zon er geen andere geschikte
plaats te vinden zijn? Want moet alles nn maar
weg Als er elke week de hand aan gehooden
werd zooals dat vroeger gebeurde, datde gemeente
werkman iedere week ze schoonmaakte met carbol
zou dat wel beter gaaö, maar dat gebeurt niet meer.
De voorz. zegt dat dit niets helpt, want er
worden steeuen in gegooid en hooi, zoodat het
verstopt raakt.
De heer Vroegop: dat verwekt geen stank,
waarom moet alles opgeruimd
De voorzitter zegt: waar je ze ook plaatst,
overal klachten.
De heer Koopman: als ze ze dan nergens
willen hebben, dan maar opruimen.
te vooischijo gekomen. Zonder elkaar een woord
te zeggen, vaardig en beslist, zonder een enkele
onnoodige beweging of eenig geluid te maken,
deden ze beiden hun werk.
De vrouw legde gezwind eenige takkebosseo
in het schuurtje opzij, veegde met een gereed
staande bezem de sparrenaaldeu weg van een
deel van den vloer.
Daar kwam du een vierkant luik te voorschijn.
Het was niet gemakkelijk om dat luik, waaraan
geen ring of iets was, op te lichten, maar de
bakkerio was een stevig frommee, ze had ge
spierde armen.
Onderwijl had de molenaar het voorschot en
het kistje van den wagen met takkebosseo los
gemaakt. Dat alles zat vernuftig met haakjes en
pennetjes vast, zoo, dat als je 't niet wist, je
hut niet zien koD.
De wagen had hooge leeren en zooals het
altijd gebeurt, dwars over de leeren giügen
houten en op deze, langs den wagen de lange
houten.
Daar werdeu dau de takkebossen op geschikt.
Onder die takkebossen in de eigenlijke wagen
lagen acht zakken meel. De molenaar was een
flinke, sterke kerel, hij speelde als 't ware met
zoo'n zak meel. In een wip waren de eerste
zakken uit den wagen en in de ruimte, die
onder het luik in het schuurtje, daar blijkbaar
opzettelijk voor was ingericht.
Aan de krop vau de achterste zakken was
een touw vastgemaakt, zoo dat de vrouw telkens
een zak naar voren kon trekkeD. Zoo gezegd,
het ging alles zwijgend, wondervlug, ongelooflijk
behendig. De wagen leeg, het luik dicht, weer
De heer Quakkelaar vraagt of het niet moge
lijk is hem achterin de tuin van dhr Roozendaal
te plaatseD, dat stuk wordt toch niet gebrnikt.
De voorz. stelt voor om er eerst eens verder
naar te onderzoeken en dan in de volgende
vergadering een beslissing te neï2en- Wördt met
alg. st. aangenomen.
Een verzoek van Wed. Quaak of zij haar
dochter in haar woning mag opnemen.
De voorz. licht de zaak nog toe.
Wordt met alg. st. ingewilligd.
Een schrijven van mej. G. W. Robbe, ver
loskundige, oin vacantie.
De voorz. zegt dat hier veel voor te zeggen
is en zou nader bij instrnctie geregeld kannen
worden.
De heer Quakkeiaar kan zich hiermede ver
eenigen, het kan later bij iostrnotie geregeld
worden.
Met alg. st. wordt het verzoek toegestaan.
Een schrijven van de afd. S.'D.A.P. St. Maar
tensdijk, gezien de leerlingen van de o.l. school
indieo ze de school verlaten, te weinig kennis
hebbeD, meer gelegenheid te geven voor het be
trekken van onderwijs door het instellen van
herhalings- en vervolgonderwijs.
Bij dit schrijven was ook uog een Mem. van
Toelichting.
De voorz. is van meening dat de Ouder-
commissie ook in dezen geest werkzaam is doch
daarvan is nog geen adres ingekomen.
De heer Hage meeut dat het de vorige avond
vergadering van de Oudercommissie is geweest en
wil dan ook de zaak aanhouden tot nader be
richt is ingekomen.
De heer Vroegop vraagt of het Diet beter was
aan de ouders opgave te vragen hoeveel kinderen
van dit onderwijs gebruik willen makeD.
De heer Hage zegt toen het verplichtend was
werd er weinig gebruik van g maakt zoodat de
raad besloot het op te geven.
De voorz. is vau ineeniog dat het beste is
dat de onders opgave doea aan de Ouder-com-
missie of aan het hoofd der school en dan later
eea besluit te DemeD.
Met alg. st. wordt besloten de zaak aan te
houden.
Verder komt in behandeling een verzoek van
P. Dorst betreffende het verpachte stukje ge
meentegrond.
De voorz. zegt daar deze kwestie reeds inde
vorige vergadering is behandeld en hier een
broederkwestie bij inbegrepen is waarin de »aad
toch niet tosschen kan komen, het besluit te
handhaven eD als pachter aau te merken P. Dorst.
De heer Vroegop dacht dat besloten was deze
zeak te onderzoekeu.
De voorz. zegt dat de heer Qnak keiaar de
zaak nader onderzocht heeft.
De heer Koopman zegt dat het niet goed
gegaan is, er is bedrog gepleegd.
De voorz. merkt op dat P. Dorst de pachter
is en de grond voor 7 jaar moet honden.
De heer Vroegop meent dat waar P. Dorst
naast het gepachte, grond in eigendom heeft,
dit moet houden.
Het voorstel van den voorz. in stemming ge
bracht word aangenomen met 5 tegcu 2 st. die
der heeren Koopman en Priem.
Van dhr Quakkelaar iB een adres ingekomen
om het raadsbesluit van 3 Mei jl. in te trekken,
waarbij uitgesloten wordt de benoembaarheid tot
leden van bet Armbestuur van leden van den
raad. Adressant merkt hierin op dat de goed
keuring van Ged. Staten hierop ook nog is uit
gebleven.
de takkebossen er op en wat sprik en wat
knuppels.
Het kistje en het voorschot weer aan den
wagen, elk spoor van meel verwijderd, het ging
met een onbegrijpelijke vaardigheid. Maar....
het dunrde toch enkele minuten. Een laatste
blik over alles heen, niets meer te zien. De
molenaar sloop onhoorbaar naar het huiskamertje
en nam zijn pijp weer. Die was nog niet eens
geheel uitgegaan. De vronw ging iu de bakkerij,
deed heel voorzichtig de overdeur open en smeet
die met een geweldigen smak weer dicht. Toen
ging ze bedaard zitten en *aeed weer beschoit-
bolleu, zoo, dat het haa cherpe mes telkens de
huid iu de holte van h: r hand raak c»a tcch
niet schond. Toen ging ook hel zolderluik open.
Nanning deed eenigszins aarzelend de deur
van de kleine slaapkamer open en keek rond.
Het was daar alles kraak en kraak netjes, hij
zag wel dat hier geen meelzakken konden zïd
ingebracht. De oude lichtte nog de deksels van
de trog op, waartoe de vronw natuurlijk haar
plaat met beechuilbollen moest weg nemen, ook
daar was niets te zien.
Och hé.... alles was zoo beknopt, dat je zoudt
zeggen, nog uiet een eukele zak was te verbergen.
De oude neusde Dog eens iu het schuurtje,
de takkebossen en het losse hout lag er nog
precies zoo. Hij keek wantrouwend naar den
wagen,...
„Nanning, kijk eeus hier I....*
Narniog kwam naar buiten en heel toevallig
«as de molenaar nn ook buiten gekomen. Ze
konden met z'n drieën ternauwernood op het
werfje staan. (Wordt vervaagd.)