IERSEKSCHE EN
THOOLSCHE COURANT
m
\To!|2<27
Vrijdag 8 Januari 1926.
Drie en veertigste jaargang
GOUDFAZANT-SIGAREN
Firma J. M. C. POT - Tholen.
Telaf. Interc. no. 16.
Bij abonnement aanmerkelijke prijsvermindering.
Op de plaats des geweens.
Voor Allen die Sukkelen
33020 10 6 8 10 CtS.
Verkrijgbaar in alle eerste klas zaken.
Sigarenfabriek H. v. LIEMT, Etten (N.B.)
Overwerkte Zenuwen
Mijnhardt's Zenuwtabletten geven kalmte
en nemen gejaagdheid en overspanning weg
Glazen buisje 75 ct. Bij Apoth. en Drogisten.
Dit blad verschijnt eiken Vrijdagavond.
Prijs per kwartaal f 0,80 met Geïllustreerd Zondagsblad f 1,37®, franco
per post f 1,65 10 et. disp. kosten.
UITGAVE
Advertentiën van 1 tot i regels 75 cent; iedere regel meer 171/1 eent.
Grootte der letters naar plaatsruimte.
PUBUCATIËN.
De Burgemeester van Tholen maakt bekend, dat
tegen Dinsdag, den 12 Januari 1926 de# Damiddag#
fil/2 ure eeDe openbare vergadering van den Raad
is belegd.
Ponten van behandeling
II. Ingekomen itukken.
Benoeming van een onderwijzer aan de O. L.
School.
Verleening gratificatiën.
Uitgifte van grond in erfpacht aan M. van Noort.
Haar van een lokaliteit voor noodslachting.
Verkoop van grond.
Wyziging begrooting voor 1925.
Vergoeding en voor#chot aan scholen voor bij
zonder lager onderwijs. 16
Het oitdrageu van een geliefd pand moge tot
le meest ingrijpende voorvallen in 's meDschen
leven behooren, zoo hartroerend en indrukwekkend
ls de begrafenis der slachtoffers van de ramp
aan het Thoolsche veer is geweest, vermag onze
peo niet in zijn volleö omvang te beschrijven.
ëo toch mogen en kunnen we niet nalaten
1 zwakke indruk weer te geven, van het slot
tafereel van dat onvergetelijk ongeluk. De aan
grijpende stilte die de laatste dagen in het zoo
twaar getroffen Poortvliet heerschte, en als het
ware nog verhoogd werd door den loodgrauwen
aemel, waaruit droppelen als tranen van rouw
oeersijpelden, werd Zaterdagmiddag alleen even
verstoord door den gedemplen hoefslag der iu
rouw getooide paarden voor deo nog slechts kort
geleden aangeschaften lijkwagen en door den
regelmatiger), zachten tred der lijkgangers die de
rouwstoeten vormden om de beklagenswaardige
slachtoffers naar hnnne laatste rustplaats te ge
leiden.
Toen de eerste kisten der dochters Krijger in
le groeve waren nedergelaten, waarop, in tegen
stelling met de gewoonte, op verzoek van den
rader, niet terstond de aarde werd uitgespreid,
rad ds. Bouma, predikant bij de Ger. Kerk Ier
ilaatse naar voren om in sobere woorden den
'chokkeDden indruk te schetsen, dien de allengs
raste vorm aanoémende mare van het ODgelnk
eweegbracht. Het scheen aanvankelijk ongelooflijk,
maar het werd hoe langer zoo meer een diep-
"rearige werkelijkheid.
Even onverwacht als de levensdraad dezer
;eliefde dochters werd afgesneden» staan we nu
Bveo onverwacht in grooten getale om de ge-
>peude groeve, innig bewogen met het lot dat
lie beide zusters trof en even innig bewogen
net de verwanten, wien zalk eepe diepe wonde
werd geslagen. Bij al bet begrijpelijke l$ed en
le gevoelde smart, heeft nogtans dit geopeBde
>raf ons iets te zeggeD. Het leert ons opnieuw
lat ons leven niet het onze is, dat 't van den Heere
s en dat het Hem vrij staat dit elk oogenblik,
>p het alleronverwachts en onder elke omstandig-
ïeid op te eiscben. Het is echter alleen de vraag
>f wij bereid zijn, als Hij ons, door middel vaD
ien dood, wenkt. Die vraag geldt niet nitslnitend
•os die om deze groeve verzameld zijn, maar die
;eldt allen die als belangstellende of als deel-
lomende vao deze plechtigheid getuige is, ook
in vooral de jongeren, die niet of zelden aan
Ieze dingen denken en by eene wandeling langs
et kerkhof slechts even een blik daarop werpen,
mder te bedenken dat zij ook dddr zullen ver-
ameld worden. J)ie vraag te)echter niet meer
Iran toepassing zijn op deze geliefde dooden. God
beeft hen reeds geroepeD. En naar wat wij van
ben vernamen was bon levenswandel onberispelijk
ftn bon begeerte naar den Verlosser der zonden
onbegrensd, zoodat wij de zekerheid hebben, dat
tij na reedi in blinkende kleederen juichend
itaaG voor Gods Troon. Dat wil echter niet
leggen, dat zoo'n plotselinge scheiding geen
met Verstopping of moeilijken en onregel-
matigen Stoelgang zijn Mijnhardt's Laxeer-
tabletten onmisbaar. Zij werken vlug en
radicaal en veroorzaken niet de minste kramp.
Doos 60 ct. Bij Apoth. en Drogisten.
8 83862
diepe wonden slaat in het vleesch. Verre van
daar. Het losrakken van dierbare panden doet
lltijd pijn. Maar als wij weteD, dat God niet
kastijdt uit wellust en geene wonden slaat, zonder
ei balsem tot heeling voor te geven, dan kan
noen, ondanks de meest zware beproeving, stille
en bemsten in Zijnen ondoorgrondelijken
wil, ia het vast vertrouwen dat dit alles in Zijnen
wijzen raad besloten is en dat wat Hij doet,
welgedaan is, al kunnen wij het ook niet door
gronden. De» wetenschap dat ^gij, naaste familie,
Jen God des Heils zóó kent, is een waarborg
$at gij zeker niet in opstand znlt komen, doch
^ods wil aanvaardt als onvermijdelijk, in welke
Efckerheid gij kracht en troost zult vindon, die
fc*en gewis door God den Vader zal verleend
■orden.
De heer W. Dronkers, burgemeester der ge-
Beente, bracht allereerst de groote ontsteltenis
en verslagenheid in herinnering van het onU
zettende onheil van 29 December. Hoe diep
treffénd waren deze doodstijdingen voor ons
allen. Zelfs in alle kringen buiten deze gemeeDte
wekten zij groote verslagenheid.
H. M. de Koningin deed mij het bericht zeer
getroffen te zijn door het droevig ongeval en
verzocht aan de naaste betrekkiugen der om
gekomenen Haar betuiging van oprechte deel
neming over te brengen.
De heer Commissaris der Koningin heeft een
blijk van deelneming gegeven door een bezoek
te brengen aan de gezinnen der getroffenen.
Na staan we aan het eerste graf van twee
jonge menschen wier levensdraad bij dit ongeval
zoo plotseliog afgesueden werd.
Geachte vriend Krijger; geachte heer Van Dijke
eD verdere familieleden.
Hoe kan ik woorden krijgen om U in ow
vreeselijke smart te troosten. De slag U zoo
plotseling toegebracht, moet ieder vol deernis
op U doen cederzien.
Het is een smartelijk gevoel voor U, vriend
Krijger, twee lieve dochters en voor U heer
Van Dijke een liefhebbende echtgenoote en een
beste moeder voor uw twee kleine kinderen te
moeten missen. Het is bekeud, Krijger, welk
een onderlijke gehechtheid U en uw vronw, aan
deze kinderen had en Van Dijke welke innige
liefde U voor uw echtgenoote koesterdet.
Welke bloedende wonden worden er aan onder
harten toegebracht, wanneer zij dierbare panden
zien heengaan in zoo'n bloeieoden leeftijd, een
dochter en een echtgenoote, die de trots van het
gezin uitmaakte. Er bestaan geen woorden genoeg
om ow smart in schrift te brengeD.
Ach wat zijn toch ouze idealeo, wanneer wij
zien, hoe snel hetgeen wij bezitten ons ontrokt
kaa worden.
Laat U echter niet geheel en al door nw smart
overmeesteren. Troost U met het vertfonwen op
Gods eindelooze goedheid, die U gewis dezen
harden slag niet toezendt dan met hoogwijze
bedoelingen, voor welke de sterfelijke mensch
moet zwijgen en de knieëu buigen. God heeft
het zoo beschikt en eerbiedig moeten wij zwijgen.
Maar gelooft dat de Heer U wederom ook zegenen
zal, wat wij alIeD U toewenschen.
Catharina en Maatje «Krijger 1
Vol weemoed en ontroering staan we rond uw
graf. Wie had kunnen denken, dat Gij op zoo'n
jeagdigen leeftijd, en vol levenslast zoo plotseling
en op zoo'n noodlottige wijze van deze aarde
zoua weggenomen worden. Opgeruimd zijt Gij
dien Dinsdagmorgen naar nw zuster gegaan eo
even opgeruimd hebt ge tegen den avond van
haar afscheid genomen, niet wetende dat dit voor
de laatste maal zon zijn. En nw ouders, en
Catharina, uw man, waren vol verlangen naar
uw terugkomst.
Maar het heeft niet zoo mogen zijn. De Heer
heeft gewild dat uw terugreis niet een reis moest
zijn naar de vriendelijke woning, maar naar de
plaats, waarvan nooit iemand terugkomt.
Catharina en Maatje!
Je waren brave, nette meisjes; rein in handel
en wandel; zeer goed voor uw ouders en familie
leden; een goed voorbeeld voor uw vriendinnen
en kennissen.
Ge znlt bij hen altijd iu dierbaar aandenken
blijveD.
Uw assche roste thans in vrede.
Na hem gevoelde de heer H. Goossen, in
zijne kwaliteit van waarnemend burgemeester
van Tholen, behoefte om getuigenis er van af
te leggen, dat de dagen die achter ons liggeö,
voor hem in 't bijzonder, dagen van droefheid
en rouwe waren, daar hij, waar de leiding der
gevolgeD van de ramp op 29 December in zijne
handen was gelegd, meer verkeerde onder de
doodeü, dan onder de levenden.
De deelneming en de hartelijke belangstelling
der burgerij van Tholen, de plaats waar de ramp
plaats vond, is groot en hij mocht de tolk zijn
der ingezetenen om de gevoelens van innige
deelneming nit te spreken met de getroffen
familiën Krijger, van Dijke, Hageman en Éranken,
alsmede de familie Kesselaar te 's-Gravenpolder.
Moge de Heere onze God, die de wonde sloeg,
ook balsem geveD, opdat ten slotte door U met
Job kaD gezegd worden „de Heere heeft gegeven,
de Heere heeft genomeD, de Naam des Heeren
zij geloofd."
Ook U, Ed.Achtb. Heer Burgemeester, con
doleer ik namens mijne gemeente met het zoo
droevig verlies van een zestal Inwoners der ge
meente waarover gij als hoofd zijt gesteld.
En als wij no onze blikken slaan in dit graf
van deze geliefde dochters, echtgenoote, moeder,
zuster, familieleden, maar ook vriendinnen, dan
breekt ons hart bij de gedachte van het zoo
plotseling afgesneden leven. En we zouden zoo
gaarue het gordijn van deze verborgenheid willen
openen om er in te blikken en te vragen
Waarom? Doch geen antwoord op deze vraag.
De Heere is geen rekenschap verschuldigd van
Zijne dadon want die zijn enkel Majesteit en
Heerlijkheid. Hij doet met het heir des hemels
en de inwoners der wereld naar Zijn welbehageD.
Oos past het niet een oordeel te vellen over deze
geliefde dooden, want de dooden zijn voor den
Heere. Maar wel mogen wij hier getuigen, dat
het hun lost was om bezig] te zijn in dedingen
van Gods Koninkrijk en hnn weg te bewandelen
met vreeze en beving.
Hier, op den akker van Gods dooden, hebben
wij gezaaid en als wij die verlaten zullen, volgen
weer anderen en wordt het zaaien voortgezet.
Het zaad heeft God volmaakt en zonder vlek
gegeven, doch de mensch viel van God af en
viel de zonde toemaar God liet den mensch
niet liggen in zijn val. Hij zond Zijnen Zoon
als de Zaligmaker, en in den grooten dag van
Jezus' wederkomst op de wolken, zal ook dit
graf openbaren welk zaaisel wij heden hebben
gezaaid. Laten wij voor hen hopen dat huftne
ziel na reeds juicht voor Gods trooD. Doe Hij
U alleD, bedroefde families, berusten in wat de
Heere U toezondt en geve Hij CJ genade het
hoofd te buigen en te zeggeD Uw wil geschiede!
Gij allen die hier rondom dit graf staat als
belangstellende toeschonwers, ook gij wordt een
maal gezaaid. Zoekt den Heere in den welaao-
geoameu tijd, in den dag der zaligheid, als gij
nog geen genade bezit. Slaat ow oog op dit graf
en op de gezinnen, die ook straks hunne doodeü
zullen brengen en het zal u duidelijk zijn, dat
het leven broos i9 en dat het is als een damp,
die voor een weinig tijds wordt gezien en daarna
verdwijnt. Als gij in uw sterven niets aoders
bezitten zult dan een planken huis en missen
zult wat de Apostel Paulus dienaangaande heeft
geschreven, zal het droevig gesteld zijn. Zoekt
dan Hein terwijl hij te vinden is, eer het te la^
is, voor eeuwig te laat. Mijne vingeren hebben
de oogleden dezer dierbare panden geeloten en
mijne handen hebben hunne armen over de borst
gekruist en al moge dit de laatste handeling
geweest zijn die wij hebben kunnen doen, de
herinnering aan deze dierbaren blijft. Zij rusten
in vrede 1
De heer H. Spek, hoofd der Chr. School,
gevoelde, in weerwil van zijn innerlijk diep
bewogen gemoedsstemming, behoefte uiting te
geven aan zijn oprecht medegevoel, nu bij daar
voor zich ziet de voorzitter van zijn schoolbestuur
en zijn collega Van Dijke zoo overmand door
droefheid in den vreeselijken slag die hun trof,
dan moet hij een enkel woord zeggen. De traoeD
vao smart kunneu wij ons indenken, ma3r het
ziju niet uitsluitend de tranen als van hen die
geene hope hebben. De wetenschap dat God niet
plaagt nit welbehageD, niet slaat zonder balsem
te geven voor de wonde, maar dat Hij alleen
handelt naar Zijne wijze bedoelingen, geeft kracht
om dit schijnbaar niet te torsen kruis te dragen.
Schenke Hij die ook U, geachte familie Krijger,
Van Dijke en verdere uabestaanden.
De heer J. vao Alten, voormalig hoofd dier
zelfde school te dezer plaatse, was diep getroffen
door de ontstellende tijding van het ougelak en
niet minder door de omstandigheid dat ouder
de slachtoffers ook een tweetal dochters waren
van de zeer bevriende familie Krijger. Wie had,
collega en vriend Van Dijke kunnen vermoeden,
dat, toen wij dezen zomer elkander in de vacantie
ontmoetten en bij het afscheid het fftot weerziens!"
toeriepen, dit zulk een wederzien zou zijn. Maar
hoe verschrikkelijk deze plotselinge scheiding
naar den vleesche ook moge zijn, wij hebben te
berusten in Gods wil, waaraan nooit iets ten
grondslag ligt, dat niet met eene bepaalde be
doeling aldus geschieden moet. Dit Godsver
trouwen geeft kracht om de zwaarste beproeving
te doorstaao. Want dit weten we, het is niet
een 's menschen werk, die U dit Krais oplegt,
maar Gods werk, en oodauks de schijnbaar
grootste tegenstelling is het al goed wat Hij
doet. Geve deze genade-gedachte U -troost om
U op te beuren, waar dit naar menschelijke
gedachte schier niet mogelijk zon zijn en schenke
Hij U genade om dit kruis te kunnen dragen.
De heer Van Wingerden uit Rotterdam, sprak
pok als huisvriend een woord van troost in deze
zware beproeving tot de diepbedroefde familiën,
terwijl ds. B. W. de Graaff, voormalig leerend
onderling der Ger, kerk te dezer plaatse, eenvou
dige gebeurtenissen uit het leven der afgestor
venen memoreerde, waaruit hunne beslistheid in
het geloof en kun wandel op Gods wegen teD
duidélijkste sprak. Die beslistheid, welke ook in
de gezinnen der^geliëfde dooden het pont van
uitgang van hun leven is, is oorzaak dat deze
geweldige slag gedragen kan worden, wetende
dat het Gotl is die tot hen kwam en dat Hij
niet nederwerpt zonder weder op te richten.
Dit geloofsvertrouwen is een groote troost en
een uituemeBde kracht om in de hacheltjkste
omstandigheden staande te blijven daar men iu
alles Gods hand ziet en men weet dat alles wat
Hij doet welgedaan is en te Zijner eere. Maar
dat neemt niet weg, dat de waarschaweode stem
van dèn psalmist ten allen tijde gehoord moet
worden eu een spoorslag moet zijn om zich voor
te bereideo, want
Gelijk het gras is ons kortstondig leven.
Gelijk een bloem, die op het veld verheven,
Wel sierlijk pronkt, maar kraoht'loos is
en teer.
Dit uitnemende psalmgedicht werd door de
aanwezigen aangeheven ten besluite dezer droeve
plechtigheid.
De oodste broeder der beide zusters, de heer
G. K. Krijger, dankte namens alle familieleden
voor de betoonde deelneming en voor de laatste
eer aan de afgestorvenen bewezen.
Aandoenlijk klonk het afscheidswoord uit de
dichtgesnoerde keel van den diepgetroffen vader
Dag, lieve Kaatje, dag, lieve Maatje dag lieve
Kinderen 1
Diep onder den indrnk verliet daarop de
lijkstoet den doodenakker, die wachtte op een
nienwe prooi, toen op gelijke wijze de echtge
noote en het dochtertje vaD den heer Hageman
grafwaarts werden gedragen.
Toen allen rondom de groeve geschaard stonden,
sprak de burgemeester als volgt
Het is mij een groote behoefte om ook aan
dit graf een woord van deelneming te mogen
spreken.
Zoo staan we dan weder aan de groeve van
eeD moeder en kind, die ook behooren tot de
slachtoffers van het groote oDgeluk dat Dinsdag
avond aan het Thoolsche veer heeft plaats gehad
en waardoor onze gemeente zoo zwaar werd ge
troffen.
Geachte heer Hageman en geachte familieleden.
Ook de tijding van het treurig verlies dat aan
hebben in de Eerste plaats een Kalcueerend
en Versterkend middel noodig.
8 38361
U en uw gezin is overkomen, heeft mij en mijn
medeburgers diep getroffen en ik wil ook hier
namens alle ingezetenen U daarmede mijnjinnigste
deelneming betnigen.
Uw beste vrouw en lief dochtertje moesten
ook bij dit ongeval hun dood in de golven vinden.
Het zware onherstelbare verlies dat U en uw
familieleden door het verdrinkeü van Uw vrouw
en kind getroffen hebben, wekt het medelijden
met Uw treurigen toestand öiet alleen van de
ingezetenen dezer gemeente, maar ook van de
inwoners der andere gemeenten in het eiland,
zelfs vau velen buiten het eiland.
U hebt dit dezer dagen op oudnbbelzinnige
wijze ondervonden. Ja zelfs H. M. de Koningin
heeft Haar oprechte deelneming betnigd, terwijl
de Commissaris der Koningin persoonlijk U een
bezoek heeft gebracht. Ook de tegenwoordigheid
van zoovelen toont innige deeluemiug voor U
eD Uw gezin.
Zeker koQ ^een zwaarder 9lag U treffen dan
het verlies van uw dierbare'vroaw en uw lief
hebbend dochtertje.
Uw diepe droefheid over hut vroege afsterven
van uw goede vrouw en uw lieve kiud is recht
matig en wordt door ons allen gevoeld. Maar
de Heer heeft beschikt en eerbiedig moeteD wij
zwijgen voor Zijn ondoorgrondelijken wil. Doch
vergeet niet dat God die de wijsheid eu de
goedheid zelve is, voorzeker hoogere bedoelingen
heeft gehad met U deze beproeving toe te
zenden in die overtuiging znlt gij ontwijfelbaar
eenigen troost vinden eD met den Zaligmaker
aitroepen „Heer, niet mijn wil, maar de Uwe
alleen geschiede."
Vrouw Hagemau
Vol weemoed en oDtroeriBg staat een groote
schare ook rond qw graf en dat van uw dochter
Hendrika. Ge waart een zorgzame vrouw en
goede moeder voor uw kiodereD.
Hoe znlt gij Dinsdag vóór dat noodlottig por
met uw dochtertje verlangd hebben naar het
einde van die reis uit de Residentiestad, opdat
U zich dan weder onder volle opgewektheid en
toewijding zou kuDneD geven aan uw kinderen
en uw braven en goeden man.
Maar DeeD. De Voorzienigheid heeft hier be
schikt alleen de mensch wikt.
Rust beiden in vrede.
Ds. J. W. Verschoor, Herv. predikant, bracht
in sobere bewoordingen de aDg&tige vrees en de
toenemende angst der bevolking van Poortvliet
in herinnering toen Dinsdagavond de vage ge
ruchten van het ongelak doordrongen, waarbij
langzamerhand de droeve werkelijkheid de over
hand kreeg en onze gemeente niet minder dap
zes slachtoffers te betreuren had. Andermaal is
gebleken dat God als Hij wondeo slaat, Diet let
op rang of staud, noch op jeugd of ouderdom,