Tweede Blad. VAN VRIJDAG 25 SEPTEMBER 1925. BUITENLAND. Caillaux, de Fransche minister san financiën heeft met eeD staf van medewerkers en desknu- digen ree gekozeB naar de Vereenigde Staten ten einde te trachten eene overeenstemming te treffen over de regeliug van de Fransche scholden aan Amerika. Alvorens Caillam in de Unie voet aan wal zet, heeft hij reeds met lofuitingen het oor ge streeld van hen, met wie hij nader over die hoogst belangrijke zaken zal hebben te sprekeD, door te getuigen van hunne grootmoedigheid en hnn goede zakeninzicbt. Frankrijk verwacht, en meent op moreele gronden daarop wel aanspraak te mogen maken, dat het gemeenschappelijk gevaar in den oorlog en de gevaarlijke positie van Frankrijk in het bijzonder, eenige erkenning in den vorm van groote welwillendheid tegenover de materiëele schulden met zich brengt. Of bet in bijzonder tot zaken aangelegde Amerika dergelijke gevoels-overwegingen zal laten bovandrijveu, staat nog te bezien. Van de scherp zinnigheid van Caillaox zal veel geeiscbt worden om de uitingeB van welwellendheid in daden om te zetten. Caillauz heeft de verdienste een begrooting te hebben ingediend, die niet alleen sluitend, maar zelfs een meerdere inkomst van 133 millioeu fraDcs aanwijst. Men zon dit een schitterend resultaat kunnen noemen, indien de werkelijkheid de raming nabij zou komeo. Doch ten koste van verhooging van de inkomstenbelasting en bet heffen eener belasting op de waardever meerdering van goederen en een jaarlijksche heffing op de waarde vau onproductieve roerende goederen, zooals meubelen, zilver, sieraden, schil derijen en dergelijke is dit overschot verkregen, waarvan het i og lang niet zeker is dat de Kamer daaraan hare goedkeuring zal hechten. Zou ze inderdaad die posten verwerpen, dan staat uien iu Frankrijk ongetwijfeld voor een kabinetscrisis, die werkelijk zeer le onpas zon komen, nu er nog zoovele fioancieele moeilijk heden te wachten staan, die bovendien komen in een tijdperk, waarin de franc aireede zulken grooten weerstand zal moeten bieden aan den natuurlijken loop van zaken. Toch zijn er lichtpunten te bespeuren. De buitenlandsche handel bevindt zich in een bijzonder gnnstige positie. De invoer over het tijdvak van de eerste acht maanden van dit jaar is met bijna een milliard afgenomen tegenover hetzelfde tijdperk vau het vorige jaar. Daarentegen is de nitvoer met meer dan een milliard toegenomen. Ook iu Engeland neemt men een zelfde ver schijnsel waar. Daar le lande beschouwt men deze vooruitgang als een gevolg van het horstel van den gouden standaard. De gevolgtrekking dat een terugkeer tot nor male toestanden iu verbind is te brengen met het vertrouwen in de waarde van het betaal middel, is niet van grond ontbloot. Zelfs Oostenrijk levert daarvan het bewijs. De .raad van deu Volkenbond heeft de controle over Oostenrijks financiën opgehesen. Natuurlijk is een voorzichtige politiek geboden en wordt niet geheel en al den vrijen teugel gelaten, maar het is toch opmerkelijk dat dit berooide land in zoo betrekkelijk korten tijd nit het moeras is gehaald kunnen worden. Het is voor namelijk in Engeland dat men dit herstel met vreugde heeft begroet eerstens omdat de Britsche regeering het grootste aandeel heeft genomen in de internationale leening en anderzijds wijl het in dien opbloeienden staat een nieuw afzetgebied voor hare nijverheid ziet geopend. Ook iu Dnitschlaud zijn verschillende factoren aanwezig die wijzen op een zich uitbreidenden vorm van hel herstel. Duidelijk treedt dit naar voren ia do afsluiting eener leening van 25 millioen dollars ten behoeve van den Dnitschen landbouw. Iu weerwil van de weliswaar remmende bepalingen, stemt de verkregen aansluiting met buitenlandsche geldgevers lot vreugde, terwijl ook de wedersamenkomst van de Duitsche bankiers wier bedrijf geruiiueo tijd op een zware proef is gesteld en aan het prestige ia te kort gedaan door het bederf vau het Duitsche betaalmiddel en de gevolgen van dieü. De Spaansche dictator is in de wateren van de Alhocemasbaai aangekomen. Tot nu toe weet men daarvan de beteekenis met, daar zij even goed kan beschouwd worden als een inleiding voor nieuwe Spaansche operaties, gelijk een terugtocht. Van Fransche zijde wordt een nieuwe aan vallende beweging aangekondigd. Namen aan de vorige onderscheidelijk 30 en 21 bataljons deel, thans zouden er 80 in 't vuur komen. Als dit offensief zou slagen, dan zou de kracht der Bifkabyllen ten deele gebroken zijn, daar het vijandelijk gebied aanmerkelijk zou versmallen, maar hetgeen overblijft is zoo bergachtig en moeiiijk begaanbaar, dat eên treffen tnsscben gezamelijke voorposten en de Kabyllen vooreerst nog wel zal zijn uitgesloten. Uit alles blijkt, dat men met die Mooren nog niet klaar is. GEMENGD NIEUWS^ In de klauwen van een meisjesroover. .,De Tijd" bevat een verhaal vau een meisje, dat door toepassing van een handigen truc haar ouders ontroofd werd. „Een haast ongeloofllijk verhaal kwam mij ter oore, dat om verschillende redenen nog niet gepubliceerd is, maar toch dienen kan als waar schuwing, dat men nooit voorzichtig genoeg kan zijn met het aaoknoopen van vriendschapsbe trekkingen. Als zoodanig meen ik het dan ook niet achter te mogen honden. Een Amsterdamsche familie, bestaande nit vader, moeder en 19-jarige eenige dochter, had eenige vacautieweken in 'n badplaatsje aan de Fransche zeekust doorgebracht. Men maakte daar kennis met een heer en dame, twee alleraardigste menschea. Na wederzijdsche voorstelling zocht men doorgaans eikaars gezelschap en onze Amsterdammers waren in de wolken over het hupsche en onderhoudende stel, waarmede men gaandeweg op zeer vertronwelijken voet kwam te Btaan. V<5ór het vertrek naar Amsterdam werd ons drietal uitgenoodigd om als het nog eenige dagen vrij kon maken, een poosje te komen logeeren te Parijs, waar de heer en de dame zeiden te wonen, met opgave van een adres voor correspondentie. Er kwamen nog eenige vrije dagen en na een korte briefwisseling besloot de Amsterdamsche familie aan de vriendelijke invitatie gevolg te geven en een viertal dagen ouder genoeglijk geleide te Parijs door te breDgeu. Den dag vóór 't vertrek werd echter mevroow lichtelijk on gesteld en zag er tegen op, mede te gaan; zij wilde het spel niet bederven en zon de paar dagen wat rust nemen. Alzoo vertrok papa met dochter alleen. Te Parijs met een avondtrein aangekomen, werden zij aan het station door de vriendelijke Parissienne ontvaDgen. Jammer dat mevrouw niet was meegekomen, maar gelukkig, dat de onge steldheid niet van ernstigeo arrd was. De lieve gastvrouw had nu evenwel een klein malheurtje. Ze had plotseling eenige onverwachte logée's overgekregen en nu had ze nog maar één kamer over voor de jonge dame. Of mijnheer het niet erg vond als hij één nacht in een hotel ging logeeren. Den volgenden morgen zou hij dadelijk vau de partij zijn eu zou men samen Parijs gaan bekijken. Mijnheer vond dat heeleraaal niet erg en het joDge meisje ook niet. Of ze dan maar wilde instappen, de anto stond klaar buiten het station. Aldos geschiedde; het meisje nam lachend afscheid van haar vader en steeg met Madame in de auto. Papa zocht 'n hotel op, na beloofd te hebben, des morgens vroeg aan het opgegeven adres present te zollen zijn. Hij sliep rustig, zich piets verkeerds of kwaads bewust! Wie schetst evenwel zijn schrik toen hij den volgenden ochtend tot de bevinding kwam, dat men hem een niet bestaand adres had opgegeven en dat er ook in de buurt niemand bekend was, wiens naam op dien van den vriendelijken gast heer ook maar eenigszins geleek. Een politie agent, wien hij zijn bevinding mededeelde, keek den verschrikten vader meelijdend aan, nam hem mee naar een naastbijzijnd bureao maar gaf hem al dadelijk geringe kaDs, dat hij zijn dochter ooit zoo terugzien. Het was een bekende truc van roeisjesroovers. Bij verder onderzoek bleek de Parijsche politie deu heer en dame niet te kennen en zij kon ook niet de minste inlichtingen geven. Wel beloofde zij, de zaak ernstig te zollen onder zoeken, maar het is nu al een drietal weken geleden en de wanhopige ouders hebben nog niet van hnn dochter gehoord. Men kan zich voor stellen in welk een toestand zij verkeeren. Maar och: wat zal er van het 19-jarige meisje terecht komen? Hoe zal zij zich weten te ontrukken aan de klauwen der booswichten, die in onzen tijd alle middelen bezitten om aan opsporing en vervolging te ontkomen?" In een brief nit Zwitserland aan het Hndbl. leest men over het ongeluk, dat de Koningin in Chamonix is overkomeo, veel ernstiger is geweest dan men heeft laten voorkomen. *De Hollander die dezen zomer toefde in Chamonix, had een streepje vóór, ook bij den jovialen medicus die, aJs een onderdaan van Neerland s Koningin, hem consulteerde, niet naliet te vertellen, dat hem als de eerste en eenige geneesheer huiten de Nederlandsche gren zen, de eer te beurt mocht vallen uit de handen van de vorstin zelve de Huisorde vau Oranje Nassan in ontvangst te nemen. flrZij is zeer goedsmoeds, uwe Koniogin*, prijst hij. Eu zonder te kort te doen aan het ambts geheim, meent hij te mogen openbaren, dat de gevolgen van het aotc-ongeluk wel ernstiger waren dan de buitenstaanders hebben vermoed. Een diepe pijnlijke sdij wonde en een gebroken duim veroorzaakteu de Koningin veel oDgemak, maar van het eerste oogenblik af had de vorstin dringend verzocht geen ophef van het gebeurde te maken. Eu moedig droeg zij de pijn. „Bien courageuse", zegt dr. Eischer, en „bien gentile constateert al wie met de .Koningin contact mocht hebben in het Fransche grens stadje, waar Nederland vooralsnog alle Ameri- kaansche dollars en Duitsche marken boven pari

Krantenbank Zeeland

Ierseksche en Thoolsche Courant | 1925 | | pagina 3