IERSEKSCHE EN THOOLSCHE COURANT tfo. 1732 Zaterdag 8 Juni 1918. Vier en dertigste jaargang NAZOMER. DE OORLOG Firma J. NI. C. POT - Tholen. Publicatiën. :bb<3U1<iere"' Dierenbescherming. FEUILLETOH. tal rn Dit blad verschijnt eiken Zaterdag. Prijs per kwartaal 0,65; met Oeïllnstreerd Zondagsblad f 1,15, franco per post f 1,225. Voor het buitenland 90 cents, zonder Geïll. Zondagsblad. UITGAVE Telef. Intero. no. 16. Adverteutien van 1 tot 4 regels 60 centsiedere regel meer 15 cents. Grootte der letters naar plaatsruimte. Bij abonnement aanmerkelijke prijsvermindering. verin ichte iliem Van 814 Juni 1918 kunnen gebruikt warden volgende coupons voor de rantsoeneering van nensmiddelen voor: erwten no. 18, havermout no. 11. kaarsen no. 3, schemerlichten no. 3, aardappelen no. 4, (3 K.G.) Op coupon no. 11 van havermout kan 21/2 verstrekt worden aan eiken houder van een oponboekje. Op de coupons, welke met een streep overdrukt n kan slechts de hellt van de daarop vermelde leveelheid verstrekt worden. Van 1—15 Juni is geldig bon no. 30 van de ee- en koffiekaart voor l/2 ons koffie. Geldigheidsduur der broodkaarten voor het 53e tijdvak van 814 Juni 1918.n Geldigheidsduur van de boter- en vetkaarteD bonnen no. 1 van 39 Juni. 2 1016 Juni. Ie b ke win elier is verplicht, zoolang hij een regeeriogs- ikel in voorraad heeft, dit aan te kondigen door biljet voor zijn winkelraam te hangen, waarop naara van het artikel is vermeld. Zoodra het artikel is uitverkocht moet hel biljet eggenomen worden. Tholeri, den 7 Juni 1918. stsbl 19 ts v| rel f» b tik arvoj 0 arvo >or 29 De Burgemeester van Tholen maakt bekend, dat de beschikking van den Minister van Land- l ulouw van 1 Mei 1918"vastgestelde maximumprijzen ïn slachtvee, vastgesteld voor levering in April en ei, tevens gelden voor de in Juni 1918 te leveren Tholen, 3 Juni 1918. iopt plas De Burgemeester van Tholen maakt bekend, dat verboden is, eieren te bezigen voor bereiding id advocaat of andere alcoholische dranken. Tholen, 3 Juni 1918. 4 De Burgemeester van Tholen maakt bekend, dat Secretarie liggen ministrieele beschikkingen be- °PfJeffende maximumprijzen van lijmvleesch, ontheffing van verbod tot vervoer en aflevering in konijnen, enz. en glauber- én bitterzout, ontheffing van verbod van vermalen van artikelen tot voor zooveel betreft cacaodoppen voor de kbricatie van koffiesurrogaat, verbodsbepalingen tot verkoop en aflevering van hemicaliën. koffers met monster-collecties manufacturen, voor oover het betreft vervoer ten behoeve van handels- ord eizigers, r*Df Tholen, 6 Juni 1918. 15 er «Dl kki De Burgemeester, J. W. WAGTHO. Overdreven zocht tot vertroetelen vau dieren, in daar naast menschen laten omkomen van ;ebrek, wie zou dat dierenbescherming kannen leeten Maar dat io vele opzichten de menscb beneden et dier staat wordt opgemerkt door ieder 'aarnemer; we mogen Datuurlijk niet generali seren, maar de mensch staat no eenmaal on- tindig veel hooger door aanleg, ontwikkeling io veratand dan het dier, maar talrijke gevallen 'ao wreede behandeling door menschenbanden lan weerlooae dieren bedreven, roepen zoo'n itspraak in het leven. De dierenbescherming moet, zooals in zoovele ;evalleo, niet verkregen worden door bestraf- nt( 4) Toen het morgenlicht door de neergelaten 'torea binnendrong, voelde zij zich zwaar ziek kamenier kwam tegen acht uur binnen en rond haar in hevige koorts. Alex was reeds uit. Zomers maakte hij steeds groote wandelingen, ?óór bij uaar de fabriek ging. De dokter werd door de bedienden gehaald ia zijn bezoek op de villa reed hij naar de fabriek, en vroeg den heer Gerlach of hij wel rist dat zijn vrouw hard ziek was; onmiddellijk teerde Alex naar huis en trad haar kamer binnen. „Ze vreezen voor een longontsteking," zeide tij, „maar ik wil niet sterven, ik wil niet, het zou u te gelukkig maken/' Zij klampte zich aan het leven vast, zij, die bet gisteren door den koadeu dronk moedwillig ïo gevaar had gebracht. f Als ik sterf dan overwinnen zij," die ge fingen, door uitspraken van den rechter, dus door verbaliseeren, al kan de steun der politie niet gemist wordeD, maar in het voorkomen van het kwaad. Propaganda! Vooral door het inprenten van dierenliefde bij de kinderen terwijl aan deze teveus moet geleerd worden het nut onzer dierenwereld. Is het kind overtuigd daarvan, dan komt ook de liefde. Maar al te vaak be staat er io dit opzicht nog te veel onbekendheid. De onderwijzers hebben de taak dit zooveel mogelijk te bevorderen, niet alleen bij de kin deren der miögegoeden, want ook bij die aifderen bestaat nog geen genoegzame sympathie om mededoogen te hebben voor de lijdende dieren wereld en evenmin voldoende besef om tegen mishandeling en misbruiken der dieren te waken. Typeerend is het volgend staaltje overgenomen uit een buitenlandsch blad, dat voldoende illu streert, dat werkelijk nog vele menschen niet boveD, maar beneden het dier staat. Een dierentuin werd bezocht. Een talrijk publiek stond voor de leeuwenkooi en bewon derde den Koning der dieren. Deze lag uitge strekt, den machtigen kop op de voorpooten rustend, en bekeek met minachtenden philoso- phischen blik de menschjes, die hem aangaapten. Plotseling riep een kinderstemmetje „Maatje, kijk eens, een muisje 1" Aller oogen keken naar de plaats, die het kind aanwees, en daar zagen ze waarlijk een muisje, dat te voorschijn ge kropen was, dat nu en dan even stil stond en rondkeek, en met vlugge trippelpasjes naar het reusachtige roofdier toeliep, tl et kwam tot op twee vingerbreedten van de voorpooten van den leeuw, bleef toen staan en snuffelde om zich heen. Ademlooze stilte! Nu kruipt bet tegen een der pooten op. De leeuw beweegt even den kop en vestigt een doordringenden blik op den kleinen waaghals. De muis staat stil, snuffelt 6D kijkt naar de groote oogeu van den leeuw. Dan springt ze naar beneden, midden tusscben beide klauwen, klimt tegen de tweede op, weer er af, ruikt aan een been, dat vau den maal tijd vau deu leeuw was overgebleven. Deze, die tot dusver met den kop en oog iedere beweging van het muisje gevolgd heett, neemt er verder geen notitie meer van, maar monstert weder met zijn vroegere waardigheid het ademloos wachtende publiek. Het muisje doet zich ititusscheu volop te goed aan de over blijfselen vau den maaltijd van den leeuw; dan trippelt het verder, kruipt door bet zware tralie werk van de kooi en komt zoo terecht in de inmiddels bewegelijk geworden menschenmassa. Zonder vrees verlaat het de kooi. Maar nauwe lijks is het onder het bereik der menschen, of deze slaan het onder geschreeuw en gejoel met stokkeu en steenen dood en maken zoo aan haar vertrouwensvol en schuldeloos leven een einde. De leeuw, door het rumoer uit zijn philosophisch gepeins opgewekt, laat een min achtend gebrom hooren eu wendt zich verach telijk af. Ik echter ging beschaamd en getroffen heen en vroeg mijzelf af: „Waar is het roofdier!" Is het geen voorval naar het leven geteekend Niet door velen onzer bijgewoond, al gold het dan niet juist leeuw en muis Ouders en onderwijzers, beideD, laten zij er op werken, „behandel de dieren met zachtheid" niet alleeD, maar behandel het dier, zooals gij met recht zondt behandeld wenschen te wordeD, indien gij dier waart en omgekeerd het dier mensch. De dieren zijn er niet uitsluitend om den mensch, maar om hun zelf «ril geschapen zij hebben evengoed een bestemming als den dachte kwam telkens io haar terug. Alex ver liet haar legerstede niet. „Zult gij tevreden wezen, als ik dood ben?" vroeg zij op een toon, die hem deed ijzen. #Zeg dat ge mijn beterschap wensebt als ge durft". „Zeker wensch ik die," was zijn kalm ant woord, dat hij zich verheugde te kuDnen geveD. n Dat is gelogen als het waar is, jaag dan dat gespuis uit de stad en zweer mij dat gij Etha van Rhenen niet lief hebt." „Wijnande, wind je niet op Dat maakt je toestand erger. Geloof me, als ik het mocht doen, zou mijn broer reeds sinds laDg de stad verlaten hebben, maar ik kan hem niet in gevaar brengen, en wat ik voor Etha voel, is niets meer dan vriendschap en belangstelling, waarvoor ik mij niet behoef te schamen." „Maar ge haat mij, ik verbitter uw leven \u f/En kan dat niet anders worden, Wijnande? Er is wel geen plaats meer voor liefde tusschen on", maar kunnen we elkauder het leven niet dragelijk maken? Met eeuigen goeden wil, van uw en ook van mijn kant, zou ous huwelijk niet ongelukkiger wezen dan de meeste anderen." irGe meent er niets ?aD, gij zegt dat omdat mensch zelf en het betaamt daarom den mensch het bestaan der dieren te eerbiedigen, ze daar mede in overeenstemming te behandelen. W. PROVINCIALE STATEN VAN ZEELAND. Verschenen zijn thans in druk enkele voor stellen voor de zomerzitling van de Provinciale Staten en wel twee betreffende bet algemeen reglement en het reglement van politie voor de waterschappen en polders. Voor beide reglemen ten worden tal van wijzigingen voorgesteld o.a. wordt bepaald, dat dijkgraven en gezworenen niet ouder mogen zijn dan 70 jaar, dat ook vrouwen kunnen worden benoemd tot ontvanger- griffier. lu het reglement van politie wordt o.a. be paald, dat evenals reeds in Schouwen en Walcheren bepaald is, ook in andere polders het vangen van konijuen in duinen en op dijken verplichteud is. Verder stellen Ged. Staten voor overeen komstig met het Kou. beslnit van Juni 1916 te bepalen, dat ook de provinciale steun zal worden verleend voor armlastige krankzinnigen, die in observatie zijn of die in open afdeelingeü behandeld worden. Voorgesteld wordt om twee perceeltjes grond onder Hontenisse te verkoopen aan G. Adri- ;;ansens te Walzoorden, om f 150 toe te kenuen aan de gemeeote Stoppeldijk voor de kosten aan et-.n gemeeutevroedvrouw,om afwijzend te beschikken op bet verzoek van deu raad van Zierikzee otn wijzigingen te brengen in de voorwaarden voor het verleenen van f 200 sub sidie voor het op diepte houden van de zwaai- plaats in de haven aldaar en alsnog de subsidie over 1917 uit te betalen. TeD slotte zijn thans nog gereed de voorstellen tot het machtigen vau Ged. Staten om tijdelijk te wijzigen de voorwaarden voor subsidie voor den omnibusdienst Wemeldiogestation Vlake, in verband met deu teperkten treinenloop, tot verhoogen van de subsidie aan het militair tehuis te Middelburg van f150 op f 250. Door A. Frederikse te Ierseke wordt gevraagd om f 500 subsidie per jaar voor een omnibus- dienst van Ierseke naar het station Kruiningen Ierseke en bij normalen spoorwegdienst ook naar het station Vlake. Over dit verzoek meldde de hoofdingenieur ,/Sedert ongeveer 30 jaar wordt een omnibus- dienst geëxploiteerd, welke voorziet in hel ver keer tusschen de kom van Ierseke eD het station Kruiningen—Ierseke van den staatsspoorweg en welke in de latere jaren evenzoo uitgeoefend wordt tusschen die kom en het station Vlake voor zoover betreft de reizigerstreinen, die aan eerstgenoemd statiun niet stilhouden. Deze dienst wordt thans ouderhouden met drie omnibussen waarvan er twee geregeld dienst doen en sedert de in 1917 uit vierde verbetering, vau den kunstweg naar eerstgenoemd station, met eeu drietal paardeo. Iu normalen tijd wordt dage lijks drie of viermaal heen en weer gereden uaar station Kruiuingen en eenmaal naar Station Vlake. Het tarief is verhoogd tot respect. 35 en 50 cent, terwijl de postsuhsidie van f 1000 tijdelijk verhoogd is met f150. De ontvangsten uit het reizigers ver voer ziju echter den laatst en tijd verminderd, en bedragen thans ongeveer f 3.50 tegen f 4,50 tot f 5 per dag in Dormaie tijden. De uitgaven zijn daarentegen stDrk toe genomen zooals vrij algemeen bekend is. De prijzen van fourage, ligstroo, leerwerk, onder houdswerken aan het materieel, zijn buitenge- ge weet dat ik ga sterven en gij dan vrij zult zijn, vrij, en een ander wordt hier meesteres, een andere geniet van alles, wat ik heb inge richt De opgewondenheid verergerde haar toestand en wakkerde de koorts aan; Sophie kwam, zoo dra zij van hare ziekte hoorde met groot mis baar aan en vroeg of zij bij haar zuster waken mocht. ,,'t Is goed", fluisterde Wijnande, en toen zij alleen waren vroeg zij: „Sophie, zeg me de waarheid, beo je gelukkig?" „Jacques is zeer goed als.... als ik dat kind niet te buigen had en...." Wijnande lachte bitter. „Mijn dood zal er velen gelukkig maken zoete gedachte". Kerst veel later zou Sophie de beteekenis van dit woord begrijpen. Alex verzorgde zijn vrouw voorbeeldig; hij wisselde met Sophie in het waken af; zij ijlde veel maar niemand kon haar wartaal verstaan. Op zekeren nacht zat Alex in een fauteuil te lezende lamp met haar breeden abatjour wierp een mat schijnsel over de fraaie lichtzee- groene meubels en de gordijnen, die van het woon gestegen, hoefbeslag ko9t ongeveer driemaal zooveel als in gewonen tijd, wielbanden zijn ruim tweemaal zoo dour. Als gevolg van het een en ander zijn de inkomsteD, welke het be drijf tot nu toe opleverde, nagenoeg geheel verdwenen en hierin heeft de ondernemer aan leiding gevonden zich om geldelijken steun te wenden tot de gemeenten Ierseke en de provincie Zeeland. Daar deze dienst in een bepaalde be hoefte voorziet, en de instandhouding ten zeerste gewenscht is, daar er in gewone tijden een vrij drak gebruik van gemaakt wordt, bestaat er naar de meeniDg van den ingenieur alle aan leiding dat de Provincie eenigen steun verleent. Tijdens de tegenwoordige abnormale omstandig heden, is een bedrag van f 500 voor dezen steun alleszins gemotiveerd". Ook Burg. en Weth. van Ierseke zijn van oordeel, dat door den omnibusdienst de belaogen van hunDe gemeente bijzonder gediend worden, waarom dan ook door den raad werd besloten de onderneming met een jaarlijksch subsidie van f 200 te steunen. Ged. Staten stellen dan ook voor, voorloopig voor 1918 f 500 subsidie voor dezen dienst te verleenen. Er wordt danig geklopt, daar op het Wester- froni, en al beweerden de geallieerden reeds de vorige week dat zij den toestand zoo goed als meester waren, ze hebben hierbij buiten den waard gerekend en hebben het gelag te betalen. En duur te betalen. De toestand wordt met den dag hachelijker. Wel maken de Fransche berichten thans ook weer melding dat het offensief aan het verflauwen is doch eiken dag breDgt berichten dat er geducht wordt gevochten en dat de Duitschers hunne successen uitbreiden. Het front van Concy tot aan Reims krijgt meer en meer den vorm van een diepen zak, nagenoeg steunende op de Marne en met 'n rechterflank van ongeveer 60 K.M. Die diepe zak, die op de oorlogskaart duidelijk is aan te geven vormt het kritieke punt. Waren de Fransch-ËDgelsche legers in hunne tegenaan vallen er in geslaagd een bres te loopen in de Dog niet bevestigde Duitsche linie dan had de Duitscher gevaar geloopen om op een of ander moment omsingeld te worden. De Duitschers weerstonden echter de tegenaanvallen der ge laatsten en du is de stand critiek voor de geallieerden. Dat de entente den toestand ernstig ioziet blijkt wel uit de stemming in de En- gelsche pers en nit het feit dat alle militaire verloven in Frankrijk zijn ingetrokken, wat nog nimmer geschiedde. Het door de Duitschers gemaakte aantal ge vangenen i9 reeds tot 50.000 gestegeD, de buit tot ruim 400 kanonnen en duizenden machine geweren geheele opslagplaatsen proviand en munitie. De successen der Duitschers hebben een zeer verbitterde stemming teweeg gebracht. Een stemming waarnit spreekt het vaste vertrouwen op een overwinnend einde. Clemenceau de Fransche premier heeft in de Kamer de Fransche bevelvoerders gehuldigd onder luide toejuichin gen. Hij wees er op dat de Duitschers door Ruslands val al hun troepen op het Fransche front samen konden trekken eD dat zij tegen de ententelegers stonden in verhoudfng van 52. Het wachten is op de hulp van Amerika. In Duitsche berichten wordt lof toegezwaaid aan de dapperheid waarmee de Fransche troepen strijden. hooge baldakijn om het ledikant vielen; zij hadden die zelfde kleur en waren met de fijnste bouquetten doorweven. Onrustig ging de borst der sluimerende zieke op en neer, nu en dan maakte zij een akelig beDauwd geluid, waarop eenige seconden van stilte volgden, ge lurende welke Alex het hoofd onrustig ophief. Die zachte groene weerglans maakte haar nog bleeker en valer; haar oogen waren ingevallen, haar vingers vermagerd. „Alex", zeide zij. zacht, en toch hoorde hij dien zucht. 0Verlangt ge iets, Wijnande?" ffGeef mij je band, wilt ge?" Hij gaf ze baar. //Ge zijt goed voor mij, beter dan ik ver diende. Over weinige oogenblikken zal ik reken schap moeten geven van mijn levenik heb er nooit aan gedacht, ik vood bet dwaas, maar nu zie ik alles anders in; 't is te laat, ik heb rnija leven bedorven. Ge zult mij niet betreuren, Alex, want ik heb u vreeselijk doen lijden. Ontken het niet, daarom deed ik het immers; weet ge, dat gij eens getoast hebt op een na-

Krantenbank Zeeland

Ierseksche en Thoolsche Courant | 1918 | | pagina 1