IERSEKSCHE EN THOOLSCHE COURANT No. 1722 Zaterdag 30 Maart 1918. Vier en dertigste jaargang )n, Eerste Blad. E DE OORLOG Firma J. NI. C. POT - Tholen. Publicatiën. Donkere dagen. Faillissementen in Nederland. GEMENGD NIEUWS. Dit blad verschijnt eiken Zaterdag. Prijs per kwartaal f 0,65 met Geïllustreerd Zondagsblad f 1,10, franco per post f 1,175. Voor het buitenland 90 ceDts, zonder Geïll. Zondagsblad. UITGAVE Telef. Interc. no. 16. Adverteutiën van 1 tot 4 regels 60 centsiedere regel meer 15 cents. Grootte der letters naar plaatsruimte. Bij abonnement aanmerkelijke prijsvermindering. gro Burgemeester en Wethouders van Tholen maken bekend, dat de ingevolge de Additioneele Arti kelen der Grondwet vastgestelde kiezerslijst voor bet jaar 19181919 zooals deze thans luidt, van beden tot 15 Mei van het volgende jaar van kracht blijft, behoudens de wijzigingen daarin ten gevolge van rechterlijke aitsprakeo te brengen. De feiezerslyst blyft voor een ieder op de secre- terie der gemeente ter inzage nedergelegd en is in afdruk tegen betaling der kosten, verkrijgbaar. Tholen 25 Maart 1918. 12 12' Verjaring van Vorderingen. Burgemeester en Wethouders der gemeente Tholen brengen belanghebbenden in herinnering, dat alle vorderingen ten laste van het Rijk, de provincie en de gemeente, over het dienstjaar 1917 voor of op den laalsten Juni aanstaande, bij de bestureu de ambtenaren, die het aangaat, moeten zijn ingediend. Alle op dien termijn niet-ingediende vor deringen worden voor verjaard en vernietigd ge houden. Voorts worden belanghebbenden varzocht niet den uitersten termijn af te wachten, maar de indiening der bewijsstukken zooveel mogelijk te bespoedigen. Tholen, 28 Maart 1918. 15 ikte iver de- roor Hel t bij pijn 20e- reD, iuse ge. ied- Zij lijk, rer- 3 t' vau rer- iks- 90 HUURPRIJSVERHOOGING. Artikel 2, eerste lid, der Haurcommissiewet ver plicht den verhuurder van een woning, vallende onder de Huurcommissiewet, om, als hij met den huurder na 1 Jaoaari 1916, doch vóór de instelling der Huurcommissiewet, eeu overeenkomst heeft aan gegaan, waarbij een hoogere- huurprijs bedongen is, daarop binnen een maand na de instelling der Huur- commissie goedkeuring te vragen van de Huurcom- missie, of wel zich jegens den huurder bereid te verklaren den huurpijs te verlagen tot dien van 1 Januari 1916. De Huurcommissie voor deze gemeente is vastge steld op 4 Maart 1918. Indien derhalve niet vóór 5 Apiil 1918 aan de Huurcommissie goedkeuring is gevraagd op hourprijs- verhooging als bovenbedoeld geldt voor de betrokken woning wederom de huurprijs van 1 Januari 1916. Door huurders, die van de Huurcommissie geen bericht ontvingen van goedkearing van zoodanige huurprijsverhooging, is dus geen hooger huurprijs verschuldigd dan die van 1 Januari 1916. Nadere inlichtingen verstrekt de secretaris der Huurcommissie. De Huurcommissiewet is in deze gemeente van toepassing ten aanzien van de woningen, die op, of laatstelijk vóór 1 Januari 1916 verhuurd zijn voor een huurprijs, per week berekend, van ten hoogste f 4.ten aanzien van woningen vóór of op 1 Januari 1916 niet verhuurd geweest zijnde voor ten hoogste dat bedragten aanzien van de nieuw ge bouwde woningen, na 1 Janaari 1916 voor het eerst in gebruik genomen, welke voor het eerst zijn ver huurd voor ten hoogste genoemd bedrag. Tholen, Maart 1918. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Be Burgemeester, J. W. WAGTHO. Be Secretaris, 43 H. J. LABAN. De Burgemeester van Tholen maakt bekend, dat de Minister van Landbouw enz. heeft goedgevonden te bepalen de bons 11 en 13 der thee- en koföekaarlen zullen niet geldig zyn voor de aflevering van thee door tasschenhandclaars aan detaillisten de bons 15 en 17 zullen niet geldig zyn voor eenige aflevering van thee eo kannen das, als van geene waarde zynde, vernietigd worden. Voor zoover de nog beschikbare voorraden het zullen toelaten, zal de distributie van thee, voor wat betreft de aanvulling van voorraden bij detail listen worden hervat. Het tijdstip waarop weder aan consumenten zal mogen geleverd worden zal nader worden bekend gemaakt. Bon 19 eener thee- en koffiekaart is niet geldig voor den aankoop van thee door den verbruiker, doch door inlevering van dien bon, zal een ver bruiker aanspraak verkrygen op de levering van thee op bon 21 en zoo mogelijk nog op een of meer der volgende oneven genummerde bons. De houder van eene thee- en koffiekaart levert daartoe zijo kaart bij den winkelier in, die de kaart op de rugzijde alstempelt of op ander wyze duidelijk waarmerkt voor ontvangst van bon bon 19. De winkelier die van een verbruiker bon no. 19 in ontvangst neemt verplicht zich daardoor voor zoo ver hij daartoe instaat zal zijn, dien verbruiker te zullen verkoopen het rantsoen thee, dat voor dien verbruiker nog beschikbaar kan worden gesteld te leveren ineens of in gedeelteo, geiijk nog nader bekend wordt gemaakt. Voor verdere bepalingen welke den handel be treffen, wordt verwezen naar de ministrieele be schikking, welke op de secretarie ter inzage ligt. Tholen, den 27 Maart 1918. 41 De Burgemeester, J. W. WAGTHO. Het zijn donkere dagen die ons land door gaat maken. Leden we de laatste jaren reeds onder het toenemend gebrek aan voedingsmid delen, than9 meldt de hongersnood zich aau met al zijn gevolgen. Volgens berichten uit Den Haag wordt ons broodrantsoen 30 Maart op twee ons per dag ge steld en dan i9 er alleen oog maar genoeg om één maaud voor we door onzen nieuwen oogst brood kunnen krijgen, toe te komen. En dan rijst toch zeker de vraag voor hoe lang is dan onzen nieuwen voorraad voldoende? Daarbij komt nog het bericht dat het er met de vleeschvoorzieuiug ook slecht voorstaat. Indien met de distributie van twee ons per week en per persoon wordt voortgegaan is met de maand Augustus oneen veestapel nagenoeg uitgeput en kan alleen nog met een zéér kleine rantsoe neering worden doorgegaan indien ONZE GE- HEELË VEESTAPEL WORDT AFGE SLACHT. Zooals vanzelf spreekt is het dan eveneens met de vetvoorzieniog ook mis. Naar de be richten luiden wordt Maandag reeds aangevangen met een rantsoeneering van boter. En dit is dan een gevolg van de onmee- doogende maatregelen van beide oorlogvoerende partijen tegenover ons land dat stipt zijn neu traliteit haudbaafde. Duitschland torpedeerde onze schepen beladen met voedsel voor menscb en dier. De beschermers der kleine naties rooven onze schepen en maken het ons onmogelijk voor voedselvoorziening zelf te zorgen. Kalm berusten is het eenigste wat wij kunnen doen. Dat 9poedig de vrede moge komen en ods land op die wijze voor een der verschrikkelijkste bezoekingen die over het menschdom kunnen komen, bespaard moge blijven. Volgens mededeeling van het Handelsinfor matiebureau van Van der Graaf Co's Bureaux voor den Handel zijn over de afgeloopen week, einJigende 23 Maart, in Nederland uitgesproken 17 faillissementen tegen 28 faillissementen in dezelfde week van het vorige jaar. Van 1 Januari tot eu met 23 Maart 1918 206 faillissementen tegenover 198 over hetzelfde tijdperk van het vorige jaar. Zoo is dan eindelijk het lang voorbereide offensief los gekomen. Niet het reeds een heelen tijd iu de pon zijnde Knge!sch-Frau9ck-\merikaanscke offensief, waarvan het de vraag was zal het en wanneer zal het nu komen, maar eeu zorgvuldig en betrekkelijk in stilte voorbereid offensief der centralen aan het Sommefront. Hindenburg heeft gesproken in het begin der vorige week: „Wij zijn nu de sterkste in aantal en in macht aan het Westerfront" eu daarop is de Keizer naar het front vertrokken om zelf de reuzenpoging die ondernomen zou worden, bij te wonen. Want immers Hindenburg zou toch Z. M. den Keizer niet beschamen En Woensdag is de dans begonnen, waarvan eerst Vrijdagavond de eerste be richten hier binnenkwamen. Deze berichten deden dadelijk reeds zien dat dit geen gewone plaatselijke gevechten zouden zijn, maar een op reusachtige schaal ondernomen doorbraakpoging. Immers de eerste Engolsche telegrammen spraken er reeds van dat de Duitsche artillerie de pogingen zeer krachtig ondersteunde en dat wanneer we niet de noodige tegen maatregelen kunnen nemen, schijnt de toestand wan kelend. Opmerkelijk is het dat de Duitsche poging voornamelyk is gericht tegen de Engelsche linies ook wordt er op het Fransche gedeelte vau het front hier en daar taai gestreden, doch het groote offen sief is tegen het Engelsche front. En 't gevolg is geweest dat de Duitschers bijna het geheele gebied dat door de Engelschen in 't vorige jaar na eenige weken zwaron strijd werd veroverd, nu binnen eene week werd heroverd. Wij doen hier en daar een greep uit de vele berichten die over den strijd binnen kwamen en nog komen. De eerste Duitsche berichten melden Onder de leiding van Z. M. den Keizer is de aanvalsslag tegen het Engelsche front bij Atrecht Kamerijk en 8t. Queniin sedert twee dagen aan de gang. Ook gisteren werden groote vorderingen gemaakt. Divisies van legergroep van Kroonprins Rupprecht namen stormenderhand de hoogten ten N.W. van Croisilles. Tusschen Fontaine les Croiselles en Moeuvre drongen zij in de tweede vijandelijke stelling biunen en namon de daarin gelegen dorpen Vaulx, Vraucourt en Mochies. Sterke Engelsche tegenaan vallen mislukten. Tusschen Gonneliou en de. Omig- non-beek werden de beide eerte vijandelijke stellingen doorbroken. Wij staan voor de derde vijandelijke linie. Onder den druk van deze successen ontruimde de vijand zijn stellingen in den sector ten Z.-W. van Kamerijk. Wij hebben den tegenstander over Démicourt, Fles- quiéres en Ribécourt vervolgd. De troepen van de legergroep van den Duitschen Kroonprins hebben tusschen de Omignon-beek en de Som me na het veroveren van de eerste vijande lijke stellingen den weg naar het Holnon-bosch en de hoogten van Savy en Roupy veroverd en dringen in de derde vijandelijke stelling binnen. Ten zuiden van de Somme braken onze divisies door de vijandelijke linie en wierpen' den vijand onophoudelijk voorwaarts dringend, dezen over het Crozet-kanaal naar het westen terug. Ten Z. van Péroune is de overgang over de Somme geforceerd. Stormerderhand werden de hoogten van Misonette, waarom in den Somme-slag hevig is gestreden, benevens de dorpen Biaches eu Bar- leux gonomen. §terke vijandelijke tegenaanvallen mislukten bloedig voor onze linies. Het leger vau generaal Hutier heeft na een hevige gevecht den vijand bij Marchelepot en Hattencourt aan den spoorweg PéronneRoy teruggeworpen, Wij namen het door Franschen eu Engelschen sterk verdedigde Etalon. Van Noyon aangevoerde Fransche divisies werden bij Frémicourt on Betbincourt verslagen. Busssy werd genomen. Wij staan op de hoogten ten N. van Noyon. Do buit aan kanonnen is gestegen tot 963 stuks. Meer dan 100 pantserauto's liggen in de veroverde stellingen. Ten Zuiden van de Somme wierpen wij den vijand na heftigen strijd ovor Chaulnes en Lihons terug. Roye werd stormenderhand genomen, Noyon na een bloedig straatgevecht van vijanden gezuiverd. Wij hebben onze andere stellingen van 1916 in het Westen op vele plaatsen overschreden. Reeds meer dan 1000 kanonnen werden buitgemaakt, benevens veel ander krijgsmateriaal. Het aantal gevangenen bedraagt reeds byna 50.000. De Engelschen nemen de boel nogal kalm aan, zoo het schijnt. Donderdag deelde Bonar Law in het Lagerhuis mede, dat de Duitschers 's morgeus over oen front vau 50 mijl tusschen Scarpe en Oise een infanterieaanval deden, een aanval op grooter schaal dan iu dezen oorlog op eenig front is gedaan. Er was niet de minste verrassing hierbij, want de aanval geschiedde ju>st daar, waar hij volgens de inlichtingen zou plaats hebben. Drie dagen geleden kregen wij van het hoofdkwartier bericht, dat de vijand definitief tot den aanval had besloten. Koning George heeft zich gehaast den Engelschen een hart onder den riem te steken. Hij seinde n.1. "an den opperbevelhebber veldmaarschalk sir Dou- glas Haig„Ik kan u verzekeren, dat ik en mijn volk de kracht, moed en zelfverloochening, waar mede de troepen onder uw bevel aan veel sterkere aanvallon zoo heldhaftig blijven weerstand bieden, recht laten wedervaren. Het Rijk volhardt bij zijn kalm vertrouwen in zijn soldaten. God schenke hun kracht in deze ure van beproeving." Op dit telegram zond Haig het volgende antwoord: „Het goedgun stige telegram van Uwe Majesteit heeft het geheele leger in Fraukrijk bemoedigd. Ik verzoek Uwe Ma jesteit onzon eerbiedigen dank te willen aanvaarden en de verzekering, dat wij ons tot het uiterste zullen inspannen om ons het vertrouwen door Uwe Maje steit en het geheele volk in dit uur van de natio nale beproeving in ons gesteld, waardig te toouen." Ook de berichten der Engelschen van het front doen aannemen dat men daar vol goeden moed is en regelmatig terugwijkt door den sterken drang der Duitsche aanvallen, echter niet dan na den Duitschers ontzaggelijke verliezen te hebben toege- gebracht. Over het algemeene zijn de berichten der Entente geruststellend, al onderschatten zen ernst van den toestand. Ovor het algemeen wordt deze slag gekenschetst als de laatste groote poging van Duitschland on de laatste groote veldslag in dezen oorlog. Als de Duiischors nu niet slagen, zegt een Engelsch blad, dan hebben wij den oorlog zoo goed als zeker gewonneD. Ondertusscheu is vanaf Vrijdag iedere dag Parijs beschoten uit een verdragend kanon dat 100 kilometer achter de linies staat opgesteld. Eiken dag worden schoten gelost om de ongeveer 20 minuten. Een bericht hiorover meldt De beschieting vau Parijs met het vér-dragend kanou is gisteren voortgezet. De oniploffingskracht der granaten moet echter veel minder zijn dan die van luchtkanonnen van dezelfde grootte. In één ge val drong een granaat in de muur van eun huis van vier verdiepingen, waardoor een groot gat ont stond, maar zonder het dak te beschadigen. De ruiten van de derde verdieping sprongen, maar die van de tweede blevon heel en de meuschen die ge wond werden, waren alleen op de bovenverdiepingen. Een andere granaat baande zich een weg door het dak van een oud huis, waardoor een stuk metsel werk naar beneden kwam, doch de derde verdieping blijft ongeschonden en de huurders blijven er huizen. In de laatste dagen zijn opnieuw enkele feiten aan 't licht gekomen, die betrekking hebben op de voorgeschiedenis van den oorlog. Zoo heeft Pichon, de Fransche minister van buitenlandsche zaken, meegedeeld, dat, wanneer Frankrijk bij den aanvang van den oorlog verklaard had neutraal te zullen blijven, in den strijd tusschen de Centralen en Rusland, de Centralen dan zouden hebben geëischt, dat ze de Fransche vestingon Ver dun en Toul zouden moeten bezetten. Van Duitsche zijde is dit bericht bevestigd. Daaruit blijkt dus, dat de Duitschers Frankrijk tot den oorlog zouden hobben gedwongen, want in deze voorwaarden kon Frankrijk natuurlijk nooit treden. Heel wat stof is verder opgejaagd over een bro chure van Prins Lichnofsky, bij den aanvang van den oorlog Duitsch gezant te Londen. Hij geeft in deze brochure, die overigens tegen zijn wil is ge publiceerd, Duitschland de schuld van het uitbreken van den wereldoorlog ten minste voor een goed deel. Veel bewijskracht heeft zijn betoog echter nieter blijkt eigenlijk alleen uit, dat hij een andere poli tiek voorstond dan de Duitsche regeering. Zoo was hij tegen het verbond met Oostenrijk. Hij gevoelde veel voor een verbond met Engeland. Zooals men misschien weet, is ook de Duitsche Keizer een tijd lang hier een voorstander van geweest. Misschien heeft Prins Lichnofsky wel gelijk, als hij beweert, dat deze oorlog niet uitgebroken zou zijn, als Enge land en Duitschland oen verbond hadden gesloton. De Geallieerden hebben huu bedreiging werkelijk uitgevoerd en onze handelsschepen, welke in hun havens lagen, in beslag genomen. Onze regeering heeft reeds scherp tegen deze zeeroof geprotesteerd. Merkwaardigerwijze hebben ook de in ons land ver- loevende Engelsche officieren tegen deze handelwijze der Geallieerden geprotesteerd. Bij de ontvangst van een aantal Bntscbe krijgs gevangenen uit Duitschland heeft de Engelsche ge zant Zaterdagavond te Scheveningen ook de inbe slagneming der Nederlandsche schepen aangeroerd. Nadat generaal Thompson en Baron van Heeckeren de manschappen hadden toegesproken, nam de En gelsche gezant het woord: „Zijn jullie bij je aan komst in Holland niet hartelijk ontvangen vroeg de gezant, waarop allen antwoorden.- „Ja! Hartelijk, zeer hartelijk." „Welnu," ging de gezant .voort, „ik kan u ver zekeren, dat overal waar de Engelsche soldaten zich in Holland verloonen, hun eenzelfde hartelijke ont vangst ten deel valt. En daarom stel ik er prijs op hedenavond hier eens te verklaren hoezeer wij En gelschen het betreuren, dat de geassocieerde regee ringen dezer dagen gedwongen waren maatregelen te nemen tegen Holland, welke, spr. erkende het volmondig, Holland zeer onaangenaam waren. Spr. wilde thans niet uitwijden over de noodzakelijkheid van de genomen maatregelen, hij wilde slechts de ernstige hoop koesteren, dat de vriendschap tusschen Holland en Engeland, welke de hier geïnterneerde krijgsgevangenen zoo ondubbelzinnig ontvingen, er niet door zal verminderd worden. Het Engelsche volk heeft zeer veel sympathie voor het Nederland sche volk en kent ook geen ander verlangen, dan in de toekomst met het Hollandsche volk in de hartelijkste vriendschap te leven." De Schependiefstal. Meer dan drie kwart van onze schepen zijn we kwijt en met Juli zal er geen boterham meer zijo. Eo dan de manier, waarop de Engelsche en Amerikaansche grootmachten met uitgestreken gezichten met ons sollen. Je boterham kwijt? zegt Engeland. Wel neen, mijn beste vriend, dat begrijp je verkeerd. We zullen zorgen hoor, dal er 50,0U0 ton tarwe voor je beschikbaar komt iu een Nootd-Ameri- kaansche haven en evenveel iu een Zuid-Ameri- kaausche haven. Zend dus dadelijk maar schepen, om dit graan te halen. We zullen ze geen stroobreed ip den weg liggen, we zullen ze kolen verstrekken en we zullen er geen oogenblik aan denken, om... ook die schepen iu te pikken, als we ze eenmaal in onze haveos hebben. Dat laatste vertrouweu we al niet eens zoo grif meer, want de ondervinding heeft hare lessen. En wat de andere fraaie beloften betreft, dat is niets meer dan gek-aansieken. Neen, van die tweemaal 50.000 ton tarwe hebben we af te blijven, hoe *guU de geassoci eerden ze ons ook aanbieden. Ze weten wel, dat Duitschland in omgekeer- aeu zin reeds vooraf de coüditie had gesteld we zullen jelui schepen, die nu iu een Ameri kaansche of Engelsche haven liggen, vrij graan naar Nederlaud lateu breng n, geen duikboot zal er op loeren, maar de schepen, die op mo ment veilig in Nederlaud liggen, moeten er blijven in elk geval voor elk uitvarend schip moet een ander van buiten-af in de plaats komen. Daar zitten we nu. Engeland en Amerika zeggenzend maar schepen, maar die we hebben, houden we vast. En Duitschland zegt laat maar vrij de schepen, die nu in Amerika of Engeland liggen, graan aanvoeren, maar ik laat niet toe, dat ja schepen uitzendt, want die zouden evengoed als de andere kunnen worden binnengepalmd. Daar zweeft onze boterhim. Want de som van deze wederzijdscbe vriendelijkheid is, dat we geeu schip binnenkrijgen eu geen schip kunnen uitzenden. Aldu9 kaatseö, zegt de N.R.Ct., de oorlog- voereudeu over ons boofd heen den bal elkaar toe. We zullen beurtelings uitgenoodigd worden onzen toorn uaar Engeland en Amerika of Duitschland te richten, en het eind van het lied is, dat wij de slachtoffers zijn. En weldra zonder boterham zitten. Maar meer dan onze vloot en ons brood aldus onze minister-president Cort van der Linden met edele verontwaardiging in de Tweede Kamer is ons onze zelfstandigheid lief en daaraan zullen we trouw blijven tot aan deQ bedelstaf, terwijl we tot Engelaud en Amerika

Krantenbank Zeeland

Ierseksche en Thoolsche Courant | 1918 | | pagina 1