veeniad, pwijd aai ie ielaipi ra oesterteslt, Mimi, eiz.
No. 1687
Zaterdag 28 Juli 1917.
Vier en dertigste jaargang.
EN
FEUILLLETQH.
OVER VIJF JAREN.
IERSEKSCHE
THOOLSCHE COURANT
Dit blad verschijnt eiken Zaterdag.
Prjs per kwartaal f 0,65met Geïllustreerd Zondagsblad fl.10, franco
per post f 1,171 Voor het buitenland 90 cents, zonder geïll. Zondagsblad.
Ingezonden stukken, enz. worden uiterlijk op DONDERDAGAVOND ingewacht aan het
bureau te T hol en ol vóór DONDERDAGMIDDAG hl) onzen medewerker Ie lerseke.
UITGAVE
Firma J. M. C. POT, THOLEN.
Telef. Intkrc. 16.
Advertentiënvan 1 tot 4 regels 40 ceutsiedere re
10 centsgrooter letters naar plaatsruimte.
Bi] abonnement aanmerkelijke prijsvermindering.
P u b I i c a t i n.
De BURGEMEESTER van Tholen maakt bekend,
dat de maximum kleinhandelprijs voor vroege aar
dappelen is bepaald als volgt
voor groote 9 cent per K.G.
poters of drielingen 6 cent per K.G.
Deze prijzen gelden niet voor de z.g. fijne aard
appelen.
Tholen, den 24 Juli 1917.
LANDWEER.
Overgang van de Militie naar de Landweer.
De BURGEMEESTER van Tholen brengt ter kennis
van belanghebbenden hetgeen volgt
Op 1 Augustus a.s. gaan naar de landweer over
de dienstplichtigen der militie, behoorende tot de
infanterie, de wielrijders hieronder begrepen
de vesting-artillerie, de pontonniers, de genietroepen,
de hospitaalsoldaten en de administratietroepen, van
de militielicbting 1910 en van oudere militielich
tingen, die ook in normale tijdsomstandigheden op
1 Augustus 1917 wegens volbrachten militiediensttijd
naar de landweer zouden overgaan.
De militieplichtige groot-verlofgangers, die op
1 Augustus a.s. overgaan naar de landweer en in
hun woonplaats binnen het Ryk verblijf houden,
moeten zich in genoemde maand in persoon aanmelden
bjj den Burgemeester hunner woonplaats (er secretarie
der gemeente en by bedoelde aanmelding inleveren
hun zakboekje met daarin gehechten verlofpas.
De militieplichtige groot-verlofgangers, die naar de
landweer overgaan en in punt 5 genoemde maand ver
blijf houden buiten hun in de bedoelde verblijf
plaats, behoeven zich niet in persoon aan te melden,
doch zijn alsdan verplicht hun zakboekje met daarin
gehechten verlofpas bjj aangeteekenden brief
waarin hun adres duideljjk en volledig moet worden
vermeld toe te zenden aan den Burgemeester dier
woonplaats.
Den verlofgangers wordt in hun eigen belang drin
gend aanbevolen, te zorgen, dat hun nauwkeurig
adres steeds bjj den Burgemeester der gemeente, waar
zg voor de landweer staan ingeschreven, bekend is,
hetzjj zjj binnenslands, hetzij zjj buitenslands verbljjf
houden. Aan hen nameljjk, van wie het adres bjj
den Burgemeester bekend is, wordt door diens zorg
een persoonlijke kennisgeving toegezonden van bjj
openbare kennisgeving te hunnen aanzien gedane
oproeping onder de wapenen of in werkelijken dienst
voor oeleningen, voor straf, tot het ondergaan van
het jaarljjksch onderzoek of lot het inleveren van
militaire goederen.
Tholen, 26 Juli 1917.
De Burgemeester van Tholen maakt bekend, dat
in de week van 29 Juli4 Augustus 1917 gebruikt
kunnen worden de volgende coupons voor de rant
soeneering van levensmiddelen
voor erwten no. 6,
voor rjjst no. 15,
voor gort no. 9,
voor bak- en braadvet no. 9,
voor zeep no. 9,
voor varkensvleesch no. 15 en 16.
Op de coupons van 10 ons, welke met een
streep overdrukt zijn, kan sleohts 5 ons ver
strekt worden.
Tholen, den 27 Juli 1917.
De Burgemeester voornoemd,
J. W. WAGTHO.
17)
„Het is nu genoeg Marionbegon deze met
bevende lippen. «Ge behoeft oiet verder te gaan,
en ik zal bij n op Diets meer aandringen. Ik
ben blijde, dat zij nwe woorden niet hoorde,
die ik haar niet zal overbrengen. Maar als Héléne
nw huis verlaat als uwe verstooten vrouw, zal
zij van uw geld niet leveD, geen stuk uit deze
woniDg tnedenemen, en woidt zij weder, niet
alleen mijn zuster maar ook het wezen waarvoor
ik alleen te zorgen heb. Waar gij het leven
met haar opnieuw beginnen wilt
«Een nieuw leven nu viel Marion zijne
schoonzuster in de rede. «Een nieuw gebouw op
de oude grondvesten van logen en wantrouwen
Met elkaar een nieuw leven beginnen, wanneer
de achting dood is P Hoe gemakkelijk is het te
zeggen, hoe onmogelijk is de daadWaar de
achting en het vertrouwen weg zijn, kan geen
Faillissementen in Nederland.
Volgens mededeehng van het Handelsinfor
matiebureau van Van der Graaf Co's Bureaux
voor den Handel zijn over de afgeloopen week,
eindigende 21 Juli, iu Nederland uitgesproken
15 faillissementen tegen 18 faillissementen in
dezelfde week van het vorige jaar.
Van 1 Januari tot en met 21 Juli 1917
497 faillissementen tegenover 627 over hetzelfde
tijdperk van het vorige jaar.
BEMOEDIGENDE STEMMEN IN DE ENGEL-
SCHE PERS OVER DE REDE VAN
LLOYD GEORGE.
De bespreking welke de Manchester Guardian
van 30 Juni geeft van de rede door Lloyd
George op 29 Juni te Glasgow gehouden houdt
zich voor het grootste gedeelte bezig met het
geen de Minister met betrekking tot den vrede
heeft gezegd.
De Redactie stemt in met de verklaring van
Lloyd George, dat bet een ramp zou zijn, indien
de oorlog zou eindigen ook maar één uur voor
dat de Geallieerden hun doel zouden hebben be
reikt, maar zij wenscht hieraan toe te voegen,
dat bet «eveneens een ramp zou ziju, indien de
oorlog ook maar één nur langer zou duren dan
noodzakelijk is voor het bereiken van dit doel".
Bijzondere aaudacht wordt gevraagd voor dat
deel van de rede, waar de Minitser de meeniog
bestrijdt, als zou reeds nu een bevredigende
vrede konnen worden verkregen alsof Duitsch-
laud reeds nu bereid zou zijn België te ont
ruimen „Mr. Lloyd George heeft gelijk, dat
hij Duitscblaod houdt aan zijn officieele uit
spraken de Duitsche Rijkskanselier is er wel
eens dichtbij geweest, om iets dergelijks te ver
klaren, maar hij kon het bij zijn eigeu volk er
niet door krijgen. Laten wij ons hieromtrent op
het oogenblik geen illusie's maken. Er is Dog
niet genoeg gebeurd, om Duttschland zijn ver
overingen te doen loslaten. En dat deze moeten
worden losgelaten, hierover ziju alle Russen, met
inbegrip van de meest idealistische onder hen,
het eens, en daarom kunnen allen voorloopig
gezamenlijk doorstrijden, totdat dit beginstadium
zal zijn bereikt."
Vervolgens verklaart de „Manchester Guardian"
naar aanleiding van hetgeen de Minister zeide
over schadeloosstelling, dat het beter was ge
weest, indien de Minister duidelijk onderscheid
had gemaakt tusschen oorlogsschatting en herstel
van geleden onrecht: «Wie zou dit bloedbad
ook maar één dag langer willen voortzetten, ter
wille van het betalen van geld P Zonder ook
maar eeDigszins werkelijke veiligheid op te offeren,
zouden wij ver tegemoet komen aan de opvat
tingen van de nieuwe democratie, die onze bond
genoot is en van wiens sympathie voor ons
zooveel afhangt".
Het blad herinnert tenslotte er aan, dat Lloyd
George zich op nieuw gebied begaf, door ronduit
te spreken over het grondgebied dat de Gealli
eerden bezet houden «Het hoofdbeginsel, waar
van bij bierbij uitging, is juistwij beginnen
den oorlog niet om eenig grondgebied te ver
overen en wij hebben deze stukken grondgebied
samenzijn bestaan. Het is als het zout, dat
smakeloos is geworden en slechts dient om te
worden weggeworpen. Het huwelijk is genoeg
door haar ontheiligd. - Voortgaan nu mij de
blinddoek van de oogen is gerukt, zou mij aan
die ontheiliging medeplichtig maken. Maar
de plichten, die op mij blijven rasten, zal ik
nakomen, en laat ze niet van mij afnemen,"
vervolgde Marion kalmer.
„Zoolang gij Héléne verbant nit uw huis, haar
niet meer als uwe vrouw beschouwt," antwoordde
Ida vast en kalm, «zoolang neem ik haar weer
tot mij. Waar zij heengaat, ga ik heen; wat ik
heb is het hare. Alleen zal zij niet gaan. Ver
diend zij deze harde straf, welnu, dan draag ik
hem met haar."
Marion was zijns ondanks getroffen door Ida's
rustige, waardige taal. Iets zachter begon hij
„Maar ge zult niet genoeg hebben voor u
beiden wauoeer ge ergens anders dan hier gaat
wonen waarvan wilt ge leven zonder mijn
hulp?"
„Waar we vroeger van leefden. Bij haar
huwelijk hebt gij en Héléne haar helft ran het
kleine kapitaaltje, dat wij bezateD, aan mij
niet voor ons zelf in bezit genomen. Wat e*
met dit grondgebied zal moeten gebeuren, zal
internationaal geregeld moeten worden. Dit zal
moeten gelden Diet alleen voor Armenië en
Mesepotamië, maar ook voor de Duitsche ko
lonies. Het blad vraagt zich intusschen af, hoe
Lloyd George zich voorstelt, den wil van de
bevolking dezer kolonies te vragen «Voor een
groot deel zullen de bewoners van deze kolonies
slechts een uiterst vage voorstelling hebben van
het verschil tusschen het ééne Europeesche volk
of het andere, zullen zij ternauwernood de ver-
sohillende namen kenneu I" In het bijzonder
ten aanzien van de kolonies in Afrika, zou men
door b.v. te bepalen, dat de Volkerenbond in
laatste instaDtie voldoende bevoegdheid zou ver
krijgen, om het vormen van een groot leger van
de zwarte rassen tegen te gaaD, de meeniug van
de Engelsche dominions voor een groot gedeelte
kunnen verzoenen met de teruggave van koloniën
aan Dnitschlaud".
Tenslotte eindigt het artikel met te zeggen
«Het is krankzinnig te spreken van het afzetten
van den Keizer of van een weigering om te
onderhandelen met de Hohenzollerns". Maar het
wordt nog bijzonder in de aandacht van het
Duitsche volk aanbevolen, dat Lloyd George
zeitle, dat «de wereld in een geheel andere
stemming zou staan tegenover een democratisch
Duitschland dan tegenover de tegenwoordige
Duitsche Regeeriug».
Iu denzelfden geest als de Manchester Guardian
sck^ijft ook de „Daily News" van 30 Juni, die
in het algemeen vooropstelt„hetgeen Lloyd
George zeide over de democratiseering van
Duitschland, zeide hij in woorden van bijzondere
gematigdheid, verzoeningsgezindheid en duide
lijkheid'.
De „Daily News" hoopt intusschen, dat de
Geallieerden verder zullen gaan dan de verkla
ringen van Lloyd George, dat „zij allen geza
menlijk hun oorlogsdoeleinden eens vooral zullen
vaststellen, zoodat alle twijfel over het bestaan
van oneenigheid tusschen de Geallieerden, dien
aangaande voor goed zou worden weggenomen".
Het resultaat van dit overleg zou dan in de
allereenvoudigste bewoordingen voor het Duitsche
volk moeten worden gebracht. Aan het volk van
Duitschland en Oostenrijk zou aldus dan de
vraag gesteld worden, of zij dezelfde beginselen
als de Geallieerden wenschen voor de toekom
stige samenleving der volkeren. Aldus zou men
„een wig drijven tusschen de toenemende de
mocratische stroomingen in de beide Keizerrijken
en de autocraten, wier opperheerschappij zij nog
verdragen". Zooals Lloyd George zoo terecht op
merkte, deze eisch kon vroeger, toen vertegen
woordigers van de grootste autocratie mede
aanzaten aan de tafel der Geallieerden nooit zoo
scherp gesteld worden, maar thans, nu de vroe
gere onderdanen van den Tsaar vooraanstaan in
het verlangen van democratische oorlogsdoeleinden,
staat men hierin oneindig sterker.
Uitvoerig wordt deze wenschelijkheid nader
betoogd, en de „Daily News" gaat in gedachten
reeds zoo ver op den weg naar onderhandelingen,
dat de Redactie schrijft „Verre er van dat wij
afgrijzen gevoelen bij de gedachte dat Dnitschers
overgelatenwij zullen dus geooeg voor ons
«Maar gij zult mij niet kunnen weerhouden
u het geld te zenden voor het onderhoud mijner
vrouw," viel Marion in.
Zij houdt op uwe vrouw te zijn, waar ge haar
niet meer onder uw dak duldt. Noch Héléne
noch ik zullen een stuiver van uw geld aan
raken. Bespaar u de moeite van het te zenden,
bespaar ons de moeite van het terug te zenden. Als
het noodig is, zal ik uw hulp vragen, niet eerder."
En zonder verder antwoord af te wachten,
keerde Ida zich om en verliet het vertrek.
Verbaasd zag Marion haar na. Een oogenblik
wilde hij haar terugroepen, één oogenblik scheen
het als wilde hij haar nog verhinderen om aan
Héléne het zoo even uitgesproken vonnis te gaan
mededeelen. Maar plotseling overviel hem weder
alle bitterheid van bedrogen liefde en gekrenkte
trots. En, evenals hij Gods vriendelijke zonne
schijn had buiten gesloten en niet in zijn kamer
wilde laten doordringen, zoo sloot zich ook weder
zijn hart voor de goddelijke straal van het me
delijden en verviel hij weder in zijn moedeloos
gepeins van de laatste dagen.
en Engelschen in éénzelfde kamer zouden samen
komen zooals trouwens Lloyd Newton en
een Duitsche afgevaardigde op dit oogenblik
te 's-Gravenhage doen zouden wij iedere
gelegenheid die zich daartoe zou voordoen, oiet
met vreugde begroeten.
In de veronderstelling, dat op 1 Augustus,
wanneer het drie jaar geleden zal zijn dat de oorlog
is begonnen, velen hier te lande zich gedrongen
zullen gevoelen nogmaals gezamenlijk te getuigen
tegen den oorlog en voor hel spoedig tot stand
komen van een rechtvaardigen en duurzamen
vrede, heeft het Bestuur vau den „Nederlaud-
sche Anti-Oorlog Raad" besloten op Diosdag
31 Juli een groote Nationale Bijeenkomst te
doen plaats hebben. De vergadering zal gehoudett
worden des namiddags te 2 uur te Scheveningen.
De namen der sprekers, die niet alleen in het
algemeen tegen den oorlog zullen getuigen,
maar tevens de voorwaarden van een duurzamen
vrede zullen behandelen, znllen nog nader worden
bekend gemaakt.
Reeds hebben tal van Plaatselijke Groepen
van den „Nederlaodsche Anti-Oorlog Raad" eu
van vereenigingen welke bij den „Nederlandsche
Anti-Oorlug Raad" zijn aangesloten hun voor
nemen te kennen gegeven een aantal afgevaar
digden naar deze Bijeenkomst te zenden.
0 N D E R W IJ S.
Oud-Vossemeer. De heer Th. L. van Tilbeurgh,
leerling van het Canisius-College te Nijmegen,
is geslaagd voor het eind-examen H. B. 8. 5 j. c.
De heer A. Lindhout is benoemd tot tij
delijk onderwijzer aan de O. L. 8. te Bergschen-
hoek.
LANDBOUW.
Oud-Vossemeer. Donderdagavond werd door
den heer Van den Ende de laatste les gegeven
aan de deelnemers van den cursas voor land-
boawboekhonden, waarbij in het kort werd ge
resumeerd, wat gedurende een twintigtal uren
was ten beste gegeven. Ongetwijfeld zullen de
deelnemers kunnen profiteeren van wat in die
lessen werd medegedeeld en zullen zij, zooals
met velen wel het geval is, niet blind staren
bij het opmaken aan het einde van het boekjaar
van een balans. Uitdrukkelijk werd er op ge
wezen, dat zooveel mogelijk getracht is bij die
lessen eenvoud iu acht te nemeD, zonder de
degelijkheid uit het oog te verliezen, wat voor
de praktijk werkelijk waarde zal hebben.
Van onze berichtgevers.
IERSEKE. Verleden week Vrijdagavond werd
iemand van lerseke, die per as 600 K.G. bukvet
vervoerde te Hansweerd aangehouden als smok
kelaar. Den volgenden dag werd hij naar
Middelburg gebracht maar was wegens gebrek
aan bewijs weer thuis. Hij verklaarde niet te
weten, wat hij vervoerde en slechts als voerman
gehandeld te hebben.
Maandag kwam hier een vreemdeling aan,
een Oostenrijker, die voor den burgemeester,
XIII.
Een helder Septemberzonnetje bescheen de
vriendelijke woning van dokter Schwenke.
De laatste herfstbloemen in het tuintje schenen
zich er in te koesteren en de bladeren der
wingerd, die tegen de muren van het huis op
klom en welke, rood gekleurd door het nadereud
najaar, er oog schilderachtiger uitzagen dan in
den zomer, schitterden in haar bonten pracht,
waar het zonlicht op haar viel.
Een tweewielig voertuigje, dat het midden
hield tusschen een tilbury en een ouderwetsche
sjees met een forsch, bruin paard bespaouen
stond op den weg voor het tuinhek, terwijl een
tienjarige knaap het makke dier bij den teugel
hield en met de hand den bles voor zijn kop glad
streek. Een heer van omstreeks dertig jaren, gevolgd
door eene jonge vrouw met helderblauwe oogen
en frissche gelaatskleur, kwam uit de wooiug
en arm in arm gicgen zij den tnin door naar
het lage hek, dat deze van den weg afscheidde.
Schertsend hield zij hem telkens terug, waa
neer hij naar het rijtuigje wilde gaan, dat klaar
blijkelijk op hem wachtte. Nu eens om hem op