van Zaterdag 19 Mei 1917. Tweede Blad. OVER VIJF JAREN. GEMENGD NIEUWS. FEUILLLETON. Burgerlijke Stand. Ierseksche en Thoolsche Courant Bij de koude lente van 1917. Het is of de elementen ook al samenspannen om de ellende van den oorlog te vermeerderen. Zoo koud als bet dit voorjaar is, was het in lange jaren niet. Behalve, dat deze langdurige kou en hevige nachtvorsten het werk tegenhouden, veroorzaken zij nog andere schade, die door den buitenstaander niet zoo gemakkelijk opgemerkt wordt. Wanneer de eerste voorjaarswarmte komt en de bodemwarmte minstens 5° C. is, ontwikkelt zich in den grond onder den invloed van zekere bacteriën uit daarvoor in aanmerking komende, in den bodem aanwezige stoffen een zekere hoeveel heid salpeter. Zoolang de temperatuur beneden 5° C. is, kan er van nitrificatie of salpetervorming geen sprake zijn. Dat is nu dit jaar het geval. We kunnen gerust aannemen, dat er tot heden geen salpeter in den grond gevormd is. En dat is jammer, want die hoeveelheid kan soms be- 8) VII. Gedureude de weinige dagen, welke zij nog bij de familie Torster doorbracht, was Héiéne onrustig en gejaagd, wat mevrouw en Otillie ontging, maar door Meta met een stillen glimlach werd opgemerkt. Twee dagen na het vertrek der troepen nit Düsseldorf was Meta stilletjes uitgegaan en kwam een half uur later met een opgewekt gelaat terug. Den daarop volgenden Vrijdag zoude Héiéne weder naar Holland vertrekken. Zij had dit, althans den morgen na den avond van het afscheidspartijtje aan mevrouw Torster medegedeeld, toen de familie aan het vrij late ontbijt, waar bij Otillie met bleeke wangen en gezwolien oogleden verscheen, nederzat. „Heb je dan een opontbod ontvangen vroeg haar de gastvrouw. „Nu wij op 't punt staan om langrijk genoeg zijn, om althans de grassen en wintergranen aan den gang te helpen. En dat zal nu ook al door opzettelijke bemesting moeten geschieden. Bij de duurte en schaarschte der chilisalpeter, welke daarvoor als het ware alleen voor in aan merking komt, is dat dubbel spijtig. Maar hoe duur de chilisalpeter ook zij, men zal toch bij deze langdurige lage temperatuur tot het gebruik vat) chilisalpeter moeten besluiten als men ze heeft om de planten aan den gang te helpen. Wintergranen, aardappels, wellicht vroeg uitge zaaide gewassen alles zal stikstof bemesting noodig hebben, om een begin te kunnen maken met groeien, 't Is wel een opeenstapeling van moeilijk heden, maar nu ook zal men de onbetaalbare waarde van het chilisalpeter eerst voor goed gaan begrijpen. Ook een sportsman. Een Engelscb bureau van oorlogsnieuws meldt: Een Engelscb officier kreeg longontsteking vn de loopgraven en werd naar een hospitaal aan de basis gebracht. Hier hoorde hij een gesprek over zijn toestand af tusschen den dokter en ie zoo veel lieve vrienden te verliezen, had je nog wat moeten blijven om ons den tijd te helpen dooden, tot wij weder nieuwe connecties hebben aangeknoopt. Ik ben niet bang of de kameis, door luitenant Giirtner verlaten, zullen spoed,g genoeg weer ingenomen zijn." „Ik hoop van beter mamaIk hoop, dit n nooit uw kamers weer aan heereu verhuuid krijgt", viel Otillie heftig in. Mevrouw Torster zag haar jongste dochtir verwonderd aan. „Kom, kom Tillie zoo hoog moet je het vertrek van onzen Giirtner niet op nemen. Denk maai: voor deze een ander! Neem een voorbeeld asn Meta, die eerst door Von Altorffer het hof is gemaakt, maar door ons logétje verdrongen Ik neem "t je niet kwalijk liefje," vervolgde iij tot Héiéne. „Officieren zijn nu niet andes, en hij heeft je evenmiu in ernst gemeend als onze Meta. Zij heeft het zich niet aangetrokken, doe als zij Tillielief. Er zijn zoo veel déceptias in 't leven. Dit is je eerste, maar zal je laatste wel niet zijn. Schoon, omtrent Giirtner hid ik me ook illusie's gemaakt." vIk zal wel oppassen, dat ik me geen illush's verpleegster. Blijkbaar dachten zij, dat hij sliep. De dokter was van meening, dat de patient het, niet zou halen en was niet weinig verbaasd, toen hij van net bed een zwakke stem boorde zeggen „Ik wed vijf pond tegen één, dokter, d3t ik er niet tusschen uit ga." Niemand antwoordde. „Niet dan zes tegen één." Weer zwijgen. Toen een nijdig gebrom en vervolgens zei de patient „Heelemaal geen sportslui, die dokters, 'n Uitstekende kerel en een knappe dokter, maar als de Boches me niet konden doodmaken, dan kan hij 't ook niet. Zeven tegen één dokter! Ook niet? Non, dan goeie nacht, dokter Ik ga slapen en beter worden 1" En hij werd beter. Gemeente ST-MAARTENSDIJK, Apiil 1917. OndertrouwdM. den Engelsman jm. 44 j. en A. J. den Haan jd. 29 j. Getrouwd J. Kloet jm. 22 jr. en D. A. Zwa- gemaker jd. 23 j. M. Priem jm. 32 j. en M. v. d. Ree jd. 24 j. meer maak, mama," snikte Otillie, ,/lau hoef ik mij niet meer bang te maken voor teleur stellingen. Maar als u nog langer kamers aan heeren verhuurt en hen in uw huiskamer ook outvangt, ga ik uit het huis. Men beschouwt u als de hospita en ons als burgerdeerntjes, met wie men tijdelijk wat gekheid maken kan, hen wat het hof maakt, maar die van zelve moeten begrijpen, dat het geen ernst kan zijn. Men ver liest de achting voor ons, ik merk het duidelijk. Méta kou natuurlijk wel begrijpen, dat een meisje niet in aanmerking komt bij iemand van adel, tenzij zij ook van adel of althans schatrijk was. Maar Gartner is van burgerfamilie even als wij, en was u zijn hospita niet geweest, had hij mij ergens ontmoet, waar andere meisjes van onzen stand ook komen, hadden wij niet gebroken met al uw vroegere kennissen, dan had hij mij even goed geacht als een ander meisje zonder fortuin. Maar nu Ik verhuur mij nog liever als keu kenmeid, dan dat ik langer dit leven vol houd.* Verbaasd staarde de moeder Otillie aan. Nim mer was een harer dochters openlijk tegen haar in opstand gekomen. En nu begon juist haar Geboren Alida Johanna, dv. P. Bazen en van E. J. de Viet. Jacobs, dv. H. J. Heyboer en van A. de Witte Lena Johanna, dv. J. Hage en van L. J. van Beveren. Willem Abrabatn, zv. G. J. de Wilde en van E. P. Bierens. Johanna, dv. J. M. Kaashoek en van E. Bjjl. Jacoba Cornelia, dv. I. Bevelander en van M. J. Manneke. P. H. B. Knook, dv. E. L. B. Knook en van M. van Gorsel. Willem Marinas, zv. H. J. Nelisse en van W. P. Voogt. Jacoba Cornelia, dv. M. L. Koopman en van E. A. Scherpen isse. Overleden: J. Hengstmengel 74 j. echtgenoot van J. J. de Graaf. K. V. P. van Splunter 56 jr. onge huwd, H. Moerland 50 jr. echtgenoot van M. M v. d. Ree. Gemeente Poortvliet over de maand April 1917, Geboren: Lena Willemijna d. v. Jacobus van Poepelen e. v. Pieternella Nieuwkerk; Maatje Jannetje d. v. Pieter Beeke e. v. Cornelia den Engelsman; Maatje Hendrika d. v. Adriaan van Oost e. v. Johanna Cornelia Geluk. Overleden: Elizabeth Dingena 11 mnd. d. v. Izaak Hermanu8 van Gorsel e. v. Antje Geers. Anna van der Slikke 64 j. weduwe van Johannis Adriaan van Nieuwenhuijzen. Gehuwd: Gerard Pieter Gaakeer 19 jaar jm_ meegaande Otillie 1 Als het Méta was geweest, weest, had zij het nog eerder kunnen begrijpen. „Otillie, je woorden zijn hoogst ongepast. In plaats van je moeder te eeren, die op eene fatsoenlijke wijze haar stand zoekt op te houden en daarbij haar dochters die genoegens verschaft, welke zij aDders zouden moeten missen, maakt ge mij dit tot verwijtZijn wij uit onzen stand gegaan wonen wij niot in een groot huis op een deftigen stand Had je gewild, dat ik mij zoo had vernederd na uws vaders dood, van in eene achterstraat op eene bovenwoning of op kamers fe gaan wonen eu mijne dochters te laten werken voor haar brood Denk je, dat de heeren, die je nu op roeitochtjes en pic-nics verzochten, je dan zouden hebben aangezien Wees niet dwaas, meisje! Neem een voorbeeld aan je oudste zuster en zelfs aan Héiéne, die verleden zomer zoozeer door Von Altorffer 't hof is gemaakt, maar zich daarvan niets heeft aangetrokken en kort daarna zich aan een knap, gefortuneerd en braaf man verbond." Otillie zag met haar betraande oogen naar Héiéne op. Deze was bij de laatste woorden van Mevrouw

Krantenbank Zeeland

Ierseksche en Thoolsche Courant | 1917 | | pagina 5