WBBïïlai, pwjjd aai de belaipi iai oeMelt, Mimi, m.
No. 1660
Zaterdag 20 Januari 1917.
Drie en dertigste jaargang,
EN
Eerste Blad.
OE OORLOG.
IERSEKSC
THOOL
Dit blad verschijnt eiken Zaterdag.
Prjs per kwartaal f 0,65 met Geïllustreerd Zondagsblad f 1.10, franco
per post fl,17b. Voor het buitenland 90 cents, zonder geïll. Zondagsblad.
Ingezonden stukken, enz. worden uiterlijk op DONOERDAGAVOND Ingewacht aan het
bureau te Thai en ol vóór DONDERDAGMIDDAG bij onzon medewerker te lerieke.
UITGAVE
Firma J. M. C. POT, THOLEN.
Tklkf. Interc. 16.
Advertentiënvan 1 tot 4 regels 40 cents j iedere regel meer
10 centsgrooter letters naar plaatsruimte.
Bij abonnement aanmerkelijke prijsvermindering.
Publicatie n.
De Burgemeester van 'Iholen zal, op Zaterdag
27 Januari a.s. dea middags te 12 uur, ten Raad-
huize aldaar
EEN HOOP COMPOST,
publiek verkoopen.
De voorwaarden van den verkoop liggen van heden
at ter lezing ter secretarie, iederen werkdag des
voormiddag! van 912 uur.
Tbolen, 17 Jannari 1917. 22105.11
De Burgemeester voornoemd,
J. W. WAGTHO.
Mosselpellerij.
Zoowel de Nederlandsche als de Duitsche
regeering gaan thans de huispellerij van mossels
tegen. Menschen die minder goed met de handels
zaken van de mossels op de hoogte zijn, geven de
schuld aan anderen. In verschillende plaatsen
worden namen van daar wonende ingezetenen
genoemd. Alsof de Nederlandsche Regeering en
de Daitsche Regeering zich aan den een ot an
deren persoon zouden storen. Een Nederlandsche
Regeeriug let alleen op het algemeen belang
van Nederland, de Duitsche alleen op het alge
meen belang van Duitschland.
De Commissaris der Koningin in Zeeland heeft
op verzoek van den Minister van Binuenland-
scbe Zaken de gemeenten verzocht, bij verorde
ning het koken, pellen en zouten aan huis van
mosselen en het pellen van garnalen aan huis
te verbieden. Voorts publiceerde deze autoriteit
een brief van den Directeur van den Arbeid
van 27 Deer. 1916 tot den Minister van Land
bouw gericht en van den volgenden inhoud
„Ik heb de eer Uwer Excellentie'» aandacht
te vragen voor ernstige misstanden, welke in
den jongsten tijd ontstaan en toenemen bij het
pellen en koken van mosselen.
Het was reeds een punt van voortdurende
zorg voor de arbeidsinspectie om in visschers-
plaatsen den verbodeu kinderarbeid hij het gar-
naienpellen in huisindustrie tegen te gaan. Hier
en daar werd wel eenige verbetering verkregen,
doch afdoende kon het kwaad niet bestreden
worden en in erge mate heerscht het vooral in
Arnemuiden en Zoutkamp.
Alles wat bij het garnalenpellen werd gecon
stateerd, wordt echter overtroffen door hetgeen
geschiedt in verband met den uitvoer van mos
selen. In zeer veel kustplaatsen is zoo goed als
de geheele bevolking bezig met het inzamelen, pel
len, koken, inzouten eu verzenden van mosselen.
Waar dit, zooals te Stad-Vollenhoze ten gevolge
van het overleg tusschen het districtshoofd der
Arbeidsinspectie en den burgemeester geschiedt
in loodsen, waar toezicht op de naleviug der
arbeidswet mogelijk is, zijn de nadeelinge ge
volgen geriug en worden zeker overtroffen door
de voordeelen bestaande in zeer ruime verdien
sten.
Echter is zoo'n gunstige toestand uitzondering.
De meest voorkomende toestand is, dat de onbe
grensde hoeveelheid mosselen wordt gepeld en
ook veel gekookt in ieder gezin, waar werkende
handen beschikbaar zijn. Aan leeftijdsgrenzen
wordt hier allerminst gedacht.
Vele zijn de klachteu, die door onderwijzers
geuit worden over de schadelijke gevolgen hier
van op de schooljeugd. Deze vertoonen alle tee
kenen van oververmoeidheid en van de verwaar-
loozing en vervuiling van het gezin.
Dringend is het naar mijn oordeel noodig,
dat spoedig ingegrepen wordt. Bij de bekende
overvulling der arbeidswoningen levert een zoo
algemeeue vervuiling en verwaarloozing, gepaard
met overmatigen arbeid, een groot gevaar voor
de gezondheid op.
De winsten, welke met den uitvoer van mos
selen behaald worden, stellen de ondernemers
ruimschoots in staat om voor behoorlijke werk
plaatsen te zorgen en mocht door het begrenzen
van den arbeidsduur de productie al iets ver
minderen, ik acht hiermede geen belang ge
schaad, dat zou kunnen opwegen tegen het ge
zondheidsbelang der bevolking.
Het kwaad beperkt zich reeds niet meer tot
de kustplaatsen, want wanneer daar handen tekort
komen, worden wagonladingen verder het land
ingestuurd om in aan den spoorweg liggende
groote gemeenten bewerkt te worden.
Ik zie geen mogelijkheid om met de middelen,
die de Arbeidswet biedt het kwaad te bestrijden.
Het ligt ook trouwens meer op den weg van
den Dienst der Volksgezondheid om er tegen
op te treden, daar het in zeer sterke mate de
volkshuisvesting betreft.
Doch in bet midden latende, welk belang
hier het meest geschaad wordt, acht ik een
ingrijpen op grond der algemeene volksgezond
heid hel meest gewenscht, omdat voorshands
geen ander middel beschikbaar is."
Wat Doitschland doet om zich te verzekeren
van goede waar, weet niemand nog met zeker
heid. Intnsschen schijnt het verbod van hnis-
pellen ook van Duitsche zijde te zijn gekomen.
Wij lazen namelijk in de Nieuwe Rott. Courant
van 14 dezer, het volgend uit Ierseke
„Heden werd hier bekend, dat de handel met
Duitschland in alle schaaldieren (mosselen,
oesters, kreeften, garnalen, ui en, kreukels) is
gecentraliseerd; binnen enkele dagen wordt de
grens van Duitschland en die van de door
Duitschland bezette gedeelten van België en
Frankrijk voor den vrijen invoer van die
artikelen gesloten. Alleen gemachtigde voor den
invoer zal in deze streken zijn de N.V. Alge
meene Import en Export, afd schaaldieren, te
's-Gravenhage. Ook voor Oostenrijk en Polen
is deze beperking van kracht. Mossels uit de huis
industrie worden niet meer aangenomen."
Reeds lang zijn de handelaren in gezonten
mosselen door de Duitsche inkoopers gedreigd
met het tegengaan van de huisindustrie. Thans
is het dan werkelijkheid geworden.
Wij besluiten met een woord van lof te bren
gen aan hen, die kosten noch moeite ontzien,
Tholen in inrichtingen aan het pellen te houden.
Waar de oesters minder werk geven is dit van
groot belang. In de eerste plaais komt die lof
toe aan den dutf van den lieer Van Duivendijk,
die getoond heeft, een goed oordeel en flink
inzicht in zaken te hebben eu goed heelt door
zien, wat komen kon.
Lokaalspoorweg „Tholen—West Brabant".
Den 17 Jannari j.l. vergaderden te Roosendaal
de heerenE. Laane, Voorzitter, Dr. J. W.
Jenny Weyertnan f.g. Directeur, en J. A, Snijder,
Secretaris bij de N.V. Spoorw. Maatij. Tholen
en West-Brabant met heeren Burgemeesters of
Dagehjk8che Besturen der gemeenten Bergen
op Zoom, Halsteren, Steenbergen, Pijnaart,
Dinteloord, Klundert en Zevenbergen om den
vorm vast te stellen voor een beleefd verzoek
aan Ged. Staten van Noord-Brabant om voor
ieder der vorengenoemde deeluemende gemeenten
het aandeel te willen bepalen in het Maatschap
pelijk kapitaal voor den Lokaalspoorweg.
De heer Laane zet het doel der samenkomst
uiteen. Daarna geeft hij het woord aan den
heer Wegermau, die opheldering geeft omtrent
niienwere spoorwegplannen en de overtuiging
uitspreekt, dat het onderhavige plan andere
net buitensluit en dat nieuwe plannen even
zeer kans van slagen kunnen hebben.
De heer Van Loon Steenbergen be
pleit de belangen zijner gemeente ook teu op
zichte van toekomstige planneu, waarin de ge
meente betrokken zal worden.
De voorzitter sluit zich aan bij de voorgaande
sprekers, maar acht het noodig het thans be
staande plau niet los te laten, al kan later zeker
uitbreiding er van volgen.
Nadat de heer Van Loon het standpunt van
Steenbergen uog nader beeft uiteengezet, wordt
het otitwerp-adres van Steenbergen goedgekeurd
en verklaren de aanwezigen voor hanue ge
meenten hoofd voor hoofd, dat adres te znilen
toezenden aan Gedeputeerde Staten; de hoofd
strekking is: het verzoek om arbitrage, de ver
klaring zicb naar het advies van Ged. Staten
te zullen gedragen, en de vraag dat iedere ge
meente gelegenheid zal krijgen zijne particuliere
belangen toe te lichten.
Algemeen is het gevoelen dat de vredes-
kansen thans gehejl verkeken zijn en dat de
oorlog wordt voortgezet, misschien nog feller
eu heviger, nog onmeedoogender en gruwelijker.
De over en weer aan Amerika en de neu:ralen
door de oorlogvoerende staten gezonden nota's
en antwoordnota's dniden er in ieder geval op
dat de vrede nog verre schijnt. Hoe ver nog!?
In alle geval heeft Wilsons nota eu al het
vredesgeschrijf en gepraat toch wel eenig gevolg
gehad. Men is zich een toestand gaan scheppen
voor nd den oorlog, zij het dan ook maar in
gedachten.
Men heeft elkander zoo ongemerkt aan den
tand gevoelt. Verondersteld wordt dat de
eerstvolgende Rijksdagzitting in Berlijn niet
minder belangrijk zou kunnen zijn als de vorige,
ja misschien wel belangrijker, Jaar men ver
wacht, dat Doitschland er misschien zijn vredes
voorwaarden zal bekendmaken, terwijl ook wordt
veroi dersteld dat Prins Bülow de votige Rijks
kanselier, die in Zwitserland heeft vertoeft een
zeer belangrijke rol zal spelen bij de oplossing
van bet vredesvraagstuk.
De entente nota die als antwoord is gezonden
aan Wilson is natuurlijk in de Duitsche pers
met hoongelach ontvangen evenals de Duitsche
vredesnota in de geallieerde landen.
In de betrokken landen ontmoette ze veel
bijval terwijl de neutrale pers de nota zeer ver
schillend beoordeelt. Over het algemeen was wel
antwoord in dien geest verwacht, doch niet in
zulke scherpe bewoordingen.
De „Americain" o. a. noemt de nota wreed
van toon. Als men niet beter wist zou men er
uit aj-iden dat de geallieerden bezig waren te
Berlijn de vrede te dicteeren. Ook de „World"
spreekt een dusdanig oordeel nit, terwijl de
Amerikaansche "Times" en de „New-York He
rald" de nota in al zijn vormen verdedigen.
Over net algemeen echter prijzen de Ameri
kaansche bladen den oprechten toon der nota.
Wilson schijnt de hoop echter nog niet geheel
te hebben verloren.
De correspondent te Washington van de „Mor
ning Post" meldt daaromtrent
Hoewel de president en het kabinet het meest
volledig stilzwijgen bewaren aangaande een nienwe
poging om den vrede te bevorderen, heeft men
alle reden aan te nemen, dal president Wilson
feitelijk reeds besloten heeft opnieuw met een
voorstel te komen en Duitschland te bewegen
tegenover hem en de overige staten even open-
hartig'te handelen als de geallieerden dit deden
en eveuals zij de vredesvoorwaarden bekeud te
maken.
Ik verneem dat de president niet de alge
meene opvatting deelt als zou door discussies
over den vrede niets bereikt worden. Hij meent
integendeel dat men reeds een stuk verder is
gekomen. Deze opvatting wordt ook gehuldigd
door menschen, die in nauw verband tot den
president staan. Zij gelooveu dat in alle oorlog
voerende landen een groote snel aangroeiende
strooming voor den vrede bestaat, die tot dusver
geen gelegenheid had lot uiting te komen.
Er is thans een stemming ten guBste van
den vrede geschapen hoe meer dit gevoel kan
worden aangemoedigd, hoe grooter de hoop op
vrede wordt.
Een zijner vrienden heeft Wilson beschreven
als iemand, die er zeer sterk van overtuigd is
en die meening ook steeds verkondigt, dat er
in alle oorlogvoerende landen, menschen te vin
den zijn, die er veel minder dan hun regeeriu-
gen op gesteld zijn den oorlog voort te zetten.
De „Daily Telegraph" verneemt oil Washing
ton, dat president Wilson zeer tevreden is over
het feit, dat de regeeringen der entente hun
oorlogsdoel bekend gemaakt hebben. Hij zal al
zijn invloed blijven aanwenden om den vrede te
helpen bevorderen. Hij verwacht van de discus-
sie's daaromtrent veel goeds.
Aan de fronten is algemeen rnst ingetreden.
Alleen het Roemeeusche front levert nieuws
op, maar ook daar doet de winter zich gevoelen.
In de Russische rapporten de Roemeensche
ziju na de débacle uitgebleven wordt ge
regeld melding gemaakt van tegenaanvallen,
ondernomen door Rossen en Roemenen, die
succes hebben. In de legerberichteD der centralen
wordt daarover niet gerept, maar men kan er
nit opmaken, dat er taaie tegenstand wordt
geboden. Toch naderen de centralen, hoewel
langzaam, meer en meer de Serethlinie en Galatz.
Galatz is een der uiterste steunpunten van ge
noemde linie, ligt zelfs achter de linie en be
schermt er dus den rug van. Door de verovering
van Vadeni, een plaatsje tusschen Braïla en
Galatz, is de bedreiging van laatstgenoemde
vesting toegenomen.
Intnsschen fleurt de hoop op succes in Rus
land en Roemenië weer op. Dit blijkt uit eea
artikel van admiraal Faunier, die zoo juist nit
Roemenië in Rusland teruggekeerd is en nu in
de „Matin* geruststellende mededeelingen aan
gaande de strijdkrachten en de plannen van hot
Russische leger doet.
De laalste berichten wijzen or op dat de
Russen versterkingen ontvangen, tenminste de
troepen der verbondenen zijn weder in het de
fensief, terwijl de Russen en Roetneniërs weer
eenige plaatsen heroverden.
De tsaar zette den admiraal de fouten uiteen,
die bij het offensief in Roemenië begaan waren
en waardoor het den Bulgaren mogelijk werd
gemaakt Roemenië binnen te dringen. De admi
raal zegt, dat de tsaar hem verzekerd beeft, dat
het meest dringende gevaar thans was bezworen
en dat de militaire situatie op den Balkan bin
nen enkele weken zou veranderen. De vorst
voegde er aan toe, dat generaal Goerko vau ver
langen brandt om tot eiken prijs te overwiunen.
Hij vermoedt dat de legers van de tegenpartij
op alle fronten meer en meer uitgeput zullen raken
en dat zij tengevolge van de aanvallen, de koude
en de vermoeienisseu steeds grooter verliezen
zullen leiden. Deze verliezen zullen de pogingen
om Saloniki te bereiken verlammen en boven
dien zullen de Duitschers hun krachten uitput
ten in den staijd tegen de Russische troepen, die
voortdurend aangevuld worden.
Hij verklaarde voorts er van overtuigd te zijn
dat de Duitsche stier, dol van woede, ten slotte
door de Fransch-Engelsche slagen verpletterd
zal worden.
Van onze berichtgevers.
ST-ANNALAND. In 1916 werden alhier aan
de haven verscheept 13.136618 K.G. suiker
bieten tegen 12.470519 K.G. in 1915
5.751203 K.G. aardappels tegen 8.943466 K.G.
in 't vorig jaar. Ajuin 793607 K.G. Aangevoerd
2.365582 K.G. pulp tegen 1 837520 K.G. in
1915.
Op de beide weegbruggen werd gewogen een
totaal gewicht van 22.677909 K.G. In 't vorig
jaar was dit 24.459429 K.G.
Verdeeld alsvolgt
Op de Weegbrug „De Waarborg,» suiker
bieten 7 817503 K.G., pulp 1,706507 K.G.,
aardappels 3.490011, ajuin 512050 K.G., granen
33359 K.Gvlas 44423 K.G., voederbieten
37155 K.G. Andere artikelen 145157 K.G. en
68 stuks vee. Sitnen 13.786885 K.G. tegen
14.278469 K.G. in 1915.
Op de Weegbrug „De Concurrent», suiker
bieten 5.319415 K.G.. pulp 659075 K.G.,
aardappels 2.261192 K.G., ajuin 281617 K.G.
granen 63579 K.G., voederbieten 87413 K.G.,
vlas 46335 K.G. Andere artikelen 172398
K.G. en 314 stuks vee. Samen 8.891.024 K.G.
tegen 10.188960 K.G. in 't vorig jaar.
ST-MAARTENSDIJK. De kolenvereeniging
„Algemeen Belang" alhier hield hedenavond
haar jaarlijksche ledenvergadering.
Van de 245 leden waren 72 aanwezig; 5
nieuwe leden tradeu toe. Uit het verslag van
den boekhouder bleek, dat de ontvangsten in
het afgeloopen jaar bedroegen f5188,41. De
uitgaven bedroegen in totaal f 5147,88, goed
slot derhalve f 40,58. Hierbij gevoegd het goed
slot van 1916 ad f 155,62 vormt tesamen een
kassaldo op 1 Jan. 1917 van f 196.15. Besloten
werd den boekhouder en den secretaris over het
afgeloopen jaar een gezamenlijk bedrag van f 40
toe te kennen; voorts werd bepaald dat nieuwe
leden bij toetreding f 1 moeten betalen. Ook
werd nog besloten de bepaling in het reglement
te handhaven dat in de kom der gemeente de
steenkoleu worden thuis bezorgd en door buiten
leden worden afgehaald.
Aan de beurt van aftreding als bestuurslid
waren de h.b. J. P. Hage en Johs. Nelisse,
terwijl wegens a.s. vertrek uit de gemeente als
bestuurslid bedankte de heer A. Geluk. De heer
J. P. Hage wetd bij acclamatie herbenoemd.
Iu de plaats van den heer Johs. Nelisse die
niet meer in aanmerking weuschte te komen
werd gekozen de heer A. Jansen, terwijl in de
plaats van den heer A. Geluk gekozeu werd de