Tweede van Zaterdag 26 Augustus 1916. TWEE JAREN. r Door Ellen Key. t uur en Thoolsche Courant 16. p. 101 .10 1 ct. p aardal P( Twee jaren Twee jaren Twee jaren Met hamerslagen moe*t men deze beide rden in het hoofd drijven vau hem die ligert ze in zich op te nemen Twee jaren isschen hei heden en den avond van 1914 n voor de laatste mail de kerkklokken over wereld in vrede luidden, zouden eeuwen rvlogen kunnen zijn, zooveel is de meuschheid der geworden j?», eeuwen, zooveel heeft de lenschheid geleden Het noodlot, dat anders iac'ukens op de ^schillende leeftijden ueerdroppelt, is als een olkbreuk op ons neergestort. De mensch^n van iddelbareu leeftijd hebben ia dsze 730 dageu rijze haren gekregen en kuapeü zijn tot mannen srijpt. Alillioeuen moeders, met kinderen rijk gezegend :bhen het lot van Niohe ondergaan en zijn rsteendmillioeuen kinderen, de lippen nog :rochtigd door de moedermelk, zijn door dim oud of de vlucht ait de armen huuner ouders rukt. Millioenen mannen, stralend van kracht i jeugd, zijn als vuilnis in massa-graven gestopt moeten de rest van hun dagen als wrakken ïor het leven gaan. Millioenen vrouwen, stralend :o kracht en jeugd, weten, dat het huiselijk luk en de moedervreugden voor haar vernietigd ]Q, zooals ac vruchtbeginsels door de nacht- jrst in Mei. Miliioenen, vroeger levenskrachtige ouwen, vullen thans de krankzinnigengestichte!) 1 hospitalen, als ze niet reeds door den gruwel iu den oorlog onder de aarde of op de bodem de zee eindelijk rust gevonden hebben, [illioenen eeus welgestelde eu liefelijke woningen ju nog slechts puiuhoopen. Ontelbare voor erpen, voor de eigenaren vau onschatbare waarde, ju verloren gegaan natuur- en kunstschatten mder tal zijn vernietigd; onmetelijke waarden Brwoest. Eu het hoogste daarouder, de mensciien- elen, in welke de wereldstaten der toekomst iUiinerden, zijn met de hersenen, die ze geschapen aden hebben, in het niet verzonken. En daarnaast alle gemoederen, die voor altoos afgestompt, verhard of verwilderd blijven Dat alles heeft de inenschheid in den loop van 2 jaren verdragen 2 jarenNiet slechts voor de oorlogvoerende landen zijn deze twee jaren de eerste eeuer nieuwe tijdrekening, die ons, tegeuover deze 2 jaren, het voorafgegane leven kort doet schijnenmaar ook voor de neutralen heeft de wereldoorlog het aanschijn der aarde veranderd. Er zijn menschen op wien de oorlog zoo'n diepen indruk gemaakt heeft, dat alleen reeds het beeld van een of ander aangrijpend kriigsoffer, ook al geschiedt het door eeu geheel onbekende, hen dag eu nacht ver volgt. Ook het aanschouwen van de frissche en levenslustige jongelingen in eigen laod is tot een voortdurend smartelijke wonde geworden, door de voorstelling dat de oorlog ook dezen zou hebben kunnen verminken. Zij die gedarende deze twee jaren den oorlog met een nadeukend gemoed, vol levendige voor stellingen, beleefd hebben, voelen hun gansche wezen in opstand tegen heö die de oorlog ver oorzaakt hebben en hem nu verlengen. Twee jaren al gonzen ons dezelfde woorden in de moede ooren. Twee jaren worden ons dezelfde vulsche voorstellingen voor de pijnlijke oogen gehoudeude algeheele onschuld van het eigen land ten opzichte van het uitbreken van den oorlogde plicht van het eigen land het krijgsdoel te bereiken, hetwelk tot. verzekering van den wereldvrede bereikt moet worden overal hetzelfde. Maar altoos sterker wordt de indruk dit de strijdenden slechts daarom zullke woordeu spreken, omdat ze sn wondkoorts ijlen. Onder den groeieuden vrees voor het lot van Europa wenscht men, dat een wonder uit den hemel in staat ware alle tongen te verlammen in de regeeringen zoowel als in de parlementen, iu de pers zoowel als in het leger de tongen die er mee voort gaan het volk tot de voor stelling te verleiden als zou een zegenrijke oorlog het beste middel zijn om den vrede te verwe zenlijken. Wanneer zullen nieuwe mannen opstaan, ware mannen opstaan, mannen die niet door hun vroegere al te grootsprakige taal gebonden zijn en niet de verantwoordelijkheid voor de volks gezindheid dragen, welke door anderen geschapen werd. Ot slechts één man, alleen maar één, maar met voldoende moed en wijsheid voorzien, om het verlossende woord te spreken, waarop de wereld thans ademloos wacht. Dit woord zou niet alleen Vrede moeten zijn, maar ook zelfonderzoek in betrekking tot de schuld van het eigen land ten opzichte van het uitbreken van den oorlog. Is de wil tot zelfonderzoek eenmaal opgewekt, dan za! ook wel het inzicht volgen, dat het oorlogsdoel van het vaderland niet uit het nieuwe aanschijn vau de oorlogs kaart of van nog moge.lijke veranderingen daarin afgeleid kan worden. Levensvoorwaarde voor Europa is een duur zame vrede. Maar deze vrede is onbestaanbaar wanueer eeu der hoofdgroepen aan de ander de vredesvoorwaarden kan opdringen. Een duurzame vrede kan slechts bereikt worden, wanneer de strijdende volkeren door hun leden een hoogere graad in verstand, iu rechtszin en in gematig- hcid bereiken, dan voor het uitbreken van den oorlog het geval was. Enkelingen zoowel in alle oorlogvoerende, als iu de neutrale landen, zien dit steeds duidelijker iu. Maar dit inzicht moet ook openlijk uitgesproken worden door een man, die het lot der volken leidt, door een leider die tot de bevolking van een der groote mogend heden behoort. Eerst in zulk een openlijke be- keutenis kan de weosch uaar vrede in dit oorlogvoerendo volk eu later in de overige een kern verkrijgen, waarom hij zich kan kristalli- seeren. Alleen door zulk een bekentenis bij de een of de andere partij is het mogelijk, dat de vrede een pnnt van bespreking wordt. Weder- keerige concessies op het gebied der oorlogs doeleinden kunnen dan de vrede tot een mogelijkheid makeö, voordat Europa's zon iu de wereldgeschiedenis bloedrood ten onder ge gaan is. De neutrale volkeren zijn bezig zich aaneen te sluiten om bij het begin van het derde oorlogsjaar den hemel te bidden of verwachtingen uit te spreken in betrekking tot een spoedigeu eu rechtvaardigen vrede. Mochten ze echter ook de gedachten van de oorlogvoerenden brengen tot de plicht vau zelfonderzoek in betrekking tot het verleden en de toekomstMochten ze toch met het geduld dat ze als verschoond van den oorlog aan de lijdeude en strijdende broeders schuldig zijn, tot deze zeggen de vrede kan niet op de slagvelden bevochten wordeu daar kan slechts de wapenstilstand verkregeu worden De idealeu van recht en vrijheid waarvoor Frankrijk en Eugeland thans strijden zijn wel waard dat men voor he- strijdt eu sterft. x\ïaar het geloof dat de overwiuning dezer idealen eerst door het terneerslaan van Duitschland verzekerd kan worden, dat is een begoocheling. Want wat daaruit zou voortkomen, ware niet de internationale organisatie voor aller staten recht eu vrijheid. Neen, dan zou Europa ons voor oogen komen als in twee zich ten oorlog rustende en met elkaar daarin wedijverende legerkampen verdeeld. Even zoo min kan de overwinning van het üuitsche leger aan dezen staat een duurzamen vrede bezorgen, dat wil zeggen een vrede, die aan de ontwikkeling van Duitschlands beste krachten vrij baan geeft. Ook de neutralen kunnen niet met vereenigde krachten de vrede nader brengen. Maar zij kunnen hem middellijk dienen, als ze met alle verstandige en waardige middelen de strijdenden trachten t.e overtuigen, dat iedere groep van machten, die thans haar kracht en offervaardig heid op het oorlogsdoel concentreert, daardoor slechts een verder durenden gstoe3taud ia Europa schept. En deze toestand zou voortduren totdat de volkeren van Europa den //duurzamen vrede" verkregeu, die het deel is van die vol keren, welke iu moordenden strijd hun beste bloed zonder ophouden eu ten volle hebben laten vervloeien. De geschiedenis leert ons, dat de hoogste kultunr nimmer voor den vrede van deu dood heeft kunnen behoeden. Maar noch de volkeren, Doch hun leiders hebben ooit iets van de geschiedenis geleerd. Niet door de schade onzer voorvaderen, maar slechts door onze eigen schade worden we wijzer. In het oosten en het westen verwacht men met volkomen vertrouwen den afloop van den wereldoorlog. De nog neu trale °taten van Europa aanschouwen eveuwel met den angst van oozelfzuchtige vrienden de voor beide tegenstauders doodsgevaarlijke strijd.

Krantenbank Zeeland

Ierseksche en Thoolsche Courant | 1916 | | pagina 3