piijfl aai fle Maipi ?ai
lt
SE!
1628
Zaterdag 27 Mei 1916.
Twee en dertigste jaargang.
EN
Eerste Blad.
op
Firma J. M. C. POT, THOLEN.
Publicatiën.
z
li'
\h
1
Do]
IERSEKSCHE
THOOLSCHE
COURANT
/isif
)it blad verschijnt eiken Zaterdag.
per kwartaal f 0,65met Geïllustreerd Zondagsblad fl.10, franco
fl,J75. Voor het buitenland 90 cents, zonder geïll. Zondagsblad.
Itdon stukken, enz. worden uiterlijk op DONDERDAGAVOND ingewacht aan het
t» Tholen ot v66r DONDERDAGMIDDAG bij onzen medewerker te lerseke.
aan te nemeu. In de Iers. en Thoolsche en
Middelburgsche Courant hebben we kuonen lezen
dat de spoorplannen reeds verder zijn gevorderd
dan we dachten en spr. wijst er op dat indien
we niet meedoen, uit het schrijven van het spoor-
coooité blijkt dat we buiteu het net zallen blijven
UITGAVE
Telev. Interc. 16.
idyertentiënvan 1 tot 4 regel» 40 cent»iedere regel meer
10 cent»; grooter letter» naar plaatsruimte.
Bi] abonnement aanmerkelijke prijsvermindering.
Ie 1 EMEESTER en WETHOUDERS van Tholen
RA etend
naf heden tot en met den 7 Jam aanstaande
irie ter inzage ligt een lgst van ingeschre-
de loting ter aanwijzing van het personeel
mm dweer;
loting is bepaald op 14 Juni aanstaande,
nde des voorraiddags te 11 unr.
den 31 Mei 1916.
argemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester,
J. W. WAGTHO.
De Secretaris
H. J. LABAN.
DE LOCAALSPOORPLANNEN.
we uit goede bron vernemen zal den
de spoorwegmaatschappij voor
en Westelijk Noord-Brabant worden op-
um
,oe zullen ten spoedigste uitgenoodigd
die gemeenten en polders», welke een
lol deelname geuomen hebben. De akte
richting zal geteekend worden te Utrecht,
genoodigden zullen vervoerd worden per
ig-rijtuigen daartoe door de S.S. welwil-
schikbaar gesteld.
eenten en polders, welke nog geen defi-
besluit namen, zijn dos geradeü alsnog
n spoedigste uit te spreken met het oog
toezending der uitnoodigingen.
OSTERIJEN EN TELEGRAFIE.
iet begin van Augustus a.s. zal te 's-Gra-
eeu examen worden gehouden voor de
ing van telegrafist of kantoorbediende
ld voor den dienst der Posterijen en Tele-
!e Amsterdam, Rotterdam en 's-Gravenhage.
ilding behoort schriftelijk te geschieden
Hoofdbestuur der Posterijen en Telegrafie
ravenhage vóór 1 Juli a.s.
t ijchtiDgen zijn te verkrijgen bij den Direc-
fan het Post- en Telegraafkantoor te Tholen.
VERGADERING
0n Raad der gemeente Oud-Vossemeer,
op Dinsdag 30 Mei 1916.
»nig alle leden.
voorzitter opent de vergadering, waarna
'uien der vorige vergadering na lezing
jzigd worden vastgesteld,
ekomen zyn
Schrijven van Ged. Staten, houdende
uring van het kohier h. o. over 1916.
id. houdende goedkeuring raadsbesluit om
mis dit jaar niet door te laten gaan.
id. besluit tijdelijke geldleening van f 7000
ehoeve van storting van aandeelenkapitaal
de Thoolsche drinkwaterleiding.
id. houdende goedkeuring van af- en over
ging der begrooting 1916.
rden allen voor kennisgeving aangenomen.
Locaalspoorplanneu.
voorzitter zegt dat is ingekomen een
ven van het spoorcomité, waarin dit
ieelt dat het plan zooals de gemeenteraad
aangenomen, niet voldoende is, en terecht
de voorzitter opmerkt, daar B. en W.
hierop wezen. Het comité deelt mede dat
e Stavenisse, alle gemeenten reeds besloten
edewerking en mocht eventueel Oud-Vos-
r niet mee willen gaan met plan I of II
polders wel, dan wordt de gemeente
ossemeer uitgesloten en ten behoeve
polders een landbouwlijn voldoende ge-
Het comité wenscht er nog op te wijzen
et een ernstige poging bij Rijk en Pro-
zal doen om verhooging van subsidie,
t de door de gemeenten e. d. te verleenen
gen eventuëel lager zullen kannen zijn.
ar aanleiding van dit schrijven zegt de
itter, meenen B. en W. nogmaals het spoor-
tin den raad te moeten brengen en de
De heer Vermet gelooft dat het vuur na aan
de schenen wordt gelegd, doen we niet zooals
wordt voorgesteld, dan is het eeoige voordeel
dat we zullen hebben, dat, als de wind aanwaait,
we den trein zullen hooren fluiten. Spr. wil de
belangen die we bij een spoor hebbeu eens onder
oogen brengen, oeem b.v. de schoolgaande jeugd
te Oud-Vossemeer. Tegenwoordig zijn er een
lö-tal kinderen die middelbare onderwijsinrich
tingen elders bezoeken en die door de ouders
dus zijn uitbesteed. We mogen het bedrag dat
dit jaarlijks bedraagt, toch gerust op t 300 per
kind stellen. Laat nu door omstandigheden dit
getal van 10 kinderen eens hoog zijn, gewoonlijk
zijn er toch een 5 a 7-tal, is er een trein dan
kunnen deze kinderen de H. B. S. te Bergen
op Zoom bezoeken en kunnen deze ouders toch
gerust f 300 'sjaars in hun zak stekeD.
In welke verhouding staat daartegenover nu
die f 500.die we door plan l aan te Demen,
meer moeten uitgeven eu nu noemt spr. alleen
nog maar die 10 ouders, doch hoeveel meerderen
zouden er niet zijn die huune kinderen gaarne
naar andere scholen zouden willen sturen indien
de gelegenheid gemakkelijker was.
Neem b.v. het geval van een veldwachter te
's-Heerarendskerke, die man had 2 jongens die
hij de H.B.S. liet bezoeken roet 3 jar. cursus.
De een heeft thans een betrekking van t 650
als surnumerair bij de S.S. de andere verdient
elders f750
We dienen hier echter het algemeen belang
in het oog te houden en welk belang heeft
Oud-Vossemeer niet, dat zoo prachtig is gelegen,
bij een totstandkoming van een trein spr.
kan niet nalaten zijn medeledeu te wijzen op
hel nauwe verband dat bestaat tusschen de wel
vaart en verbinding met een trein.
De voorzitter meent eveneens dat niet alleeu
het voordeel voor onders die hun kinderen in
richtingen van onderwijs willen laten bezoeken,
doch dat het bovenal een algemeen belang geldt
en voordeel voor onze gemeente. Men zegt wel,
er wordt uit onze gemeente weinig gereisd, doch
het is hier „de gelegenheid maakt den dief"
als de trein er is, gaat men op reis, men is
bevreesd dat de haven achteruit zal gaan, wel
licht dat de eerste jaren zulks het geval is,
doch dit zal niet blijvend zijn. Gaat de gemeente
niet mee, welnu de trein komt er dat is zeker
en de gemeente Oud-Vossemeer is dan uitge
sloten, terwijl indien men later mee zou willen
doen, dit veel geld zal kosten voor de gemeente,
't Is du9 nu om te besluiten of Oud-Vossemeer
in de plannen zal worden opgenomen ja of neen.
De heer Ampt sluit zich volkomen aan met
hetgeen door den heer Vermet en deu voorzitter
is gezegd.
De heer Van Gorsel meent dat er wel per
sonen zulleD zijn die voordeel van een trein
zullen hebben, doch daartegenover ook veel
menschen in hun handel er nadeel van zullen
onderviuden.
De voorzitter heeft gezien dat in streken
waar het verkeer verbeterde, 9teeds vooruitgang
is te bespeuren, we dienen hier voor oogen te
houden het algemeen belang.
De heer Vermet acht dat zoowel voor den
een als voor den ander het voordeel van een
spoorverbinding ontzettend groot zal zijn.
De voorzitter meent dat indien we voor ons
zelf de groote voordeelen niet inzieD, toch zeer
zeker in de toekomst met ons nageslacht reke-
DÏDg mag worden gehouden.
De heer Vermet wijst op de totstandkoming
van Waterleiding, dit is uit het oogpunt van
volksgezondheid en gemak zijn offers waard doch
is niet iets in het belang van de volkswelvaart
waarvoor nu t 500 meer wordt gevraagd dan is
toegestaan en waarvoor we dan aandeelen krijgen
die voordeel zullen opleveren.
De heer Van ,Gorsel vreest er voor dat ze
geen rente zullen geven.
Welnu zegt de heer Vermet dan geven we
die f 500 bij die andere cadeau.
De heer Ampt meent dat als we aandeelen
nemen zonder recht op dividend-uitkeering, we de
voordeelen overlaten aan anderen.
De heer Aarnoudse zou ingelicht willen worden
omtrent den loop van den treiu en waar
het station eventueel zal komen.
De voorzitter antwoordt dat het comité hier
omtrent later in overleg zal treden met het
gemeentebestuur.
De heer Folderman meent dat het argament
dat mm meer gebruik zal maken om zijn kinders
naar de H.B.S. te zeodeu, niet sterk is, vroeger
werd dit eveneens gezegd toen te Bergen nog
geen H.B.S. was en toen deze er was maakte
men er nog geen groot gebruik van.
De voorzitter meent dat er nog meer ouders
zijn die gaarne hun kinderen Daar Bergen zouden
willen zenden, per fiets gaat dit niet, moeten
ze dus elders vertoeven dan dient men ze onder
degebk toezicht te hebben, is er een treiD, dan
kan u.en schoolfeaarten krijgen en heeft iederen
avond zijn kinderen thuis.
De heer Friderichs vindt de onbekendheid
met den loop van der» trein een treurige zaak.
De heer lermet acht dit niet zoo erg er kan
als ccnditie wurden gesteld, dat het station moet
gebouwd worden op een plaats die naar het
genoegen van den raad is.
De heer Aarnoudse wilde ook gaarne vooraf
beketd zijn met de plaats waar het station zal
komeu.
De' heer Ampt meent dat men dat niet zal
mogea zeggen, teneinde grondspeculatie te
voorkimen.
De heer Friderichs herinnert aan hetgeen de
heer Moelker in de poldervergadering heeft ge
zegd de plannen duur zijn, hetgeen waar is.
De voorzitter herinnert er aan dat het comiié
toezegging doet om te trachten van rijk en
provincie meer subsidie te krijgen.
De heer Vermat wijst er op dat de geheele
opzet wordt begroot op een bedrag vaD 2 3
millioen en onze gemeente in verhouding
f 20.000 bijdraagt, men kan dus niet zeggen
dat voor onze gemeente deze plannen zoo
duur zijn.
De voorzitter brengt daarna het voorstel plan I
aan te nemen in stemming. Dit wordt verworpen
met 2 tegen 5 stemmen, de hh. Vermet en Ampt
stemmen voor.
De voorzitter wil nog een poging doen om
Oud-Vossemeer niet buiteu gesloten te houden
en brengt plan II in stemming. Ook dit wordt
met gelijke stemmenverhouding verworpen.
De voorzitter hoopt dat de raad geen berouw
zal krijgen over dit besluit, hoewel hij gelooft
dat dit wel het geval zijn.
Met alg. stemmen wordt vervolgens besloten
op voorstel van Ged. Staten, nogmaals een post
ad f 7000 op de begrooting in ontvang le bren
gen, dit inzake de geldleening waterleiding.
De gaskwestie wordt nogmaals besproken. Er
is bericht ingekomen van de Mij. tot expl. van
Gem.-bedrijven, waarin deze mededeelt voorloopig
wegens gebrek aan personeel vanwege mobilisatie,
nog geen uitgewerkt plan te kunnen overleggeD,
doch wel dat voor de gemeente Oud-Vossemeer
een gasfabriek, mits zuinig beheerd, genoeg kan
opleveren voor rente en afschrijving.
De voorzitter zegt dat B. en W. van meening
zijn, dat nogmaals op spoedige afdoening dient
te worden aangedrongen.
De heer Friderichs vraagt hoe het mogelijk
is dat, wijl geen onderzoek is ingesteld, reeds
bekend is dat een gasfabriek uit zal kunnen
De voorzitter zegt dat de berekeningen hier
omtrent gemaakt zullen zijn.
De heer Friderichs meent dat de Maatschappij
iemand zou sturen voor onderzoek.
De voorzitter heeft gehoord dat tijdens zijn
afwezigheid iemand vaowege deze Maatschappij
te Oud-Vossemeer is geweest.
Dit bevestigt de heer Ampt, doch deze zegt
dat toen geen nader onderzoek i9 ingesteld en
dat dit enkel diende voor bodem en waterstand.
Na nog eenige discussie wordt het voorstel
van B. en W. om spoed achter de zaak te zetten,
goedgevonden.
Vervolgens wordt voorlezing gedaan van een
ingekomen schrijven van de Gezondheidscom
missie te Tholen, luidende
Volgens het verslag van het verhandelde in
de openbare raadsvergadering der gemeente Oud-
VosBemeer van Dinsdag 18 April jl. opgenomen
in de Thoolsche Courant van 22 April d.a.v.
heeft de Burgemeester een schrijven opgemaakt,
(de voorzitter merkt op dat niet hij doch B.
en W. dit hebben opgemaakt) waarin hij het
College van B. en W. tracht te zuiveren van
den blaam, daarop z.i. gelegd door de Gezond
heidscommissie, als zij in haar jaarverslag op
blz. 24< zegt: „We moeten tot ons leedwezen
getuigen, dat in Oud-Vossemeer zeer weinig gedaan
wordt door het Gemeentebestuur om bestaande
wantoestanden te verbeteren*'. B. en W. hebben
volkomen gelijk, dat zij zich willen rechtvaardi
gen. Daartegenover staat, dat de Gez. Coro. eene
zinsnede als boven aangehaald, niet in haar ver
slag zou opnemen, indien zij niet meende daartoe
gerechtigd te zijn.
Voor wij het schrijven van B. en W. aan eene
nadere beschouwing onderwerpen, moeten wij
eerst vaststellen, dat in ons schrijven nergens
sprake is van onwil van de zijde van het Ge-
meenlebestnur; we hebben alleen het feit in
herinnering gebracht, dat er weinig wordt ver
beterd en dat dit ons spijt. Vervolgens dat in
het schrijven wordt gewaagd van toestanden, die
wel verbeterd zouden moeten wqrden, maar nog
geen wantoestanden kunnen worden genoemd.
Wij willen over dat woord niet twisten, maar
meeneD, dat elke slechte toestand een wantoe
stand mag worden geheeten. Denk aan wangedrag
slecht gedragwanbeheer 9Ïecht beheer) enz.
1. B. en W. schrijven/yWat betreft de op
merking omtrent de rioleering van de sloot aau
de westzijde van de Molenstraat is op zijn minst
genomen zeer voorbarig* en verder, dat op die
sloot sinds laüg de aandacht van hun College is
gevestigd geweest en een bedrag van f 325 op
de begrooting voor 1016 is uitgetrokken geweest
(nu niet meer?) om met de rioleering aan te
vangen.
Is onze opmerking omtrent die sloot voorbarig
te noemen Reeds in 1907 wezen wij er op
(zie verslag 1907 blz. 7.) Op dezelfde blz. kan
men vinden dat de Commissie in datzelfde jaar
de aandacht vroeg voor de sloot achter de hui
zen der Molenstraat (oostzijde.) Omtrent beide
ongeveer dezelfde opmerkingen in het verslag
over 1909 (blz. 10). Idem in het verslag over
1912 (blz. 8). Als de Commissie reeds in 1907
klaagt over den zeer vervuilden toestand van 2
slooten, welke in 1915 nog in dien zelfden
toestand verkeeren, dan is het toch wel wat kras
haar van voorbarigheid te beschuldigen.
2. Over den mestput bij M. J. Bevelander
schreven wij in Mei 1912 aan het Gemeente
bestuur, dat wij dien een zeer onhygienischen
toestand achtten en ieder, die dien mestput ziet
in het natte jaargetijde en dikwijls ook bij groote
warmte, zal ons oo'rdeel daaromtrent onderschrij
ven. Bij dat schrijven is geen sprake geweest
van het opruimen, wel van flinke verbetering,
waarvoor wij een plan aangaven. B. en W schrij
ven „Kan de Gez. Coro. ons evenwel een
billijk en aaunemelijk voorstel doen om atdoende
verbetering te brengen, gaarne zijn wij bereid
dit voorstel in nadere overweging te nemen.*
Welnu reeds io 1912 gaven wij zoo'n middel
aan; waarschijnlijk hebben B. en W. zich er
niet mee kunnen vereenigen. Gaarne zouden
wij nader overleg hebben gepleegd, indien dit
ware voorgesteld.
3. Wat de Gemeente-vuilnisbelt betreft schre
ven wij: „Eene omheining, desnoods metvlecht-
draad, zou dit euvel (het wegwaaien van papier
enz.) wegnemen. Dat woord desnoods toont dui
delijk aaD, dat wij eene andere wijze van om
heining zooals le Tholen b.v. veel ver
kieselijker achtten. Maar waar wij er heel steik
aan twijfelen of men daartoe te Oud-Vo9semeer
ooit zou komen, vroegen wij het minste, dat men
wel vragen kan, n.1. eene afrastering met vlecht-
draad.
Er is, behalve het wegwaaien van papier, nog
wel eene hygiënische reden ook, waarom afras
tering aan te bevelen is.
De varkenshokken. B. en W. erkennen, dat
wij dit een der lastigste questies noemden om
op te lossen. Toch meenen wij, dat er iets kon
worden gedaan ook hierin tot eeuige verbetering
te komen.
Zeker, voor velen is het houden van een
varken van groot belang. Maar men moet toch
ook niet uit het oog verliezen, dat voor vele
anderen een vuil varkenshok met nog vuiler
mestput eu legio vliegen in de nabijheid hunner
woDing verre van aangenaam is. En waar aan
het houden v^n varkeus geen enkele voorwaarde
is verbondeu omtrent den bouw der hokken,
bevloering dei mestputten, terrein, afvoer van
gier, drekstoffen enz., achten wij het van groot