ratllai, [njji aai It lalaipi ra piMi! mm nu o. 1996. Zaterdag 17 Januari 1914. Dertigste jaargang. m EN b« Tweede Blad. FEUILLETOS. lm M ïdf M; IERSEKSCHE THOOLSCHE COURANT Waar de suikerbieten moeten komen. ok op zandgrond worden tegenwoordig suiker- ten gezaaid. Wanneer we dus over dit gewas eken, hebben we daarmede rekening te houden, beide grondsoorten, zoowel op de klei als het zand, wordt het bietenland nog voor ïüuari geploegd en zoogenaamd op de winter- 3Ajr gelegd. In de meeste gevallen, wordt jelijk daarmede de stalmest gegeven. Vaak irdt er ook zoogenaamd gestoppeld. Dan wordt stoppel omgeploegd en daarna de stalmest dergeploegd, Op de kleigronden wordt dan iu ibruari of Maart, nadat andermaal het land Igeploegd is, superfosfaat uitgestrooid en jnneer men in April de bieten zaait, of ut daarna, geeft men reeds de eerste hoeveel- jid chilisalpeter. Sommige landbouwers geven ik voor of in Januari zwavelzuren ammoniak. HBze boeren geven in het begin aan de bieten 'aldien chilisalpeter. ,j0j.Op vele kleigronden is intussch n reeds duidelijk pieken, dat de bovenbeschreven bemestings- trójjjze onvoldoende is. Er wordt reeds gedurende n 1 van jaren in ons land op bijna alle klei- ronden een zeer intensieve bietencultuur ge reven en naast de suikerbieten, komen dan ~~Bg maugelbieten, aardappelen e.d. Het gevolg in deze cultuur is dan ook, dat zich op tal in plaatsen de behoefte doet gevoelen aan kali- Inesting. Op zandgronden heeft men bij de 0flkerbietencuHnur van het begin af kalizouten 05bruikt. Daar zou het wel onmogelijk ziju, een Oildoende gewas te krijgen, zonder kali. Doch 2 3 kleigronden heeft men het jaren kunnen 'ieèfan zonder kali. Maar, zooals ik zeg, nu begint «fflt te komen, 't Is nu maar de vraag, hoe de kali moet geven, d.w.z. 40°/o kalizout f F t« patentkali Het verschil tusschen deze drie ^hoewel over het algemeen bekend, zij hier nog ^g.#en kort aangestipt. Kainit als ruw kalizout, bevat chloor, want et chloor is in de kalizouten vooral in den arm van chloornatrium of keukenzout aanwezig, ainit heeft ongeveer 12l/i9 patentkali 25 en Bt kalizout 40°/o zuivere kali. In de eerste lUts zij opgemerkt, dat suikerbieten zeer goed gen chloorhoudendc bemesting bestand zijn, t zelfs, alhoewel minder dan voederbieten, er ier dankbaar voorzijn. Erisdusgeen bezwaar tegen nit-bemesting. Toch zou ik op zware-klei- nden het 40°/o kalizout aanraden. Vooral ik, wanneer het vervoer naar het land eemgs- ^Ds kostbaar is. Men neme desnoods zelf de 1. toef en kieze, tot welke der twee men zich opalen zalKainit en 40°/o kalizout kan men an vroeg in het najaar tot iaat in het voorjaar oven. Toch vind ik voor beide meststoffen ^fecember en Januari de beste maanden. De ^tli heeft tijd zich iu den bodem te verspreiden |gl vrees voor uitspoeling behoeft men niet te obben. De hoeveelheden hangen geheel af van den toestand der bodems. Hoe langer men knol gewassen verbouwd heeft, hoe meer kali meu zal moeten gebruiken. Probeer dus met kainit van 800 tot 1200 K.G. per Hectare en 40°/0 kalizout van 250 K.G. tot 875 K.G. Het is natuurlijk de bedoeling, dat de overige straks aangegeven bemesting blijve. Kali be mesting wordt dus aanvulling. Openbare vergadering van den gemeenteraad van Oud-Vosscmeer, op Dinsdag 13 Januari 1914. Afwezig de heer Aarnoudse, wegens ouge- steldheid. Daar de burgemeester op reis is wordt het voorzitterschap waargenomen door den heer Ampt. De voorzitter roept den aanwezigen bij deze eerste vergadering in 1914 hartelijk welkom en memoreert dat in bet afgeloopen jaar niemand der leden wegens ongesteldheid was verhinderd de vergadering bij te wonen. Spr. wenscbt den leden in alle opzichten zegen toe en spreekt den wensch uit dat de heer Aarnoudse spoedig van zijn ougesteldheid mag genezen, en dat allen tot nut van de gemeente ook wederom dit jaar mogen werkzaam zijn. De notulen der vorige vergadering worden na lezing goedgekeurd. De voorzitter wil alvorens tot de behandeling der agenda over te gaan, eeu belofte vervullen, gedaan aan den heer Pouwer een 3-tal weken geleden op een vergadering van het dijkbestuur; de heer Pouwer had iu eeu verslag in de Th. Crt. gelezen dat spr. zich minder vleiend over hem had uitgelaten, waarom hij geeu advies wilde geven. Spr. heeft hem toen beloofd er over te zullen spreken in een raadszittinghij meent zich met zoo uitgedrukt te hebben als in het verslag is opgenomen, wellicht dat hij niet dnidelijk heeft gesproken en dat de verslag gever hem heeft misverstaan met dit te rele- veeren meent spr. voldaan te hebben aan het verzoek van den heer Pouwer. Ingekomen zijn a. schrijven mejuffrouw Franckena, dankbe tuiging. 'o. goedkeuring gem.-begrootmg 1914. c. goedk. besluit onvoorzien. d. gcedk. besluit gem.-amb. pensionneering. e. vaststelling gem.-rekening 1912. f. Proces-verbaal kasopneining, die alle voor kennisgeving worden aangenomen. Voorts wordt behandeld een brief tot wijziging der geldleening ad f 1000.welke wijziging wordt goedgekeurd. Teveus wordt met alg. stemmen besloten het havengeld weder op f0,10 te brengen. Ged. Staten hadden aan een vorig gemeenteraads besluit hun goedkeuring onthouden, doch Z.Exc. den Minister vau Binnenl. Zaken was van oordeel dat met het oog op de aau de haven te maken kosten, verhooging dienstig was. De voorzitter deelt mede dal B. en W. reeds weder f 0,10 havengeld heffen eo bereids goed- Moeder Bet keek op haar knol, waarbij men ler niet te denken heeft aan een oud paard, nar integendeel aau een uitmuntend loopend, ||liderwet3ch zilveren uurwerk, dat den vorm »n eeu ferme ronde raap had. Als de stads- lokken anders wezen, dan hebben die officieele |iJ|ande horloges eenvoudig ongelijk. En moeder fet was eeu vrouw vau de klok io alles. Dat r*s zij reeds bij haar man zoo gewoon geweest, Iklie nooit te laat op zijn werk kwam, omdat zij -^wegeld 's morgens de rol van porster vervolde o die nooit thuis kwam, of hij vood de pot preed. Maakte zij soms een praatje met een murvrouw, zij brak het belangrijkste gesprek otweg af, als 't klokje van gehoorzaamheid loeg, en later, na haars mans dood, bracht affaire 't weer mee, dat zij op haren tijd Mast passen. Zij deed een schoftkelder. Eigen lijk was 't een graadje beter't was meer een Iruim onderhuismaar toch, er stond een bordje 'boven de denr, met de afbeelding van twee mannen, die aan een lange tafel zaten, waarop eeu tarwebrood en een Meppeler kluit lagen een der gasten met een kom aan de lippen, de ander met een kom voor zich, dus alles zoo aanschoawelijk mogelijk, en daaronder stond met letters, die wel niet alle juist even groot, maar toch goed leesbaar wareu „Hier schoft men." Precies toepasselijk was de voorstelling echter niet, want het waren kennelijk metselaars die de schilder afgemaald bad, en de klanteu van moeder Bet waren werklieden nit de groote ijzerfabriek, wier hoofdingang in dezelfde straat was. Moeder Bet, die gaarne alles in de pontjes had, was dan ook wel eens voornemens geweest, om die metselaars in smids te laten verschilderen, maar het kunststuk was indertijd een ouderling geschenk geweest van hare trouwste klanten, toen zij haar affaire 25 jaar had gedaan, en zij wilde ,/geen gogeven paard in den bek zien." Uit dagelijksche ondervinding wetende wat hare bezoekers zoo al gewoonlijk gebruikten, zorgde zij met alles gereed te ziju tegen dat „haar jongens," zoo als zij hen noemde keuring aanvragen bij Ged. Staten, die nu wel zal worden verkregen. Voor kennisgeving wordt aangenomen eeu bericht van het gemeentebestuur vnn Goes be treffende het verzetten der jaarmarkt. De voorzitter deelt mede dat de heer v. Rooijen, die aangevraagd was om opzicht over de haven werken te honden, dit toezicht niet op zich kan Demen. B. en W. hebben den heer Vriens ge vraagd of bij dit kon doen, deze antwoordde hiertoe volkomen in staat te zijn. Het voorstel vaa B. en W. is nu den heer Vriens die reeds het bouwtoezicht heeft, tevens te belasten met de werkzaamheden als gemeenteopzichter. De jaarwedde zouden ze dan willen stellen op f 120. das een verhoogiug van f 30,—. Den heer Vriens werd bereids om bericht gevraagd, doch hieraan is nog niet voldaan. De heer Polderman vraagt of door een aan stelling als zoodanig alle werkzaamheden zullen moeten worden verricht. De voorzitter antwoordt toestemmend. De heer van Nieuwenhuijzen is van meening dat bet misschien wel wat lastig voor den op zichter zal zijn bij het havenwerk, dat is nogal groot en eischt veel toezicht. De voorzitter stemt dit ten deele toe. Als de gemeente-bouwmeester dan 2 maal per week komt is dit wel voldoende, buitendien is er toch een dagelijksch opzichter. De heer van Nieuwenhuijzen vraagt wat of dereden zou kunnen zijn dat dhr. Vrieus geen antwoord heeft gezonden. De voorzitter zegt dat dan Vrieus voor de genoemde som het wellicht niet zal willen doen. De heer van Nieuwenhuijzen meeat dat, nu wetochbij het havenwerk een dagelijksch opzichter noodig hebben, deze benoeming z. i. overbodig is. De voorzitter meent dat er verschillende dingen zich kuunen voor doen, waardoor een dergelijke benoeming in het voordeel der gemeente zal zijn. De heer Polderman verneemt gaarne of bij benoeming deze ambtenaar dan ook verplicht is een bestek te maken. De voorzitter antwoordt bevestigend en stelt voor om alvorens een besluit te nemen, eerst het bericht van dhr. Vriens af te wachten. De heer Friderichs bepleit bespoediging der zaak, daar de beste tijd om een aanvang te maken, nadert. Besloten wordt in de eerstvolgende vergadering een besluit te nemen. Een wijziging der begrooting wordt vervolgeus goedgekeurd. Hierna komen een tweetal adressen in be handeling met verzoek het kerk wegje te verbeteren. Het eene adres is van het hoofd der Roomsche school, die wegens het gevaar dat de wegkant voor de schooljeugd oplevert, op verbetering aandringt. Een ander gelijkluidend verzoek is van ingezetenen. Hoewel de feiten in het adres van het school hoofd den voorzitter wed wat overdreven schijnen, is volgens spr. verbetering van den weg daar wel gewenscht, terwijl z.i. het ook plicht is der allen tegelijk kwamen opdagen. De groote kufiie- ketel, en 't was goede waar, geen slootwater, dampte, dat het gehe le voorhuis met den geur vervuld was. Met eene kleine variatie van 't oude spreekwoord, zei moeder Bet: „de neus wil ook wat hebben", en zij vood het zulk een eigenaardig „welkom jongens 1" als de lekkere koffielacht hen te geinoet kwam. De kommen stonden al klaar, alle even groot en van 't zelfde model, ,,'t Geeft anders maar schele oogen" dacht moeder Bet. Toch maakte zij eene uit zondering, maar die moest men haar dan ook toegeven op haar kleine toonbank, apart, stond een mooie kom, met bloempjes beschilderd, en een dito bord klaar, 't Werd vroeger altijd door haar dochter, haar eenig kind, gebruikt, en was nog van een verjaardag afkomstigmaar sedert het meisje al verscheidene jaren in een dienst was, gaf moeder Bet het altijd aan haren //oog appel" onder de klanten in gebruik. Die „oog appel" was Willem Kloek, een joukman nu van 22 jaren, maar die al vau zijn 12e jaar af dagelijks bij moeder Bet kwam schoften, en dien ze dan ook maar trouw, altijd door, nu eens mijn „laui" eu dan //lieve kind" noemde. Willem had een schreefje voor, eensdeels uit die oude relatie „waut hij kwam hier al voor gemeenten om ter plaatse voor eeu begaanbaren weg te zorgen. B. en W. stellen voor het aanwezige klinker pad te verlengen en de weg tot de school te bestraten. De heer Polderman meent dat genoemden weg aan den polder behoort. De heer van Nieuwenhuijzen verneemt gaarne tot welke lengte de kom der gemeente zich uitstrekt. De voorzitter zegt dat hedenmorgen is inge komen van Ged. Staten een plattegrond der gemeente, waarop uitbreiding der gemeentekom staat aangegeven. De teekeuiog gaat bij de leden rond. Na eenige discussie wordt besloten in een volgende vergadering te beslissen over dit punt. Daarna maakt de voorzitter de waterleiding- plannen aanhangig. Spr. meent dat allen vol doende bekend zullen zijn met deze zaak zij die de verschillende lezingen hebben bijgewoond zullen moeten overtuigd zijn van het groote nut en tevens van de levensvatbaarheid der zaak voor ons eiland; spr. behoeft de voordeelen niet op te sommen, niet alleen de waterleiding zal ons voordeel geven, doch door de waterleiding wordt de mogelijkheid geopend op industriëele ondernemingen in ons eiland. We leven in een tijd van vooruitgang. Tholen lag langen tijd geïsoleerd en nog nimmer werd voor Tholen iets van rijkssteun genoten, nn wordt dit anders, doch wil men op het eiland Tholen ook steun voor andere zaken, dan dienen de waterleiding plannen aangenomen zoo niet dan zal men niet dan zeer moeilijk vau de regeering voor andere zaken steun kunnen krijgen. Spr. is overtuigd dat, waar velen bezwaren hebben geopperd en die bezwaren denkbeeldig zijn gebleken, men op het geheele eiland Tholen zal besluiten tot oprichting der Mij. tot water voorziening. Daarna worden ter tafel gebracht de requesten der afd. Tholen Z. L. M., O. V. T. en Tuin- bouwvereeniging. De voorzitter brengt nog in herinnering, dat gister op de St-Maartensdijk gehouden vergade ring door den heer H. Dorst een berekening werd gegeven van wat een plaats als Stavenisse voor voordeel zal hebben, wat de veestand be treft, als er goed drinkwater is. Tevens meent spr. te moeten wijzen op een request met 170 handteekeningen van inwoners van Oud-Vossemeer, die verzoeken om de water leidingplannen aan te nemen. Nu behoeven wij als leden van deu raad ons niet te laten beïn vloeden, doch met een zoodanig request is niet te ontkennen dat er een stemming in de ge meente heerscht, waarmede wij rekening dienen te houden, dat mag wel de doorslag geven en geeft spr. een grooten ruggesteun. De heer Polderman vraagt hoeveel woningen er te Oud-Vossemeer zijn. De voorzitter antwoordt 400. De heer van Nieuwenhuijzen zegt eerst er tegen geweest te zijn, doch na bij beter inzicht van dat hij nog een haartje op zijn kin had", zei moeder Bet, maar ten andere ook, omdat zij hem zoo door en door kende en dat hij //een bovenste beste" was. //Knap P vraag dat maar eens op de fabriek hij werkt en teekent nu al op de modelkamer. Goedhartig Noem mij zoo reis een tweede, en nooit los in den mond, nooit ruw of 'onhebbelijk, cd proper, dat zou ik je verzoeken. Je zoudt het Zondags niet aan hem zeggen, dat hij soms in de week zoo zwart kan zien. En ik heb hem ah een kind gekend 1" Dat deed altijd de deur dicht dat was altijd het slot, als moeder Bet om een of audere reden haar voorliefde voor Willem verklaren moest. En wie dan nog niet tevreden vas, 1 kreeg de volle laag, want wie niet aau Willems voortreffelijkheid geloofde, verbruidde 't bij haar. #Wat ze onder elkaar op anderen te zeggen hebben, dat's hun zaak, daar weet ik niet van" zei ze #maar van mijn Willen moeten ze afblijven, dat moeten ze, en wat een innige jongen voor zijn oudersOus lieve Heer heeft hun ook maar één gelaten, net zoo als mij maar wat een schat, zoo'n oppassenden jongen, wat een lot uit de loterij en althaus tegen woordig, nu er vaak al zoo vroeg wilde haren inzitten l Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Ierseksche en Thoolsche Courant | 1914 | | pagina 5