van Zaterdag 8 Maart 1913.
Tweede Blad.
jn diner bij den kapitein.
Chilisalpeter op de weide.
Publicatie n.
FEUILLETON.
[erseksche en Thoolsche Courant
I de duurte van het vee is verzorging van
stal en dus ook verzorging van de weide
el gewenscht. Hoe meer en hoe betere
en de boer heeft, hoe meer vee hij kan
en en hoe heter de kwaliteit van het vee
zijn. De hoedanigheid van het vee hangt
lauwste samen met de gesteldheid der weiden,
de verzorging der weide behoort ook hare
sting. Hoe vroeger in het voorjaar het gras
it te groeien des te voordeeliger voor den
iuder, des te beter voor het vee, want
te vroeger kan men met de stalvoedering
oden. Wanneer voor of in den winter of
et late voorjaar de kali en het phosphorzuur
de weide gegeven zijn, kan men in het
aar den groei van het gras dwingen met
lalpeter. In tijd van 14 dagen ziet men de
e na eeo bemesting van 150 K.G. chilisal-
per H.A. totaal veranderd en kau men
oeien er op sturen.
iet alleen dat het gras sneller en krachtiger
it door een doelmatige en gulle bemesting,
ook de aard der grassen schikt zich daar-
?t Is in 't geheel niet hetzelfde wat voor
er op de wei groeit en nu is het een feit,
een rijke bemesting o.a. met chilisalpeter
zeer gunstigen invloed uitoefent op de
anigheid van het gras wanneer in voorjaar,
dat de koeien op de weide gaan, een bemesting
150 K.G. chilisalpeter per Hectare gegeven is,
it misschien op sommige weiden niet genoeg
In den regel doet zon, regen en wind de rest.
als >'t niet zoo is, kau men, als de wei
reten is en de koeien een 14 dagen elders
tid kunnen worden, voor de tweede maal
kleine gift chilisalpeter uitstrooien b v. 100
per Hectare. Dit zal voornamelijk het ge-
zijn, als de temperatuur laag blijft. Maar
is het gewoonlijk ook voor den ganschen
r genoeg.
MILITIE TE LAND.
HERHALINGSOEFENINGEN IN 1913.
Burgemeester van Tholen maakt bekend, dat
n het verlofgangersregister dezer gemeente in-
ireven verlofgangers, behoorende tot de hier-
r vermelde lichtingen korpsen en korpsonder-
n, bij deze worden opgeroepen om op den datum,
r elk korps ol' korpsonderdeel vermeld, krachtens
80, in verband met art. 114 der Militiewet
913 voor herhalingsoefeningen in werkelijken
st te komen.
Infanterie, Lichting 1906.
piment Grenadiers en Jagers, 9 September,
regiment, 19 Augustus. 2de, 3de en 4de regi-
9 September. 5de regiment, 19 Augustus. 6de
lent, 9 September. 7de, 8ste en 9de regiment,
Augustus. 10de regiment, 3 September. 11de
bent, 19 Augustus.
Lichtingen 1907 en 1908.
»n de hierboven gemelde korpsen respectievelijk
1 Aogosius, 8 September, 5 Augustus. 5 Augustus,
ugustus, 8 September, 5 Augustus, 8 September,
iptember, 8 September, 5 Augustus, 8 September.
Wielryders, Lichting 1906.
te en 2de compagnie, de 8-maanders en de 4-
tders, allen op 17 September. 3de eu 4de com-
ie, de 8-maanders en de 4-maanders op 19
DStUS.
Lichting 1907.
te, 2de en 3de 'compagnie, de 8-maanders en de
landers, allen op 2 September. 3de compagnie,
l-maanders, 5 Augustus. 4de compagnie, de 8-
iders en de 4-maanders, 2 September.
Lichting 1908.
te, 2de, 3de en 4de compagnie, de 8-maanders
-maanders, allen op 2 September. 4de compagnie,
•maanders, 9 September.
Hospitaalsoldaten, Lichting 1906.
Ie, 2de, 3de en 4de compagnie, 17 September.
Lichtingen 1907 en 1908.
ite en 2de compagnie, 2 September. 3de en 4de
«gnie, 5 Augasius.
Administratietroepen, Lichting 1908.
gebcele compagnie (plaats van opkomstUtrecht),
September.
Huzaren, Lichting 1910.
lste regiment, alle eskadrons. 8 September. 2de
regiment, lste eskadron, 20 man op 13 Mei, de
overigen op 11 September. 2de eskadron, 20 man op
2 Juni, de overigen op 11 September. 3de eskadron,
20 man op 31 Maart, de overigen op 11 September.
4de eskadron, 20 man op 21 April, de overigen op
11 September. 3de regiment, alle eskadrons op 8
September. 4de regiment, 1/2 van het lste, van het
2de, van het 3de en van bet 4de eskadron op 18
Augustus. l/2 van het lste, van het 2de, van het
3de en van het 4de eskadron op 8 September.
Veld-Artillerie, Lichting 1908.
lste regiment, l/2 der lste, der 2de en der 3de
batterij, 28 Juli. l/2 der lste, der 2de en der 3de
batterij, 2 September. l/4 der 4de batterij op 9 Juni.
1/4 der 4de batterij op 7 Juli. l/2 der 4de batterij
op 4 Augustus, i/jj der 5de batterij op 28 Juli.
112 der 5de batterij op 2 September. l/2 der 6de
batterij op 28 Juli. l/2 der 6de batterij op 2 September.
2de regiment, l/2 der lste batterij op 4 Augustus.
1/2 der lste batterij op 25 Augustus. 2de, 3de, 4de,
5de en 6de batterij op 7 Juli. 3de regiment, l/2 der
lste, der 2de en der derde battery op 2 Juni.
112 der lste, dor 2de en der 3de batterij op 30 Juni.
112 der 4de, der 5de en der 6de baiterQ op 26 Mei.
1/2 der 4de, der 5de en der 6e batterij op 23 Juni.
4de rigiment, l/2 der lste, der 2de, der 3de, der
4de, der 5de en der 6de batterij op 23 Juni. l/2 der
lste, der 2de, der 3de, der 4de, der 5de en der 6de
batttery op 2 September.
Lichting 1910.
lste regiment, l/2 der lste, der 2de ed der 3de
batterij, 2 Juni. l/2 der lste, der 2ile en der 3de
batterij, 30 Juni. 1/3 dor 4de batterij, 14 April.
1/3 dor 4de batterij, 13 Mei. i/s der 4de batterij,
2 September. l/2 der 5de en der 6de batterij, 2 Juni.
112 der 5de en der 6e batterij, 30 Juni. de miliciens,
gedetacheerd bij de 4de Mitrailleurafdeeling, het
militiekader inbegrepen, 13 October. 2de regiment,
112 der lste batterij (plaats van opkomstLegerplaais
bij Oldebroek), 14 April. l/2 der eerste batterij plaats
van opkomst: Legerplaats bij Oldebroek; 13 Mei.
1/2 der 2de batterij, 9 Juni. l/2 der 2de batterij,
18 Augustus. 112 der 3de batterij, 2 Juni. l/2 der
3de batterij, 11 Augustus. l/2 der 4e, der 5de en
der 6de batterij, 9 Juni. l/2 der 4de, der 5de en
der 6de batterij, 4 Augustus, de miliciens, gedeta
cheerd bij de lste Mitrailleurafdeeling, het militie
kader inbegrepen, 13 October. 3(le regiment, l/2 der
lste, der 2de en der 3de batterij, 28 Juli. l/2 der
lste, der 2de en der 3de batterij, 25 Augustus.
l/2 der 4de, der 5de en der 6de battery, 21 Juli.
l/2 der 4de, der 5de en der 6de batterij, 18 Augustus,
de miliciens, gedetacheerd bij de 3de Mitrailleur
afdeeling, het militiekader inbegrepen, 13 October.
4de regiment, lste, 2de, 3de, 4de, 5de en 6de
batterij, 21 Juli, de miliciens, gedetacheerd bij de
2de Mitrailleur-afdeeling, het militiekader inbegrepen,
13 October.
Korps Rijdende Artillerie, Lichting 1910.
1/3 der lste en der 2de batterij, 20 Juni. 1/3 der
lste en der 2de batterij, 25 Juli. 1/3 der ls e en
der 2de batterij, 2 September.
Korps Pontonniers, Lichting 1908.
lste compagnie, 13 October. 2de compagnie, 16
Juni.
Lichtiug 1910.
lste en 2de compagnie, 30 Juni.
Vesting-Artillerie, Lichting 1906.
lste regiment, lste, 2de, 3de en 4de compagnie, 6 October.
5de compagnie, 18 Augustus. 6de compagnie, 16 Juni. 7de eu 8ste
compagnie, 4 Augustus. 9de compagnie (plaats van opkomst:
Legerplaats bij Oldebroek^, 23 April. 10de compagnie (plaats van
opkomstLegerplaats bij Oldebroek) 19 Mei. 2de regiment, lste
compagnie 19 Mei. 2de compagnie, 4 Augustus. 3de en 6de
compagnie, 29 September. 4de en 7de compagnie, 7 Juli. 5de
compagnie, 16 Juni. 8ste compagnie, 30 Juni. 9de compagnie,
14 Juli. 10de compagnie, 18 Augustus. 3de regiment, lste, 2de,
3de, 4de en 5de compagnie, 2 September. 6de en 7de compagnie,
29 September. 9de en 10de compaguie, 18 Augustus. 4de regi
ment, lste en 4de compagnie, 18 Augustus. 2de compagnie, 4
Augustus. 3de compaguie (plaats van opkomstlort 1'rins Fre-
derik bij OoltgensplaatJ 4 Augustus. 5de compaguie plaats van
opkomst: Brielle, 18 Augustus. 6de compagnie plaats van op
komst Muiden, 2 September. 7de, 8ste, 9de en 10de compagnie,
2 September.
Lichting 1910.
lste regiment lste, 2de, 3de, 4de en 7de compagnie, 20 October.
5de compagnie, 4 Augustus. Ode compagnie, 16 Juni. '/.t der
8ste compaguie, 4 Augustus, 'ƒ3 der 8ste compagnie, 15 September,
'/j der 8ste compagnie, 13 October. 9de compagnie plaats van
opkomst: Legerplaats bij Oldebroek, 9 Juni. 10de compagnie
plaats van opkomstLegerplaats bij Oldebroek, 23 Juni. 2de
regiment, lste, 2de, 3de, 4de, 5de, 6de, 7de. 8ste eu 9de com
pagnie, 4 Augustus. 10de compagnie, 19 Mei. 3de regiment, lste
en 5de compagnie, 6 October. 2de en 7de compagnie, 16 Juni.
3de, 4de en 6de compagnie, 14 Juli. 8ste compagnie, lste peloton
plaats van opkomst: Fort bij Pannerden, 7 Juli. 8ste compagnie,
2de peloton, plaats van opkomst-.Fort bij Westervoort, 7 Juli. 9de
eu 10de compagnie, 19 Mei. 4de regiment, lste en 2de compagnie, 8
September. 3de compagnie, 2 September 4de compagnie, 8 Sep
tember. 5de compagnie, 22 September. 6de compagnie, 20 October.
7de, 8ste, 9de en 10de compagnie, 2 September.
Korps Pantserfort-Artillerie, Lichting 1908.
lste compagnie, 2 September. 2de compagnie, 23 Juni.3decom-
pagnie, 4 Augustus. 4de compagnie, 18 Augustus.
Door Charles Dickens.
ier man stierven eer wij Kaap Hatteras be
ten, die zeker allen in het leven zouden
even zijn zonder de woeste behandeling en
'aarlooziog die zij aan boord te verduren
len. De scheepsdokter zorgde alleen voor
passagiers. De zieke matrozen verklaarde
voor inalengers zij werden met het eindje
naar boven gedreven, en moesten werken
lang j staan konden. Zij stierven als
en als honden werden zij begraven,
mstreeks deozelfden tijd hadden eenigen
ernstig bezeerd en weinigen of geen van
•aren zouder wonden, kneuzingen of zwerm
de officieren niet zuinig waren met het ge-
der koperen kneukelstoffers, die bij iederen
slag eea open wond veroorzaakten.
De meer doodelijke wapenen kan ik niet zeggen
dat veel gebruikt werden. Slechts eenmaal heb
ik den kapitein een luien matroos een lichten stoot
met den spoojaard zien geven, en twee anderen
door deu stuurman met. de pistool in de kuiten
zien schieten, maar de wonden waren onbe
duidend en blijkbaar met voordacht op de minst
gevaarlijke plaatsen toegebracht. Er zou echter
niet veel noodig zijd geweest om het schieten
en houwen iu vollen ernst aan den gang tehel-
pen. Maar het volk was over het geheel welgezind
en tevreden. Velen zelfs vroolijk; want de kost
was uitmuntend en in ruimen overvloed; hem
den, kieleD en andere kleeduigstukken werden,
op crediet en op gage, rijkelijk uitgedeeld; ook
aan grog was geen gebrek. Alleen wanneer zij
pas straf hadden gehad, lieten de minder be-
dachtzamen moedeloos het hoofd hangen.
Voor enkelen echter scheen de strenge tucht
aau boord geheel onverdragelijk, en werd de
kapitein gevreesd als ware hij de duivel in
eigen persoon. De officieren waren hard genoeg,
maar de kapitein was een volslagen tiran. Hij
scheen er vermaak in te vinden om de zwakken
Lichting 1910.
lste compagnie, 2 September. 2de compagnie, 23 Juni. 3de
compagnie 4 Augustus. 4de compagnie, 18 Augustus.
Korps Torpedisten, Lichting 1907.
lste. compagnie, lste en 2de peloton plaats van opkomst:
Brielle, 10 Maart. 3de peloton plaats van opkomst Hoek van
Holland, 16 Juni. 2de compagnie, plaats van opkomstDen Helder,
13 Mei.
Lichting 1909.
lste compagnie, lste en 2de peloton plaats van opkomst:
Brielle, 25 Maart. 3de peloton plaats van opkomst: Hoek van
Holland, 2 September. 2de compagnie plaats van opkomst:
Den Helder, 4 Augustus.
Lichting 1911.
lste compagnie, lste peloton plaats van opkomst: Fort de
Ruijter. 2de peloton plaats van opkomstHellevoetsluis, 3de
peloton plaats van opkomstHoek van Holland, 4 Augustus. 2de
compaguie plaats van opkomstDeu Helder, 2 September.
Regiment Genietroepen, Lichting 1906.
Het pionierbataljon, lste compagnie plaats van opkomst: Fort
bij Vechten, 15 Juli. 2de compagnie, 12 Augustus. 3de compagnie,
20 Mei. 4de compagnie, plaats van opkomst Fort bij Rijuauwen,
17 Juni. De Technische Spoorwegcompagnie, plaats van opkomst
Legerplaats bij Zeist, 10 Juni. De Telegraafcompagnieën, met
uitzondering van de miliciens-telegrafisten, 20 Augustus.
Lichtiug 1908.
Het Pionierbataljon, lste compaguie, 14 Mei. 2de compaguie,
10 Juni. 3de compagnie, 1 Juli. 4de compagnie, 5 Augustus.
De Technische Spoorwegcompagnie, plaats vau opkomstLeger-
S laats bij Zeist, 9 Juni. De Telegraafcompagnieën, met uitzon
ering van de miliciens-telegrafisten, 1 Juli.
Lichtiug 1909.
De miliciens-telegrafisten, die geschikt worden geacht om als
oudste-telegrafist op te treden, 6 October. De miliciens-telegra
fisten, die niet geschikt worden geacht om als oudste-telegrafist
op te treden, 8 September.
Lichting 1910.
Het Pionierbataljon, 5 September. De Technische Spoorweg-
compagnie plaats van opkomst: Legerplaats bij Zeist, 23 Juni.
De Telegraalcompagnieën, met uitzondering van de miliciens-
telegrafisten, 2 September.
Lichting 1911.
De miliciens-telegrafisten, 8 September.
Vrijdom van opkomst. Bovenbedoelde oproeping heeft geen
betrekking op hen
lo. die gedurende drie jaren of langer bij de koloniale troepen
hebben gediend
2o. die, na bij een bereden korps ten minste een jaar of bij
een onbereden korps ten minste acht maanden in werkelijken
dienst te hebben doorgebracht, een verbinteuis tot vrijwililgen
dienst hebben aangegaan en een vrijwilligen diensttijd van ten
minste 3 jaren bij een bereden ol van ten miuste 2 jaren en
acht maanden bij een onbereden korps hebben volbracht.
Uitstel van eerste-oefening. Zij die in het genot zijn geweest
van uitstel van eerste-oefening, moeten voor herhalingsoefeningen
opkomen met de lichting van het jaar, waarin zij de eerste-
oefening hebben aangevangenzijn zij echter ingelijfd in het
jaar, volgende op dat hunner lichting, dan komen zij op met de
lichting van het jaar te voren.
Wijze en uur van opkomst. De opgeroepen ver
lofgangers zullen zorg dragen, dat zij zich ieder op
den voor hem aangegeven dag, in uniform gekleed
en voorzien van hun zakboekje met verlofpas, als
mede van alle verdere tot hun verlofsuitrusting be
hoorende voorwerpen van kleeding en uitrusting,
bij hun korps aanmelden en wel
a. zij, die verblijf houden in de plaats van op
komst, uiterlijk te 8 uur voormiddag
b. zij, die verblijf houden binnen 20 Kilometer
van de plaats van opkomst, uiterlijk te 10
uur voormiddag
c. de overige verlofgangers
voor zooveel zij binnen het Rijk verblijf houden,
zoodra mogelijk na aankomst in de plaats van op
komst, waarheen zij zich met het oerstvertrekkend
openbaar middel vau versnold vervoer, langs de op
de vervaerbewijzen aangegeven route en met de op
die bewijzen vermeldo vervoermiddelen, moeten be
geven, of, indien bij gebruikmaking van een later
vertrekkend middel van versneld vervoer langs die
zelfde route zulks mogelijk is, uiterlijk te 10 uur
voormiddag
voor zooveel zij buiten het Rijk verblijf houden,
vóór 4 uur namiddag.
Ziekte. Ingeval ziekte of gebreken de opkomst
mochten verhinderen, dient de verlofganger hiervan
zoodra doenlijk door overlegging van eene gelegali
seerde geneeskundige verklaring ter Gemeente
secretarie te doen blijken. Na ziju herstel vervoegt
hij zich onverwijld bij zijn korps.
Vervoer. De verlofgangers, die per spoor, tram
of stoomboot moeten reizen of op de reis een of
meer veren moeten passeeren en in wier zakboekje
aanwezig zijn de vereischte op wit papier gedrukte
en met rooden inkt ingevulde vervoerbewijzen en
passagebiljetten, behoeven zich vóór hun vertrek naar
het korps niot ter Gemeentesecretarie aan te melden,
doch begeven zich rechtstreeks naar hot station of
de aaulegplaats van vertrek en stellen aldaar hun
zakboekje ter haud aan den beamb e, met de uit
gifte van plaatsbewijzeu belast, of aan den veermau.
De verlofgangers behooren er op indachtig te zijn,
dat hun het zakboekje wordt teruggegeven, alsmede
de strook van het vervoerbewijs, aangezien deze
strook bun gedurende de reis moet dienen als plaats
bewijs
Verlofgangers, die niet in het bezit zijn van een
vervoerbewijs of passagebiljet, ingericht om daarop
de reis te kunnen volbrengen dan wel van het veer
of van de veren gebruik te maken, moeten zich op
den laatsten werkdag vóór hun vertrek naar het
te onderdrukken en te kwellen, en het meest
vau allen den ongelukkigen jongen Zwitser. De
arme opgelichte huisschilder was een geschikte
welwillende kerel, maar zwak eu bedeesd, en nooit
geheel vrij vau walging of zeeziekte. Hij mag een
knap werkman aan wal zijn geweest, maar
aan boord deugde hij niet. Ik beschermde
hem doorgaans tegen de grove gasten in de
voorplecht en sprak in zijn voordeel bij Coffic,
maar Natban en de kapitein maakten het hein
des te zuurder De arme stakker hij had
het vaak erg te verantwoorde!', en ik zou
nauwelijks in bijzonderheden durven beschrijven
wat al onbillijkheid en harde behandeling hij
moest doorstaan. Nooit zal ik vergeten hoe hij
op zekeren nacht, loeu wij samen op het dek de
wacht hadden, stil naar uoij toe kwam en mij
bijna in 't oor fluisterde, dat hij eeuige nachten
geleden in den droom zijn vrouw eu kind had
gezien, stervende van honger en gebrek dat hij
ze nu weder in den droom had gezien, verlost
van kommer en verdriet en dat zij hem hadden
toegelachen en gewenkt om bij hen te komen.
„Ik zal spoedig bij hen zijn," zeide hij wild.
„Ik kan het leven hier aan boord niet langer
korps, des voormiddags tusschen 10 eu 12 uur, ter
Gemeentesecretarie aanmelden, ten einde aldaar in
het bezit te worden gesteld van de vereischte be
scheiden.
Met is noodig, zich ten minste een half uur vóór
het vertrek van den trein, de tram of de stoomboot
aan het station of de aanlegplaats te bevinden.
Behalve vrij vervoer, voor zoover de reis geschiedt
binnen het Rijk, heeft de verlofganger, die niet
verblijf houdt in de plaats van opkomst, voor den
dag van opkomst recht op een daggeld van f 0,25.
Het.is niet noodig dit daggeld ter Gemeentesecretarie
te vragen aan hem, die het niet vóór zijne opkomst
heeft ontvangen, wordt het uitbetaald na aankomst
bij het korps.
Bijzondere bepalingen. Hij, die zonder geldige
reden niet voldoet aan deze oproeping, wordt, na
daartoe door den Minister van Oorlog verstrekten
last, als deserteur afgevoerd.
Hij, die zonder geldige reden zich te laat bij het
korps aanmeldt, maakt zich strafschuldig.
Het niet-ontvangeu van eene persoonlijke kennis
geving van de oproeping ontheft den verlofganger
geenszins van zijne verplichting tot opkomst in
werkelijken dienst, daar de openbare kennisgeving,
tenzij de verlofganger zich op den dag van laatst
bedoelde kennisgeving buitenslands ophoudt eu zijn
adres bij den Burgemeester bekend is, eenig en
alleen als bewijs geldt, dat bij behoorlijk is opge
roepen.
Vrijstelling. Geheele of gedeeltelijke vrijstelling
van herhalingsoefeningen kan worden verleend aan
hem
lo. die na volbrachte eerste-oefening gedurende
zoodanigen tijd in werkelijken dienst is gebleven
of gekoineD, dat bij geacht wordt in die mate te
zijn geoefend, dat herhalingsoefeningen voor hem
niet of slechts gedeeltelijk noodig zijn:
2o. die tijdens den duur der herhalingsoefeningen
onmisbaar is hetzij voor het bedrijf, waarin hij werk
zaam is, hetzij voor de instandhouding der middelen
van bestaan van zijn gezin of van «lat, waartoe hij
behoort of waarin hij als pleegkind is opgenomen,
dan wel voor personen, die hem in den eersten of
den tweeden graad van bloed- of aanverwantschap
bestaan
een en ander ter booordeeling van den Minister
van Oorlog.
Wie op een van deze gronden voor vrijstelling
in aanmerking wensclit te komen, behoort spoedig
eene aanvrage daartoe te zenden aan den Minister
van Oorlog. Het verzoek kan op ongezegeld papier
worden geschreven en behoeft, tenzij het uit het
buitenland wordt verzonden, niet gefrankeerd te
worden.
Vergoeding. Indien ten gevolge van het verblijf
in werkelijken dienst van den opgeroepen verlofganger
voldoende middelen tot levensonderhoud ontbroken
of zouden komen te ontbreken aan zijn gezin of aan
dat, waartoe hij behoort of waarin hij als pleegkind
is opgenomen, dan wel aan personen, die hem in
den eersten of den tweeden graad van bloed- of
aanverwantschap bestaan, dan kunnen belangheb
benden zich rechtstreeks tot den Minister van Oorlog
wenden met een ongezegeld, door den verlofganger
mede onderteekend, verzoekschrift, tot het ontvangen
eener geldelijke vergooding. Het verdient aanbeveling
het verzoekschrift spoedig, zoo mogelijk ten minste
zes weken vóór de opkomst, in te dienen. Het be
hoeft niet gefrankeerd te worden, tenzij het uit het
buitenland wordt verzonden.
Tholen, den 27 Februari 1913.
De Burgemeester voornoemd
M. G. VAN STAPELE.
MILITIE.
Vrijstelling van den dienst wegens eigen
vrijwilligen dienst, broederdienst of tanwezigheid
vaa in hetzcllde jaar geboren broeders of
halfbroeders.
De BURGEMEESTER der Gemeente Tholen
brengt ter keunis van belanghebbenden, dat ten
aanzien van vrijstelling van den. dienst bij de
militie om een der hierboven vermelde redenen
het volgende geldt
Eigen vrijwillige dienst.
Tot het verkrijgen van vrijstelling wegens
eigen vrijwilligen dienst moet worden overgelegd
een bewijs van dienst of een uittreksel uit bet
stamboek.
Voor hen, die nog dienen of wier verbintenis
nog loopende is, worden deze stukken door de
zorg van de daarbij betrokken autoriteiten bij
den Militieraad ingediend, zonder eenige be
moeienis van de zijde van belanghebbenden,
uithouden, het. is mij al9 de hel op het water."
In het maanlicht zag ik ziju bleeke gezicht
vol schrammen van builen, en ik las er een nieuw
besluit. Ik poogde hem te troosten, hem hoop
in te boezemen en moed te geven om den strijd
ten eiude toe vol te houden. Hij drukte mij
de haud, bedankte mij en sloop weg als een
schim. Dienzelfdeu nacht, onder het gescharrel
bij bet aflossen der wacht, sprong hij over boord
en verdronk. „Die dief I hij heeft mij zijn
handen ontstolen," was al wat de kapitein er
van zei.
Wij waren toen onder de keerkringen, de
wind was gunstig en zacht, en de klipper streek
als een meeuw over het water. Het was een
ver*onderlijk snelle zeiler. Het volk werd na
minder hard behandeld dan bij ruw weer.
Evenwel hadden we zeven dooden eer wij de
linie passeerden.
Niet ver ten zuiden van de linie overkwam
ons een onheil aan boord. De groote ijzeren
waterbak, een patent-kuip, kreeg een lek in den
bodemal bet water liep er uit, stroomde over
de lading en vermengde zich met het kielwater
in het hol. Alleen de vaten bleveu ons over.