ffmMM, pvijfl aan flu öelanpn fan oesterM, VAN HOUTEN No. 1443. Zaterdag 18 Januari 1913. Negen en twintigste jaargang. EN Eerste Blad. s Firma J. NI. C. POT, THOLEN. Pnblicatlën. ao .andbouw-ongevallen. GEEFT HERSTELLENDEN NIEUWE KRACHT o N D e r w li s. RECHTZAKEN. BINNENLAND. LE IERSEXSCHE THOOLSCHE COURANT Dit blad verschijnt eiken Zaterdag, ene 'r'jB Per kwartaal f 0,65met Geïllustreerd Zondagsblad fl.025, franco jost f 1,10. Voor het buitenland 90 cents, zonder geïll. Zondagsblad, jezonden stukken, enz. worden niterlljk op DONDERDAGAVOND Ingewacht aan het bureau te T hol en o' v66r DONDERDAGMIDDAG bl) onzen medewerker te lerseke. UITGAVE Telbf. In^erc. 16. •^iitsj iedere regel meer tel ine c in der Gemeente Tholen brengt v eze ter kennis van de logezetenen, dat bij hem ingen en aan den Ontvanger der Directe Be- gen ter invordering is verzonden, het Kohier rondbelasting voor het dienstjaar 1913, met uit- iging aan een iegelijk wien zulks aangaat, om na iene kennisgeving van zijnen aanslag, ten spoedig- et door hem verschuldigde te kwijten met her- ing tevens dat de bezwaren, welke dienaan- le mochten bestaan, binnen drie maanden na behooren te worden ingediend. olen, den 13 Januari 1913. De Burgemeester voornoemd M. G. VAN STAPELE. rgeraeester en Wethouders van Tholen; engen ter kennis, dat het 2e Suppletoir Kohier vftden Hoofdelijken Omslag in deze gemeeüte, voor in afschrift gedarende v y f maanden, op icretarie der gemeente, voor een ieder ter lezing dergelegd. iden, deu 14 Januari 1913. Burgemeester en Wethouders voornoemd, De Burgemeester M. G. VAN STAPELE. De Secretaris, H. J. LABAN. I. et 8 IA in k is nog niet zoo lang geledon, dat men hier laar kon hooren en lezen, dat er in den land- ïinbouw geen ongevallen gebeurden. Maar ieder, het bedrijf meewerkt, weet thans wei beter, elk dorp kent men personen, landbouwers en hts, die met paarden op hol zijn geslagen )en kwam er wel beter af dan de ander, maar vheidene werden gedood en anderen zoodanig en verminkt, dat zij hun werk niet goed konden doen en dus wat de verdienste betreft, Brop raakten. die paarden hebben wat op hun geweten, igeen kreeg een trap tegen de borst, buik of et gelaat en herstelde nooit volkomen. )k hebben veel ongevallen plaats door het vallen de knechts van ladders, van zolders, van wagens \et struikelen of uitglijden. van een zolder valt en dat kan gemak- n de stallen, die zuinig verlicht zyn is ital een kind des doods en zoo hij niet sterft, ij gewoonlijk aan het hoofd en de borst zóó nd, dat hij nooit weer de oude wordt. En er n er veel van de donkere zolders, doordat de Brs niet stevig staan, de planken van den zolder- los liggen, de luiken open staan of de zolder- niet voorzien zijn van een leuning, den hooibouw lezen wij herhaaldelijk, dat hts bij het opsteken, wegrijden of afsteken van roerhooi hun evenwicht verliezen en van den n vallen. De hooibouw kost altijd aan enkele 1 bouwers en knechts het leven. )or uitglijden gaan er velen te water. Vooral le stoepen waaraan geboend of geschrobd wordt, diep water gelegen zijn, hebben dikwijls gevallen verdrinken plaats. Knechis en dienstboden, die Ie donkere najaarsochtenden in het land gaan ten en zich moeten vervoeren per schouw of vondors moeten loopen, hebben kans daarbij ongeval te krijgen en te water te raken, ij zouden voort kunnen gaan met vermelding de oorzaken waardoor wij landbouw-ongevallen inze omgeving zien plaats hebben, maar dan ons artikeltje te lang worden. Genoeg zij het ermelden (de verschillende landbouw-ongevallen in de laatste jaren opgeteld) dat jaarlijks dan honderd personen in den landbouw werk- worden gedood bij ea door ongevallen, die iti het bedrijf overkomen. der jaareen honderd dooden ii is verschrikkelijk, niet waar ker, niet op ieder dorp vallen ieder jaar dooden, zoo door elkaar krijgt ieder dorp toch van tot tijd zijn. beurt. In Friesland werden dezen ir op één dag twee knechts, die bij denzelfden bouwer werkten door het hemelvuur gedood, ezwegen nu van de dooden, worden vele knechts anig gewond, dat zij hun werk voortaan niet of slechts voor een deel kunnen doen die len dan levenslang invalide en dan begint voor de lijdensweg, omdat er weiuig of geen ver sten zijn. et aantal van deze invaliden is lang niet gering ieder dor;p kan men ze U aanwijzen, die ge van een landbouwongeval lichamelijk °ken zijn en nu door het leven heenscharrelen, aast deze zeer ernstige staan er nog veel meer bouwongevallendie gelukkig niet zulke ernstige «Advertentiënvan 1 tot 4 regels 40 10 centsgrooter letters naar plaatsruimte. Elke advertentie, 3 maal ter plaatsing opgegeven, wordt aleohtt maal in rekening gebraoht. Bij abonnement aanmerkelijke prijsvermindering. moeten worden opgedragen en dus duur worden. Het Rijk werkt nu eenmaal duur. De landbouwers wilden nu gaarne eens toonen, dat men de knechts afdoende kan helpen, volgens de voorschriften van het Rijk, en tegelijk een een voudige en goedkoope administratie kan voeren. De knechts afdoende helpen en dan de verdere administratie, zoo eenvoudig mogelijk, want ook de kosten van die administratie komen bij een wette lijke regeling voor rekening van de patroons. Tweo vliegen in één klapmet den steun zijn dan de knechts gebaat, en met de eenvoudige en goedkoope administratie de landbouwers. Laten wij in een volgend stukje nu eens zien, hoe de land bouwers in deze streken de knechts helpen. Als no. 1 op de voordracht voor onder ijzer aan de o. 1. school te Steenbergen staat heer C. M. van den Broek, thans tijdelijk onderwijzer aan de o. 1. school te Tholen. De rechtbank te Middelburg veroordeelde heden F. K. 23 jaar, schippersknecht te Yerseke, wegens vernieliug tot f 10,boete subsidiair 10 dagrn hechtenis. gevolgen hebben. Maar al zijn hun gevolgen minder ernstig, hun aantal is des te grooter. Het aantal ongevallen, waarvan de gevolgen enkele weken, vaak eenige maanden, duurden, loopt in de duizenden. En geen wonder. Het aantal landarbeiders bedraagt ongeveer een 400.000. Met dit cijfer voor oogen kunnen wij ons best voorstellen, dat enkele duizenden hiervan jaarlijks het een of ander in het bedrijf overkomt. Wij kunnen dus gerust zeggen Het landbouwbe drijf is zeer gevaarlijk en wie zegt, dat het mot de ongevallen in den landbouw niet zoo erg is, kent het bedrijf niet. Zijn de ongevallen reeds van veel beteekenis om het lichamelijk en vaak ook geestelijk lijden, dat zij aan de getroffenen veroorzaken, niet minder ernstig zijn de fnantiëele gevolgen voor de getroffenen en hun gezinnen. Door zoo'n ongeval houden dadelijk of zoo goed als dadelijk de verdiensten op, en dan begint de armoede voor de gezinnen van de arbeiders. Treedt ten slotte herstel i dan komt er ook wel weer een tijd van verdienen, en kan er soms een beetje worden ingehaald, maar gewoonlijk laat zoo'n ge dwongen werkeloosheid zich zeer langen tijd nog daarna gevoelen. Een arbeidersgezin, dat finantiëel achterop is, komt niet spoedig weer bij. Erger wordt het nog als de landarbeider komt te sterven of levenslang invalide blijftdan zit het gezin letterlijh aan den grondwant de kostwinner is weg. Zeker, dan komt de liefdadigheid van de mede- menschen te hulp, de armbesturen springen ook bij, maar de geregelde verdiensten zijn verdwenen, en zoo'n gezin moot dan drijven op de hulp van anderen. De ervaring zoowel in den landbouw als in de industrie heeft in hot binnen- en buitenland geleerd, dat deze hulp meestal ontoereikend is, en zoo zijn verschillende regeeringen er toe gekomen, wetten te maken, waarbij aan de arbeiders, zoo hun in het bedrijf een ongeval overkomt, steun van re- geeringswege wordt verzekerd. In Fobruari 1903 trad in ons land in werking de Ongevallenwet, en door die wet worden nu ge baat allo arbeiders, die in de industrie werken arbeiders op fabrieken, metselaarsknechts, timmer lieden, arbeiders bij het spoor, enz. enz. Als die knechts nu in het bedrijf een ongeval krijgen, dan wordt hun gratis geneeskundige hulp verleend, en zoo zij niet kunnen werken, dus ook niets kunnen verdienen, krijgen zij geldelijken steun. Komen zij te sterven tengevolge van het ongeval, dan krijgt de nagelaten weduwe haar verdere leven (zoo lang zij niet hief hertrouwt) een pensioen, terwijl voor ieder kind ook een wekelijksche bijdrage wordt ge geven tot de kinderen 16 jaar zijn. Deze Ongevallen wet heelt in haar bijna tienjarig bestaan, zeer veel ellende gelenigd onder de arbeiders en de 600.000 arbeiders in de industrie zijn dankbaar dat deze wet destijds is ingevoerd. Toch deden de wetgevers, die deze wet tot stand brachten, slechts voor een deel goed werkwant de 400.000 landarbeiders werden uitgesloten. Die landarbeiders werden niet uitgesloten, omdat in bet landbouwbedrijf geen ongevallen geschieden, maar men wilde nog een paar jaar wachten, om eerst (le regeling aan den gang te krijgen, en als dan alles liep, dan zoudeu de landarbeiders ook worden opgenomen in de wet. Tot heden is dat echter niet geschied. Wel heeft Dr. Kuijper, toenmaals minister, 13 April 1905 een Ontwerp Landbouw-ongcvallen- verzekering ingediend, doch dit ontwerp is nooit door de Tweede Kamer in behandeling genomen. De landarbeiders komen dus nu bijna al 10 jaar aebter bij de arbeiders in de industrie. Deze onrechtvaardigheid begon den patroons van de landarbeiders, den landbouwers, hoe langer hoe meer te grieven, want zij zagen de landbouw-onge vallen om hen heen voorvallen, de knechts en hun gezinnen wien de ongevallen troffen, finantiëel ach ter- ui; gaan, zonder dat er iets werd gedaan. Eu toen hebben deze landbouwers een hoog zedelijk besluit genomen. Zij hebben gezegd, als de Rogeeering dan niet voortmaakt met* onze knechts le helpen, dan zullen wij het zelf doen. Dat besluit is genomen in Juli 1909 te Utrecht. Er kwam nog iets bij. Het geld, waarvan de uitkeeringen aan de knechts in de industrie worden betaald, moet volgens de wet worden opgebracht door de patroons. Zoo betalen de patroons in de industrie jaarlijks eenige millioenen guldens. Als de Regeering nu wa9 gekomen met een Landbouw-ongevallenwet, dan zouden ook de land bouwers enkele millioenen per jaar hebben moeton opbrengen. Na zou dat geen bezwaar zijn, als dit geld dan ook maar voor het overgroote deel aan de ongelukkigen ten goede kwam. Doch als het Rijk voor de landbouw-ongevallen-verzekering de admi nistratie moest voeren, dan zou dit aan ambtenaren 65e Nederlandsch Landhuishoudkundig Congres. Door den Commissaris der Koningin in Zee land is het eere-voorzitterechap aanvaard van bet dezen zomer te Middelburg te houden 65e Nederlandsch Landhuishoudkundig Congres. DE TWEEDE KAMER zette na Donderdag der vorige week de algemeene beschouwingen der oorlogsbegrooting voort, om die Woensdag te beëindigen. Bijna zonder uit zondering hebbeu de sprekers hulde gebracht aan den eenvoud, helderheid en bekwaamheid van minister Colijn, die precies schijnt te weten wat hij wil en dat zonder woordenpraal of buiten gewone sprekersgaven kort en voor ieder ver staanbaar weet Ui zeggen. Z.Ex. schijnt een sympathiek man, zooals men er maar zelden een in eenig kabinet aantreft. Dit alles beteekent evenwel niét, dat de Kamer bet in alles met hem eens was, ook niet de regeeringsgeziude leden. Zoo had de heer Verheij (U.L.), zelf officier, een heele lijst van aanmerkingen en wenschen, waartoe behoorde het verdubbelings stelsel sedert kort aanbevolen door een staf kapitein en door kolonel Bosboom. Dit stelsel bedoelt van de 6 bataljons waaruit een regiment bestaat er in vredestijd 3 te vormen en in oorlogstijd de 3 andere samen te stellen door op bepaalde wijze iedere compagnie to verdubbelen, waarbij voor de aanvoering gebruik te maken van verlofspersoneel. De bedoeling is bezuiuiging, die de heer Verheij ea velen met hem sedert jaren maar te vergeefs bepleiten. De heer Ter Laan bijv. stelde voor in 1913 geen 3e herhalingsoefening te houden verleden jaar had een rechts lid die 3e herhalingsoefening voor goed willen afschaffen; alles om niet. Ook Tan dezen mtnister is geen bezuiniging, althans geen vermindering van uitgaven te «achten. Zijn begrootiug is nu al tot 33 millioen gestegen, en nog is het einde niethet zal wel 40 will. moeten worden, sprak Z.Ex. Een post van 6 ton voor kustversterking schrapte hij, omdat dat geld toch dit jaar niet gebruikt wordt. Natuurlijk komt die post (als een begiu van verscheidene millioenen) luter terug, dus alleen uitstel van executie. De minister vond voor zijn begrootiug en zijn daarin opgesloten legerorganisatie bijna onvoor waardelijk lof en steun van den heer Van Karnebeek, die waarschuwde voor te groote zuinigheid, het verdnbbelingsstelsel niet aandorst en aanraadde een proef te nemen met alles wat minister Colijn weuschte. Deze verdedigde zich ten slotte tegen al de grootrn kleine op- en aanmerkingen en stelde zijn plan tot reorganisatie van het leger tegen over het bestaande, en de aanbevolen stelsels, tueeuende daarmee bewezen te hebben, dat hij niets aan zijn eigen systeem mocht veranderen. Daarna begonnen de replieken. Bij de artikeleu kwam het tot eeü korte schermotreling tusschen den voorzitter en den heer Ter Laan, omdat de laatste de houding

Krantenbank Zeeland

Ierseksche en Thoolsche Courant | 1913 | | pagina 1