na gestart 1395. Zaterdag 24 Februari 1912. Acht en twintigste jaargang. EN Eerste Blad. se, Burgemeester van Tholen zal, op Zaterdag den irt a.s., des middags te 12 uur, ten Raadhuize Stel iets goeds niet uit. Publicatiën. Firma J. NI. C. POT, THOLEN. in 10 Rij :oem| V L»i Koop dus nog heden |m Uw winkelier een y4Kg./0.42f fl.50 BINNENLAND. IERSEKSCHE ichtn THOOLSGHE COURA Dit blad verschijnt, eiken Zaterdag. (rijs per kwartaal f 0,65met Geïllustreerd Zondagsblad fl.025, franco lost f 1,10. Voor het buitenland 90 cents, zonder geïll. Zondagsblad, jszsnden stukken, enz. worden uiterlijk op DONDERDAGAVOND Ingewacht aan het bureau te Tholen o« v66r DONDERDAGMIDDAG bi; onzen medewerker te lerseke. UITGAVE: Telrf. Inteec. 16. Adyertentiënvan 1 tot 4 regels 40 ceiitsiedere regel meer 10 centsgrooter letters naar plaatsruimte. Elke advertentie, 3 maal ter plaatsing opgegeven, wordt slechts 2 maal in rekening gebracht. Bij abonnement aanmerkelijke prijsvermindering KEN HOOP COMPOST, tok verkoopen. Ivoorwaarden van den verkoop liggen van heden ter secretarie, iederen werkdag des Éiddags van 912 uur. jölen, den 24 Februari 1912. Be Burgemeester voornoemd, M. G. VAX STAPELE. POSTERIJEN EN TELEGRAFIE. Kon. besl. is benoemd tot directeur van 'ost- en Telegraafkantoor te Helmond, de G. Baert, thans in gelijke betrekking te schoten. et iögang van 16 Maart 1912 wordt de brie- Bn telegrambesteller H. Kloet, overgeplaatst iet post- en telegraafkantoor te Brouwershaven dat te Tholen, in verbaud met uitbreiding bet bestellerspersoneel aldaar. ktallatie van den heer L. C. Brinkman, als fitter van den Gemeenteraad van Oud- meer. D-VOS8EMEER.'t Was Douderdag een ge- ige dag voor onze gemeente. Aan de vele die bijna van elk huis wapperden en ie gezellige drukte op de straten en vooral 2 uur bij het Gemeentehuis, bemerkte at er iets bizonders te doen was. De heer Brinkman zou vandaag geïnstalleerd worden voorzitter van den gemeenteraad. )nder groote belangstelling had de plechtige *;latie plaats. Het voor het publiek bestemde .eelte van de raadszaal was geheel met be ntellenden gevuld. 'e ruim 2 uur wordt de vergadering door loco-burgemeester, den heer F. J. Ampt, ljB fend, waarna notulen der ■onveranderd worden vastgesteld. L^rvolgens verzoekt de voorzitter den secre- p. voorlezing te doen van de kennisgeving I Hl den Commissaris der Koningin, der he ining van den burgemeester. Ie voorzitter spreekt nu de volgende rede uit Mijne Heeren Jaar aanleiding en in verband van het zoo- medegedeelde, neem ik de vrijheid voor oogenblikken Uwe aandacht te vragen, nh. de Burgemeester! Toen we op'31 ter alhier ter vergadering bijeen waren, en i verscheiden Voorzitter met weemoed en j.jelijke waardeering herdachten, wisten we, CltJwe iemand verloren haddeD, die, te midden ons geboren en opgegroeid, Onze gemeente do, Onze belangen kende, en die bezield met de wensch, voor de gelieele gemeente gjn, wat zij in haar geheel van hem ver mocht. ar de tijd noch de natuur kent urn of achter zich zien. neischt steeds den blik voorwaarts gewend, iet meer dan gewone belangstelling werd eiken dag de courant tegemoet gezien. QI toen we eindelijk vernamen, wie den ÜL ten voorzitters-zetel in onzen raad zou in de eerste ambtenaar in onze ge- 'S, D LEN, eek ii A den secretaris wordt verzocht vorige vergadering te lezen, met sohe kan 1505 den. i en e zou zijn, werd die tijding ontvangen, a, we moeten oprecht zijn noch met usiasme geestdrift noch met anti- 5 tegenzin maar wel met de hoop, iet Hare Majesteit mocht behaagd hebben, man, die ja, het „odbekend maakt ooroordeeld," in zijn voordeel bad maar evens den raitnen blik, en de kalme be dheid mocht hebben van zijnen voorganger, a eene gemeente als de onze waar ver ende godsdienstige en politieke overtui- n tot dusver vreedzaam naast elkaar tot kwamen de eendracht en verdraag- ïeid te helpen blijven bevorderen, dat is zeker in hooge mate gewecscbt, talrijk zijn de practische vragen, die hier 'cene oplossing wachten; Üs we denken aan enkele urgente vragen waterleiding, lichtvoorziening, haven, enz. j dan is 't duidelijk, dat alleen door ernstige en vreedzame medewerking iets goeds tot staud kan worden gebracht. Slaan we eens een blik in het verleden - een blik, dien ik met het oog op mijnen leeftijd, nog al ruim kan nemen een periode van meer dan een halve eeuw -r- waarin ik reeds vier Burgemeesters voor U aan het hoofd van onze gemeente zag staan, dan mag en kan ik tot mijn genoegen constateeren, dat Oud- Vossemeer gedurende dat tijdperk steeds in bloei en welvaart, ja, ik durf ook zeggen in beschaving, zeer veel is vooruitgegaan, maar ook onge dachte slagen, die ons nog zoo versch in het geheugem liggen als watersnood 1906, geweldige storm 30 September 11., hebben onze gemeente geteisterd. Wie kan ons waar borgen, dat geen moeilijke dagen meer voor ons zullen aanbreken Welnu, Mijnheer Brinkman, in die goede en slechte tijden heeft hier tusschen den Raad en zijn Voorzitter, tot nog toe, een goede har monie geheerscht, heeft er een geest voorge zeten, om alles zooveel mogelijk en naar ieders overtuiging ten goede te keeren, zoodat dis harmonie ten eenenmale in den gemeenteraad onbekend ware. In de hoop, dat het u gegeven moge worden den goeden geest en de eensgezindheid waaronder alléén iets goeds tot stand kan worden gebracht, te mogen bewaren en, onder de verzekering, dat het college van Wethouders en Raad, gaarne zal medewerken op dien weg dat U daarvoor tevens een bereidwillig corps ambtenaren zült vinden om te doen wat zijn plicht is, roepen wij u in de eerste plaats een hartelijk //welkom" toe in onze gemeente, feliciteeren wij u met uwe benoeming tot Burgemeester en wenschen wij u en uw gezin alles goeds in uwe nieuwe betrekking. Mijne Heeren Alvorens mijn tijdelijk ambt als waarnemend Burgemeester neer te leggen, stel ik er hoogen prijs op, mij nog van een aangenamen plicht te kwijten. Ik breng bij deze mijn hartelijken dank aan mijn mede-wethouder aan mijn medeleden van den Raad, aan de beide secretarissen en den heer Wiskerke, aan het geheel e corps Ambtenaren dezer gemeente ja aan de gansche burgerij voor de hulp en mede werking van ieder ondervonden, en voor de aangename wijze waarop ik de voorkomende zaken zoo ik hoop tot ieders bevrediging, heb kunnen afdoen. Mijnh. de Burgemeester, ons alleu, leden van den Raad met Secretaris, alle gemeenteambtenaren, ja, de geheele burgerij in uwe zorgvolle toewij ding aanbevelende, is het mij aangenaam, en stel ik er een eer in, u de insigne het teeken uwer waardigheid, aan te bieden den hamer ter uwer beschikking te stellen, met het vriendelijk verzoek uw gewichtig ambt, en tegelijk het voorzitterschap in deze vergadering, te aanvaarden. Hierop antwoordt de burgemeester het volgende Geachte Heeren 1 Het is mij een waar genoegen, deze gewich tige betrekking in uw midden te mogen aan vaarden, waarbij ik in de eerste plaats behoefte gevoel mijnen hartelijken dank uit te spreken aan H. M. de Koningin, die het behaagde mij tot dit ambt te benoemenaan Z.Exc. den Minister van Binnenl. Zaken, die mij aan H.M. heeft willen voordragen en aan Z.Exc. den Com missaris der Koningin, die mij op de voordracht heeft geplaatst. Bovendien zeg ik u geachte heer Ampt, hartelijk dank voor uwe welwillend en waardeerende woorden, waarmede gij mij tot deze betrekking hebt ingeleid en voorts mijn dank aan heeren raadsleden en ingezetenen die van hunne belangstelling in mijue benoeming hebben doen blijken. Ik zal mij onthouden van het doen van beloften, maar wil u de verzekering geven, dat ik als hoofd dezer gemeente al mijn gaven en krachten aan hare belangen wenscb te wijden. Steeds zult ge bij mij een geopend oor en hart vinden en ik zal en wensch U te toonen dat ik niet alleen Burgemeester ben van één partimaar van de geheele gemeente. Viel is waar mijne heeren zal ik uwen geachten over ;deu Burgemeester niet direct geheel kun nen., opvolgen, maar met uwe medewerking en steun, hh. Wethouders, Raadsleden en heer Secretaris, zal mij dit mogelijk worden. Ik ver trouw dan ook dat gij allen mijn arbeid door uwe medewerking zult vergemakkelijken. Al mogen wij ons nu echter van elkanders steun en mede werking overtuigd houden, vergeten wij toch nimmer, dat we op al oüzen arbeid Gods on- misbaren zegen noodig hebben. Onder inwachting van dien zegen, wensch ik met u en naar ik vertrouw ook gij met mij, werkzaam te zijn in het belang en tot heil der gemeente Oud-Vos- semeer, en hiermede aanvaard ik het Voorzitter schap van deze vergaderiug. Hierna vraagt de voorzitter of nog een der heeren iets voor deze vergadering heeft daar' echter niemand het woord verlangt wordt de vergadering gesloten. DE TWEEDE KAMER kwam Dinsdag in openbare zitting bijeen en wijdde den dag aan de regeling der werkzaam heden, waartoe o. a. de Bakkerswet behoort. Maar deze wet staat heelemaal achteraan op de agenda, terwijl de motie-Troelstra in zake ouderdomspensioen voor 70-jarigen er niet op voorkomt. De heer Brummelkamp stelde nu voor de bakkerswet no. 1 te behandelen en werd daarin door een paar leden gesteund. Doch de voorz, wa9 er tegen en het voorstel werd met 48 tegen 47 st. verworpen. Daarna stelde de heer Troelstra voor, zijn motie alsnog op de agenda te plaatsen en niet het allerlaatst. De heer Lohman zag in de be handeling der motie slechts tijdverlies en zei dat wie vóór de verzekeringswetten is, tegen het behandelen der motie moet stemmen. In dit advies schuilt het gevaar, dat de socialisten wel eens weer tot obstructie konden geprikkeld worden, evenals verleden jaar. Het voorstel-Troelstra, om zijn motie nog vóór Paschen te behandelen, werd met 56 tegen 39 st. (zuiver rechts tegen links) verworpen. Woensdag ging de Kamer in de afdeelingen. LANDBOUW. Men schrijft ons Vorige week werden de gronden, in eigendom toebehoorende aan het Weezen-Armbestuur te Poortvliet, opnieuw voor een zevenjarig tijdperk verpacht en binnen enkele dagen zal hetzelfde plaats hebben voor het Weezen-Armbestuur te Oud-Vossemeer beide Besturen verkeeren on geveer in dezelfde gunstige conditie, wat inkom sten betreft. Te Poortvliet toch werden circa 150 Blooische gemeten verpacht en te Oud- Vossemeer zal ongeveer gelijke uitgestrektheid worden opgeroepen. Eigenaardig zou het zijn op te sporen op welke wijze deze lichamen aan hun groot bezit zijn gekomen; hoogstwaarschijnlijk oorspronkelijk bescheiden bezit verkregen door donaties, waarvan de reaten wat meer waren dan een goede verpleging van weezen eischte, is langzamerhand het jaarlijksch revenu zoo ge stegen, dat men meer landerijen kon aan- koopen. De pacht daarvan is in de laatste jaren voortdurend gestegen en de inkomsten hielden daarmede gelijken tred, terwijl de uitgaven on geveer van denzeltden omvang bleven. Het moet natuurlijk ieder voldoening geven, dat de weesvaders oyfer zulke ruime middelen kunnen beschikken, om te voldoen aan de be hoeften der aan hun toevertrouwde pupillen; en dat het zelfs mogelijk is nu en dan te kunnen voldoen, onder hoogere goedkeuring, aan goede werken, zonder dat deze rechtstreeks verband houden met weezen verpleging, maar dan ook zonder iets te kort le doen aan die verpleging. Het is evenwel de wijze van verpachting der gronden zelf, die onze^aandacht trok en weder van vele anderendié wijze van verpachting toch verdient ongetwijfeld niet de volle sym pathie, want ze geeft aapleidiug tot een handeling die ten slotte voor vele ingezetenen in de be trokken gemeenten minder gunstige gevolgeu kan hebben. Wat is het geval De verpachting is publiek, alleen met deze restrictie dat in woners van naburige gemeenten niet mogen deelnemen. De verklaarbare zucht die tegen woordig heerscht in arbeiderskringen om pacht land meester te worden, verklaarbaar omdat bij den tegenwoordigen loop der cultuur niet zelden goed geld is te verdienen, veroorzaakt een opjagen der pachtprijzen die aan het on gelooflijke grenst. Daar komt hij dat het een uitstekende gelegenheid geeft, om, als voorheen bij de tiendverhuringen, zalige gedachteuis, el kander eens het jak uit te wasschen, om persoon lijke veten uit te yechten. Het is kleinzielig, het strijdt tegen hun eigen belangen, het is zóó, maar eenmaal één een kavel ontnomen, dan begint de bal te rollenbieden, bieden en nog eens bieden. Een perceel, reeds 9X7 pachtjaren in het bezit van dezelfde familie, was niet meer te houden, de pachtsom werd bijna verdriedubbeld. Geen wonder dat er leelijk gekeken, gemopperd werd, geen wonder, dat zelfs de „sterke arm" noodig werd om erger te voorkomen. Ouder dit alles lijdt de kas van het be trokken Armbestuur niet, want er worden borgen gevraagd, altijd solide - of wel er wordt een pacht vooruitbetaald. Het eind draagt ten slotte de last en het zal ii^ zeer vele gevallen on mogelijk worden aan de pachters om eenigen winst te maken, of erger, a!s het tegenloopt wordt tijd en geld er bij ingeschoten. Nu geschieden deze verpachtingeu natuurlijk volgens reglementen of voorschriften, en het is ons dan cok volstrekt niet in de gedachte ge komen kritiek uit te oefenen op de handeling der betrokken Besturen, die misschien zelf beamen wat hier boven werd vermeld, maar wij meenen toch dat er óngewjenschte to?standen ^door geschapen worden. Zou het niet mogelijk zijn, als werkelijk op bovengenoemde wijze volgens voorschrift moet verpacht worden, naar middelen uit toezien om daarin verandering te brengen Op welke wijze Ziedaar een moeilijk te beant woorden vraag; laten de Besturen, zoo noodig voorgelicht door deskundigen, eens overwegen eD, wanneer zij- aan handen en voeten gobonden zijn aan voorschriften, dan zullen autoriteiten vast genegen zijn veranderingen aan te brengen in die voorschriften. Misschien zouden dan in het ver^olg^ bij her-verpachting de oude huurders meer .zekerheid krijgen van hUo land te houden, al wasset da'n^ok na taxatie tegen verhoogde huurpenningen"kwamen perceelen vrij, dan konden die worden gegund na inschrijving of wel bij verlotingtuider gegadigden of iets dergelijks. Wij zijn ons 6'^wust, dat dergelijke regeÜDg ook hare bezwaren heeft, maar en daar was het ons om te doefcn liet du gevolgde ver- pachtiDgssysteem, isionverkwikkelijk, om het eens zacht uit te drukken, en werkt minder gunstige economische—toestanden in de haéd. Gelukkig dat dergelijke Besturen aan vele arbei dersgezinnen gelegenheid kunnen geven tot landbebouwing door arbeiders, maar ongelukkig als er onmogelijke pachten een gevolg van zijn, te meer waar de Besturen het heelemaal üiet te doen is om winstbejag tot het uiterste, integen deel, waar ze den huurders wel degelijk een zoet winstje gunnen.

Krantenbank Zeeland

Ierseksche en Thoolsche Courant | 1912 | | pagina 1