e laat ontdekt.
1015.
Zaterdag 12 November 1904.
Twee en twintigste jaargang.
EN
J. ML C. POT,
FEU1LLET0H.
h
isenl
nummer bestaat uit 2 bladen.
Publicatie n.
|!en en ander over bemesting.
Van onze berichtgevers.
Zljnel
VAN
12551
IERSEKSCHE
THOOLSCHE COURANT,
itflllai, pijjl aan la lalaipa aai otslarltell, laiilnw, au.
Dit blad verschijnt eiken Zaterdag.
Prijs per drie maandeD, franco per post 65 cents.
Voor bet buitenland 90 cents.
Ingezaiden stukken, enz. worden elterlljk op DONDERDAGAVOND Ingewacht aan
t bureau te T h e I o n of v66r DONDERDAGMIDDAG bi onzen medewerker te lerseke.
UITGEVER:
Teolss.
Advertentiën van 1 tot 4 regels 40 cents; iedere regel meer
10 cents; groote letters naar plaatsruimte.
Elke advertentie, 3 maal ter plaatsing opgegeven wordt slechts
2 maal in rekening gebracht. Bij abonnement aanmerkelijke prijsvermindering.
gemeester en Wethouders van Tholen brengen,
lolge art. 83 der algemeene politie-verordening,
■kennis van de ingezetenen dezer gemeente, dat
1 vervoer van secreetmest kan plaats hebben ge-
de den nacht van
linsdag 15 op Woensdag 16 November,
tounsdag 16 op Donderdag 17 November,
jnderdag 17 op Vrydag 18 November 1904.
lbo 1 en, den 12 November 1904.
1 Burgemeester en Wethouders voornoemd
M. G. VAN STAPELE, Burgemeester.
P. LABAN, Secretaris,
»g, gehouden door den heer L. K. VAN
IC in de vergadering der afd. „Tholen",
van de Maatschappij van Landbouw,
|St. Annaland, op Woensdag 26 Oct. 1904.
(Slot.)
wil nu eindigen met u nog het een en
Fr mede te deelen, wat u bij het gebruik
kunstmest kan te pas komen.
Wanneer ge kunstmest koopt, koopt ze
|ran vertrouwde handelaars, niet anders dan
controle van de proefstations. Een boer
icker wel eens al te veel met achterdocht
Ipt, doch zoolang er nog zwendelaars zijn,
gemalen schoenzolen onder den naam van
o aan de markt brengen, of die de boeren
n wijsmaken dat hun meststof meer waard
;«n die van een ander, omdat de stikstof of
of die gestampte dakpannen als bloed-
ïn den haudel brengen, is er zeker nog
Lig aanleiding, om in deze die achterdocht
listen varen, vooral daar hij zelf niet kan
lerzoeken, of hij heeft gekregen, wat hij heeft
agd. Hij kan wellicht superphosphaat onder-
tiden van Chili of Kaïniet, maar na te gaan
iet gevraagde °/0 voedingsstof er is, of de
phorzuur al of niet in water oplosbaar is,
le stikstof voorkomt als organische stikstof,
ter of ammoniak, is hem onmogelijk.
Jrvoor is noodig een nauwkeurige scheikun-
ontleding. Dat is het werk van de proef-
|ons. Koopt men onder controle, dan moet
ook trouw zich aan de reglementen houden,
Iin 't belang van zichzelf en van de eerlijke
ielaars. En of het nu bij het monstersteken
wel toegaat zoo het behoort, kunt ge
ichien zelf beter beantwoorden dan ik. En
is dit voor beide partijen van het hoogste
lag. Immers wanneer zoo maar hier en daar een
wig uit een zak wordt genomen, loopt men
|ot gevaar een analyse te krijgen, die volstrekt
met de doorsnede van de partij overeenkomt.
(oor een hoeveelheid van 10 zakken onder-
t men eiken 2en zak voor een hoeveelheid
100 zak elke 5e zak; boven de 100 zak
|en lOen zak, met dien verstande, dat nooit
dan 20 zakken voor monsterneming worden
Naar het JDuitsch.
opgewonden toestand verliet Markwald
huis in de Regentenstraat, maakte toen een
wandeling in den Dierentuin om zijn
spannen zenuwen eenigszins lot rnst te brengen
Ikwam weldra na een nauwgezette overweging
de conclusie, dat hij onverwijld Gillwaldt
it opzoeken, om dezen duidelijk te maken,
eel er voor hem van afhing, dat binnen
ige maanden een tastbaar succes bereikt
et haastige schreden ging hij naar de
Istbijzijnde plaats voor stationneerende
ichkes, gaf den koetsier bevel naar de Koning-
At te rijden en vond, daar aangekomen, tot
groote verbazing, toen hij de drie trappen
opgeklommen, een groot stuk papier op de
geplakt met het opschrift; „Vooronbepaalden
gebruikt. De monsters neemt men ter grootte
van 250 gram. Dengenen, die van het onderzoek
aan proefstations meer willen weten, raad ik aan
een reglement aan te vragen bij den Directeur.
2. Bewaart de kunstmeststoffen zoo droog
mogelijk. Vele meststoffen, als chili en de kali-
zouten, zijn sterk hygroseopisch, d. i. zij trekken
gemakkelijk voeht tot zich. Worden ze nat, dan
gaan ze vervloeien en lijdt men dientengevolge
verlies. Zet de zakken daarom op een houten
vloer op eenigen afstand van elkander geseheiden
het overdekken en tusschenvoegen van stroo is
aan te bevelen. Voor kalizouten dient het aan
beveling ze met turf te vermengen, daar dit
het klonteren voorkomt.
Heeft men geen goede bewaarplaats, dan doet
men het veiligst de kunstmest eerst aan te koopen
tegen den tijd, dat men ze noodig heeft.
8. Strooit de kunstmest zoo regelmatig mo
gelijk over nwen akker uit en zorgt er voor
dat ze zoo fijn mogelijk is verdeeld. Deze waar
schuwing mocht wel met gouden letteren slaan
gegrift op het hek van iederen akker, die met
kunstmest wordt bemest. Want werkelijk hangt
het resultaat voor een groot deel af van de wijze
waarop de mest is verspreid. Ligt er hier en daar een
hoopje dau wordt het bodemvocht te sterk ge-
conconcentreerd de planten verbranden d. i.
de grond onttrekt vocht aan de cellen der
wortels, in plaats dat het vocht uit den grond
de plant ingaat; ligt er op een andere plaats
te weinig of niets, dan lijden daar de planten
gebrekwe krijgen dan hier open plekken,
daar geile plekken, ginds muizenaren, in één woord
een zeer ongelijkmatig gewas.
Hoe waar dit nu ook moge zijn, het regel
matig uitzaaien is makkelijker gezegd dan gedaan.
Zeker heeft het uitzaaien met de hand groote
bezwaren, al was het alleen maar voor de handen,
oogen en kleeren van de arbeiders. Superphos-
plaat bevat toch altijd een weinig vrij phosphor-
zuur en dit werkt sterk bijtend. Doch al die
bezwaren en gevaren kan men voor 't grootste
deel vermijden door gebruik te maken van een
kunstmeststrooier. In üuitscbland en Engeland
zijn ze al sedert lang in gebruik en ook hier
te lande vinden ze al meer en meer ingang.
Men heeft die van Schlör, van Pleiter, van
Schwarr en de Westlalia. Onder deze schijnt de
Westfalia vooral uitstekend te voldoen.
Bij Schlör en Plöter een as met pennen of lepels.
Bij Schwartz een gegroeide stalen cylinder.
Bij de Westfalia een ketting zonder eind met
uitstekende tanden.
Werkt de uitgestrooide kunstmeststoffen zoo
goed mogelijk in den grond. Dikwijls meent
men reeds zijn plicht gedaan te hebben, wan
neer men de mest regelmatig over het veld
heeft gestrooid. Nu moge dit in sommige ge
vallen, als overbemesting bij Chili, werkelijk vol
doende zijn, waar het eenigszins mogelijk is, is het
inwerken beter en voor vele meststoffen om een
gunstige werking te hebben zelfs noodzakelijk.
Niet zoo maar luchtigjes inëggen, maar flink in-
tijd op reis. Gillwaldt".
Edward, die aan deze mogelijkheid in het
geheel niet had gedacht, keek teleurgesteld naar
deze weinige woorden en werd hevig boos op
Gillwaldt, omdat deze sedert maanden niets van
zich had laten hooren en nu zelfs op reis was
gegaan, zonder hem daarvan iets mee te deelen,
Toch schoot hem plotseling de gedachte door
het hoofd, dat Gillwaldt misschien het een of
andere gewichtig spoor had gevonden, dat hij
ijverig volgde en waarvan hij niets wilde ver
tellen, voor hij werkelijk iets had gevonden.
Deze gedachte stelde Edward dadelijk gerust.
Voorloopig kon hij niets anders doen, dan rustig
of ongeduldig afwachten, totdat hij van Gillwaldt
eenig bericht zon ontvangen.
Intusschen moest hij beproeven door inge
spannen arbeid zijn gedachten af te leiden van
al hetgeen hem terneer drukte, en daarom keerde
hij dadelijk naar zijn atelier terug, ofschoon het
al donker was geworden, om ten minste nog
iets te kunnen doen. Toen hij het huis binnen
trad overviel hem de gedachte, dat hij juffrouw
Orlow wel eens zou kunnen ontmoeten, en dat
wenschte hij n u juist niet. De gedachte aan
ëggen, zelfs onderploegen is in de meeste gevallen
aan te bevelen. Ik zeg hierbij in 't algemeen veel
toch hangt hierbij af van de soort van den grond
en den aard van de meststof. Heeft men een
zwaren stijven grond, die uit zichzelf reeds
minder doorlatend is, dan zal men daar vooral
de meststoffen, die minder gemakkelijk oplosbaar
zijn, dieper moeten onderbrengen, om ze op tijd
ter beschikking van de wortels te hebbenin
meer lossen grond, vooral bij het gebruik van
gemakkelijk oplosbare stof, kan men volstaan met
ze wat minder diep onder te brengen. Worden
ze eenvoudig op den akker gestrooid of opper
vlakkig ingeëgd, dan wordt gewoonlijk wel het
bovenste laagje van de bouwvoor van voedsel
voorzien, doch zeker niet de geheele bouwvoor,
wat toch noodzakelijk is voor een geregelden
gelijkmatigen groei. Voor ruwe guano is het ook
nog om een andere reden noodig op den grond
liggende gaat deze meststof achteruit, door ver
vluchtiging van ammoniak.
5. Weest met het vermengen van kuustmest
zeer voorzichtig.
le. Het is niet gemakkelijk de meststoffen
zoo te mengen, dat ze door den geheelen hoop
gelijkmatig zijn verdeeld, wat toch voor een ge
lijkmatige bemesting van het veld noodig is.
2e. Niet alle meststoffen zijn voor menging
geschikt. Vele verliezen daardoor in waarde.
Zwavelzure ammoniak mag niet vermengd
worden met stoffen, waarin vrije kalk voorkomt,
daar deze de ammoniak verdrijft.
Ruwe guano, beer, urine, bloedmeel, vlecsch-
mest, visch-guano mogen niet met asch, kalk
of thomasslakken meel gemengd worden om de
zelfde reden. Superphosphaat, en volgens de
laatste onderzoekingen van Kellner en Boetscher
ook slakkenmeel en beendermeel, mogen niet
vermengd worden met kalkhoudende stoffen -
teruggave van superphosphaat.
3e. Kali meststoffen zijn sterk hygroseopisch
vermengt men ze met andere meststof dan worden
er licht klonten gevormd.
Hetzelfde geldt ook wat betreft Chilisalpeter.
Tijd van zaaien.
Ook hieromtrent zijn moeilijk bepaalde voor
schriften te geven. De aard van de meststof,
de soort van den grond, het doel, waarvoor men
de meststof gebruikt, hebben hier een woordje
mee te spreken. Lost een meststof gemakkelijk
op en wordt ze niet door den grond geabsorbeerd,
b.v. Chilisalpeter, dan doet men goed de meststof
kort voor het zaaien of bij het zaaien, uit te
strooien. Met zwavelzure ammoniak is dit weer
ar.ders. Deze meststof moet door inwerking van
kalk en door zoogenaamde salpeterbacteriën over
gaan in salpeterzuurhiervoor is tijd noodig.
Het best doet men dan öok die meststof heel
vroeg in 't voorjaar onder te brengen of misschien
nog beter in het voorgaande najaar, vooral op
die gronden, welke arm aan kalk zijn.
Kalizouten, welke schadelijke chloorverbindingen
bevatten, brengt men liet best in 't najaar op
den akker. Zoo b.v. kaïniet. Het chloor heeft
dan gelegenheid en tijd om in den ondergrond
te zakken, terwijl de kali wordt vastgelegd, zoodat
het gewas in 't voorjaar gezaaid er dan van kan
profiteeren. De andere kalizouten kan men vroeg
in 't voorjaar uitzaaien. Superphosphaat zaait men
voor zomergewassen vroeg in 't voorjaar, voor
wintergewassen bij of eenigen tijd vóór de zaaiing
van het gewas. De opgeloste Peru-guano, waarbij
de ammouiak is vastgelegd door middel van
zwavelzuur, gebruikt men meest vroeg in 't
voorjaar. De ruwe guano kan in 't najaar zoowel
als vroeg in 't voorjaar uitgestrooid worden.
Veel zou nog over kunstmest aan het boven
staande kunnen worden toegevoegdik meen
echter reeds genoeg van uwe attentie gevergd
te hebben en wil daarom liever eindigen. Moge
het weinige, dat ik u heb meegedeeld, strekken
tot eene betere waardeering van de kunstmest
stoffen, maar bovenal tot een doelmatiger ge
bruik er van, ten voordeele van den landbouw.
deze mogelijkheid vervulde hem met tegenzin
en afschuw, en daarom ging hij haastig naar
zijn atelier, deed den grendel op de deur en
ademde vrijer nu hij wist, dat hij nu zeker was
haar niet te zullen zien.
Toen hij den volgenden morgen al vrij vroeg
van zijn kamer naar zijn atelier ging, ontmoette
hij zijn oom, die hem dadelijk begroette met de
woorden
„Ik was juist op weg naar je huis, beste
jongen*.
„Willen wij dan even teruggaan
z/Welneen - waarom? Je gaat toch naar je
atelier en dan vergezel ik je wel even. Maar
Edward, je uiterlijk bevalt mij heelemaal niet
je geheele voorkomen maakt mij ernstig ongerust.
Ik weet zeer goed hoe je te moede zijt en
geloof mij, het doet mij innig leed, dat juist
jij door zulke onaangename dingen wordt bezocht,
maar je moet toch de zaak niet zoo duister en
hopeloos inzien je moet hoop en moed toonen
en je noodlot als een man dragen. Je hebt nog
zes maanden tijd voor je
«Heeft u dat dan van mevrouw Förster
gehoord p*
IERSEKE. De storm van deze week heeft
hoogstwaarschijnlijk van lerseke een offer ge-
eisebt. Volgens rapport van de tramstoomboot
BruinisseNumansdorp was in het vaarwater
van Oude Tonge het visschersvaartuig Y E 29
in zinkenden toestand met geheschen zeilen.
Dit vaartuig werd gevoerd door schipper -J.
Padmos alhier, die alleen aan boord was, daar
kort te voren ziju knecht hem verlaten had.
Het was geladen met suikerbieten voor Stampers-
gat. Vandaag kwam hier bericht, dat bij het
Dintelsche Sas een lijk was opgevischt, waar
schijnlijk van een ongeveer 70-jarig man. Aan
een arm was een riem vastgebonden. Een zoon
van genoemde is heden op onderzoek uitgegaan.
Dinsdag steeg het water zóó hoog, dat
de paarden op de havenkade tot de borst in
het water liepen en de weegbrug eenigen tijd
onbruikbaar was, daar zij vol water was geloopep.
ST. MAARTENSDIJK 10 Nov. Door den
heer M. P. Ooms, veehandelaar te Oud-Vossemeer,
worden sedert geruimen tijd Donderdags eenige
runderen aangevoerd, die door de zorg van het
gemeentebestuur aan de lijn worden gebracht.
Dewijl het van genoemden heer feitelijk ge
woonte is geworden wekelijks vee aan de lijn
te plaatsen, kan men zeggen dat in deze gemeente
iedere week veemarkt wordt gehouden, die naar
gelang van vraag enz. tamelijk resultaat en
bovendien reden van bestaan heeft.
Van de heden aangevoerde 13 stuks 1 en 2-
jarige ossen en vaarzen, werden er 8 stuks ver
kocht, terwijl de prijzen variëerden tussohen
f75,en f 110,
Tengevolge van het zeer slechte weder,
waren op de Woensdag j.1. gebonden veemarkt
slechts 3 runderen aangevoerd, benevens een
70 tal biggen en eenige schapen.
Van handel is mets vernomen, terwijl biggen
enkele koopers vonden.
„Ja, zij vertelde mij gisteravond den inhoud
van het gesprek, dat zij met je heeft gehad.
Wij hebben geen geheimen voor elkaar. Maar
ik moet mij nog kwijten van een opdracht die
zij mij heeft gedaan*.
„Aan mij, van mevrouw Förster? Wat is
dat dan P«
„Alleen een invitatie voor een avondje zij
dacht, dat het minder vormelijk zou zijn als ik
je die uilnoodiging mondeling overbracht, dan
wanneer ze je schreef. Natuurlijk heelemaal
onder ons vieren buiten jou zijn er geen
gasten".
„Vanavond
„Donderdagavond, tot viering van een dubbele
gebeurtenishaar verjaardag en onze verloving
zullen wij dan met een intiem souper vieren.
Je komt toch, niet waar, mijn jongen?"
Edward was liever niet bij mevrouw Förster
gekomen, want de herinnering aan huil laatste
onderhoud was zeer smartelijk voor hem, maar
de gedachte een geheelen avond met Cecile te
zamen te zijn, was toeh te uitlokkend, en
bovendien kou hij onmogelijk een uitnoodiging
afslaan, die zijn oora hem zelf overbracht.
