N°. 908. Zaterdag 1 November 1902. Twintigste jaargang. EN fERLOREN GELUK. J. M. C. POT, )it nummer bestaat uit 2 bladen. isva|er den invloed der Kali op het be- vriezen der planten. IZ, FEUILLETON. BINNENLAND. Van onze berichtgevers. ijzen ir di gega erd. nsen borgrf edem L8,0l fark, 00 J 00 00 1 00 1 00 J 100 5 100 J 150 1 !00 ,69 1 O, 1 100, -45' Mal IERS THOOLS Dit blad verschijnt eiken Zaterdag. Prijs per drie maanden, franco per post 65 cents. Voor het buitenland 90 cents. Ingszoaden stukken, enz. worden uiterlijk op DONDERDAGAVONO ingewacht aan st bureau te T h o I o n ot vóór DONDERDAGMIDDAG bij onzen medewerker te terseke. UITGEVER: TaoKS. Advertcntiën van 1 tot 4 regels 40 centsiedere regel meer 10 cents; groote letters naar plaatsruimte. Elke advertentie, 3 maal ter plaatsing opgegeven, wordt slechts 2 maal in rekening gebracht. Bij abonnement aanmerkelijke prijsvermindering. 00,0 in in aa oorz i ik ngt ijzer winn ezend kitig 10! 'r foe is het eigenlijk mogelijk, dat een plant iest, een plant, die uit vaste stoffen bestaat, zelfs tot de vaste lichamen gerekend zal len Bevriezen is toch het vastworden van istoffen, vooral van water. Inderdaad be zen de planten dan ook, doordat de vloei en, de sappen, die door haar gansche lichaam :bbe« preid zijn, door de koude verstijven. Het is jegzaam bekend en door eenvoudige proeven lakkelijk na te gaan, dat zich in alle deeltjes plant water bevindt, dat vele planten, vooral idachtige gewassen en dus alle landbouw- stwii|iten, voor verreweg het grootste deel van gewicht bestaan uit water. Geen wonder dat de planten, die in den winter op het staan, bij een temperatuur beneden het spunt, evengoed bevriezen, als het water in ivieren geen wonder, dat sommige gewassen een teere opperhuid ook in het voorjaar, zelfs bijna in den zomer bij hevige nucht- ichlaAten bevriezen, (tuinboonen, boekweit, aard- lat het zeewater niet zoo spoedig bevriest rivierwater, weten we allen. Het komt, ■dat het zeewater een groote hoeveelheid ten bevat, voornamelijk keukenzout, ook lorkalium (dit laatste tot een bedrag van gram per liter.) Hoe meer zouten er in water zijn opgelost, hoe minder gemakkelijk bevriest. Nu vinden we het kalium, dat een Iit bevat, grootendeels als plantenzure zouten g m. a. w. de Kali, welke een plant opneemt, it voor een groot deel in den vorm van een in de sappen der plant terecht. Vanneer het water bevriest, zet het uit. Het drijft immers op het water. Men kan zeer lakkelijk de grootte dier uitzetting, die bijna bedraagt, nagaan, wanneer men een stuk ijs het water laat drijven. Men ziet dan, welk eelte van het ijs boveu liet water uitsteekt n het begin van den winter zijn de planten ruim voorzien van waler, daar zij in den Ist altijd meer ontvangen hebben dan zij be ven. De plantencellen zijn dus alle zeer ge Uuen en wanneer de sappen bevriezen en dus uitzetten, worden de celwanden en dus geheele planten weefsel verscheurd. )at is de oorzaak van den dood van vele iten door het bevriezen. Wanneer de sappen ter zijn, bevriezen zij niet en de celwanden en niet scheuren, zoodat na de koude de ichillende functies weer opnieuw beginnen. ik hier beschreven heb, kan men bij de >ne cellen van de meeste landbouwgewassen het bloote oog niet waarnemen, doch wam t de cellen in vaten enz. veranderd zijn, b.v het hout der boomen, zien wij de gescheurde fsels zeer goed. Het gebeurt toch vaak, dat Uit hetDuitsch. 862 'e heer Eulert drukte bij het afscheidnemen line de hand. Hij beloofde er voor te zorgen, zoo spoedig mogelijk de zegels verwijderd len worden. 'e sergeant had ondertusschen de likeurflesch den dag gehaald. Hij .dronk met zijn toe- istigen zwager het eene glaasje na het andere, beiden nog slechtst met zware stem de itmoedigheid van den heer Ficher konden n, tot groote ergernis van Eveline. leeds denzelfdeu middag wist de gansche van het ongehoorde, dat er plaatsgegrepen len slenterde voorbij het huis, bleef staan, pte de vensters aan, en liep al hoofdschuddend r Een arme huisbewaarder had een late erfenis gekregen! Wat was die «r voor een man? De meesten kenden boomen door hevige vorst scheuren. En deze hebben veel hardere celwanden dan de kruid achtige planten, zooals onze landbouwplanten zijn en bevatten betrekkelijk ook minder water. Geen wonder dus, dat de celwanden der winter gewassen op het land door groote koude ook scheuren. Uit het bovenstaande laat zich dus gemak kelijk het volgende besluiten Wanneer de plantensappen met zouten zijn verzadigd, zullen ze zeer moeilijk kunnen be vriezen. De planten die zulke sappen hebben, zullen dus de winterkoude en de voorjaarsnacht vorsten gemakkelijker kunnen doorstaan dan andere planten met dunnere sappen zonder op geloste kalizouteu. Wanneer de landbouwer bij het gereedmaken van den akker vóór den winter, den bodem met kalizouten bemest (kaïniet, choorkalium enz.) zoodat de wintergewassen (granen, koolzaad enz hiervan tijdig den noo- digen voorraad kunnen opdoen, dan zullen die planten bok bij strenge koude niet zoo spoedig bevriezen, als zij zouden doen op een kali-armen grond. Vooral op lichtere gronden, die zeer kali-arm zijn, moet dus b. v. het roggeland een kali bemesting hebben zelfs, wanneer dit niet om andere redenen hoognoodig was opdat het gewas niet bevrieze. Doch niet alleen in den winter bevriezen de planten. Hoe vaak gebeurt het, dat de nachtvorsten groote schade aanrich ten, doordat ze gansche aardappelvelden en an dere landerijen doen bevriezen. Ook voor deze zal een kalibemesting het spoedig bevriezen tegenhouden. En zoo om de een of andere reden een directe kalibemesting niet verkieslijk is, dan geve men de voorvrucht een ruimere be mesting in elk geval zorge men, dat de bodem kali-rijk is. Bij Kon. besluit is tot plaatsvervangend dijkgraaf van den Joanna Mariapolder benoemd de heer A. J. Bierens, Jr. te St. Annaland. lil de Maandagavond gehouden vergadering der afdeeling Rotterdam van de schippersver- eeniging „Schuttevaer" werd medegedeeld, dat indertijd aanvraag gedaan is om een gasboei op de Zandkreek. Daarop is van de regeering be richt ingekomen dut daaraan zal worden voldaan. zoodra er geld zal zijn. Dat is nu al lang ge leden, doch de boei is er nog altijd niet. Besloten werd zich tot het hoofdbestuur te wen den met verzoek de zaak andermaal bij den betrokken minister aanhangig te maken. De noodzakelijkheid werd betoogd dat een licht zal worden geplaatst op den Oostelijken havendam van Wemeldinge en een licht op den Oostelijken havendam van Hansweert. Dagelijks passeeren daar wel 150 schepen en er is daar slechts eenzijdige verlichting. hem volstrekt niet, hadden hem tot dusver zelfs nooit hooren noemen. Hoe zag hij er uit? En zijn vrouw? Eigelijk hadden die menschen zich eens moeten vertoonen. On mogelijk kouden zij er uitzien als gewone menschen van hun slag. Zulke boffers! Natuur lijk dansten zij nu allemaal op hunne hoofden van pleizier. Opeens zoo maar over honderdduizen den te kunnen beschikken 1 Het klonk als een sprookje. Ook in den loop der volgende dagen had het huis nog voortdurend bekijks. En nu herinnerden zich opeens ook al de buurtjes in stegen, gangen, dat zij eigelijk met de Römer's altoos dikke vrienden waren geweest. Zij zochten hen dus op, feliciteerden hen en trachtten hun een veer uit te trekken. Geen arme tobber in de stad, die aan de Romers niet een bedelbrief schreef. En in al die bedel brieven stond zoo ongeveer hetzelfde wie zelf arm was geweest, die wist het best hoe bitter armoede smaakte en zou dus gaarne van zijn overvloed iets willen afstaan. Had men aan al deze smeekschriften gehoor willen verleenen, dan zoa de gansche erfenis niet toereikend zijn IERSEKB. De collecte voor de Boeren heeft hier opgebracht f 230,085. De heer J. C. Bom, arts alhier, is benoemd tot gemeente-geneesheer te Voorthuizen, gem. Barneveld, en heeft die benoeming aangenomen. Den len November zal hij zijne betrekking aanvaarden. Zondag had een 14-jarige knaap het geluk een kind te redden. Dit kind, een jongetje van een jaar of vier, was met een paar broertjes, te klein om hulp te bieden, bij de haven aan het spelen enviel in het water. Bedoelde knaap was overigens de eenige die dit zag. Hij sprong in een roeiboot en bracht van daar uit, niet zonder moeite, den drenkeling op het droge. Hij kreeg van den vader een belooning. Dat men alle dingen van meer dan één kant beschouwen kan, blijkt weer uit het vol gende. Men weet, dat aan de regeering het plan wordt toegeschreven een verhooging van den accijns op het gedistilleerd voor te stellen. Oppervlakkig beschouwd lijkt dit iets, om door de bestrijders van het drankmisbruik met beide handen aangegrepen te worden. Toch heeft de Ned. vereeniging tot afschaffing van alcohol houdende dranken aan de Koningin verzocht, dien- ..ocijns niet te verhooger., maar op een andere wijze in den geldnood te voorzien. In Juli overleed hier een (gehuwd) man en de vorige week kwam dit zijn familie, waar onder een broeder, pas te weten. Zijn vrouw zal het voor 't gemak zeker maar niet gemeld hebben. Mén kan hieruit afleiden, hoe hartelijk de verstandhouding was! Die Vrijdagavond gebruik gemaakt hebben van de gelegenheid door de gymnastiekvereniging „Vooruitgang zij ons streven" geboden, om een aangenamen avond door te brengen, zullen dit zich niet beklaagd hebben. Er was als ge woonlijk voor afwisseling gezorgdgymnastische oefeningen, een tooneelstukje, een komische voordracht en enkele tableaux. Onder de laatste muntte uit een groep Geloof, hoop en liefde. Bovendien werden de aanwezigen aangenaam verrast met een paar extra-bijdragen. De lieer M. Reijngoudt, die op dit gebied reeds de sporen verdiend heeft en den heer De Winter met uitstekend gevolg navolgt, gaf nam. nog ten beste „Ouderling kunstgenot", en de heer Lenobel, die ook al eens om zijn voordracht bekroond werd, „Een nieuwe prikkel". De op komst was bevredigend, maar kon toch beter geweest zijn. OUD-VOSSEMEER. Een drietal heeren zijn gedeeltelijk onder Poortvliet, gedeeltelijk onder St. Annaland, gedurende anderhalven dag aan het jagen geweest en hebben 77 stuks wild ge schoten, waaronder 63 hazen. Men was over den uitslag zeer tevreden. Zij bezochten voor de eerste maal hun nieuw gepacht terrein. geweest. Vervolgens meldden agenten en boden zich met hunne diensten aan. Zij wilden geld tegen hoogen interest beleggen, grond billijk ver- koopen, voor het oude huis een kooper aan de hand doen. Winkeliers zonden prijscouranten, stalen en monsters. De besturen van liefdadige vereenigingen presenteerden hunne inteekenings- lijsten. Kortom het sterkste hoofd zou er draaierig van geworden zijn. Anton Römer's hoofd nu was volstrekt niet van de sterkste, en het gedoe om hem heen deed hem al spoedig volslagen de kluts kwijtraken. Hij vond geen rust of duur meer bij zijn werk, liep aanhoudend trap op, trap af, van het voorhuis naar het achterhuis, dwaalde door de kamers, bekeek de schilderijen, en trachtte op zijn manier de meubels en de boeken en al wat er verder was te taxeeren. Waarachtig, dit alles behoorde hem nu toe! Het was wonderbaarlijk, het was zoo goed als ongeloofelijk maar toch moest hij het wel gelooven Wat zou hij er nu eigelijk mee beginnen? Nu, dat zou zich misschien mettertijd wel vinden. En voor het oogenblik was het toch maar heel aangenaam, alles te kunnen openmaken en overal te kunnen SCHERPENISSE. Bij de herstemming voor lid van het kiescollege tusschen de heeren J. Rijstenbil en M. Tholenaar is eerstgenoemde met 23 stemmen gekozen, terwijl laatstgenoemde 10 stemmen verkreeg. Benoemd tot verloskundige te Emmen (prov. Drenthe), mej. J. A. Slager alhier. Een 3-jarig meisje, dat bij grootmoeder inwonend is, had zonder dat het opgemerkt werd, de woning verlaten. Toen het vermist werd, ging men zoeken en vond het op eenige meters afstand van de woning in een diepe put met water. Gelukkig was het nog niet te laat en werd het nog levend op het droge gebracht. THOLEN. Onzen stadgenoot, den heer A. Hollestelle, schrijver o.a. van „Het Schild" en, in aansluiting daarmede, van „De drie merk waardige Schellingen" enz., is de eer te beurt gevallen als Buitenlandsch Eerelid te worden benoemd door de Société Royale de N-umis- matique de Belgique te Brussel. Maandagavond bracht het fanfaregezelschap „Concordia" een serenade aan zijn voorzitter, den heer I. van Gorsel, die dien dag zijn 25-jarig huwelijksfeest, onder talrijke blijken van belangstelling herdacht. Vrijdagavond 24 dezer hield de ver eeniging „Door oefening volmaakter" alhier haar eerste bijeenkomst in dit seizoen. De rekening over het afgeloopen dienstjaar werd goedgekeurd met een batig slot ad f22,865 en de begrooting voor het dienstjaar 1902/3 met een som voor onvoorziene uitgaven ad i'87,615. Het bestuur werd gemachtigd hierover te beschikken voor eventueel te houden voordrachtavonden als anderszins. Na de behandeling der huishoudelijke werk zaamheden vulde een groot aantal dames de zaal tot bijwoning der uit te voeren muzieknummers en voordrachten op het programma vermeld. De voorzitter, de heer L. K. van Dijk, riep den aanwezigen een hartelijk welkom toe en hoopte, dat het spreekwoord: „Een goed begin, een goed einde", ouk ton opzichte van deze ver gaderingen bewaarheid mocht worden. Wegens ongesteldheid van een der dames moest een nummer ditmaal achterwege blijven. Mejuffrouw C. P. van Rijssel, benevens de heeren Hekkert, Lubau, De Korte en De Smidt hebben het talrijke publiek uitstekend geamuseerd. Wij zullen niet in bijzonderheden treden over de verdienstelijke wijze, waarop allen hun vrijwillige bijdragen ten beste gaven, maar mogen nog wel even herinneren hoe innig mooi „Les échos du Temple" (piano) en Hymne (trio viool) ten gehoore werden gebracht. Aan de luide en welver diende toejuichingen scheen geen einde te komen. Na afloop dankte de voorzitter Mej. Van Rijssel voor de schoone tonen die zij aan piano en viool wist te ontlokken, alsmede voor haar zeer gewaardeerde medewerking ge- binnengaan en tot zichzelven te zeggen: Kijk eens hier I Met al deze kostbaarheden kan ik nu doen wat ik wil 1 Hij behoefde ook volstrekt niet meer te werken. De heer Eulert stelde hem sommen ter be schikking, in vergelijking waarmee zijn moeizame verdiensten bespottelijk gering waren. Waarom zou hij dan nog werken? Zijn vrouw evenwel zag die „leeglooperij" niet gaarne. Een fatsoenlijk tnensoh, meende zij, moest altoos iets omhanden hebben, anders haalde hij zich allerlei dwaasheden in het hoofd. Had men het om den broode niet te doen nu, dan kon men immers zeer goed nog de handen roeren tot tijdverdrijf, uit liefhebberij of ten nutte van anderen. Römer verzekerde haar dat hij iets grootsch in den zin had, hetwelk echter niet zoo terstond kon worden op touw gezet. Hij was vroeger vuurwerkraaker geweest en nu droomde hij van een kolossaal vuurwerk, zooals er in de stad nog nooit een afgestoken was. Ilij wilde dit op eigen kosten vervaardigen en het, ten teeken van erkentelijkheid voor de rijke erfenis, tot vermaak van heel de burgerij ten beste geven.

Krantenbank Zeeland

Ierseksche en Thoolsche Courant | 1902 | | pagina 1