V1SSCHER1J. Oesterberichten. overeenkomst hebben met de goudvelden in Transvaal. Dit bracht de Transvalere op het denkbeeld, dat ook hier goud aanwezig kon zijn. Verscheidene stukken grond zouden reeds aan gekocht zijn. Arm Nederland, als de groote dievennatie daar achter komt. Nabij Loevestein aan de Waal is een enorme vlucht wilde kalkoenen gezien. Men voorspelt hieruit een strengen winter. Aan de grens van het kanton Aargau is het lijk gevonden van een net gekleede dame. Bij nader onderzoek bleek zij door twee kogels getroffen, waarvan een recht door het hart was gegaan, en klaarblijkelijk den dood had ver oorzaakt. De gerechtelijke schouwing bracht aan het licht, dat men met een 24-jarige ge trouwde dame te doen had, in gevorderden staat van zwangerschap. Aan zelfmoord kon niet gedacht worden, daar nergens een wapen werd gevonden. Vermoedelijk heeft haar man den moord begaan, om daarna met een kogel zich zelf van hel leven te berooven, want in de nabijheid is een jas met een schot et door gevonden. Hij zou zich tot den bergstroom, die vlak bij is, hebben gesleept en zich daarin hebben geworpen. Er is evenwel verder nog geen spoor van hem gevonden, hoewel er ijverig gezocht wordt. Ouder Made viel een persoon van een zolder, hij brak daarbij een knie, een arm, een schouder en een vinger. In het Belgisch plaatsje Marbier Narbisone bij Nirelles hebben twaalf paren tegelijk hun gouden bruiloft gevierd. Zoowel de Koning als de graaf van Vlaanderen hadden blijken van hun belangstelling in de zeer bijzondere ge beurtenis gezonden. Terwijl de pastoor van Aye (België) aan het sterfbed eener oude vrouw geroepen, bezig was haar de laatste sacramenten toe te dienen, hield hij plotseling op en stortte na de woorden: schrik nietl zielloos ter aarde. Een dramatische moordgeschiedenis heeft zich te Dantzig afgespeeld. Een jongmensch schoot eerst zijn meisje, daarna haar moeder en toen zich zelf dood. Als plaats van dezen drie- voudigen moord was het graf van den vader der bruid uitgekozen. Nabij Boom zijn gisteren twee goederen treinen op elkander geloopen, waardoor de ma chinist en stoker der oploopende trein werden gedood. Czolgosz zal 28 Oct. ter dood gebracht worden door middel van electriciteit. Toen hem dezer dagen gevraagd werd door den hoofdin specteur wat hem toch tot den aanslag op president Mac Kinley gedreven had, antwoordde hij „Och, dat is heel eenvoudig. Mac Kinley sprak telkens in zijn redevoeringen over de welvaart van het land, maar ik zelf kon niets van die welvaart merken. Ook heb ik eens gevraagd, mij aan eene betrekking te helpen, maar kreeg ten antwoord dat de president niets voor mij doen kon." Z U I D-A F R I K A. Opmerkelijk schaarsch zijn de berichten uit Transvaal en Vrijstaat. Viel er iets goeds te melden, dan zou de censor het wel doorlaten. Van onderscheidene plaatsen in de Kaapkolonie komen tijdingen van kleine gevechten. Bizonder stoutmoedig treedt daar op, in het zuidwesten, de fthijnsdorper rebel Maritz, die, ua Hopefield zonder tegenstand bezet te hebben, naar Vreden- burg trok, waar een kleine Engelsche macht hem trachtte te stuiten, doch ondanks hun dap pere verdediging, moesten de Engelschen zich overgeven. Aan de colonnes op hem afgezonden, wist hij door een noordwaartsche beweging te ontkomen. Uit Pretoria wordt gemeld, dat kolonel Co lenbrander 42 Boeren gevangen genomen heeft op de westelijke hellingen van de Zoutpansbergeu. De brave koning Edward VII van Engeland wordt gemoedelijk of misschien zit er iets anders achter. Hij wil ul. dat de oorlog werkelijk „uit" zal zijn in Juni 1902, omdat vóór alles een opgewekte stemming moet heerschen bij zijne kroning, en daarom heeft hij zijn eersten minister bij zich ontboden om hem van raad te dienen. Die oorlog zou „een schaduw op de plechtigheid werpen". Niet dus het menschen- bloed, dat nog steeds gestort wordt door een dapper volk, dat voor recht en onafhankelijkheid strijdt, niet dus het medelijden met zoovele duizenden in de moordkampen, niet dus het stelselmatig verwoesten van twee bloeiende landen, neen, het kroningsfeest moet met vreugde ge vierd worden. Voor deze plechtigheid werden in Frankrijk reeds 4000 Meters purper-fluweel, de kleur van geronnen menschenbloed, besteld! Met hoeveel hoop en angst zal het resultaat dezer besprekingen worden tegemoet gezien. Wat zal het wezen Een einde maken aan dezen onzaligen oorlog of met nog meer barbaarsch- heid, indien dit mogelijk is, optreden Zal het trotsche en verwaten Albion willen zwichten en toegeven Wij hopen het in het belang van beide partijen. LANDBOUW en VEETEELT. Vele landbouwers in het eiland Tholen hebben, naar men meldt, niet voldaan aan hun contract met den beetwortelsuiker-fabrikant, door tusschen 16 en 21 September, den eersten termijn, het bepaalde aantal kilo's beetwortelen niet te hebben geleverd, waarvoor hen fl, per 1000 Kg. kan gekort worden. Het is echter te wachten dat deze boete niet in al haar gestrengheid toegepast en een onderzoek zal ingesteld worden of de niet-levering een gevolg is van onwil of van bijzondere omstan digheden. De bieten waren op 16 Sept. nog in vollen groei, en, volgens genomen proef, is het gewicht bij sommigen met 4 a 5 duizend Kg. per Blooisch gemet toegenomen, waaruit blijkt, dat dit jaar de-eerste termijn te vroeg is gesteld. Na het vallen van regen in Sept. zijn de bieten eerst gaan doorzetten. De laatste dagen vooral is de drukte op en om de havens in alle gemeenten op het eiland verbazend, waardoor velen een flink daggeld verdienen. De verzending van piosselen van de banken in de Zuiderzee naar Zeeland heeft thans een groote vlucht genomen. Niet alleen visschers van de Wadden-eilanden, doch vooral uit Stavoren en Enkhuizen houden zich met het mosselkorren bezig. De visschers ontvangen een loon van 50 cents per baal mosselen. In de week van 17-— 24 Oct. werden van Ierseke 690.000 leverbare oesters verzonden tegen de volgende prijzen 70 Kg. 4448 gld.. 56 Kg. 20—24 gld., 50 Kg. 15—18 gld., 40 Kg. 68 gld. VERGADERING van den GEMEENTERAAD van IERSEKE op Donderdag 24 Oei. 1901, des namiddags 6 uur Tegenwoordig 9 leden, alwezig de heeren Sandee en De Schipper, voorzitter de Burgemeester. De notulen der vorige vergadering worden gelezen. Op de vraag van den voorz. wie aanmerkingen heeft, zegt de heer Muller, dat hij zich aan 't vorige houdt. De voorz. vraagt, wat het vorige is. Antwoord van den heer MullerIk slem tegen de notulen. Nadat de voorz. heeft opgemerkt, dat alleen de bedoeling is, of het verhandelde in de vorige vergadering goed is weergegeven, verklaart de heer Muller voor de notulen te stemmen. Ingekomen de mededeeling dat het aandeel voor Ierseke in de kwade posten 1898 op de grondbelasting is f 0.345, op het personeel f 59.93, samen f 60,27*, dat is f 9,18* boven de raming. Besloten wordt d>t te kort van den post voor onvoorz. uitgaven te nemen. Nu worden benoemd tot onderwijzers bij het herhalingsonderwys de heeren F. H. Klenke en I. en A. W. van Dyke en tot het geven van Landwerk- ouden» ya in de herhalingsschool alle 5 de onder wijzeressen, een en ander in overeenstemming met de aanbeveling van B. en W-. Het herhalings( voor meisjes begint 1 Jan. 1902. Op het suppletoir kohier voor de hondenb worden gebracht 7 honden met een totaal van f 13,50. Nu komt de gemeentebegrooting 1902 handeling. Niemand der leden wenscht alj beschouwingen. Bij den post belooning d houders stelt de heer Sauer voor de uitgi som ad f200, evenals zij vroeger was, brengen tot f 140 en de resteerende f 60 w presentiegeld voor de raadsleden te bestemm dit laatste voorstel komt hij o.a. omdat gehoord heeft, dat ook de wethouders per ver worden betaald. De voorz. merkt op, dat dit laatste geheel de wet is. De helft der wethoudersbelooning de andere helft wordt verdeeld naar rei werkelijk bijgewoonde vergaderingen. 0 vindt spreker dat de vraag of de raadsleden p geld moeten hebben niet in verband met de bi der wethouders. Hij vreest dat Ged. St mindering niet zullen goedkeuren. De heeren die f 30 wel missen, maar het is toch waar, wethouderschap een slecht betaald baantje is, per jaar ongeveer 40 vergaderingen, andere niet meegerekend. Per uur berekend, zooali laatsten tijd wel eens gebeurd is, komt u niet op 60 cent. De heer Sauer vindt het belacheiijk dat houders f 100 hebben en de raadleden niets. De heer Polderman acht f 100 er goed aan De heer van Harmeien, wethouder, vin genoeg en acht het ook onbillijk dat de raa niets krijgen. Hij vindt het jammer dat g< op de begrooting kan gebracht worden vi kop thee of iets dergelijks, als een raa buitengewoon lang duurt, zooals by 't vastste den hoofd, omsl. De post f 200 voor de wei wordt met 7 tegen 2 stemmen verworpen, wethouders stemmen tegen). De heer Sauer ontwikkelt nogmaals het oi dat de raadsleden niets krijgen. De voorz. zegt, dat hetzelfde geldt voor houders, waarbij komt dat de raadsleden nog verzuimen kunnen, maar de wethouders rao Het voorstel f 70 voor ieder der wethoa f 60 presentiegeld voor de leden wordt met 1 stem aangenomen. Bij den post jaarwedden van de beamb secretarie stelt de heer Sauer voor, de beloon den jongsten klerk te schrappen, omdat die nie is. Hij vindt dit erg voor De Koster, maar meente mag er niet onder lijden. Vroeger toen werk met de arbeidskaarten was, was het te b dat er 2 klerken waren, nu niet meer. Als arbeiders te veel heeft, dan ontslaat hy die schoon hy de ontslagenen beklaagt. De voorz. betwijfelt sterk of de arbeid ver is. Er wordt haast geen wet of Kon. beslu vaardigd of de gemeente hoeft er werk aan. E wel eens slappe tijden, maar bij andere geleg moet er wel eens thuis gewerkt worden. De heer Sauer wyst er op, dat de sec betrekkingen vervult. Hij vindt dit goed gemeente moet daardoor niet bezwaard word andere gemeenten vergeleken, kunnen 2 werk zeer goed af. De voorz. gelooft, dat vereeniging der betrekkingen van secretaris vanger het werk eer minder dan meer wordt De heer Muller is vroeger tegen een 2e geweest, nu niet meer, en de heer Wesdor het hard iemand af te zetten, maar als De K een betere betrekking benoemd werd, zou niet een ander in zijn plaats willen aanstelle De voorz. vreest dat op zoo'n benoeming rekenen valt, vooral omdat De Koster hier m verder komt dan elders met 1 425. De post onveranderd goedgekeurd. Op dezelfde gronden als boven vermeld, heer Sauer de betrekking van nachtwacht afs hoezeer hij dit om den persoon betreuren zou. De voorz. zegt, dat we die nachtwacht wel kunnen, zelfs de heele politie, als alle aiensch waren zooals zy zijn moeten. De heer Sauer nachtdienst aan de veldwachters opdragen, geschiedt reeds. Nu hebben we het voordeel nachtwacht gesteund wordt, er zijn er nu by de hand. De heer Wesdorp meent ook, dat we te veel hebben, maar zou toch de nachtwacht niet zoo willen ontslaan. Dat zou te hard zijn. M een der politiemannen elders benoemd werd, toch in overweging geven, de plaats niet aan te De voorz. zegt dat zulk besluit toch niel zou. Deze nachtwacht is een ijzerig dienaar is noodig. Werd hij elders benoemd, dan overweging genomen worden geen ander te ben Door de heeren Kakebeeke en Nobel van Goes, is onder de gemeente Haamstede den grond onderzocht en zijn boringen gedaan, in verband met een aldaar aan te leggen proefveld voor groenten- teelt. Naar wij vernemen moet de uitslag van het onderzoek gunstig zijn. Iu de duinen te Zandvoort is een geheel onbekenden vogel gevonden, met een vlucht van 160 centimeter; de snavel heeft een lengte van 15 cM., die aan de punt een weinig ge kromd is. De nek is bijna 25 centimeter lang. De kleur is staalblauw. De snavel en de van 4 teenen voorziene zwempooten hebben een vuil bruine kleur. Vermoedelijk is het een stormvogel. Te Middelburg is een 7-jarig knaapje op een hooizolder geklommen, waarbij hij het on geluk had door het zolderluik te vallen, en met het hoofd op de steenen terecht te komen. Hij overleed eenige uren daarna. Te Arnemuiden was een schilder werkzaam aan een brug, toen een schip er door moest. Niettegenstaande de waarschuwing van den brug wachter bleef de schilder doorwerken en geraakte met het hoofd tusschen de brug bekneld, waar door dit lichaamsdeel als 't ware verpletterd werd. Het lijk is naar Middelburg vervoerd. Als een bizonderheid wordt gemeld dat vier broeders te Ruinerwold, waarvan de vierde thans heeft geloot voor de Nationale Militie allen het nummer 22 hebben getrokken. Gisterenmorgen sprong te Rotterdam een heer op den trein naar Parijs, terwijl deze reeds in beweging was. Hij struikelde en viel onder den trein, zoodat deze geheel over hem heenging. Ongedeerd kwam hij daarna te voorschijn, maar de schrik had hem zoo bevangen, dat hij zijn reis niet kon voortzetten. Te Rotterdam is een 5-jarig meisje in een waschkuip met zeepwater gevallen en ver dronken, terwijl de moeder afwezig was. Pogingen om de levensgeesten op te wekken, mochten niet baten. Te Putte is bij gelegenheid van de kermis een verwoede twist ontstaan tusschen een aantal belhamels en de rijkspolitie. Met geweld van kolfslagen moesten de marechaussees zich een doortocht banen, waarbij de waarnemende burge meester en de gem. veldwachter een steen tegen 't hoofd kregen. Door een groote bende woeste lingen werd buiten met steenen gebombardeerd en waren de mannen der wet genoodzaakt, van hun geweren gebruik te maken. Twaalf schoten werden gelost en enkele getroffenen zag men in de duisternis wegdragen. Men zegt dat drie personen gedood zijn. Te Bergen op Zoom is ook een Zigeuner- troep gekomen, doch deze is door de politie buiten de stad gehouden. De geheele troep is daarna door de marechaussees naar de Belgische grens gebracht. Te Budel is een arbeider gearresteerd, verdacht van kindermoord. Te Oudenbosch vertoefde dezer dagen een uit omstreeks 30 personen bestaande Zigeuner bende. Niettegenstaande hun slordige kleeding werd men getroffen door het prachtige type, dat dit nomadevolk vertoonde. Hun diefachtige aard werd ook thans niet verloochend. Met troepjes van 4 personen traden zij de winkels binnen en beduidden dat zij het een en ander wilden zien. Ongemerkt verdwenen sommige voorwerpen dan in hun zakkenof wel men kocht iets, om, na een paar centen op de toon bank neergelegd te hebben, daarmee te vertrekken. Op de algemeene vergadering der ver- eeniging tot bevordering der visscherij, gehouden te Utrecht, is een motie aangenomen, waarin de wenschelijkheid wordt uitgedrukt om een af zonderlijke visscherijwet te verkrijgen. Uit Almelo wordt gemeld, dat bij Nijver- dal door twee personen, die vroeger iu Trans vaal woonden, goudvelden ontdekt zijn. De berggrond, duidelijk waar te nemen bij de zanderij aan de lijn ZwolleAlmelo, moet veel morgen liefst met een flink stuk in hun kraag opstaan," deze opmerking had den doorslag gegeven. En nu zaten Wulrady en Martin alleen. „Ik denk, dat de ouwe vrouw en Marie het nu wel prettig zullen hebben iu Berlijn, waar zij thans bij haar zuster logeert; wie weet voor hoe lang. De diamanten, die ik voor haar bestelde, zullen ze nu wel hebben ontvangen, Marie kan er dan met kerstmis mee pronken. Ik geloof, dat het in andere landen net zoo goed gewoonte is om mekaar wat met'Kerstmis te geven als hier, en ik heb haar permissie gegeven, om alles wat ze van dien aard wil, te doen op royale, Californische manier. Als ze een present wil geven aan sommigen van die deftige lui die haar beleefdheden hebben bewezen, dan moet het iets goeds zijn. Ik heb je de doekspeld laten zien, die Marie in Parijs voor me gekocht heeft, niet waar Ik heb ze pas gekregen als Kerstgeschenk. Zie je, ik denk, dat ik haar in de brandkast wegberg, want zulke dingen passen toch niet voor mijn stand maar morgen zal ik ze toch eens voor een enkelen keer aandoen. Het was aardig bedacht van Marie, en het ding moet een flink duitje gekost hebben. Wat een kolossale diamant zit er inIk zou wel eens willen weten, wat Marie er voor gegeven heeft." „Dat is zoo lastig niet, hier is de rekening. Gisteren hebt gij ze betaald", zei Martin. Er was geen zweempje ironie in zijn toon, noch in dien van Wulrady, toen deze kalm antwoordde „Dat is waar, liet was zoo om en bij de duizend frank, maar als je het in dollars omzet, is het zoo heel veel niet." Er heerschte eenige oogenblikken stilte, doch daarna ging hij weer voort„Nu wc toch over zaken spreken, Martin, heb ik je nog wat te vertellen." Doch eens klaps zweeg hij. Hij was nog altijd bang voor het minste, dat den ouden man zou kunnen opwinden, en nu bespeurde hij, dat een lichte blos van spanning op zijn gelaat verscheen. Daarom zei hij achteloos„Maar we kunnen dat morgen wel bespreken, morgen is even goed, niet waar Misschien loop ik wel eens bij je aan." „Moet ge ergens heen vroeg Martin onwillekeurig. „Neen," zei Wulrady aarzelend. Eensklaps bedacht hij zich, dat hij nergens heen kon gaan, als hij er trek in had, en gedeeltelijk tot verklaring voegde hij er bij „Op mij rekenen ze met Kerstmis toch nergens. Ik denk, dat ik morgen den boel in huis eens zal op nemen. Nadat mijn vrouw en dochter weg zijn gegaan heb ik nog geen enkelen keer boven rondgekeken of alles nog wel in orde is. Maar denk er aan, 't is volstrekt niet noodig, dat je mij opzoekt." Hy hielp den ouden man opstaan, trok hem zijn overjas aan en reikte hem den stok, die in den laatsten tijd de krukken had vervangen. „Nu, wel thuis, ouwe heerMaak het nu maar niet druk met hier Kerstmis te komen wenschen. Wacht maar, tot ik bij je kom, en zorg goed voor jezelf". Hij tikte hem op den schouder, liet hem de deur uit en ging weer naar zijn kantoor. Hij werkte nog eenigen tijd aan zijn lessenaar, lei toen zijn pen neer, borg werktuigelijk de papieren weg en lei een groote enveloppe op den leegen lessenaar van zijn boekhouder. Daarna opende hij de deur van het kantoor en klom de trap op. Hij bleef op het eerste portaal staan, om naar het neerkletteren van den regen op de lantaarn te luisteren, dat dof klonk als somber tromgeroffel. Het water was op sommige plaatsen in de kamer doorgesijpeld, en had groote plekken op het goud behangsel verkleurd. Er was een vreemde lucht in de mooie kamer, het was alsof de onaangename uitwasemingen van het rottend hout in het bosch tot hier waren door gedrongen. De met blauw satijn bekleede stoelen waren vochtig en de marmeren schoor steenmantels en tafels klam. De heer Wulrady, die nog steeds de oude gewoonte uit den tijd toen hij nog landheer was, had behouden, om zjjn hoed af te zetten en zijn jas uit te trekken wanneer hij zijn huis binnentrad, zóó in zijn hemdsmouwen rond hij het veel huiselijker, was genoodzaakt zijn hoed weer op te en zijn jas aan te trekken, want het was ln deze kamer voelde hij zich nooit gemak. En het vertrek had nog vreemde zien gekregen, nadat Mrs. Wulrady, een f portret van wien wist ze niet, had ge maar zij hield stijf en strak vol, dat d bekende heel veel had van haren „Oom en nu hing dat heer aan den wand met andere schilderijen in massieve lijsten. W sloeg een vluehtigen blik op het portret naar hij oordeelde, met dat deftige gezicht altijd had aangekeken, alsof hij hier een indi was. Hij liep door de groote slaapkamer, trad hij het vertrekje binnen, waar hij nog op een klein veldbed sliep. Hij toefde hie lang, doch nam een sleutel uit eeu k klom nu weer de trap op, terwijl de maar steeds met dof geluid op het glas klet Op het andere portaal bleef hij staan om in de slaapkamers van zijn zoon en doch gluren, die even weelderig gemeubileerd als de vertrekken beneden. Nog een w trap, en nu was hij in den anderen vleu het huis, waar hij voor een kleine deur stil die op slot was. Hier waren de bonte b deringen van muren en gangen verdweu alles was slechts bepleisterd. Hij draaid slot om en deed de deur open. (Wordt verve

Krantenbank Zeeland

Ierseksche en Thoolsche Courant | 1901 | | pagina 2