L,
refflaJ, pvjji aai ie lelaipi ra «strtult, landlonw, enz.
Zaterdag 8 April 1899.
Zestiende jaargang.
EN
J. 22. C. FOT,
IE SOLDATENMOEDER.
NI
FEUILLETON.
Bijna te laat.
Publicatie ii.
jn
BINNENLAND.
Vau ouze berichtgevers.
M. C.
mud.
Kot' 719>
IERSEKSCHE
THOOLSCHE COURANT,
Dit blad verschijnt eiken Zaterdag.
Prijs per 8 maanden, franco per post 65 cents.
Voor het buitenland 90 cents.
Ingezonden stukken, enz. worden uiterlijk op DONDERDAGAVOND ingewacht aan
net bureau te T hol en ot v66r DONDERDAGMIDDAG hij onzen medewerker te lerseke.
UITGEVER
ThOLEN.
Advertentiënvan 1 tot 4 regels 40 cents; iedere regel meer
10 cents; groote letters naar plaatsruimte.
Elke advertentie, 3 maal ter plaatsing opgegeven, wordt slechte
2 maal in rekening gebracht.
vet
doo
3e Burgemeester der Gemeente Tholen brengt bij
e ter kennis van de Ingezetenen, dat bij hem
vangen en aan den Ontvanger der Directe Be-
'ïigen ter invordering is verzonden, het Kohier
Personeele belasting no. 1 voor het dienstjaar
JH, met uitnoodiging aan een iegelijk wien zulks
I 4" gaat, om na bekomene kennisgeving van zijnen
I slag, ten spoedigste het door hem verschuldigde
I Jcwijten, met herinnering tevens, dat de bezwaren,
dienaangaande mochten bestaan, binnen drie
nden na heden behooren te worden ingediend.
J holen, den April 1899.
jfll De Burgemeester voornoemd
[anJ M. G. VAN STAPELE.
lurgemeester en Wethouders van Tholen brengen
kennis der ingezetenen, dat op Woensdag den
Q el April a.s. in deze gemeente eene collecte zal
oortkouden worden, ten behoeve van de Maatschappij
Weldadigheid, gevestigd te Frederiksourd.
Burgemeester en Wethvoornoemd,
555'* J. m. BOOM, l.b,
s bi P. LABAN, Secretaris.
52611
In Eigen Haard en in het „Zondagsblad"
Het Nieuws van den Dag werd een artikel
ijd aan Mevrouw Kempers-Stutterheim,
„soldatenmoeder." Men zal zich wellicht
:ereu, dat, toen Koningin Willielmina de
lering aanvaardde, haar naam werd aange-
:en op de lijst dergenen, aan wie de Oranje-
isau-orde werd toegekend.
"at mevr. Kempers-Stutterheim in Iudië
ichtte, is ook in het moederland meer be
id geworden sedert de bespreking van het
atschappelijk werk der vrouw in Iudië" ter
igenheid van de Nationale Tentoonstelling
Vrouwenarbeid. Uit eigen ervaring spre-
de, heeft zij daarbij aangetoond, welk een
in ■Jichtige invloed ten goede kan worden geoefend
j||[or een beschaafde vrouw, die zich alleen laat
pen door beginselen van zuiveren menschen-
J Eïj, eQ ware Hefde tot den naaste.
Treffende staaltjes worden medegedeeld van
ar hartelijke zorg voor de soldaten in Iudië.
en zij als echtgenoote van een officier, die
l detachement naar Indië geleidde, de reis
Ae maakte, won zij het hart der „kolonialen,"
haar belangstelling in hun lot. In lndië
zij, als er iets te doen was, bij de hand
ie soldaten te helpen. Waren er zieken
het hospitaal, zij ontbrak nooit,
om Gebeurde er iets ernstigs, dan werd zij te hulp
iepen als een moeder. Op zekeren avond
»in er een soldaat bij haar: „O mevrouw,
Z9bbi toch gauw! P. heeft te veel gedronken;
hebben iets in zijn glas gedaan, ze plagen
S, en nu heeft-ie zijn mes gelrokken 1" Zon-
uwenUarzelen ging ze de cantiue binnen, pakte den
teling bij den arm en vroeg hem kalm
emipf ga je nu beginnen?" Hij schrikte en
luchter de daardoor geheel. Toen keek zij
saciet
bootei
nland
uvra»
340
erla.
dam.
phang
tijn
Novelle.
[evrouw Bertossa zat mij al bevende te
iten; zij had den moed, ja misschien zelfs
kracht niet om mij een vraag te doen.
r man zat met een somber, angstig
komen op zijn stoel. Het leven van zijn
;en zoon moest beslist wo rdeneen misdaad
loedde hij. Toen ik binnentrad, sprong hij
doch niet omdat hij mij herkende. Ik
hem vreemd; dit kon ik duidelijk zien: hij
mij derhalve in de verhoorzaal niet op-
irkt.
wendde mij nu tot zijn vrouw met de
den „Mevrouw, is de heer Pöhrenbach in
nacht vau Zondag op Maandag te huis
i*|est
versohrikte bij deze vraag, en antwoordde
van neeu. „Weet gij dat zeker?"
de plagers één voor één aan en gaf hun een
klein standje, vragende of zij op deze wijze soms
echte kameraadschap toonden. Maar den ge
vaarlijken P. nam zij bij den arm en hij liet
zich gewillig leiden. Als een kind gaf hij het
mes af en werd met een kop koffie tot bedaren
gebracht.
Een andermaal weer zag zij een dronken
soldaat liggen en bracht hem met haar bedien
den naar de kazerne. Daar gaf zij deze kos
telijke leugen ten beste: de man was onwel
geworden, ze had hem toen een glaasje cognac
gegeven en daarom leek hij nu misschien dronken!
Toen zij hem jaren later ontmoette, verklaarde
de man, dat dit leugentje om bestwil zulk een
blijvenden indruk op hem had gehad, dat hij
na dien tijd nooit meer beschonken was geweest.
Iemand vond het noodig te zeggen, dat hij het
niet behoorlijk vond, dat zij een dronken sofv
daat op deze wijze naar bed hielp, maar mevr.
Kempers vond het gansch natuurlijk. „Welke
moeder zeide zij, zou haar zoon in zulk een
toestand laten liggen? Dat moest wel een erg
slechte moeder zijn. Welnu, de moeder van
dezen jongen was ver uit de buurt en daarom
deed ik het in haar plaats."
De soldaten droegen haar als het ware op
de handen. Een hunner zeide van haar, „dat
zij een gouden stoel naast God waard was," en
een ander schreef haar: „Mevrouw, wij hebben
geen borrel noodig om inoed te putten voor de
inneming van Tjakra-Negara; wij weten wie er
in de kamer van den kapitein voor den divan
neerknielt en bidt: daaruit scheppen wij den
moed." Nog een ander soldaat schreef van
Lombok: „Mevrouw, uw brieven geven mij den
moed om de expeditie ten einde toe te vol
brengen met Tjakra overwinnen of sterven
Sneuvel ik, dan weet ik, wie voor mijn vrouw
en kinderen zal zorgen."
Mevr. Kempers-Stutterheim trachtte steeds
het gehalte van den soldaat te verhoogeu, maar
had daaromtrent andere denkbeelden dan som
mige drijvers. Zoo is zij voor het behoud van
de Javaansehe vrouw in het leger. De schets,
die zij geeft van de zorg der vrouw voor den
soldaat als hij vermoeid, ziek ot gewond is, is
in haar eenvoud roerend.
„Zulke vrouwen mag men den soldaat niet
afnemen," zegt zij.
Mevrouw Kempers heeft door haar goed hart
haar eigen belang geheel uit het oog verloren
en den fiuanciëelen toestand van haar en haar
gezin laat veel te wenschen over. Er heeft
zich nu een commissie gevormd om de moeilijk
heden voor een deel weg te nemen.
Leden daarvan zijn de heeren N. C. van
Heurn, in Den Bosch, M. C. vau Rouveroy van
Nieuwaal, in Den Haag, D. J. Boom, G. P.
Wijnmalen Jr., A. N. J. Fabius, W. Rauwen-
hotf en E. A. van Sandick, te Amsterdam.
De Koninginnen hebben reeds haar mede
werking toegezegd.
„Zeer zeker; hij zelf zal het bevestigen. Hij
is naar de stad gereden, om voor mij het
noodige tot het feest van dezen avond te
bezorgen." „Wanueer is hij vertrokken?"
„Zondag, dadelijk na den eten."
„Wanneer is hij teruggekeerd?"
Maandagmiddag."
„Hoever is de stad van hier?"
„fluim vier uren gaans, men kau er derhalve
gemakkelijk in twee uren heen rijden."
„Ik heb het wel in anderhalf uur gedaan,"
viel de heer Bertossa er tusschen in.
Ik vroeg zijn vrouw verder: „Waarom hadt
gij juist den heer Pöhrenbach het bezorgen
dier zaken opgedragen?" „Hij verzocht er
mij om, en zeide dat hij voor zichzelven daar
ook nog iets te doen had." „Heeft hij alles
goed ten uitvoer gebracht?"
„Volkomen Maar miju zoon, mijnheer!
Hebt gij geen verdere tijding van hem?" De
angst van het moederhart perste haar deze
vraag af.
„Slechts vermoedens, mevrouw, die ik u
daarom nog niet kan mededeelen. Heb de
goedheid mij een kamer aan te wijzen, waar ik
Bij Kon. besluit is benoemd tot rechter in de
arror.d. rechtbank te Amsterdam Mr. J. L. A.
Lith de Jeude, thans te Zierikzee, en tot griffier
bij liet kantongerecht te Zierikzee Mr. C. de
Witi. Hamer J.Gz., plaatsvervangend kanton
rechter en advocaat en procureur te Middelburg.
De officieele uitnoodigingen voor de Vredes
conferentie te 's Gravenhage, op 18 Mei a. s.,
zijn door de Regeering verzonden aan de vol
gende Staten:
Rusland, Zweden en Noorwegen, Denemarken,
Engeland, Nederland, België,Luxemburg, Dnitsch-
land, Oostenrijk-Hongarije, Servië, Rumenië,
Montenegro, Turkije, Griekenland, Italië, Spanje,
Portugal, Frankrijk en Zwitserland.
Beiten Europa zijn genoodigd de Vereenigde
Staten van Noord-Amerika, Siam, Perzië, China
en Japan.
Met ingang van 1 Mei a.s. zijn' o.a. de vol
gend-. kommiezen bij 's Rijks belastingen ver
plaatst M. van de Plasse, 3e klasse, van Tholen
naar Middelburg en J. vau den Berge, le kl.,
van Middelburg naar Tholen; P. A. van Dis-
hoeci-, le kl., vau St. Maartensdijk naar Brou
wershaven, P. Versluijs, 2e kl., van Hoedekens-
kerki naar St. Maartensdijk.
D' kommiezen J. vau den Berge en P. Ver-
sluij- worden tevens belast met deurwaarders-
tunetiën.
ST. ANNALAND. Bij de aanbesteding door
het bestuur van het Waterschap St. Anna land
van de levering vrij op den wal van 750 M3.
onderhoudsgrint, is ingeschreven door M. van
der Klooster St. Annalaud f 1.52 per M3., Abr.
Theunisse St. Annalaud f 1.53 per M3., Van
Koppenhagen en Co. Utrecht f 1.53 per M3.,
allen voor Duitsche griut.
Den laagsten inschrijver is de levering gegund.
Gedurende de maand Maart is op het
hulpkantoor alhier in de Rijkspostspaarbank
gebracht f5776.05 en terugbetaald f 1643.18.
Uitgegeven werden 10 boekjes.
Op het Rijkstelegraafkantoor zijn behandeld
174 telegrammen t. w. Aangekomen 82 en
verzonden 62 stuks.
IERSLKE. Deze week geraakte in een huis
gezin een pan, waarin spek werd uitgebraden
in brand. De vrouw, die om verdere onge
lukken te voorkomen, de pan naar buiten droeg,
kreeg bij die gelegenheid eene groote, doch
gelukkig niet gevaarlijke brandwonde aan der. arm.
De volgende week verlaat iemand van
lerseke met zijn gezin de gemeente om op de
Zuiderzee zijn geluk te beproeven met de ansjo
visvangst. Den vorigen zomer hebben daar, vol
gens de geruchten, velen duizenden met die
vangst verdiend.
ongestoord vertoeven kan; ik zal u later hier
weêr opzoeken."
Zij schelde; een oude bediende verscheen, en
zij beval mij naar de groene kamer te brengen.
Het was de oude koetsier George, aan wien
Helmers zich mocht laten zien, en dien ik
vertrouwen kon. De overige dienstboden waren
met het feest bezig.
„Mevrouw," verzocht ik nu nog, „zoudt gij
de goedheid willen hebben om George te mijner
beschikking te stellen?" „George, gij ont
vangt de bevelen van dezen heer.
„Volg mij, George 1" zeide ik en verliet met
hem de kamer.
„Is baron Föhrenbach nog in den tuin?"
„Ja, mijuheer! Hij is tweemaal in huis
gekomen, sedert mevrouw in bare kamer is.
Hij vroeg naar mijnheer Helmers; daar echter
niemand iets van hem wist, is hij weêr
teruggekeerd."
Ik ging den tuin in en naar de plaats toe,
waar uien nog altijd feest vierde. Er werd
gedanst; de heer Föhrenbach echter deed niet
uaede, maar zag het aan. Hij kwam mij toch
veranderd voor, en was minder forsch en norseh
Tot leerling aan de Rijkskweekschool
voor onderwijzers te Middelburg is o.a. benoemd
M. J. Steketee alhier.
De volgende te lerseke woonachtige leer
lingen der Rijksnormaallessen te Goes zijn
bevorderdvan de le naar de 2e kl. A. Fran
coijs, van de 2e naar de 3e kl. J. J. A. van
der Burght, van de 3e naar de 4e kl. mejuffr.
E. S. van der Burght.
De tijding van de benoeming van den
heer J. Sinke tot burgemeester van lerseke is
door zeer velen, men kan wel aannemen door
het meerendeel der gemeente met instemming
ontvangen. Bij iedere mogelijke vraag zijn
natuurlijk de gevoelens verdeeld, en zoo waren
er ook in dit geval ingezetenen die om ver
schillende redenen aan een vreemdeling de
voorkeur zouden gegeven hebbenmaar daar
staan anderen tegenover, die, de gedurige af
wisseling van burgemeesters moede, zich hartelijk
verheugen, dat eindelijk met dit stelsel is gebroken'
en de keuze op een geacht ingezetene en geboren
Iersekenaar is gevallen, waaraan vooreerst al dit
voordeel is verbonden, dat hij personen en toe
standen kent en niet een geruimen tijd noodig
heeft om zich in de zaken in te werken.
De installatie van den heer Sinke is bepaald
op Zaterdag 15 April. Vrijdagavond 7 April
is een meeting gehouden, om aan deze plechtig
heid een feestelijk aanzien te geven.
Verleden week Vrijdag werd den nieuwen
burgemeester eene serenade gebracht door Mozart
en Zaterdag door Soli Deo Gloria.
In Maart zijn op het rijkstelegraafkantoor
alhier 1431 telegrammen behandeld, waarvan
215 verzonden en 1216 ontvangen.
Op de rijkspostspaarbank is ingebracht
f3261,03 en teruggevraagd f3065,58. Uit
gereikt zijn 5 nieuwe boekjes.
In de algeloopen week zijn 2 knapen
overreden. De eerste door een langewagen
(wagen om hoornen te vervoeren) en bekwam
een hoofdwonde benevens inwendige kneuzingen,
de tweede door een oesterwageu en werd ernstig
aan een arm bezeerd.
ST. PHILIPSLAND. In de op 13 Maart
jl. gehouden raadsvergadering werdvastgesteld
het kohier van den Hoofdelijken Omslag dezer
gemeente, op een bedrag van f3398,91 en
bevattende 291 coutribuabelen. De aanslag van
de laagste klasse is f 1,335 en die van de
hoogste f 377,435. Het kohier bevat 23
klassen.
Het aantal kiezers bedraagt dit jaar voor
deze gemeente voor de 2e Kamer 202 en dat
voor de Provinciale Staten en voor den Gemeente
raad 201.
SCHERPENISSE. Gedurende de maand Maart
is aan het hulpkantoor alhier voor de Rijks
postspaarbank met 34 inlagen f 2530.85 ingelegd
en met 14 keer f2758.20 terugbetaald, terwijl
er 5 nieuwe boekjes werden uitgegeven.
dan vroeger. Het scheen als of hij over iets
nadacht. Ik trad naar hein toe en zeide:
„Mijnheer, zou ik u mogen verzoeken even met
mij in huis te willen gaan?"
Hij schrikte, doch herstelde zich terstond, en
nu was het sombere gelaat weder hard en
uitdagend
„Tot welk oogmerk, mijnheer?" vroeg hij.
„Gij zult het vernemen." „Mijnheer, ik
vind uw antwoord zonderling." „Gij zult
ook de redenen van deze zonderlingheid vernemen.
Ik spreek in mijn betrekking als rechter tot u.
Gij kent mij toch?" „Men heeft u mij als
een rechter voorgesteld," antwoordde hij, geheel
uit de hoogte.
„Nu, en als zoodanig heb ik een paar vragen
tot u te richten."
„Moogt gij mij die hier niet doen?"
„Ik mag wel, maar ik wensch het niet."
Hij had zich toch bedacht. „Wel nu," zeide
hij, „ik zal doen wat gij verlangt."
Wij gingen het huis in; de oude George
volgde ons. Föhrenbach wilde mij nu naar zijn
kamer brengen. „Mag ik u verzoeken mj te
volgen?" zeide ik. „George, breng ons in de