weefcMafl, piiji aai He lelaipa van oesterteell, laaPnaw, enz. il N°. 570. Zaterdag 30 Mei 1896. Dertiende jaargang. EN len J. M. C. POT, el. gen Publicatiën. Een vergeten burger, een gerust leven. FEUILLETON. IERSEKSCHE 1 is ssche srloot maak THOOLSCHE COURANT, Dit blad verschijnt eiken Zaterdag. Prijs per 3 maanden, franco per post 65 cents. Voor het buitenland 90 cents. Ingezonden stukken, enz. worden uiterlijk op DONDERDAGAVOND ingewacht aan het bureau te T h o I e n ol vóór DONDERDAGMIDDAG bij onzen medewerker te lerseke. UITGEVER: T H O L E N. Advertentiënvan 1 tot 4 regels 40 cents; iedere regel meer 10 cents; groote letters naar plaatsruimte. Elke advertentie, 3 maal ter plaatsing opgegeven, wordt slechts 2 maal in rekening gebracht. enten" op i: NATIONALE MILITIE. Burgemeester en Wethouders van de Gemeente olen. Gelet op artikel 1 van bet besluit van den Coin- ssaris der Koningin in deze provincie, van den 5 1896 (Provinciaal blad no 37). Verwittigen bij deze de verlofgangers van de Militie land, onverschillig tot welke lichting zij behooren or zoo ver zij voor den 1 April jongstleden in het not van onbepaald verlof zijn gesteld en zich in ze gemeente bevinden, dat dezelve zich op Maandag 15 Juni 1896, des vooriniddags ten 9 ure te lolen voor het gemeentehuis zullen moeten vervoegen, orzien van de kleeding- en uitrusting-stukken, van n zakboekje en van hun verloipas, om aldaar door o Militie-Conunissaris te worden onderzocht. Wordende een ieder wien zulks aangaat, ernstig ngemaand, om zich ten voorschreven dag, uur en lats te doen vinden, ten einde zich niet bloot te 5g0l| Hen aan de straffen bij de wet bedreigd. Gedaan te Tholen, den 30 Mei 1896. Burgemeester en Wethouders voornoemd, C. J. DE V. VAN NOORDEN, M. G. VAN STAPELE, Wethouder. t doo 1 dalen ver Ge 446 omen G. el- en, ind, roemt zen. irdam i'ordei 340 rland lam han< jn. S Volgens een zinrijke mythe uit de grijze oud- :id ontmoette Herkules eeös op een kruisweg ree godiuneu, die hem ieder op haar beurt achtten mee te lokken. De eene heette de solid^ndeugd; zij beloofde hem vreugde en genot. De pdere was de Deugd. Deze sprak van arbeid gevaren, maar daarvoor zou onsterfelijkheid, iem en eer zijn deel zijn. Herkules gaf zich rer aan het geleide van de Deugd. Hij werd zegen voor zijn volk, dat hem nog eeuwen a zijn dood als een god vereerde. Maar als nu de eerste verleidster eens niet ,^e e Ondeugd, maar de Gemakzucht geweest was, ie hem rijkdom, rust en een lekker leven had eloofd, wat zou Herkules dan gedaan hebben? Herkules stond op dal oogenblik aan het egin van den inannelijken leeftijdhij had dat jdstip bereikt, waarop zijn lichamelijke eestelijke eigenschappen zich tot haar volle racht hadden ontwikkeld, dien heerlijken tijd, 'aarin men droomt van geluk en eer en roem, aarin niets ons te moeilijk of te zwaar voor- omt, waarin wij uieenen, alle anderen te zullen vertreffen en de wereld te zullen hervormen. )an is gewoonlijk niet veel noodig om ons den Air eg naar roem te doen inslaan. Al ware dus 11 tien minder gevaarlijke geleide-geest aan Herkules erschenen, hij zou toch den weg der Deugd, «I ssche d. i. den weg van strijd en eer ingeslagen zijn, want hij voelde zijn kracht en wilde die openbaren. Zeker zullen er wel zijn, die Herkules keuze dwaas noemen. „Verbeeld u, een leven van louter genot, gemak en weelde! wie zou dat niet kiezen? Men behoeft immers niet in de weelde onder te gaan, en rijkdom schenkt ook eer en aanzien Dwaas is hij, die niet eerst aan zichzelven denkt en zich aftobt en afmartelt in den dienst der menschheid, die u ten slotte voor al dat zwoegen met ondank beloont. Ik verkies onder die voor waarden desnoods de vergetelheid boven de on sterfelijkheid;" zoo zullen sommigen redeneeren. Maar toch is de leusEen vergeten burger, een gerust leven, in den regel gelukkig niet de leus der jongelingschap. Gelukkig bruist in den tijd, dat het leven zich in zijn volle kracht ontplooit, het bloed te snel, en schept de verbeelding zich genoeg idealen, om zich niet aan ledigheid en rustige rust over te geven. Gelukkig zijn de geestelijke voelhorens in dat levenstijdperk fijn genoeg om den roem van rijk'dom en hooge geboorte van den roem der ware verdienste te onderscheiden. Men wil niet onbekend zijn, men wil leven, beroemd en geëerd wezen. En als men eenmaal dien weg is ingeslagen, dan is terugkeeren moeilijk, en men gaat voort zee lang de krachten ons bijblijven eu soms zelfs nog langer. Men meene wel, dat wij ons de menschen beter voorstellen dan zij zijn. 't Is waar velen moeten zich een werkkring kiezen om in eigen onderhoud te voorzien, maar velen zijn er ook, die, zonder dat zij dit voor hun bestaan behoeven te doen, eenige van de schoonste jaren huns levens aan inspanning en studie besteden om zich te bekwamen voor een loopbaan, welke zij niet zonder werkzaamheid en strijd ten einde brengen. En als zij die eenmaal betreden hebben, blijven zij steeds naar hooger streven, totdat de dood hen oproept of tot zij gedwongen worden hun werk in andere handen over te geven. Maar zelden ziet men iemand vrijwillig afstand doen van zijn beroep of waardigheid, hoewel het dik wijls beter ware, dat zij het deden. Zouden zij dit nalaten om het geldelijk loon dat er aan verbonden is? Och, er zijn er genoeg voor wie die handvol geld al die beslommeringen en zorgen niet waard is. Neen, gewoonlijk zijn er edeler drijfveeren. De meest algemeene hebben we reeds genoemd, riet is het eergevoel, de krachtigste prikkel die ons tot handelen en gelukkig meestal op den goeden weg drijft. En daarnaast treedt een nog edeler drijfveer in werking: de zucht om nuttig te zijn. Een schitterend voorbeeld daarvan levert onze De Ruijter. Deze beleefde een tijd, dat hij zich voorgenemen had, werkelijk als een vergeten burger te gaan leven, maar toen het vaderland in nood was, liet hij zijn rust varen, en gelukkig, want wie zou anders het land gered hebben De eer zal wel niet vreemd geweest zijn aan dit besluit, daarvoor behoeft niemand zich te scha oen, maar zeker deed hij het niet om het geld. want dat had hij genoeg. Inderdaad, wie ziju ondervinding raadpleegt, zal erkennen, dat maar weinigen zich houden aan de leus: Een vergeten burger, een gerust leven. De geschiedenis spreekt van weinig vorsten, die vrijwillig afstand deden van hun gezag, zij spreekt van een 93-jarigen doge van Venetië, en van een Bistnark, die zijn laatste levensjaren verkniest, juist omdat hij tot het vergeten burgerschap gedwongen werd. Dat is een der heerlijkste verschijnselen uit de menschen wereld. Het bewijst, dat de menschen nog zoo slecht niet ziju, en hoe zou de wereld er uitzien, als dat beginsel van'gemakzucht en onverschilligheid de beste geesteskrachten onttrok aan staat en maatschappij Slechts als de krachten van geest en lichaam Nauwelijks had men dit ontdekt, of de slakken, die tot dusverre als waardeloos waren weggeworpen werden zorgvuldig verzameld en allerwege werd er reclame voor gemaakt. Groote hoeveelheden werden verkocht, maar toen ook begon het geknoei. Men vervalschte de slakken met natuurlijke phosphaten, die er in uiterlijk mee overeenkwamen. Hierdoor steeg het phosphorzuur-gehalte, manr de waarde daalde, omdat dit phosphorzuur niet oplosbaar is en dus door onze planten niet te gebruiken. Onderzoek aan de Rijks-proefstations is dus ook voor deze mest stof dringer.d noodig en dit te meer omdat ook zonder bedrog de vaarde van hel slakkentneel zeer afwisse lend is. Dr. W'agner heelt bijv. door proeven ge vonden, dat de waarde der Kladnoslnkken nog niet een derde b.idroeg van die der beste soorten. Tevens schijnt deze geleerde in den laatste» tijd bet middel gevonden te hebben om het phosphorzuur weer op losbaar te maken, zoodat het nu den fabrikanten slechts weinig moeite kost goede slakken te leveren. De meeste fal-rikanten weigerden n.1. tot dusverre op te geven welk gedeelte van het phosphorzuur oplosbaar was en de meeste proefstations, wetende dat dit vooral de waarde bepaalde, gaven daarom verzwaktzijn,getuigteanvrijwilligaftredeneoplaats d» pr°™« de verschillende onder- J zoekmgen aan. Door het middel van Wagner, het maken voor jeugdiger krachten, van wijsheid. toevoegp„ van tiezel,ullr) is hun hoofdbezwaar echter verdwenen en de fabrikanten beginnen dan ook lang zamerhand toe te geven. Verder moeten ze zorgen, Slechts weinig ouden van dagen zijn daartoe bereid. Die het doen, gunnen wij gaarne de genoo^düb en dc rust van het vergeten-uurgcrschap. 0) t Waaide ontzettend en 't was een vervelende )cht op het water, dat zoo weinig afwisselends e zien geeft, en waar men zoo weinig passagiers p de booten telt. Gezelschap om den tijd ouder- oudend door te brengen, was niet aanwezig; lara had genoeg aan hare eigene gedachten drooinen, en mijnheer Rosing wenschte het llerminst met zichzelven in gezelschap te blijven. Maakte papa wel een beetje uit zijn humeur, at alle pogingen om met zijne anders zoo ge- 'jellige dochter in een gesprek te komen, zoo ;eheel schipbreuk leden.- Andermaal ging hij us zijn troost maar zoeken bij den eenvoudigeD apitein van de boot. Ze hadden 't al eens ver weer en wind gehad, over de vogels, die krassend voorbij vlogen en over de laatste lieuws- en beurstijdingen, zoodat die ouderwerpen >ijna uitgeput waren. TH 0M AS-SLAKKEN MEEL. Een tweede belangrijke phospborzuurmest is het Thomas-slakkenmeel, zoo genoemd naar een Engelsch- man, die het phosphor uit het ijzer wist te verwij deren. Phosphor inaakt het ijzer n.1. broos en daarom was men er al lang op be.lacht het ijzer te zuiveren en dit gelukte den heer Thomas in 1879. Hij voegt een groote hoeveelheid kalk bij het gesmolten ijzer en laat tegelijkertijd een krachtige luchtstroom er op inwerken, de phosphor \erbrandt dan tot phos phorzuur en dit verbindt zich met de kalk tot zoo genaamde slakken. De vorige maal hebben we gezegd, dat 100 dcelen phosphorzuur zich verbinden kon met 120 deelen kalk. Door de geweldige hitte, die tijdens dit proces ontwikkeld wordt, is het phosphorzuur gretiger. 100 deelen verbinden zich met 160 deelen kalk. Het phosphorzuur is onverzadigd. Een mensch, die te veel gegeten heeft, gaat gemakkelijk aan het overgeven en hij geeft dan dikwijls meer dan hij werkelijk te veel heelt en zoo doet ook het phosphorzuur in het slak kenmeel; feitelijk heeft het maar 40 deelen kalk te veel en toch staat het, naar 't schijnt heel gemakkelijk SO deelen at. 100 deelen phosporzuur bevatten dan dus nog slechts 80 deelen kalk en van daar zijn waarde als meststof. De vorige maal hebben we immers reeds gezegd, dat, indien 100 deelen phos phorzuur gebonden waren aan 80 deelen, het phos phorzuur oplosbaar was in koolzuur, dat altijd in den grond voorkwam, in huinuszuur, dat wij ook veel aantreffen, in plantenzuur, dat door de planten wortels wordt afgescheiden, in één woord, dat het in dit geval door de planten was te gebruiken. dai de slakken zoodanig gemalen zijn, dat 75 door een zeef kan met een maaswijdte van 0,15 mM. Voor het goed uitstrooien is dit bepaald nood zakelijk, de landbouwer lette hier dus op bij het koopen. Het gebalte aan phosphorzuur is afwisselend van 920 °/ogewoonlijk wordt gegarandeerd 15 17 Wat de waarde als meststof betreft hierover denkt men nog altijd zeer verschillend. In het begin liet het zich aanzien, dat het Thomas-slakkenmedl het superphosphaat geheel zou verdringen. Maar spoedig hierop volgde de reactie. De resultaten, die inen op zwaren kleigrond met het slakkemneel had, waren dikwijls ver van gunstig en superphosphaat werd weer algemeen gebruikt. In den laatsten tyd gaan echter weer stemmen op ten voordeele van het slakkentneel. Toch zou ik in dezen lot voorzichtig heid aanmanen en dit te meer, oindat de prys, oor spronkelijk slechts de helft van die van superphos phaat thans veel hooger is. Voor zandgronden 19 het een uitstekende meststof, maar onze grond bindt het te sterk, zoodat de hoeveelheid ongeveer twee maal zoo groot moet zijn als de hoeveelheid super phosphaat, wil men eenigszins gelijke resultaten verkrijgen en zei Is dan is dit nog niet zeker. Alleen daar waar het ons in de eerste plaats te doen is om een blijvende verbetering van den grond en minder oin een dadelijk verhoogde opbrengst, zou ik het slakkenmeel aanraden. Dit nu is over het algemeen het geval bij de weiden, en hierop ook wordt het slakkenmeel dan aanbevolen. Superphosphaat werkt hoofdzakelijk alleen het eerste jaar, maar thomas-slakkenmeel werkt minstens drie jaar en deze nawerking moet men dus bij het be rekenen van 't rendeeren der bemesting niet vergeten. Die het slakkenmeel op zijn bouwland wil gebruiken Eene vraag had den heer Rosing al raeer dan eens op de Tippen gezweefd, maar die wilde er maar niet af. „Het onbekende laud waarheen hij ging, 't was toch niet door de golven verslonden of door brand met al zijne inwoners vergaan?" Het doel zoo nabij te weten om zijne geliefde vrouw terug te vinden en haar met zich te zullen voeren naar hunne woning, 't was of hij bij die heerlijke gedachte niet stil durfde staan. Hij wist, dat het bijna te veel aandoening voor hem geven zou, eu nu eerst gevoelde hij, hoeveel hij op 't spel zette met haar zoo onverhoeds alleen achter te laten en dat nog wel voor zoo langen tijd. ,/t Is maar een stipje, mijnheer," riep de kapitein zijn kijker voor 't oog houdende, „maar als u zien wilt, de spits van den kerktoren van Kleefsdorp wordt zichtbaar. „Een „Goddank" ontsnapte zijn lippen, 't Dorp stond er dus nog, en met kloppend hart richtte hij 't oog volgens de aanwijzing van den kapiten, die hem vertelde, dat hij 's Zondags verscheidene menschen uit den omtrek te Kleefsdorp moest afzetten, „want 't is een baas die domiué dat verzeker ik u en, zoo'n preek moet kras zijn om de zeereis en den vervelenden tocht op den dijk te kunnen vergoeden." Hoe jammer, dat dit onderwerp niet reeds vroeger behandeld was gewordenthans had de heer -Rosing geen ooren voor dit alles; in een oogwenk had hij zijne dochter uit hare mijme ringen opgewekt, en haar het groote nieuws meegedeeld„dat zij binnen eeuige minuten aan den dijk zouden worden afgezet." „Hadden we niet beter gedaan onze zoo spoe dige komst vooraf bekend te maken?" zei Klara ongerust. „Als ik er aan denk hoe mama's zwakke ge zondheid door het onverwachte weerzien nog een schok zou kunnen krijgen word ik waarlijk angstig." üok de heer Rosing gevoelde nu het gewicht van dit verzuim en was slecht op zijn gemak. Lang werd hun echter geen tijd gegund om zich aan die gedachten over te geven, want het water bruischte schuimend tegen de boot, door 't zwenken en draaien om die voor den steenen trap te doen aanleggen; 't oogenblik van aan wal stappen, bagageuitzoeken en die aan te nemen, nam al de aandacht in, en voordat ze goed zagen waar ze stondeD, vertrok reeds de boot en zagen ze zich geheel alleen gelaten met een jongen, die barrevoets en bloodshoofds zijne pakjes den steenen trap opdroeg, om ze in zijn kar te plaatsen, die door een ouden ezel ge trokken werd. Op hun verzoek nam hij ook hunne koffers mee naar zijn kar en op hunne vraag, „hoe zij 't gemakkelijkst het dorp konden bereiken?" keek hij eens links en rechts of er soms eens klaps een tweede weg te voorschijn was gekomen, daar er tusschen de onmetelijke watermassa slechts de dijk met eenig weiland er langs te zien was. Veel complimenten maakte de jongen niet, hij liet zijn grauwtje den terugtocht aan nemen en klapte herhaalde malen met de zweep, waarop een aautal zeemeeuwen verjaagd werden en schreeuwend de lucht doorkliefden. „Wij zullen je maar volgen," zei de heer Rosing, „dan zal je ons wei naar 't logement brengen, niet waar?" „Nooit hier geweest," zei de jongen zijn ruigen bol schuddende. „Naar de herberg", verbeterde Klara, „daar kunnen we immers van nacht wel blijven? De jongen draaide zijn hoofd eens om, mon sterde zijne volgers vau 't hoofd tot de voeten

Krantenbank Zeeland

Ierseksche en Thoolsche Courant | 1896 | | pagina 1