mlM, PfM aai de lelan m oesterteelt, luQiif. ïïl eïV ie N°. 544. Zaterdag 30 N< nember 1895. Dertiende jaargang. "iua /s, J. M. C. POT, Publicatie n. nationale militie. Landbouw en Veeteelt. FEUILLETON. Een dubbele vergissing. lerft eeki IEN IERSEKSCHE arto ngei l ijk ver- sten uge- en t;lei!01 193 THOOLSCHE COURANT, Dit blad verschijnt eiken Zaterdag. Prijs per 3 maanden, franco per post 65 cents. Voor het buitenland 90 cents. Ingezonden stukken, enz. worden uiterlijk op DONDERDAGAVOND ingewacht aan het bureau te T h o I e n of vóór DONDERDAGMIDDAG bij onzen medewerker te lerseke. UITGEV ER: T H O L 1 1 N. Advertentiënvan 1 tot 4 regels 40 cents; iedere regel meer 10 cents; groote letters naar plaatsruimte. Elke advertentie, 3 maal ter plaatsing opgegeven, wordt sieohts 2 maal in rekening gebracht. Eerste zitting van den Militieraad. Burgemeester en Wethouders van de gemeente Tholen. Brengen ter kennis van de lotelingcn dezer ge- lente, behoorende tot de lichting van het jaar 1896, l de Militieraad in Zeeland op Vrijdag den 13 ■cember 1S95 des voormiddags ie 9l/a uur te Mid- Iburg in de Abdy aldaar zitting zal bouden, om ipraak te doen omtrent de verschenen vrijwilligers r de militie, omtrent de lotelingen, die redenen i vrijstelling hebben ingediend of nog wenschen te dienen, omtrent de lotelingen, die niet tot den enst der militie kunnen worden toegelaten, en om- ent alle overige lotelingen dat voor den Militieraad moet verschijnenlo. de •ijwilliger voor de militie; 2o. de loteling, die ijstelling verlangt wegens ziekelijke gesteldheid of breken of gemis van de gevorderde lengte dat zij die wegens ziekte of gebreken niet in staat jn om voor den Militieraad te verschijnen, daarvan jor tasscbenkomst van den Burgemeester hunner oonplaats moeten kennisgeven aan den Militieraad, ider overlegging van een op zegel geschreven ver- laring van een geneeskundige vestigen uitdrukkelijk de aandacht van hen, die rijstelling wegens broederdienst of wegens te zijn jnige wettige zoon verlangen, op bun belang om ersoonlijk in bovengemelde zitting van den Militie- tad te hooren welke uitspraak omtrent hen is gedaan; en wijzen de lotelingen, die gebreken hebben of leenen te hebben op hunne verplichting, voor zooveel j daartoe in staat zijn, en onverschillig welk nummer j hebben getrokken, om voor den Militieraad te ver fijnen, ten einde geneeskundig te worden onderzocht. Tholen, den 27 November 1895. Burgemeester en Wethouders voornoemd C. J. DE V. VAN NOORDEN, M. G. VAN STAPELE, Wethouder. Door de bekende Goesche firma Wed. J. C. Jassee Zoon is een werk over laudbouw, eeteolt en zuivelbereiding uitgegeven en voor andbouwers tegen franco-toezending van slechts 10 cent verkrijgbaar gesteld, welks lezing ons ipnieuw tot het inzicht gebracht heeft, welke mschatbare diensten de wetenschap, in 't bijzonder e werktuigkunde, aan deze vaderlandsche be- Irijven bewezen heeft en hoe veel belangwekkerder ij worden als zij door ontwikkelde mannen, die tiet enkel bij de sleur leven, beoefend worden. SVij, die ons voorgenomen hebben de aandacht >p dit nieuwe boekwerk te vestigen en die het lus eenigszins nauwgezet hebben doorbladerd, lebben met veel genoegen kennis van den inhoud genomen en we durven, ieder die eenigszins belang stelt in, maar vooral ieder die belang heeft bij een doelmatige en wetenschappelijke beoefe ning van laudbouw en veeteelt, aanraden er zoo spoedig mogelijk kennis mee te maken. De be langhebbende zal daardoor zijn belang dienen en voor den belangstellende zal de wetenschappe lijke landbouwer in achting en waardeering stijgen. Hij zal dezen niet als een lompen veel minder een dommen boer groeten, maar er uit leeren dat weinig bedrijven zoo veelvuldig met de strenge wetenschap in aanraking komen en er kracht uit putten. In 't bizonder kan hij die kracht putten uit de menigvuldige werktuigen, die in deze eeuw ver vaardigd en verbeterd zijn en het zal wel het hoofddoel van de uitgeefster zijn, dit in het licht te stellendoch dit beteekeut niet, dat het boek een dorre lijst van machines is of een prijscourant. Het geeft afbeeldingen en verkla ringen van vele werktuigen en bovendien zoo veel wetenswaardigs op 't gebied der drie genoemde takken van nijverheid, dat het geheele werk de beteekenis van een beknopt leerboek krijgt. Het is in drie deeltjes verdeeld, één gewijd aan akker- en weidebouw, één aan veevoedering en één aan zuivelbereiding, samen ruim 4UG oclavc-bladzijden. Het eerste deeltje vangt aan met een korte beschouwing van de bestanddeelen en eigen schappen van den bodem en de groote rol, die water, lucht en warmte bij den plantengroei spelen, uit welke beschouwing volgt, hoe nood zakelijk een doelmatige bewerking van den grond is. En hierbij sluit zich ongezocht aan de be schrijving en de werking van den ploeg en opgave en teekeniugen van verschillende ploegen, als: de universal-, de Araerikaansche-, de tweehuizige-, de twee- en driescharige-, de ondergronds- en de stoomploeg. Daarna volgen de eggen. We wisten niet dat er zooveel soorten van dit tweede werktuig tot grondbewerking^ zijn en dat zij tot zooveel doel einden dienst doet. Zij dient nam. tot het ver kruimelen en effenen van den grond, om onkruid boven te brengen, om de zoden van klaver-, weide- of stoppelland uit elkaar te rukken, om de oppervlakte van dichtgeslagen land weder voor lucht en warmte toegankelijk te maken, om met de hand gezaaide zaden onder te brengen en om kunstmest in te eggen. Behartigenswaardige wenken worden gegeven om wat meer zorg en arbeid aan de weide te geven, en ten bewijze dat dit niet vruchteloos geschiedt, wordt de volgende proef vermeld Een Weide werd in 4 evengroote stukken verdeeld. Het le perceel werd noch geëgd, noch b( ;uiest, het 2e alleen bemest, het 3e geëgd en he t 4e geëgd en bemest beide. En wat was de uitkomst? Het le perc. leverde 375, het 2e SI 50, het 3e 770 en het 4e 1560 Kg. hooi. Na de bespreking der egge worden verschil- Ie nde rollen vermeld. Nu komt het zaaien aan de beurt, en het blijkt dat er niet alleen werktuigen zijn voor het Zil iien zelf, maar ook om vooraf de kiembaarheid va Q het zaad te onderzoeken en in cijfers uit te drukken en de groote zaden van de kleine te Terecht wordt gewezen op het groote belang der sorteering. Doet men dit in 3 grootten, dan kan men het kleinste graan als van onwaarde voor den zaai of van weinig belang voor de markt, aan het vee vervoederen, het middelsoort kan men verkoopen, en de grofste korrels voor zaai zaad gebruiken en zoodoende zijn graan veredelen. Om al die werktuigen aan te schaffen moet men een groot bedrijf, of een welvoorziene beurs hebben. Doch dit is niet bepaald noodig. Ver schillende landbouwers kunnen deduurste machines 8) Uil het Duitsch. {Slot.) Op dezen gedenkwaardigen morgen, zoo rijk aan treffende gebeurtenissen, zat Liesbeth alleen, bleek en ter nedergeslagen, iu de woonkamer, en schreef. Anna was, getrouw aan hare belofte, nog niet uit hare rol gevallen, en Liesbeth had besloten uithoofde der vroolijke ouverschil- igheid waarmede de dokter haar huwelijk op vatte, om af te reizen zonder hem de zaak op te helderen. Zij liet de pen nu en dan rusten, en staarde treurig voor zich heen, ja zij was zoo diep in gedachten, dat zij in 't geheel niet bemerkte dat Muller achter haar den drempel betrad. Eerst toen hij binnen was gekomen en de deur in het slot viel, schrikte zij, werd donker rood en draaide met eene snelle beweging het vel papier waarop zij geschreven had zoo om, dat het blanke blad boven kwam. ften, zoodat men de kleine als zaaizaad kan gezamenlijk aanschaffen of de een kan het aan den ander verhuren. Behartigenswaardige wenken worden gegeven omtrent hot hooien en de kunstweide en over het persen en de bereiding van zoet groenvoeder. In het hoofdstuk over de halragewassen wordt de gelegenheid te baat genomen om iets weten schappelijks mee te deelen over de inwendige verrichtingen der plant lij haar groei. Daar leeron we welk gewichtig werk Het bladgroen te ver richten heeft. Met een microskoop ontdekken we daarin zetmeelkorrels, welke zich van de buiten zijde der bladeren naar binnen verplaatsen et: van daar naar de stengels en voor een gedeelte naar de zaden, waarin het zich tot reserve-voedsel op> hoopt, dat wil zeggen tot voedsel waarvan het jotige plantje moet teren tot zoolang het wortels en blaadjes gekregen heeft, die voedsel uit den grond en de lucht opnemen. Maar zal deze verplaatsing en vermeerdering der zetmeelkorrels geschieden, dan is daartoe licht en lucht noodig. Zoodra het licht ontbreekt houdt de vorming van zetmeelkorrels in de bladgroencellen op en de plant verliest zijn groene kleur. Maar hetzelfde verschijnsel doet zich voor als de dampkrings lucht, dus koolzuurhoudende lucht, ontbreekt, het welk men bewezen heeft door een plant in een ruimte zonder koolzuurgas te plaatsen. Al kan daa ook het licht toetreden, dan houdt toch zetmeelvorming op. Dit alles is geen nuttelooze wetenschap; want er blijkt uit, hoe schadelijk het is, te dicht te zaaien, terwijl alles wat hier verder geleerd wordt zijn toepassing vindt bij den graanoogst. De toepassing is in korte woorden gezegd maai het graan voor dat het doodrijp is. Evenals in de zaden reserve-voedsel wordt op gehoopt, zoo geschiedt dit ook in de onderaardsche deelen der overblijvende knol-en wortelgewassen. Van dit voedsel worden in het voorjaar de eerste fijne wortels en bovenaardsche deelen gevormd. Deze eenvoudige waarheid geeft weer aauleiding tot eenige nuttige wenkeu over de bemesting dezer gewassen. Het eerste deel wordt besloten met een en ander over de bestrijding der korenkalander en de korenmot. verwerpen, waardoor de opbrengst aanmerkelijk vermeerdert en verbetert. Maar vooral de be schrijving der zaaimachines trof ons, omdat zij let^rt tot welken hoogen staat van volkomenheid de#e door het steeds zoekend vernufc van den mepsch gebracht is. We zouden haast zeggen, dat- zij volmaakt is. Er zijn ook zaaimachines voi^r handkracht eu handwerktuigen om aard appelen te poten en koolplan ten te zetten. Voor het zuiveren van zaaizaad van brandsporen wc>rden twee methodes gegeven, die den land bouwer niet anders dan welkom kunnen zijn. Verwisseling van zaaizaad, en wel aanschaffing zaad uit noordelijker streken dan de onze, dt met redenen omkleed aanbevolen, n het voortreffelijke van bet'op rijen zaaien boven het zaaien uit de hand ontwikkeld. Het ligt in den aard der zaak, dat de be schrijvingen en teekeningen der werktuigen een ruime plaats beslaan, niet alleen omdat het werk door een handelsfirma is uitgegeven, maar ook omdat de machinerie bij den akkerbouw en zuivelbereiding zulk eeu gewichtige rol speelt. Het is verwonderlijk, waarvoor al geen werk tuigen vervaardigd worden. Men kan haast geen deel of onderdeel bedenken, of de werktuigkunde biedt er zijn hulp bij aan. De meesten er van zal een eenigszins ontwikkelde boer, vooral als hij wat verder rondgekeken heeft dan in zijn onmiddellijke omgeving, wel kennen of hebben hooren noemen, doch het zou ons niet verwon deren, dat hij in het boek werktuigen hoorde noetuen, waarvan hij nooit gehoord heeft. Althans zoo ging het ons. Zoo wordt melding gemaakt van een mattenvlechter, waarmee men in een uur 300 M2. stroomatten, en eeu van een ander werktuig, waarmee men in korten tijd eenige honderden meters stroobanden kan vervaardigen. Merkwaardig is ook dat men verscheidene werk tuigen op den universalploeg kan overbrengen, zoodat bijv. de ploeg verandert in een aardappel- poter of aardappeldelver. En wie heeft geen eerbied voor de stoomdorschmachine, die niet alleen het graan dorscht, maar ook de korrels in 2 of meer grootten sorteert en het stroo behoorlijk bindt. De dokter groette haar. „Nu, mevrouw," begon hij, en trok een stoel bij de tafel, „schrijft gij? Laat mij u dan niet hinderen." „Het heeft geen haast," antwoordde Liesbeth verlegen, en begon op de blanke zijde van het papier allerhande krabbelarijen te maken. Muller zag haar een poos opmerkzaam aan. „Gij ziet er aangedaan uit," sprak hij op doc toralen toon, „en niet alleen bleek, maar ook zwak. Waar hapert het? „Geheel niets en nergensantwoordde Lies beth zoo los mogelijk, „hoop niet mij tot uwe patiënte te krijgen, stel u gerust." De dokter keek haar nog altijd ernstig aan, doch niet meer zoo als geneesheer. Zij ontweek verward zijn blik. „En als ik mij daarbij niet nederlegde," zeide hij op hartelijken toon, „als liet mij leed deed dat de vergeef het mij kleine oyermoed, welke u zoo allerliefst stond, sedert eenigen tijd geheel verdwenen is? Raadpleeg mij toch eens," voer hij half ernstig, half schertsend voort, „gij weet, een arts is een halve bichtvader, misschien weet ik een bijzonder middel voor u. Maar waarlijk, het eerste veieischte is, dat de zieke vertrouwen heeft en de volle waarheid zegt." Hij legde een zekeren nadruk op de laatste woorden, Liesbeth verwisselde van kleur en streed j zichtbaar innerlijk. „Mij mankeert niets," zeide zij eindelijk zacht. „Nu, ik wil u gelooven," hernam de dokter bedaard, „maar laat ons de proef op de som nemenIk wil toch eens zien of gij gezonde zenuwen hebt! Mag ik?" „Wat zijt gij voornemens?" vroeg Ltesbeth met opgewonden stem en snellen adem. „Ik zal u een recept schrijven," zeide hij lachend „maar een paar woorden. Als gij dit kunt lezen zonder een spier te vertrekken dan wil ik elke poging om u te genezen opgeven. In het andere geval, nu dan zullen wij verder zien of gij u aan mijne behandeling wilt toevertrouwen." Hij ging naar de tafel terwijl zij angstig zweeg, en schreef op een briefje: „Uw man is aange komen." Hij reikte haar het blaadje toe. Zij las het noodlottige blad eu wierp het met een half luiden uitroep van zich. „Dat is eene verfoeielijke scherts 1" riep zij, teiwijl hare oogen vol tranen kwamen. „Het is volstrekt geene scherts, hij is werkelijk aangekomen en in De Blauwe Leeuw afgestapt: ik heb hem reeds gesproken." Liesbeth staarde den dokter met opengespalkte oogen aan, en vatte krampachtig de stoelleu ning vast. „Wat wil dat zeggen?" vroeg zij. De dokter haalde de schouders op. „Verder niets, dan dat advokaat Stein, het orgineel van het portret dat gij mij gisteren nog hebt laten zien, terstond hier bij u zal zijn." Liesbeth drukte den zakdoek aan de lippen. „Waartoe? vroeg zij na een oogenblik zwijgen meer dan dit eene woord bracht zij niet uit. „Nu, ik zou dit eene zouderlinge vraag kuunen vinden, mevrouw," antwoordde de onbarmhartige dokter, „maar ik wil u nu dadelijk de waarheid zeggen 1 Uw beklagenswaardige echtgenoot is in gevaar met de politie in aanraking te komen. Hij wordt beschuldigd met u getrouwd te zijn, en zich gelijktijdig elders verloofd te hebben. Aan het bevel tot gevangenneming, dat men reeds tegen hem wilde uitvaardigen, wordt op mijn verzoek geen verder gevolg gegeven, omdat ik u wilde bewegen hem persoonlijk zijn onrecht voor te houden. Wanneer mag hij hier komen?" „Nooit!" riep Liesbeth luide en hevig, „nooit 1 Hij heeft hier niets te zoeken, hij moet terstond

Krantenbank Zeeland

Ierseksche en Thoolsche Courant | 1895 | | pagina 1