Ir, Ir. E, A. D, ie Casembroot N°. 515. Zaterdag 11 >Iei 1895. Twaalfde jaargang. EN ONS LENTELIED. W. F. J. Wagtho, I. D. Fransen van de Putte, W. F. K. Lenshoek, J. G. P. Timans. De Ramp te Strijenham. J. K C. POT, FEUILLETON. Statenverkiezing op 14 Mei a. s. Publication. IERSEKSCHE THOOLSGHE COURANT, weekblad, pwp aai ie belanpn ra oesterteelt, laiilm, bil Dit blad verschijnt eiken Zaterdag. Prijs per 3 maanden, franco per post 65 cents. Voor het buitenland 90 cents. Ingezonden stukken, enz. worden uiterlijk op DONDERDAGAVOND ingewacht aan het bureau te T h o I e n of vóór DONDERDAGMIDDAG bij onzen medewerker te lerseke. UITGEVER: T H O L N. Advertentiënvan 1 tot 4 regels 40 cents; iedere regel meer 10 cents; groote letters naar plaatsruimte. Elke advertentie, 3 maal ter plaatsing opgegeven, wordt slechts 2 maal in rekening gebracht. De Staten der Provinciën zijn, doordat aan hen de verkiezing der Eerste-Kninerleden is op gedragen, jammer genoeg in den strijd der politieke partijen betrokken. De politiek heeft met het bestuur der provincie niet bijster veel te maken en toch worden nu soms bekwame mannen geweerd omdat zij tot eene zekere partij behooren of niet behooren. Doch, hoe men dat betreureu moge, zoolang de grondwet omtrent deze zaak onveranderd blijft, is die strijft niet te vermijden. Zeeland is, behoudens het tegenwoordige, bij verrassing gekozen anti revolutionaire lid den heer Godin de Beaufort, sedert 1848 steed? door liberalen in de Eerste Kamer vertegenwoordigd. Doch nu het aantal liberale leden der Provinciale Staten de laatste jaren steeds verminderde en de partijen bijna tot aan het evenwichtspunt zijn genaderd, kan één enkele nieuwe verkiezing de schaal naar de zijde der anti-revolutionairen doen overslaan. Dit maakt de verkiezing van 14 Mei zoo belangrijk en interesseert over het algemeen meer dan gewoonlijk de Zeeuwsche kiezers. In Tholen staat het liberale lid Jhr. E. A. O. de Casembroot op het spel, in Zuid-Beveland hebben de liberalen niets te verliezen, maar wel te winnen, want alle aftredenden behooren daar tot de tegen partij, in Walcheren treden een paar liberalen af, die zich niet herkiesbaar stellen, dus daar dreigt gevaar. Het zwaartepunt dezer verkiezing ligt dus in Zuid-Beveland, dat door winst waarschijnlijk alleen de liberale partij in de Eerste Kamer en Provinciale Staten kan redden. Zuid-Beveland gevoelt het gewicht zijner kiezerstaak en gort zich krachtig ten strijde. De liberalen bereiden zich voor tot een krachtig verzet. Hunne kiesvereenigingen geven teekenen van krachtig leven. De liberale partij heeft het voordeel, dat zij hoogst bekwame en algemeen geachte en geziene candidaten in het vuur brengt. De heer W. F. J. Wagtho, burgemeester van 3 gemeenten op Noord-Beveland heeft zich in korten tijd in de belangen van dat eiland inge werkt en de achting, we mogen wel zeggen, de liefde van het grootste deel der bevolking aldaar verworven. Als practisch beoefenaar der oester- 3) Eene vertelling. Max wilde de lichtjes uitblazen, doch Frans verzette zich daartegen„laat ze branden/' z-iide hij, „tot genoegen van de nachtelijke wandelaars, die na ons hier langs komen." Zoo lieten wij ze hun zwak licht verspreiden en zetten onzen tocht voort. Daar verrees over de vlakte de maan in haar geel schijnsel; tege lijk sloeg een nachtegaal en een zuchtje ging door de rruchtboomen, die aan den weg stonden. Ik min de nachtelijke ililte: Gij nachtegalen, zingt mei mij! zong Max met halve stem, vatte mij ouder den arm, drukte dezen en zeide met bewogen stem „Noord en Zuid! Wij komen toch te zamen Meermalen keken wij om naar onze lichtjes totdat het zwakke schijnsel ons niet meer be reiken kon; toen traden wij Cannstatt's straten ju. Het zal omstreeks middernacht geweest zijn, cultuur is zijne candidatuur voor lerseke en omstreken van hoog gewicht. l)e heer Wagtho vertegenwoordigt met den heer J. G. P. Timans, burgemeester van'sllee- renhoek, het platteland, en hunne kennis van gemeente- en polderzaken maakt hunne ver kiezing aanbevelenswaardig. Ook de heeren I D. Fransen van de Putte en W. F. K. Lenshoek zijn door geheel Zuid- Beveland bekend als bekwame en achtenswaardige mannen. Den heer De Casembroot is als oud-lid der Staten in Tholen bekend genoeg en behoeft zeker geen nadere aanbeveling. We vestigen de aandacht der liberale kiezers nogmaals op het hooge gewicht dezer verkiezing. Hun lauwheid zou de val der liberalen in onze provincie ziju. Overwinnen is evenwel zeer goed mogelijk; de verkiezing van 1892 was in Zuid- Beveland zoo weiuig in het belang der tegen partij, dat men daaruit bij meerder belangstelling en trouwer vervalling van den kiezersplicht de zegepraal der liberale candidaten voorspellen mag. Maar dan late niemand het op sgjn bnuvaaat aankomen, maar ieder die de liberale beginselen is toegedaan neme deel aan den strijd door op wekking van anderen en door zelf te stemmen in THOLEN op den heer Genietroepen, in garnizoen te Utrecht, den 29 Mei 18l'ó, in werkelijken dienst wordt opgeroepen, om in den wapenhandel te worden geoefend. De opgeroepen verlofganger zal zorg dragen lo. dat hij zich daags vóór zijn vertrek des voormiddags tusichen 10 en 12 uur ter Gemeente-Secretarie ver- voege, ten einde op zijn verlofpas door den Burge meester den dag van vertrek te doen vermelden en inlichtingen te ontvangen aangaande de reis; 2o.dat hij op de aangegeven dag, in uniform gekleed en voorzien van zijn verlofpas, alsmede van al de bij zijn vertrek met groot verlof medegenomen voor- wetpen van kleeding en uitrusting, bij zijn korps is i aogekotnen des namiddags vóór 4 uren, of op het uur, door den Burgemeester te bepalen. Ingeval ziekte zijne opkomst mocht verhinderen, moet hij hiervan zoodra mogelijk door eene op geztgcld papier geschreven en te legaliseeren genees- kun iige verklaring ter Gemeente-Secretarie kennisgeven. 1- et niet ontvangen eener bijzondere oproeping ontheft den verlofganger geenszins van zijne verplich ting tot opkomst onder de wapenen, daar deze be kendmaking alléén als bewijs geldt, dat de verlof ganger behoorlijk is opgeroepen. 'jpolen, den 11 Mei 1895. De Burgemeester voornoemd, "G. J. "DE V. 'VAn NOoÉDi.N.'' in ZUID-BEVELAND op de heeren: te Kolijnsplaat. te Goes. te Goes en te 's Heerenhoek. OPROEPING van VERLOFGANGER in WERKE LIJKEN DIENST. De Burgcineesler van Tholen maakt bekend, dat de verlofganger Simon Pieter JAndhout, van het korps de stad lag in diepe rust. In die stilte trachtten wij wat leven te brengen en onder het doen ratelen van onze stokken over de straatsteenen zong ieder van ons zijne eigene melodie. Daar i slofte iets nader: „Heidaar wat maakt gijlieden een heidensch kabaal, daar doeu we hier niet aan 1" bromde eene ruwe stem en voor ons zagen wij eene gestalte met speer en hoorn toegerust. „Man van den nacht," zeide Frans plechtig: „laat van ons af; wij rijden nu naar Waiblingen." De nachtwacht keek met diepe verachting naar onze laarzen: „daarom hebt gijlieden zeker schoen- makerspaarden aangespannen „Zeer juist opgemerkt, mijn waarde vriend," en F'rans kou als het noodig was, zich een zeer voornaam voorkomen geven „gij kent ons misschien niet? Wij zijn reizende zangers, als gij wellicht daar ooit van gehoord hebt; gij zijt echter een vreemde Klaas, en wij wenschen je wat gezond verstand en veel waakzaamheid toe!" Toen vervolgden wij kalm onzen weg otn de andere poort te bereiken, maar nog lang hoorden wij den nachtwacht op ons vloeken. Buiten gekomen, had de maneschijn de scha- Ook in de afgeloopen week heeft men zich hoofdzakelijk bezig gehouden met het bekleeden van het zandprofiel van den dijk met schorgrond, voor welke uitvoering de benoodigde aardspecie nog altijd wordt ontleend aan de schorren vóór den Calatniteusen Suzannapolder, onder Sint Annaland. Ook de aansluitingen op de einden der bermen zijn aangereden, liet eigenlijke schuierwerk in den polder is daarmede geëindigd. De daarvoor gebruikte bruggen of stralen worden opgeruimd, en voor zooverre de gesteldheid niet door de woeling van het water is gewijzigd, keert van lieverlede alles weder tot den staat van vroeger terug. Wat de vordering met de kleibekleeding be treft, de voorbeloopen en de plat te gedeelten van de bermen zijn voltooid; de hoogere dijks- hellingen zijn nog slechts ten deele bezet en op de beide versterven aan den polderkaut ontbreekt de klei nog in haar geheel. Het rijsbeslag op het voorbeloop van den buiten berm en de aansluitingen werd nagenoeg voltooid, en grootendeels met steen belast. In hoofdzaak blijft voor de volgende week nog slechts de klei bekleeding op het bovengedeelte van het nieuwe dijksprofiel over. In den polder houdt men zich uitsluitend bezig met tiet herstel van de wegen. De polder Strijen, die door 't bezwijken van den zeedijk op 30 Dec. van 't vorige jaar is ingeloopen, ligt thans weer eeltige weken droog, lluirn drie maanden lang hebben de bewoners van 't gehucht Strijenham, 190 in getal, een toevlucht elders moeten zoeken. De meesten werden, zoo goed en kwaad het ging, in Poortvliet zelf gehuisvest. In de school werden, op 1 Jan. zes gezinnen onder dak gebracht. Vier gezinnen vonden 21 Jan. een ander tijdelijk verblijf, maar de beide andere gezinnen, samen 20 personen tellende, hebben in een der drie schoollokalen gehuisd tot 19 April j.l. De Commissie, die dank zij de krachtige hulp, vooral uit Zeeland, al dadelijk in staat gesteld thans nog over genoegzame middelen, om het gehucht Strijen bewoonbaar te maken. De am bachtslieden van Poortvliet, onder opzicht van een deskundige uit St. Maartensdijk, hebben aangenomen alle perceelen weer in bewoonbaren staat te brengen voor een som van f4100. De werkzaamheden zijn voor een tweetal weken met kracht begonnen, maar toch zal het nog wel 2 A 3 maanden duren voor de laatste bewoner van Strijenham naar 't gehucht zal terugkeeren. Tot heden hebben van de 35 gezinnen reeds 13 hun intrek genomen in hun vroegere huisjes, hoewel deze nog niet geheel t^u al opgeknapt zijn. De overige woningen zijn voor 't meerendeel nog totaal onbewoonbaar. Andere bladen in Zeeland worden beleefd verzocht, het bovenstaande over te nemen. LANDBOUW—VEETEELT. duwen der hoornen dwars over den weg getee- kendachter ons hoorden wij de torenklok één slaan. Wij zullen zoo ongeveer een uur verder gewandeld hebben, toen ik iets in mij waarnam, dat ik al spoedig voor honger moest verklaren, want sedert acht uur hadden wij geen van allen iets gegeten. Heerlijk vooruitzicht, als wij te Waiblingen kwamen, daar zouden de brooden bij onze aankomst juist uit den oven gehaald worden. Ik tastte in mijn zak, maar vond er niet meer in dan vier enkele kreuzers. „Halt!" riep ik, „ik heb een weergaschen honger." Allen stonden stil. „Waarom spreekt gij daar van?" vroeg Frans. „Dat de duivel je hale, nu voel ik 't ook." „Maar ge hebt toch geld bij je gestoken?" „Natuurlijk 1" antwoordde hij en greep tegelijk in zijn zak om de portemonnaie te voorschijn te halen, maar toen hij haar opende, kwamen er slechts twee kreuzers te voorschijn. „Hm 1" zeide hij, dat ik nu bij onzen uittocht niet aan dat nietig slijk gedacht hebMaar en hij zag ons lachend aan bet komt toch eigenlijk op het zelfde neer, ik draag altijd het mijne met mij „Gij hebt ook eeuwig honger!" bromde Max, Algemeene vergadering van het Hoofdbestuur, van de M'i. tot bevordering van Land bouw en Veeteelt in Zeeland, gehouden te Middelburg, Vrijdag 19 April 1895. Aanwezig de vier leden van het Uitvoerend deel en 14 afgevaardigden der afdeclingen. Frans knikte hem toe „Daar hebt gij geen verstand van, Lavendel, gij eet als het ziju moet, slakken en knoflook, maar wij lusten dat niet! Kijk liever eens of gij nog wat van den waren Mozes in je zak hebt?" Hij keerde zijne zakken om, en het bleek nu dat ons geheele vermogen uit zes kreuzer bestond. „Dat is juist genoeg voor ons morgen brood!" riep Frans uit. „En nu vooruit op de oude stad der Hohenstafeu los!" erder gingen wij, allengs begon het maanlicht tlauwer te schijnen en eene zachte ochtend schemering begroette de wereld. Na eene wan deling van twee uren drongen er in de verte klokkenslagen tot ons door. „Hoort gij I" riep Frans. „De klok van Waiblingen slaaf drie uur, nu zijn de brooden gaar." „Dat staat mij goed aan," zeide Max, „uw- lieder-gezeur heeft ook mij aangestoken Frans klopte hem op den schouder: „zie je wel, halve Franschman, nu wordt je vaderhelft in je wakker." Spoedig hadden wij de oude stad bereikt, de donkere gevels keken op ons neer, en de nauwe straten deden ons berg op, berg af, gaan. Uit '31*/ "SpP-

Krantenbank Zeeland

Ierseksche en Thoolsche Courant | 1895 | | pagina 1