U>- >-■"
Gemengd N' i e n w s.
zich 1c Hanswcert geen gevallen meer voorgedaan, en
daar de berichten volstrekt niet verontrustend zijn, acht
hij het gewenscht de kermis te doen doorgaan, maar
in het belang der gezondheid strenge voorzorgsmaat
regelen te nemen ten opzichte van kramers enz.
Niemand hierover het woord meer verlangende,
wordt met algemeene stemmen besloten de kermis te
!l doen doorgaan.
Bij de rondvraag deelt de heer Waglho mede dat
aan M. de Graaf verboden werd vuilnis te werpen in
een bak staande in het Achterom nnbij zijne woning.
Daar de G. geen gelegenheid heeft tot het bergen van
vuilnis, verzoekt de heer Wagtho den voorz. deze zaak
l te doen onderzoeken, waaraan gevolg zal worden gegeven.
Niets meer te verhandelen zijnde, sluit de voorz.
de vergadering.
VERGADERING van den GEMEENTERAAD
van lersekeDinsdag 5 Sept. des
voormiddags te 8 '/2 uur.
"Voorz. de Burgemeester, aanwezig 7 later 9
leden, afwezig de lieer Van Oeveren met kentiis-
geving.
Na de opening der vergadering worden de in
Juli herkozen raadsleden, de heeren Sauer, Schipper
en Van der Burglit op de gebruikelijke wijze
geïnstalleerd.
In de plaats van den lieer J. Sinke, die aan
de beurt van aftreden is, wordt tot wethouder
gekozen de heer Joos Sinke met 4 van de 7 st.
Hij zal ter bekwamer tijd raeedeelen of hij die
benoeming aanneemt.
Er wordt besloten de lezing der notulen tot
de volgende vergadering aan te houden.
Ingekomen zijn de volgende mededeelingen
le van Mej. Bal, dat zij hare benoeming tot
vroedvrouw aanneemt.
2e van Ged. St. dat zij goedkeuren het besluit
tot aankoop van grond voor eene nieuwe be
graafplaats en 3e van Ged. St., dat door hen
ontvangen is bericht van het besluit tot wijziging
der politie-verordeuing.
Als ambtenaren van den Burg. Stand worden
herbenoemd de heeren Van der Burglit en Schipper,
die hunne benoeming aannemen.
Ingekomen is een verzoek om ontslag van mej.
C. E. Kievit onderwijzeres van school 2 tegen 1
Oct. Het wordt haar op voorstel van den Vz. op
de meest eervolle wijze gegeven.
Voor school 2 moeten 2 onderwijzeressen be
noemd worden. Ue voordracht voor beide bestaat
uit de dames C. J. Bodenstaiï te Bergen op Zoom,
E. M. C. van Swieten te Oud-Vosmeer cn J. C.
Hijmering te Bosch-Kapelle. De beide eerste
worden met algemeene steramen benoemd, rcspec-
tivelijk tegen 16 Sept. en I Oct.
Nog moet benoemd worden een onderwijzer
aan school 1, waarvoor de voordracht is als volgt:
Ie P. C. Maat te Neuzen, 2e J. A. Ta venier te
Cadzand en 3e M. Griep te Utrecht. De eerste
wordt met 8 van de 9 st. benoemd tegen 1 Oct.
Ingekomen is een verzoek van den heer Van
Noppen, onderwijzer aan school 2 tevens onder
wijzer in het Eransch, om verhooging van salaris,
op grond dat zijne werkzaamheden en verant
woordelijkheid wegens het stijgen van het aantal
leerlingen voor het Eransch zijn vermeerderd,
dezelfde grond waarop verleden jaar de hoofden
der scholen hooger werden gesalarieerd.
B. en W. stellen voor afwijzend te beschikken
le omdat de heer Van Noppen, als men zijn
salaris vergelijkt met dat der hoogst gesalarieerde
onderwijzers alhier, voor zijn Eransch onderwijs
voldoende wordt beloond en 2e omdat de gemeen
telijke financiën het niet toelaten.
De heer Klos is het met het eerste motief
niet eens. Hij berekent, dat de belooning voor het
Eransch onderwijs per uur geringer is dan voor
het lager onderwijs en stelt daarom eene verhooging
van f 25 voor.
De heer Saucr erkent de juistheid dier be
rekening, doch sluit zich aan bij B. en W.
De heer Cupéry vindt eene verhooging billijk,
maar niet op den grond door den h. Van Noppen
aangevoerd. Zijne vergelijking met de hoofden
der scholen gaat niet op. Als hij voor verhoogiug
in aanmerking moet komen, dan uioet dat niet ten
koste der gemeentekas maar van de belangheb
bende ouders geschieden. Hij acht het billijk
ik haar liefheb," vervolgde hij, met zeker gevoel
van verlichting dat hij iemand gevonden had
voor wie hij zijn hart kon uitstorten. „Ik heb
nooit den moed gehad om het haar zelf te zeggen.
Eu toch geloof ik soms, dat zij er iets van be
grijpt. Men zegt wel dat vrouwen in zulke zaken
veel scherpzinniger zijn dan mannen maar
hoe dit zij gij zult nu met haar spreken,
nietwaar Maggie
„Dat zal ik," zeide Maggie Danby zacht.
Zij reikte hem weder hare hand, en hij drukte
die met groote hartelijkheid tusschen de zijne,
met de warmste betuigingen van zijne dankbare
erkentelijkheid.
„Gij zult haar dus zeggen hoe ik haar vereer
en liefheb," riep hij nog eens. „Gij kunt dat
veel beter dan ik het zou kunnen doen. Vrouwen
begrijpen dat alles zoo veel spoediger en beter
Ik kom van avond om negen uur aan het zee
hoofd, Maggie. Wilt gij mij dan eeuig bericht
komen brengengoede berichten, wil ik
dat de ouders de kosten vau het Eransch onder"
wijs dragen, gelijk zij nu ongeveer doen. Men
kan rekenen, dat de heer Van Noppen voor dat
onderwijs f 175 geniet, en de schoolgelden brengen
dit jaar f 180 op. Dus er blijft nog f 5 over
voor schoolbehoeften.
De heer Sinke merkt op dat die f 5 op verre
na niet toereikende zijn. Hij wil afwijzend op het
verzoek beschikken.
De heeren Joos en Johs. Sandee zijn van een
tegengesteld gevoelen.
De heer Cupdry vraagt den heer Sinke, of
deze hein niet het bedrag der kosten van de
schoolbehoeften kan opgeven, hetwelk deze nu
niet juist kan beantwoorden, waarna de h. Cupery
in overweging geeft het schoolgeld voor de Fransche
school te verhoogen. Wanneer dit geschiedt, dan
wil hij met ingang van 1 Jan. 1891- den heer Van
Noppen wel f 25 verhoogen.
Hel voorstel van B. en W. wordt met 7 tegen
2 st. verworpen en dat van den heer Klos met
6 tegen 3 st. aangenomen.
De heer Sinke wenscht nu te weten of het be
ginsel moet gehuldigd worden, dat de kosten van
het Eransch onderwijs door de belanghebbenden
moeten gedragen worden. Zoo ja hoe dan te han
delen, als het getal leerlingen eens sterk daalde
bijvoorbeeld lot 5?
De heer Cupery verwacht eer stijging dan daling,
er is geen reden voor groote bezorgdheid; maar
mocht het getal dalen, dan moet het schoolgeld
daarnaar geregeld worden. Ilij stelt voor in be
ginsel aan te nemen, dat dit jaarlijks geschiede,
hetwelk met algem. st. wordt aangenomen.
Nu brengt de Commissie tot onderzoek van de
gemeenterekening 1892 rapport uit. Zij conclu
deert tot voorloopige vaststelling met onveranderde
eindcijfers: outv. f 38.863.65, uitg. f36.148.965,
goed slot f2,714,685.
De raad besluit daartoe met alg. st.
Daarna wordt de gemeente-begrooting 1894
den raad aangeboden en 14 dagen ter visie gelegd.
Zij bedraagt f 29638,955 in ontvang en uitgaaf.
Ingekomen verzoeken om ontheffing van den
Hoofd. Omslag voor 4 maanden van mej. N.
Van Westen, gemeente-vroed vrouw en den heer
E. Nieuwenhuise onderwijzer, beiden vertrokken,
worden met alg. st. ingewilligd.
Hiermede is de agenda afgehandeld.
Bij de laatste rondvraag brengt de heer Joh.
Sandee een gedempte goot ter sprake, waardoor
het water aldaar niet weg kan. De voorz. zegt
voorziening toe in dit ongemak.
De heer Joos Sandee verkrijgt het woord. Hij
zegt bij geruchten vernomen te hebben en het
is hem later gebleken dat dit een feit is, dat
de gemeente-veld wachter Bles door den voorz.
tot ontslag is voorgedragen, omdat hij bij den
laatsten brand het klokgelui niet gehoord heeft,
en dus niet bij den brand heeft kunnen sur-
veilleeren. Spreker noemt deze daad onbillijk
en onrechtvaardig en keurt haar ten sterkste af.
Hij vraagt nadere inlichtingen.
De voorz. weigert deze te geven, daar het eene
politiezaak is waarmee de raad niets te maken
heeft. Hij wil de vergadering sluiten.
De heer Sinke vindt dat dat niet aangaat. Hij
zal een motie van afkeuring voorstellen.
De heer Cupéry protesteert ook tegen de slui
ting. Ilij is nog niet in de gelegenheid geweest
om te spreken, hij wil den raad een mededeeling
doen, en wel deze:
In de vorige raadsvergadering werd door B.
en W. een wijziging in de politie-verordering
voorgesteld, welke spreker onnoodig achtte. Hij
ontvouwde de redenen daarvan en stemde er tegen.
Het voorstel werd verworpen.
Daarover schijnt de voorz. erg boos geweest
te zijn, althans hij ontbood den volgenden dag
de veldwachters Bles en Koster, stelde hen met
de verwerping van het voorstel in kennis en
gelastte hun voortaan vooral op de kinderen van
spreker te letten en vau de geringste overtreding
der politie-verordening proces-verbaal op te maken.
Op de opmerking van Bles, dat die kinderen
nog geen 1U jaar waren, zoodat proces-verbaal
vergeefsche moeite was, antwoordde de voorz.
hopen? Ik weet dat ik veel van u verg, maar
wij zijn immers altijd zulke goede vrienden ge-
weesty sjiiet waar Maggie? Het is mij soms alsof
gij mijne eigene zuster waart!"
Maggie Danby onderdrukte met bijna boven-
menschelijke inspanning de tranen, die hare stem
dreigden te verstikken. Zij had zich tot nu toe
goed gehouden, maar de laatste woorden van
Frank klonken haar al te pijulijk in de ooren.
„Ga nu heen," stamelde zij, „ik zou nu
gaarnealleen zijn. Ikik moet in stilte
nadenken over alles wat ik zal zeggen. Kom...
ga nu heen ik zal alles alles doen,
wat gij van mij verlangd hebt
Zij slaagde er in zich te beheerschcn u e:
kalm uiterlijk te vertoonen zoolang hij no
haar stond, doch zoodra hij zich verw
en een zijweg had ingeslagen, zonk
het vochtige gras en liet aan hai
houden tranen den vrijen loop.
dat er toch proces-verbaal moest opgemaakt wor
den, dan waren de kinderen al vast bij de politie
bekend en als zij dan 10 jaar waren, dan waren
zij rijp voor de doos.
Een en ander was spreker door Bles mede
gedeeld in bijzijn van Koster die het bevestigde,
en van het raadslid den heer Joos Sandee.
De heer Cupery vroeg na deze mededeeling,
waar het heen moet met een Burgemeester dïe
op zoo laaghartige "wijze kinderen wenscht te
vernederen, te vernietigen, te verpletteren, alleen
óm zich te wreken op den vader, die tegen een
voorstel heeft gesproken en gestemd. Zoo doende
wordt ook de vrije gedachtenuittiug van een raads
lid beperkt. Ilij vraagt of zulk een Burgemeester
waardig is langer zijn plaats te bekleeden. Tot
den voorz. zeide hij: gij zijt die plaats onwaardig.
De voorzitter antwoordt, dat de bevoegde auto
riteiten dit zullen uitmaken. Wat de beschul
diging betreft, hij heeft den last niet gegeven,
zooals de veldwachters hebben meegedeeld, dan
zou hij krankzinnig hebben moeten zijn. Hij
heeft in algemeenen zin order gegeven op de
kinderen te letten, ook op die van den heer
Cupery, en daarvan rapport in te brengen, maar
rijp zijn voor de doos die woorden' heeft hij
volstrekt niet gebruikt. Die kan hij niet gebezigd
hebben, dat is een uitdrukking vreemd bij de marine.
Ook merkt hij op dat veldwachters geen recht
hadden dienstzaken aan anderen te openbaren.
De heer Sinke verklaart de waarheid van het
door den heer Cupery medegedeelde aan te
nemen en herinnert den voorz. aan art. 45 en 47
der gemeentewet. Als de voorz. die wil gaan
beperken en zoodoende illusoir maken, dan zou
men er al gauw aan gaan denken, zijn mandaat
neder te leggen.
De Vz. herhaalt dat de verklaring der veld
wachters onwaar is.
De heer Van Harmeien geeft niettemin in
overweging bij de motie vau den heer Sinke eene
afkeuring te voegen over deze handelwijze van
den Voorz.
De heer Sinke heeft inmiddels zijne motie gefor
muleerd, die de Vz. voorleest en welke aldus luidt
De raad, gehoord dat de Burgemeester den veld
wachter Bles heeft voorgedragen tot ontslag,
lettende op de weigering des Burgemeesters om
zijne houding in dezen nader te verklaren,
spreekt een afkeurend oordeel uit over deze
handeling en besluit aan Z. E. der Comin. d. Kon.
te verzoeken aan dit verlangen des Burgemeesters
geen gevolg te geven.
De heer Cupery releveert het ontstaan dezer
motie en komt tot de gevolgtrekking, dat de Vz.
zelf er de oorzaak van is. Hij heeft bij den brand
al geroepen, dat hij Bles ontslaan zou. Als hij
Bles had noodig gehad, had hij hem kunnen laten
roepen, en hij had voor beter brandalarm moeten
zorgen, want buiten Bles hebben vele ingezetenen
der Damstraat er niets van gehoord.
De Vz. zegt, dat hij Bles op dat oogenblik niet
noodig had, daar hij door de rijkspolitie bijge
staan werd.
De heer Cupery meent, dat de zaak daardoor
nog erger wordt, Bles was niet noodig en toch
wordt Inj voorgedragen tot ontslag.
De Vz. zegt verder, dat hem later is gebleken,
dat Bles om 6 uur al van den brand wist, en om
7 uur vond de Vz. heui nog rustig thuis zitten.
De heer Joos Sandee merkt op dat hij nu toch
nog de inlichtingen gekregeu heeft, welke hij ver
langd heeft, doch die hem eerst geweigerd zijn.
De heer Sinke vindt de handelingen van den
Vz. tegenover Bles zeer raadselachtig. Nu eens
toont hij hem zijn volle sympathie, dan weer
zijn hoogste antipathie.
De Vz. ontkent dat. Dat hij Bles in het voorjaar
met alle moeite uit het slijk heeft gehaald, ge
schiedde omdat hij toenjpiischuldig wa<, maar
nu is hij schuldig. Er is geen sprake vau sym
pathie of antipathie.
De heer Cupery verklaart dan die woorden niet
te begrijpen. Maar de Vz. heeft van den beginne
af eeu ware vervolgensmauie geopenbaard.
De motie van den heer Sinke wordt nu in
stemming gebracht en met alg. st. aangenomen.
Eveneens een andere motie van den heer Joos
Sandee, aldus luidende:
De raad gehoord de handelwijze van den Burge
meester tegenover het raadslid Cupery,
welke haudelwijze ten hoogste door den raad
wordt afgekeurd.
Daarna wordt de openbare vergadering gesloten
en vergadert de raad in geheime zitting ter be
handeling van reclames tegen den hoofd, omslag.
OPENB ERAADSVERGA
DERING van St. Maartensdijk op Dinsdag
5 Sejrfembe-r 1893.
nwoordig de Yoorzlnér en al de leden. Geen
toehoi' iers.
uir de lezing der notulen van de vorige ver-
i worden beëedigd de herkozen raadsleden
Groenewege en A. J.lenbaas. Lezing en goed-
i' tulen vorige vergadering.
:ur»a wordt overgegaan tot benoeming van een
li, in de plaats van den heer M. P. Groenewege,
'd.-ini periodiek met den 1 Dinsdag van Sep-
altrcdende doch herkozen.
Herbenoemd de heer M. P. Groenewege met ah
op 1 na, (een briefje was n.1. in blanco).
3. Met alg. st. wordt besloten tot af- en overschrijd
van de onvoorziene uitgaven op art. 2, Afd. 2. Ho
stuk 2 ad f 25,4-1 en op art. 2, afd. 2, Hoofd
3 f250,—.
4. Gelezen: a Procesverbaal van kasopneming
21 Augustus, 1.1. waaruit blijkt dat alstocn in
was f 7997,23.—.
b Verschillende missives van Gedep. Staten al
een houdende goedkeuring van het raadsbesluit
verbooging der jaarwedde van den heer C. I. La
b Nota van verpleegkosten van den krankzinn
W. J. de Graaf, in het gesticht le Rosmalen.
1 April tot 30 Juni.
c Kennisgeving goedkeuring raadsbesluit tot on
handsche vepachiing van een stuk grond.
d Ken dankbetuiging van den heer Laven voo
verhooging van diens jaarwedde.
e Ken opgaat van het aandeel der gemeente in de 1
ten van het 2e. bataillon rustende schutterij voor 15
Ken bericht van vaststelling der ontvangsten en
gaven over 1892 met toezending afschrift van het bes
Allen werden aangenomen voor kennisgeving.
5. Besloten wordt aan de ingezetenen kennii
geven dat het voornemen bestaat een paar stuk
grond in erfpacht uit te geven.
6. Benoemd wordi een slembureau om te fungee
bij de verkiezing van een raadslid, in de plaats
den heer N. J. Nelisse, niet toegelaten.
Het stembureau zal behalve uit den voorzitter,
staan uit de heeren Groenewege en lilenbaas.
7. Wordt door B. en W. aan den raad kennis
geven dat de hoogste inschrijver naar het pcrcct
bouwland in Jluiglembouwenhock heeft ingeschre
f 61,61 per 39.24- A. waarvoor het is toegewezen
In gesloten vergadering wordt opgemaakt een suj
toir kohier van den Hoofdelijke» omslag tot een bed
van f 127.15.en afwijzend beschikt op eene recln
tegen te hoogen aanslag in de Hoofdelijke belasli
OUD-VOSMEER. In de Dinsdag gehou<
raadszitting werden dc drie herkozen raadslei
beëedigd en geïnstalleerd, de beide aftredei
wethouders, de heeren Maris en van Gor
werden vervolgens benoemd met 5 en 4 stemu
in gelijke betrekking, terwijl zij ook wen
herbenoemd tot ambtenaar van den burgerlijl
stand, beiden met 4 stemmen. Vervolgens
aan de orde de benoeming van een onderwijl
met algemeene stemmen, ten getale van 7, w
benoemd de eeuige sollicitant Arij Hagens, tin
landbouwer te Stauddaarbuiten.
POORTVLIET. 30 Augustus 1893 overlt
alhier Cornelis Marinus Haze, in den ouderd
van 82 jaren. Hij was een der oud-strijdt
en drager der citadel-medaille en van het Meta
Kruis.
Donderdag morgen is, bij het binnenriji
van het station Roosendaal, de goederentrein t
Breda ontspoord. De schok was verschrikkeli
De machine werd uit het spoor gelicht en
gekanteld in het zand. De vijf daarop volgei
wagens werden tot splinters geslagen. De 1
die toegang geeft tot de loods der Holl. spoor
met stukken en brokken bezaaid, zoodat de lo
motieven de loods niet kunnen verlaten.
De materieele schade is aanzienlijk.
De liju Rotterdam is vrij. De remmer Bak,
zich in een der verbrijzelde wagens bevond,
met moeite, en aan de zijde verwond, uit
stukken der verbrijzelde wagens gehaald. I
groot aantal arbeiders zijn aan het werk om
lijn weder vrij te maken. N. R.
Deze week heeft eene vrouw in de Rc
marijnstraat, te Breda, met hare dochters
echtelijke woning en vervolgens de stad verlat
zonder achterlating van adres. Zij had te vol
al het huisraad verkocht. Toen de man vau i
werk tehuis kwam, vond hij niets meer. Zt
het bed was verkocht.
Een jongeling uit Tjcrkgaast (Er.) ging
.paard naar zijn meisje le Sandel. Toen
s nachts weer vertrekken zou, was zijn vi
voeter weg en moest hij wandelen. And
vrijers hadden hem dezen poets gebakken; i
paard was veilig thuis gebracht.
Kinder- en koe-herder. In een Deen:
blad leest men twee adverteutiën onder elka
in de eene wordt gevraagd een koe-herder teg
een jaargeld van 250 kronen met den kost,
de andere een onderwijzer tegen 50 kron
met den kost.
Een liefdesdrama. Een student
Nizza had ongeveer een jaar geleden een ja
meisje van buitengewone schoonheid leerenkenn
waarmede hij sedert dien te Parijs samenwoon li
Zijn familie wilde hem dwingen deze liaison
verbreken. De jongeman, tot het uiterste gebrac
overreedde zijn beminde liever samen te stervi
Zij stemde toe en beiden namen 180 drupp
laudanum.
Deze dosis schijnt echter te groot te zijn i r
weest, zoodat beiden hevige brakingen kreg
en het middel dus zonder uitwerking bleef. >r
volgenden morgen herhaalden zij de proef d< n
namen nu een minder groote quantiteit. T< 1
volgde de dood niet dadelijk. Beiden weri 'i
naar het hospitaal vervoerd, waar de jonge u 'j.
na 24 uur stierf, maar het meisje van een steil
constitutie, bevindt zich thans buiten gevaar. e