N°. 400.
Zaterdag 11 Maart.
1893.
EN
J. M. C. POT,
Publicatie n.
:#er v
inEi
Icryorming eene voorwaarde
tot zelfbehoud.
FEUILLETON.
LANG GEWACHT.
BINNÏïTlA ND.
IERSEKSCHE
Thoolsclte Courant,
Dit blad verschijnt eiken Zaterdag.
Jrijs per 3 maanden, franco per post 65 cents.
Voor het buitenland 90 cents.
Ingezonden stukken, enz. worden uiterlijk op DONDERDAGAVOND ingewacht aan
bureau te Tholen of vóór DONDERDAGMIDDAG bij onzen medewerker te lerseke.
UITGEVER:
Tholen.
Advertentiënvan 1 tot 4 regels 40 cents; iedere regel meer
10 cents; groote letters naar plaatsruimte.
Elke advertentie, 3 maal ter plaatsing opgegeven, wordt slechte
2 maal in rekening gebracht.
Vaststelling der Kiezerslijsten.
orgemcester en Wethouders der gemeente Tholen
en bekend, dat de lijsten der personen, bevoegd
bet kiezen van Leden van de Tweede Kamervan
Provinciale Staten en van den Gemeenteraad, zijn
gesteld en aangeplakt, terwijl die lijsten, ge-
,e veertien dagen, van den 13en tot en met den
[aart aanstaande, ter Gemeente-Secretarie voor
leder ter inzage liggen.
«xwaren tegen de kiezerslijsten kunnen binnen
rtien dagen na de dagteekening dezer bckend-
ll Cling, en alzoo voor den 26 Maart aanstaande, bij
toekschrift, door de noodige bewijsstukken gestaafd,
L
l; uen
r Lede
f peten
e, wai
•ast
g>
den Gemeenteraad worden ingediend, door elk
van het kiesdistrict, of, zoo het de kiezerslijst
Leden van den Gemeenteraad betreft, door elk
der Gemeente, hiertoe de vereischte bezit-
wanneer daarop
zijn naam of die van een ander, in strijd met de
Wet, niet of niet behoorlijk voorkomt;
de naam van iemand die, hetzij een of meer der
in de kiezers gevorderde vereischten mist of
uilgesloten is, hetzij op de kiezerslijst eener
andere Gemeente staat, is gebracht,
namen van hen, die bij de herziening van de lijsten
geschrapt, worden hiernevens bekend gemaakt,
g. en aangeplakt te Tholen, den 11 Maart 1893.
Dij
ËTJ
BEKENDMAKING
van de geschrapte namen van kiezers.
lor leden' van de Tweede Kamer, Provinciale
en GemeenteraadC. Bgl, W. E. Duijm, J, den
nnan, D. flakkert, M. C. Hogerheide, C. de
i, J. de Jonge, J. C. Kamhoot, J. van Wijn-
len Lindhout, P. Ooms, D. Roukema, J. H. de
ir, L. Rijnberg, A. Sorber, M. Verkamman, Mr.
Wagtho en W. F. J. Wagtho.
en aangeplakt te Tholen, den 11 Maart 1S93.
Burgemeester en Wethouders van Tholen,
C. J. DE V. VAN NOORDEN.
M. G. VAN STAPELE, Wethouder.
1 03
zijn van die enkele bevoorrechte indivi-
die, hoewel ouder wordende, toch niet
fien te verouderendie ook op gevorderden
lijd nog gezond en krachtig mogen heeten
st en lichaam beide. Voor de meesten
onzer is dat niet weggelegd, 't zij ten gevolge
van constitutioneele gebreken, ongeregelde levens
wijze of ongunstige levensvoorwaarden, om van
andere oorzaken niet te spreken. Geldt dit van
bijzondere personen, ook in het maatschappelijke
leven neemt men verschijnselen waar, die daarmee
vrij wel in overeenstemming zijn. Trouwens,
wie niet door eene noodlottige verblinding ge
troffen is, zal in de meeste gevallen immers
zoo lang geen sterk ingrijpende machten hem
den weg doen bijster worden in staat zijn de
onveranderlijke zedewetten op te merken, waarbij
aan gelijke oorzaken ook gelijke uitwerking,
gelijke gevolgen verbonden zijn.
Een krachtig volk streeft naar ontwikkeling
en vooruitgang. Hervorming behoort de blijvende
leus te zijn van iedere natie, die prijs stelt op
hare zelfstandigheidwant stilstand is achteruit
gang, de dood van haar maatschappelijken wel
stand, de vernietiging van elke bezielende kracht,
de ontzenuwing, het verkwijnen van 't geen haar
wezen, de kern van haar bestaan uitmaakt.
Hervorming! Dat was ook ten allen tijde de
leus van hen, die zich als ware liberalen
deden kennen. Maar de grondbeteekenis van
dezen naam heeft in den loop der laatste jaren
eene wijziging ondergaan en is in veler oog niet
veel meer dan een partijuaam geworden. Noch
tans hebben wij goeden moed, dat het woord
door de daad weldra in eere zal hersteld worden.
Het vooruitstrevende deel der natie toch is bij
de jongste verkiezingen gebleken in aantal en
kracht te winnen, 't Is alsof het„hervorm u
zelf" eenmaal door een menschkuudig minister
in 's lands vergaderzaal uitgesproken, vorm en
gestalte gekregen heeft en de sluimerende geest
tot verjongd Teven en werkzaamheid is gewekt.
Te lang inderdaad heeft partijzucht in de ge
lederen onzer politieke mannen de staf gezwaaid.
Het raderwerk van den Staat scheen een gerui-
men tijd als verlamd te zijn en niet in overeen
stemming met den tijd, dien het had aan te
wijzen. De tegenwoordige omstandigheden toch
duiden op eene steeds dringender behoefte om
de baan te effenen, die tot vooruitgang leidt.
Een groot deel der natie heft verlangend den
blik op naar verbetering van zijn toestand: ont
heffing van de belemmeringen bij den strijd om
len:>
Naar het Engelsch.
len vriend van Frank is ons altijd welkom,"
oom Dick en strekte zijne handen uit om
vreeraden jongman hartelijk te begroeten.
>f Mr. Middleton nu juist zoo bijzonder
eugd zal zijn, dat Frank hem hier heeft
acht, begon oom Jack, en werd reeds
tonds in de rede gevallen door Middleton
met een„welzeker ben ik daarom ver-
jd!"... doch oom Jack ging voort in zijn
broken volzin en vervolgdeom twee
heeren te leeren kennen, is nog een onuit-
aakte quaestiemaar nu wij weten dat hij een
nd is van Frank, zullen wij ons best doen om
hem hier zoo aangenaam mogelijk te
ken, nietwaar broeder Dick?"
Zeker, zeker, voor een vriend van Frank
[En gij, Ida, gij moet ook maar uw best
het bestaanhet aanbrengen van de middelen om
dien strijd met eere vol te houden. Is het
wonder, dat velen, die daarnaar sinds lang
reikhalzend doch te vergeefs uitzagen, zich in
de armen wierpen van hen, die hun gouden
bergen beloofden, niet op den weg van geleide
lijke verbetering, maar door middelen van geweld
enrevolutie! 'tStaat echter Ie vreezen,
dat zij op dien weg meer steenen dan brood
zullen vinden. Daar zijn anderen, die, ofschoon
hervormingsgezind, nochtans geen rekening hou
den met de wetten, waarnaar de wereldorde zich
pleegt te schikken. Zij noemen zich dan ook
radicalen, om aan te duiden, dat naar hunne
meening de sociale gebreken niet te verhelpen
zijn dan door forsche grepen, door radicale,afdoende
middelen, die echter als onrijpe vruchten van
den boom der holle theoriën weldra zouden
blijken ongenietbaar te zijn. De lesseu der ervaring
toch hebben maar al te duidelijk in het licht
gesteld, dat ieder onberaden ingrijpen in de
bestaande toestanden onmiskenbare gevaren aan
biedt. Van dit slag van hervormers zei dan ook
Dr. Schaepman niet geheel ten onrechte„Zij
willen den muur, die de maatschappij heeft
opgebouwd, met hun hoofd omverwerpen, maar
zij hebben nog niet geleerd, hoe hard die muur
is, hoe week daarentegen de deelen van hun
hoofd zijn." Wat ook zij hervorming zouden
willen noemen, mag dien naam niet dragen.
Al is het hun niet zoo zeer te doen om af te
breken, een gebouw, dat niet op deugdelijke
grondslagen is opgetrokken, mist de vereischte
hechtheid en loopt gevaar ineen te storten.
Dat schijnt ook ingezien te worden door
sommige mannen, die, vroeger radicaal, zich nu
„hervormd liberaal" noemeneene benaming,
die door haar dubbele qualificatie eigenlijk een
pleonasme in zich beva' zeker om er mee aan
te duiden dat het meerendeel dergenen, die tot
de liberalen gerekend worden, volgens hunne
meening te zeer in de achterhoede blijven om
er als weerbare mannen dienst te kunnen doen.
Hervorming is de ei^ch van onzen tijd. Die
eisch in te zien en zooveel mogelijk tot haar
recht te doen komen is ieders plicht. Aansluiting
bij 'tgeen de tijd tot wording heeft gebracht,
is daarbij de onmiskenbare voorwaarde om niet
doen, zult gij?"
„Welzeker oom, ik ben ook blij een vriend
van Frank hier te zien," antwoordde Ida, terwijl
zij blozend de oogen nedersloeg.
Frank, die op eenigen afstand was blijven
staan, overwoog nog eens bij zichzelven of hij
toch niet voorzichtiger zou hebben gehandeld
wanneer hij Middleton maar op de Sandpiper had
achtergelaten en zijn bezoek alleen had afgelegd.
Maar hij moest het nu wel overlaten.
„Kom, Ida, ga gauw naar binnen om te
zorgen voor ons middagmaalen, wacht nog
even. Hier hebt gij den sleutel om een flesch
oude Madera voor den dag te halen. Gelukkig
hebben wij nog altijd een goede flesch wijn bij
de hand voor een vriend van Frank; niet
waar, broeder Jack?"
„Het blijft nog een punt van overweging of
de hartelijkheid eener begroeting in verhouding
moet staan tot de qualiteit van den wijn, Dick
Maar ik ben het met u eens dat wij Mr. Middle
ton moeten aanbieden wat wij hebben."
„Juist, juist, voor den vriend van Frank. Ja
ja, mijnheer Middleton, zij is een goed kind, onze
Ida, en wij beleven veel vreugd van haar." „Ik
zou niet weten wat wij moesten beginnen als wij
haar niet hadden."
„En toch, mijnheer Middleton," zeide oom
Jack, „zult gij mij moeten toegeven, dat al het
kwaad wat wij om ons heen zien gebeuren, in
negen-en-negentig van de honderd gevallen de
schuld is van vrouwen of meisjes."
„Maar toch niet van meisjes als Ida," zeide
oom Dick.
„Neen, meisjes als Ida natuurlijk niet."
„Ik houd mij ook overtuigd," zeide Middle
ton ernstig, „dat Miss Ida u nooit leed of ver
driet zou kunnen of willen aandoen."
„Hoe komt gij aan die overtuiging?" vroeg
oom Jack, terwijl hij stil bleef staan, zijn rech
terhand in den broekzak stak en met de linker
gesticuleerde (zijn gewone houding, wanneer hij
aan het redeneeren was); „hoe komt gij aan die
overtuiging?
Middleton kleurde even, toen hem dit zoo op
den man af gevraagd werd, doch antwoordde:
„Omdat zij op mij den indruk maakt van
een helderen zonnestraal, die overal licht en
geluk moet aanbrengen waar hij zich vertoont."
„Juist, mijnheer, juist. Zij is voor ons de
eene eerste schrede te zetten of op den onhoud-
baren weg der reactie, of op het hellend vlak
der revolutie. Is het daarom wellicht, dat
sommigen, om die gevaren te vermijden, nog
altijd hun toevlucht nemen tot de politiek van
het behoud? Maar dat zou immers gemis aan
energie verraden? Gelijk wij boven zeiden: stil
stand is de dood. Gebrek aan geestkracht doet
menigeen in zijne ondernemingen falen, waarde
rechte man op de rechte plaats met vasten tred
op zijn doel afgaat en het bereikt.
Is het anders met de vereeniging, die wij
maatschappij noemeü De geschiedenis leert ons
volken kennen, die, hoewel ouder wordende,
niet schenen te verouderen, maar telkens een
nieuw en krachtig leven wisten te putten uit
de gepaste hervormingen, waaraan hunne sociale
toestanden behoefte hadden. Maar zij schetst
ons tevens in ernstige, sprekende trekken, hoe
eene natie, die indommelt bij den ouden sleur,
niet lettende op de teekenen der tijden en op
de aanwijzing om de bakens te verzetten naar
mate het getij verloopt, weldra hare veerkracht
gaat verliezen en aan verslapping, veroudering
ten prooi, haar ondergang tegemoet gaat of een
treurig bestaan blijft voortslepen.
Zoo mogen wij, op grond van eene ervaring,
die door de geschiedenis van alle tijden wordt
bevestigd, als eene onbetwistbare zedewet vast
stellen „H ervorming naar de eischen
des t ij d s is eene o n v e r m ij d e 1 ij k
voorwaarde tot instandhouding
en bloei van het maatschappelijk
besta a n
Te Leiden is het doctoraal examen in de
rechtswetenschap met goed gevolg afgelegd door
den heer W. F. J. Wagtho, burgemeester van
Colijnsplaat.
Benoemd tot ontvanger der registratie en
domeinen te Woerden, de heer J. A. P. Leve-
kamp te Tholen.
Het gerechtshof te 's Gravenhage vernietigde
heden het vonnis der rechtbank te Middelburg,
waarbij F. v. d. M., gewezen veldwachter te
zonneschijn van ons leven," zeide oom Dick.
„Dat zeg ik u gaarne na, broeder."
„Ja, ja, Jack, wij mogen het gerust zeggen.
Zij is de vreugd van onzen ouderdom. Maar
laten wij nu naar binnen gaan. Wilt gij ons
volgen? Iemand, die onze Ida weet te waardeeren,
en bovendien een vriend is van Frank, moet
ons dubbel welkom zijn."
De beide oude heeren gaven elkander den
arm en gingen huiswaarts. Frank en Middleton
volgden.
Het middagmaal was iets uitvoeriger dan an
ders, ter eere v.:n Ftank's Londenschen vriend,
voor wien ook een flesch van den ouden Madera
wijn werd opengetrokken. Ida had eenige bloemen
in hare schoone blonde haren gestoken, misschien
ook al ter eere van dienzelfden vriend, terwijl
Frank zelf zich eenigszins op den achtergrond
hield. Hoewel zijn naam aanhoudend werd ge
noemd, verkreeg hij toch onwillekeurig den indruk,
dat een goed deel van al deze hartelijkheid
Middleton rechtstreeks, en niet hem betrof.
Daar de beide bezoekers in tijds te Kings-
town moesten terugzijn, werd het weldra tijd om
afscheid te nemen. Doch de weinige uren, die