hr Zaterdag 19 Deember. 1891. EN sur ZIJ, die zich van heden op dit ljg'( blad abonneeren ontvangen de nog in dit kwar- iyp itaal te verschijnen nummers GRATIS. Naar Parijs en terug. No. 336. J. M. C. POT, Public atië 11. FEUILLETON. :gi! IERSEKSCHE tani Thoolsche Courant, Dit blad verschijnt eiken Zaterdag. Prijs per 3 maanden, franco per post 65 cents. Voor het buitenland 90 cents. Ingezonden stukken, enz. worden uiterlijk op DONDERDAGAVOND ingewacht aan het bureau te Tholen of vóór DONDERDAGMIDDAG bij onzen medewerker te lerseke. UITGEVER: Tholen. Advertentiënvan 1 tot 4 regels 40 cents; iedere regel meer 10 cents; groote letters naar plaatsruimte. Elke advertentie, 3 maal ter plaatsing opgegeven, wordt slechts 2 maal in rekening gebracht. d NATIONALE MILITIE. 2o. Burgem. en V eth. der Gemeenten Ierseke/Tholen; Gelet hebbende op de bestaande wettelijke bepa- uri lingen betrekkelijk de Nationale Militie; Brengen bij deze ter kennis van eer. iegelijk die zulks zoude mogen aangaan: dat het register tot inschrijving van alle mannelijke ingezetenen, welke op den lsten Januari aanstaande hun 19de jaar zullon zijn ingetreden, daf zijn die- welke in 1873 zijn geboren, zal gereed liggen op de gemeente-secretarie van den lsten tot en met 31sten Januari 1892, van des voormiddags 10 »t des middags 12 uren (te lerseke vm. 9 tot 12 uur) dat voor ingezeten wordt gehouden hij, wiens vader, of, is deze overleden, wiens moeder, of zijn beiden overleden, wiens voogd ingezeten is volgens de wet van den 28sten Juli 1850; hij, die, geen ouders of voogd hebbende, ge durende de laatste achttien maanden, voorafgaande aan den lsten Januari van het jaar waarin hij zich inoet laten inschrijven, in Nederland ver- bigt bield hij, van wiens ouders de langstlevende ingezeten was, al is zijn voogd geen ingezeten, mits hg binnen het Rijk verblijf houdt dat niet voor 'ogezeten wordt gehouden de vreem deling, behoorende tot eenen Staat waar de Neder lander niet aan den verplichten krijgsdienst is onder worpen, of waai ten aanzien der dienstplichtigheid het beginsel van ederkeerigheid is aangenomen; dat hij, die eerst na het intreden van zijn 19de jaar. doch vóór het volbrengen van zijn 20ste inge zeten wordt, verplicht is zich zoodra dit plaats heeft, ter inschrijving aan te geven bij Burgemeester en Wethouders der gemeente, waar de inschrijving moet geschieden dat voor de militie niet wordt ingeschreven 3o. 2) Aan weerszijden van deze obelisk werpt eene prachtige fontein van marmer en brons haar water uit vele monden naar boven. Het is een fantastisch schouwspel dit plein des avonds bij zijne schitterende verlichting door meer dan honderd lantarens te aanschouwen. Rondom het plein verheft zich eene monumentale balustrade door 8 groote standbeelden versierd. Rechts wordt de Place de la Concorde begrensd door de prachtige tuinen der Tuilerien, links door de vermaarde Champs Elysées, terwijl men heel in de verte den Are de Triomphe majestueus en statig ziet afgeteekend tegen den blauwen achter grond. Bij het beschouwen van dit plein met zijne prachtige omgeving wordt men onwillekeu rig aangegrepen door een gevoel van eigen nietigheid, en als men weet, dat hier eenmaal de guillotine stond opgericht, die het bloed van een koning en koningin en zc ovele andere on- schuldigen deed vloeien, dan betreurt men het, dat de verheven indruk van het oogenblik door de herinneringen aan het verleden moet worden weggewischt. lo. de in een vreemd Rijk achtergebleven zoon van een ingezeten, die geen Nederlander is; 2o. de in een vreemd Rijk verblijf houdende ouder- looze zoon van een vreemdeling al is zijn voogd ingezeten dat de inschrijving geschiedt lo. van een ongehuwde in de gemeente, waar de vader, of, is deze overleden, de moeder, of, zijn beiden overleden, de voogd woont; 2o. van een gehuwde en van een weduwnaar, in de gemeente waar hij woont; 3o. van hem die geen vader, moeder of voogd heeft of door dezen is achtergelaten, of wiens voogd buiten 's lands gevestigd is, in de gemeente waar hij woont; 4o. van den buiten 's lands wonenden zoon van een Nederlanderdie ter zake van 's lands dienst in een vreemd land woont, in de gemeente, waar zijn vader of voogd het laatst in Nederland ge woond heeft dat elk, die volgens art. 15 behoort te worden ingeschreven, verplicht is zich daartoe bij Burge meester en Wethouders ter boven aangegeven plaatse en binnen den daar bepaalden tijd aan te geven, en dat bij diens ongesteldheid, afwezigheid of ont stentenis, zijn vader, of, is deze overleden, zijne moeder, of, zijn beiden overleden, zijn voogd tot het doen van die aangifte verplicht is. Belanghebbenden worden mitsdien dringend aan gemaand aan de op hen rustende verplichting te voldoen en wordt hun ten overvloede onder de aan dacht gebracht dat bij bovengemelde wet onder meer is bepaald dat met boete van f25 tot f 100 wordt gestraft de overtreding van art. 18 en dat bij elke veroor deeling tot boete tevens door den rechter wordt be paald, dat, indien daaraan niet is voldaan binnen twee maanden na dat de veroordeelde tot betaling is aangemaand, de boete door gevangenisstraf van ten hoogste tien maanden zal worden vervangen. En opdat niemand ten deze onwetendheid zoude kunnen voorwenden, zal deze ter voldoening aan de bepaling van art. 19 der wet van den 19den Augus tus 1861 (Staatsblad no. 72), voor de eerste maal worden aangeplakt, waar zulks binnen deze gemeente te doen gebruikelijk is. Van den Are de Triomphe, een meesterstuk van bouw van den nieuweren tijd, dat door Napoleon I ter verheerlijking zijner veldslagen aan het einde van de Champs Elysées werd opgericht, begeven wij ons door de Avenus Montaigne en Tricade/o naar bet paleis du Tricadero. Dit gebouw werd in 1878 gesticht en is tegenwoordig bestemd voor een museum van beeldhouwkunst en volkenkunde. Voér het paleis is in het raidden van een prachtig aan* gelegden tuin een monumentale waterval aan gebracht, waarvan her, onderste bassin een middellijn heeft van 60 M. en omgeven is door 4 bronzen dierenfiguren. Van af het Tricadero geniet men een prachtig gezicht over het Champ de Mars hetwelk aan de overzijde der Seine ligt, en waarop zich de in 1889 voltooide Eifeltoren verheft, die, hoe merkwaardig ook, te bekend is om er hierover in bijzonderheden te treden. Alleen zij gemeld, dat de lantaren op den top tot lichtbaken strekt en bundels electrisch licht tot op mijlen afstands in het rond werpt, bij welk licht met het terrein om de stad zoo noodig kan verkennen. Niet al te ver van het Champ de Mars blinkt ons de vergulde koepel van den döme des Invalides tegen, welke döme zeker een der belangwekkendste monumenten van Parijs mag genoemd worden, o. a. als de begraafplaats van Napoleon I, en belangrijk genoeg is, om er even lerseke, den 11 December 1891. Burgemeester en Wethouders voornoemd VERBOON. De SecretarisP. DE VEIJ. Tholen, den 19 December 1891. Burgemeester en Wethouders voornoemd C. J. DE VULDER VAN NOORDEN. De WethouderM. G. VAN STAPELE. Burgemeester en Wethouders van Tholen Brpngen ter kennis van de ingezetenen dezer ge nante dat op Zaterdag den 26 December 1891 des voor middags, aan de huizen der ingezetenen zoowel binnen als buiten de kom der gemeente eene collecte zal worden gehouden, ten einde uit de opbrengst daar van op Vrijdag, den l Januari 1892 eene uitdeeling van brood en kaas aan de armen te doen, ter ver goeding van hetgeen zij zouden inzamelen door middel van het zoogenaamd nieuwjaarwenschen, hetgeen door de politie, zoo veel mogelijk zal worden tegengegaan. Wij bevelen deze collecte ten zeerste bij de inge zetenen aan. Tholen, den 19 December 1891. Burgemeester en Wethouders voornoemd, C. J. DE VULDER VAN NOORDEN. M. G. VAN STAPELE, Wethouder. NIEUWJAARSCOLLECTE. Burgemeester en Wethouders van lerseke brengen ter openbare kennis dat evenals in vorige jaren in deze gemeente eene Nieuwjaavscollecte zal worden gehouden. Tot dit doel zal eene commissie uit de leden van het Gemeentebestuur, bijgestaan door enkele leden van de verschillende instellingen van liefdadigheid alhier in den loop dezer maand met een inteekenlijst in deze gemeente rondgaan. Het doel der commissie is het Nieuwjaarwenschen langs de huizen der ingezetenen tegen te gaan en Buigemeesfer en Wethouders achten aanbeveling van deze zoo nuttige zaak overbodig, overtuigd als zij er van zijn, dat ieder gaarne van den last, dien het Nieuwjaarwenschen veroorzaakt, bevrijd zal wenschen te M'orden. Personen, die zich op den Nieuwjaarsdag met Nieuwjaarwenschen langs de huizen onledig houden, worden van de extra bedeeling uitgesloten en de ingezetenen worden beleefd verzocht om de personen, die zich tot het bekomen van een aalmoes op dien dag aan de huizen aanmelden naar de bovengenoemde commissie te verwijzen en alle gaven op dien dag na te laten. lerseke, den 5 Dec. 1891. Burgemeester en Wethouders voornoemd VER BOON, Burgemeester. P. De VEIJ, Secretaris. bij stil te staan. Onder den koepel bevindt z;ch de crypte of het graf van den grooten keizer, waarin men over een marmeren rand heen van een meter hoogte neerziet. Het graf is rond, 11 M. in doorsnede en 6 M. diep, met wanden van ge polijst graniet, die versierd zijn met 10 marme ren basreliëfs, tusschen welke 12 voortreffelijk uitgevoerde victoria's geplaatst zijn. In 6 tropeeëa hangen 60 veroverde vaandels, terwijl de vloer een lauwerkrans van mozaïek vertoont. In het midden der crypte staat de 4 M. lange, 2 M. breeae en 4'/i M. hooge sarcophaag of lijkkist, welke uit één blok roodbruin Einsche zandsteen gehouwen is, welk stuk steen alleen aan vervoer 140 duizend francs gekost heeft. Deze kist bevat het gebeente van den eersten Eranschen keizer. De toegang tot het graf bevindt zich achter het hoofdaltaar cn is geflankeerd door twee sarcophagen, welke als eenige versiering de namen van Durée en Bertrand dragen, de twee trouwste paleismaarschalken van den grooten man. De laatste vergezelde hem in zijne balling schap op Elba en St. Helena. Boven de deuren leest men in het Eransch deze woorden uit 's keizers testament: „Ik wensch, dat mijn asch ruste aan de boorden van de Seine te midden van het volk, dat ik zoozeer heb liefgehad."' De onttroonde en verguisde monarch zal wei i Geef de menschen werk, en zij zullen uw genadebrood, dat zoo vernederend is, niet eten. Het komt er tot bet geluk eens volks niet op aan, of het rijk is, maar of het genoeg heeft om zijne dringendste behoeften te bevredigen, zonder dat dit te veel tijd of te groote inspan ning vordert. Hoe nijpender toch de zorg van een volk of van den afzonderlijken mensch is, om aan de eerste en noodzakelijkste behoeften te voldoen, des te minder kan men een opgewek- ten levensgeest en zorg voor de veredeling des gemoeds verwachten. Meer middelen van bestaan te hebben, dan men gebruiken kan, is geen wezenlijk geluk, en geen voorrecht. Een bron, die water genoeg heeft ora den dorst te lesschen, is even goed als een breede rivier. Maar minder te hebben, dan men noodig heeft, is ongeluk, is armoede en dit is beklagenswaardig voor zoo ver de oorzaken die daartoe geleid hebben, buiten de schuld van den arme of behoeftige gelegen zijn, want voor iemand die zichzelven door eigen schuld, door wangedrag of zedeloos heid in armoede gedompeld heeft, kan men niet verwacht hebben, dat het nageslacht zoo spoedig en zoo luisterrijk aan dat verlangen zou voldoen. Het licht in den koepel is zoodanig aangebracht, dat steeds een zonnestraal het hoofdaltaar kan beschijnen. Na alzoo eenige oogenblikken in den dom aan het gewoel der stad onttrokken en tot ernstiger gedachten gestemd te zijn geweest, treden wij weder naar buiten, waar de leven digheid der Parijsche straten, die intusschen' met «et verder gevorderde uur is toegenomen, ons weer geheel in besl; g neemt. We begeven ons per rijtuig terug naar ons uitgangspunt, de grands boulevards, alwaar het Parijsche leven zich in al zijn heerlijkheid vertoont, en we nemen ons diner in eene der talrijke gelegenheden, welke zich daar bevinden. Tusschen het déjeuner en diner bestaat te Parijs weinig verschil. Als ik mij niet bedrieg is de soep, die steeds bij het laatste wordt opgediend, het eenige kenmerkende verschil. Nu, het is een echt allegaartje, dat men te genieten krijgt, maar alles is keurig toebereid. Gelukkig, dat het aantal gerechten nog al groot is, want de porties zijn minieus, schaduwen van die men in Hollandsche hotels bekomt. Zoo herinner ik mij, dat wat onder den blufferigen nam van roti werd opgediend, uit twee dunne l >.pjes vleesch bestond, die men gemakkelijk kon egblazen, en drie schijfjes gebakken aardappel

Krantenbank Zeeland

Ierseksche en Thoolsche Courant | 1891 | | pagina 1