li Van onze berichtgevers. Gemengd Nieuw s. rt! sloot helpen, maar rekening houden met hun aanleg, hunne vermogens en neigingen en met eigen middelen. En wat kunnen zij doen om te voorkomen dat hun wil met de neiging hunner kinderen in botsing komt, en in 't algemeen, om hun doel te bereiken Het beste en zekerste middel is de kinderen zoo vroeg mogelijk te gewennen aan het denkbeeld, dat zij dit of dat ambacht of vak moeten leeren, of voor deze of die be trekking bestemd zijn. Aan de gunstige werking hiervan is het ongetwijfeld toe te schrijven, dat zoovele kinderen het vak van hun vader kiezen. Over het aandeel van de kinderen zelve in hun beroeps keuze kunnen wij, na dat der ouders besproken te hebben, kort zijn. Dat er rekening gehouden moet worden met wat zij kunnen, dat is met hun aanleg, verstande lijke vermogens en lichamelijke eigenschappen, is reeds duidelijk genoeg gezegd, zoodat het onnoodig is er verder over te spreken. Door het zondigen tegen dezen regel ontstaat zeer veel ellende. De inrichtingen van hooger en middelbaar onderwijs vertellen er heel wat van. Veel moeilijker is de vraag te beantwoorden In hoeverre moet men rekening houden met den wil, met de neigingen van het kind Er komen gevallen voor, dat deze zich zoo sterk uitspreken, dat men ze gerust als een vingerwijzing van de natuur kan beschouwen, en dan doet men dwaas er niet naar te luiste ren. Dan is een strijd er tegeu ook meestal ijdel; er zijn voorbeelden genoeg dat de natuur zich ook in dezen niet verloochent. Maar het is zeer verkeerd aan grillen toe te geven. Een verstandig vader zal geen keuze doen zonder zijn kind te hooren. Maar als eenmaal na rijp beraad gekozen is, of als het kind zelf gekozen heeft, dan kome men daar alleen in den uitersten nood op terug, al wil het kind dit nog zoo gaarne. Maar dergelijke onaangenaamheden, die ge lukkig niet dikwijls plaats hebben, voorkomt men juist door, zooals gezegd is, ook in dit opzicht den wil van het kind te leiden voor dat het gekozen heeft. En daarom blijft dit de hoofdzaak bij de beroepskeuze, maar vooraf bestudeere men de ziels- en lichaamskrachten van het kind. en daar, vooral op het Noorden, komt zooge naamde Maartsche bitter te voorschijn, ook een vijand, waartegen vroegtijdig moet gewaakt worden. Bij de aangevangen en nog te verwachten verdere verbetering van kwaliteit der eerste soort oesters kunnen we in de volgende maanden een levendigen handel niet Engeland te gemoct zien. Het blijft echter raadzaam vooral niet te vroeg in de oesters te werken, daar juist de kweekers, welke ze rustig hebben laten liggen, de minste dooden te betreuren hebben. Naar wij vernemen zit de Zuiderzee nog vol drijfijs en op vele plaatsen zit het ijs zelfs nog vast, dat het nog begaanbaar is, De prijzen der le en 2e soort worden sedert de vorige week met geringe afwijking ge- gehandhaafd. De vraag naar kreukels welke voor drie weken zeer levendig was, is thans zeer ver minderd, zoodat de prijzen snel dalende zijn, en reeds tot f5,— per 100 KG. ziju gekomen. POORTVLIET. Voor het leveren van 420 scheepston stortsteen, aanbesteed door het Bestuur van het Waterschap Poortvliet op Woensdag 25 dezer, was ingeschrevendoor de Bazalt-maat- schappij Rotterdam voor f1113.door den heer J. van Bemden, te Poortvliet voor f 1078. en door den heer P. A. v. d. Velde, te Ter- neuzen voor f 999.60. STAVEN1SSE 26 Eebr. 1891. In de gisteren alhier gehouden vergadering van Ingelanden van den polder Oud-Kern penshofstede is opge- Apollo, gekocht van den heer van den Bout te Ouwerkerk, werd tot oprichting eener „Ver- eeniging tot veredeling van het paardenras, eiland Tholen" besloten. Het ledental bedraagt 29. Tot bestuursleden werden gekozen de hh.: L. J. Dorst, voorz., C. A. H. Wagtho, secreta- (nadat de heer de Wit Andriessen voor die functie had bedankt), J. W. Wagtho, penningm. en tot commissarissen van toezicht de hh. J. P. Hage Cz., Chr. Hartog en H. J. Dorst. Voorts werd besloten de hengst te stallen bij den heer J. Hage, Jz. in Malland, als minste inschrijver, en van daar te doen rondleiden door M. Barendse, die, na elke dekking, van den eigenaar der merrie f 2.50 moet ontvangen. Ieder aandeelhouder heeft het recht om dit jaar 2 merriën te doen dekken, waarvoor bons met talon zullen verstrekt worden. Tot 15 Maart a.s. bestaat gelegenheid tot toetreding als aandeelhouder, terwijl later zal worden bekend gemaakt op welke voorwaarden de hengst beschikbaar zal worden gesteld voor merriën van ni«t-aandeelhouders. Ierseke, Ecbruari 1891. OESTERS. Spoorden wij in ons vorig uoramer tot een drachtige samenwerking aan, om van den Minis ter te verkrijgeu, wat algemeen noodig en billijk geoordeeld werd, thans moeten wij tot onzen spijt reeds melden, dat bedoelde samenwerking te laat komt, als zij nog niet heeft plaats ge had. De minister heeft reeds op het meermalen besproken adres beschikt en wel in dien zin, dat, overeenkomstig de voorlichting van het Visscherijbestuur, alle vermindering van pacht is geweigerd, maar de verschuiving van den eerstvolgende!) pachttermijn van 1 Maart naar 1 Mei is toegestaan. 't Is een schrale oogst, maar toch zullen er enkelen mee gebaat zijn. Die nog oesters hebben zijn nu in de gelegenheid gesteld deze te ver- koopen, teneinde aan hunne verplichting jegens den Staat te voldoen. Waar zij de pachtpennin- gen een volgend jaar van daan moeten halen, is van later zorg. Vroeger reeds meldden wij dat die oesters, welke het meest door het wintervuil bedekt waren geweest, bet minst door de vorst geleden hadden. Dit wordt door de ondervinding nader bevestigd. Over 't algemeen namelijk kan ge constateerd worden dat de sterfte onder de oesters vermindert, de zwakste zijn gestorven, de sterkere beginnen hare kracht en gezondheid te herkrijgen, maar juist op de perceelen met de dikste laag vuil is deze verbetering het meest merkbaar. Door het schuren van het ijs is er dezen winter veel vuil van de bank meegevoerd, zoo dat deze over het gehepl zeer zuiver ligt. Hier spreek daarom, wat u op het harte ligt, vrij uit.; „Heer van Male", zeide hij, moed scheppende, „ik bemin uwe dochter Adelheid; zij is mijn geluk en leven; geef mij, bid ik u, hare hand, zoodra de hertog zijne toezegging zal hebben gestand gedaan." Verrast zag de heer van Male voor zich. „Herman", antwoordde hij, „ik heb alle achting voor uw persoon, en zoude geen beter schoonzoon wenschen maar die zaak eischt toch beraad. Het is slechts eenmaal, dat ik de hand mijner dochter kan wegschenken, en ik weet niet hoe zij zelve omtrent u gezind is." „Met bare genegenheid durf ik mij vleien, heer", antwoordde Herman. „"Wij kennen elkander van kindsbeen af; zij zal mijn aanzoek niet afwijzen. Och, mogt ook uw besluit gunstig zijnBuiten Adelheid ware alle gunst van den hertog mij onverschillig. Laat mij niet in maakt de navolgende voordracht voor een dijk graaf ter voorziening in de vacature, ontstaande op 29 April 1891 door de per. aftreding van den heer N. Koddede voordracht als volgt: no. 1 de heer N. Kodde, 110. 2 de heer B. W. Suurland en no. 3 de heer Jac, Droogendijk. THOLEN. Het zal voorzeker velen, doch vooral het reizend en trekkend publiek, genoegen doen te vernemen, dat de dienst der tram omnibus TholenStavenisse met ingang van Maart a.s. aanmerkelijk zal worden uitgebreid. Wij verwijzen belanghebbenden naar achter staande advertentie, de nieuwe dienstregeling aankondigende. De stoomtram geeft nog steeds van tijd tot tijd reden tot klagen. Zoo o.a. kon Zondag avond de locomotief, een oude en versleten machine, het niet verder brengen dan Halsteren; er was geen stoom meer. Bestond er concurrentie, bijv. met een omni- busdienst, dan zou het wel beter gaan; maar nu is het publiiek dikwijls de dupe van de onverantwoordelijke wijze waarop de lijn Tholen Bergen op Zoom wordt geëxploiteerd. 26 Eebr. Voor een helaas gering aantal opgekomen leden en niet-leden van het Depart. „Tholen der Maatsch. tot nut van 't Algemeen" hield hedenavond Dr. J. J. Couvée, van Mid delburg, eene zeer interessante voordracht over beetwortelsuikerfabricage. Velen die men er bepaald zou verwacht hebben, en anderen die er hadden moeten zijn, omdat er veel voor hen te leeren viel, schitterden door afwezigheid. Na over de verschillende soorten van suiker gesproken te hebben, gaf de heer Couvée eene beschrijving van den groei en de ontwikkeling van den beetwortel en legde op populair weten schappelijke wijze uit, welke bestanddeelen deze, behalve suiker, bevat, hoe die daarin ontstaan en de kristalvorming in meerdere of mindere mate belemmeren- Daarna, aanschouw elijk voorgesteld door platen, werktuigen en proefnemingen, gaf spr. eene nauwkeurige beschrijving van de suikerfabricage uit beetwortelen, welke in hoofdzaak overeen komt met die uit suikerriet. Met onverdeelde aandacht werd de voordracht gevolgd. Op eene door de hh. L. J. Dorst en A. J. de Wit Andriessen als voorloopig bestuur uitgeschreven vergadering, op Dinsdag 24 Eebr. te St. Maartensdijk, waartoe allen waren uitge- noodigd die aandeel wilden nemen in den hengst Wij zijn een zeer dankbaü* volk. Men luistere Onder groot gejuich, met de noodige drukte werd verleden jaar de fuselier Buis ontvangen en generaal Den Beer Poortu- gael hield bij aankomst van het schip, dat den held aan land bracht, een rede vol lof voor den ridder van de Militaire Willemsorde, die, leujieude op zijn stokje, bewogen de verschil lende eerbewijzen ontving en heilig overtuigd was, dat Nederland nog iets voelt voor zijn dappere zunen, dat het hen nog in eere houdt, die het leven voor hun vaderland hebben ge waagd, wier wonden kunnen getuigen van den ouden moed. Buis werd naar het hospitaal gebracht; hij verliet het hospitaal met een pensioen van ruim zeven gulden per week en met de verzekering, dat men hem een betrekking zou bezorgen, waarvan hij, de ridder, voldoende kon leven. Men hield woord Buis werd knecht aan dc Tweede Kamer; hij mocht cokes komen aan dragen, de kachel aanleggen en al het vuile werk doen wat er te doen viel, hij, de ridder der Militaire Willemsorde, onze hoogste onder scheiding onder de militairen! Er kwam een betrekking open aan de Reken kamer. Met zeer schoone aanbevelingen in den zak stapte Buis naar den persoon, die er „het hoogste commando voerde", kreeg toezegging dat hij ongetwijfeld zou worden geplaatst en graaf Schimmelpennick van Nijenhuis, kamerheer des Konings, wist een zijner over tollige huisknechten want de graaf gaat een voudiger leven het baantje te bezorgen. De ridder droop af. Er kwam een betrekking open aan 't nieuw opgerichte fonds voor weduwen en weezen. Met zeer schoone aanbevelingen in den zak stapte Buis naar den persoon, die er 't „hoogste com mando" voerde, kreeg toezegging en—graaf Schimmelpenninck van Nijenhuis, kamerheer des Konings, wist een zijner overtollige huis knechten want de graaf gaat eenvoudiger le ven ook hier het baantje te bezorgen. En weer droop de ridder af. Nederland voelt nog iets voor zijne dappere zonen, Nederland houdt hèn nog in eere, die 't leven voor t vaderland hebben gewaagd, wanneer maar geen graaf overtollige huis knechten heeft. Dan zwijgt alles. Een grafe lijke huisknecht verduistert zelfs 'tVoor moed, beleid en trouw." Amst. crt. 3 pel] L'o le: Tl onzekerheid, maar deel mij toch voor ïk vertrek uw besluit mede." „Morgen avond zult gij het vernemen", ant woordde de heer van Male. Den volgenden morgen wist Herman Adelheid in den tuin te ontmoeten, deelde haar zijne uitzichten mede, en blijde hoop straalde uit haar oog. Nu Herman's lot zooveel verbeteren zou, bouwde zij op de genegenheid baars vaders voor hem. Dien avond werd hunne blijdschap ten top gevoerd. De verloving tusschen hen werd ge vierd want de heer van Male had zijne toe stemming gegeven. Het was de schoonste avond dien zij beleefd hadden. Zoodra Herman de beloofde gunsten vsn den hertog had ontvangen, zou hun huwelijk worden voltrokken en daar door de kroon op hun geluk gezet. {Wordt vervolgd.) In de Tijd doet Jan Holland een formule aan de hand tot verzoening der beide fractiën der rechterzijde. „Ik sta te mijmeren, mijnheer de Tijd aldus vangt hij aan, over ons bondgenootschap met de anti-revolutionairen. Er schijnen katho lieken te zijn, die het, koste wat kost, wenschten in stand te houden. Mogelijk goed gezien, ofschoon mij de bekentenis van 't hart moet, dat ik van dien bondgenoot altijd een beetje griezelig was. Waarom Wel, van wege zijn bijbel. Daar hebt gij den fanatieken ultra- montaan, niet waar? Van den bijbel, dien zijn geloofsgenooten rein hebben bewaard en tot ons gebracht, wil hij zelfs niets meer weten Neen, gij weet wel beter. Gij weet zeer goed dat den waren katholiek de bijbel boven elk boek dierbaar is. Maar ik tenminste heb hem liefst bij de hand in duodecimo. Ik ben bang voor den materiëelen foliant, zwaar en hard door zijn houten plankborden en koperen beslag. Onze bondgenoot is er vlug bij. om iemand met dit wapen op den kop te slaan. „Verstaat gij hem als ik? Niet P' Klap! 't Is erg. Maar erger nog is het, dat hij 't morgen in 't hoofd kan krijgen, hem anders uit te leggen dan heden, en dan klap, klapop al wie niet meedoet. Van deze strijdvaardigheid weten niet alleen de katholieken te vertellen: onder de intime vriendjes zeiven behoort zoo'n boekengevecht tot Indien nu het samengaan nochthans voori r®1 mocht zijn en de legerwet de ee spaak is die 't wiel remt, dan stelt Jan Ho eil voor den militaristischen ijveraars, zoowel i roe logischen als niet theologischen, de maat hc verlangens ten boorde vol te meten. Niet soonlijken dienstplicht stelt hij voor. algemeenen dienstplichtgeen vrijstellingen, broederverwisseling, geen keuring, geen ld 5e; niets van dit alles. Alle man moet so ge wordenook de kreupelen en gebrek! zullen dienst doen als regiments-kleerms l schoenlappers, oppassers, - niemand ellendig aan toe, of hij kan in de mil huishouding wel nuttig gebruikt worden wil het den militaristen nog smakelijker mi geen verloven na volbrachten oefeningstijd wil al^Rie mannen de volle acht jaren, zoc langer, onder de wapenen houden. En al die honderdduizenden landvoedst' gen wil hij doen arbeiden. Op het voor der Romeinen wil hij die soldaten polders indijken, kanalen graven, wegen aanleggen er twee uur voor de krijgsoefening afgaat, er nog zes uur per dag over voor den a Zoo kan in acht jaren genoeg gedrild, ve< gewerkt worden, en waar 't vooral op M gemunt te zijn men houdt de lui in ka; bij elkaar, Zoo bevordert men ook de gelijkheid volkomen gelijkheid tusschen de standen, zullen alle grieven van de lagere klassen I de hoogere verdwijnen en tegelijkertijd de ale quaestie woruen opgelost. „Men behoeft ook niet bevreesd te zijl zoo besluit Jan Holland zijn boutade massa werklieden van den Staat den arbei stand het brood voor den mond zal wegne )r Er zijn immers tot ongeveer het dertigste leffd jaar geen arbeiders meer beschikbaar. Enp) het staatsleger ik heb het aantal niel cijferd, maar ik zie het millioenachtig teert, dat komt immers weer onder de mens; Misschien kunnen de ouderen er wel van tenieren of op hun sloffen zoo'n beetje bij i j mansschappen en winkelieren. De maalsel. 51 wordt de beer, die op het vet van zijn 1 t( pooten teert. Eigenlijk is dan de Staat gever en werklooner. Het ideaal van Bel en van meer volksvrienden. Maar waar moet het heen, als de sti van onze beschaafde standen acht jaar worden afgebroken Geen zorg, mijn was In 't artikel an advocaten, dokters, profess schoolmeesters is de markt meer dan volde voorzien. Eu tegen dat de voorraad is ruimd, leven wij weer in een anderen tijd. bolwerken wij opnieuw aan doode strijdkrac en de levende weten als van oudsher al middeltjes uit te denken, om bij moeders p: te hokken." Een eigenaardig opfrisschingsmiddel beschonkenen is dezer dagen in het Rus; stadje Trouliatschi door een dronkaard wust uitgevonden. De man, die eenige dagen achtereen had gevierd en stomdronken was, zwaaide kruidenierswinkel binnen en begon, om dorst te lesschen, gretig te drinken uit ee: met petroleum, dat daar stond. Men koi slechts met moeite van het vat weghalen, had toen reeds een groote hoeveelheid petro gedronken, en iedereen dacht, dat hij doe neervallen. Maar het tegendeel gebeurdf man was weer geheel frisch en gezond gew en volkomen bewust van wat hij zei en d Men zond bericht van het voorval a1 Academie van Geneeskunde te St. Peter en deze zal nu ook eens proeven met pet r nemen op dronkaards, welke in Rusland al geen zeldzaamheid zijn. De uitgever van een Londensch wee Pearson's JVeekly was onlangs op bet denk gekomen, een bruid met een jaarlijksch ink van f 1200 als premie voor zijn abonné's looven. Hij zocht, te zamen met zijne v uit een groot aantal gegadigden een jonge uit, die met hare moeder in een der voor* woonde. De keus ging betrekkelijk gemakt maar het kiezen van den bruidegom was lijker. Honderden hadden zich aangemeld eieren, ambtenaren, geestelijken, enz. Uit werd, naar de portretten en de ingewonne lichtingen, een aantal candidaten gekozen, werden een voor een bij de bruid op thee g digd, ter kennismaking. Maar de jonge daffi wat moeilijk was in hare keus, vond „den re Jozef" er niet bij. Er werd een groote hoevet thee verbruikt, maar de een na den ander 1 terug, zonder als bruidegom aangenomen t? Eindelijk verklaarde de uitgever, die denc daten de reiskosten moest vergoeden en geduld, zoo niet zijn geld was uitgeput, <1

Krantenbank Zeeland

Ierseksche en Thoolsche Courant | 1891 | | pagina 2