BINNENLAND.
LANDBOUW.
DE R00DE VULPENHOUDER
ONDERWIJS.
Voor kleine tuinen.
KERKNIEUWS.
RECHTZAXEH.
TWEEDE EL Ai) VA]
0- -urn li T"
OPSCHORTING SCHOLENBOUW
TE ALMELO.
Een Stillhalte-overeenkomst, gel
dig tot 1 Juli 1933.
De plannen tot stichting van een der
de school voor Christelijk Nationaal
schoolonderwijs te Almelo gaan voorloo-
pig niet door. Op zich zelf behoeft dit
niet direct van groote beteekenis te
zijn, doch er zit meer achter. Tusschen
het gemeentebestuur van Almelo en de
besturen der plaatselijke bijzondere
scholen voor lager onderwijs is name
lijk overeenstemming verkregen omtrent
een voorloopige opschorting van de uit
voering der aanhangige en toekomstige
plannen tot het bouwen van nieuwe
scholen (bijzondere en openbare) tot 1
Juli 1933.
Voor de financiën der gemeente Al
melo is deze overeenkomst van niet ge
ringe beteekenis. De gemeenteraad
toch had reeds medewerking ingevolge
art. 72 der Lager Onderwijswet 1920
toegezegd waarvan één toezegging is
tot stand gekomen bij Kon. besluit, na
dat de gemeenteraad medewerking had
geweigerd tot stichting van nieuwe
schoolgebouwen voor Christelijk volks
onderwijs en Christelijk Nationaal
schoolonderwijs. Ook de twee Roomsch-
Katholieke schoolbesturen hebben van
de noodzakelijke uitbreiding .hunner
scholen afgezien en genoegen genomen
met de tijdelijke beschikbaarstelling van
niet bij de schoolgebouwen gelegen les
lokalen, terwijl ook de gemeente het
bouwen van nieuwe openbare scholen
heeft afgelast. Verder is door reorgani
satie van het openbaar lager onderwijs
ter plaatse een voorloopige oplossing
gevonden voor de behoefte aan school
ruimte.
Indien de omstandigheden, welke tot
deze voor de gemeentefinanciën nood
zakelijke overeenkomst hebben geleid,
zich niet binnen afzienbaren tijd in gun-
stigen zin wijzigen, zal het gemeente
bestuur genoodzaakt zijn, zich te zijner
tijd opnieuw tot de verschillende hoofd
besturen te wenden, teneinde een ver
lengd uitstel na 1 Juli 1933 van
den scholenbouw te bereiken,
De Wijziging der Tarwewet.
Onze landbouwkundige medewerker
schrijft ons:
Toen de minister bij 't behandelen der
begrooting de toezegging deed, te be
vorderen, dat de tarwewet dusdanig zou
worden gewijzigd, dat het daarin vast
gelegde percentage van 25 zou worden
verhoogd tot 40, was alles blijkbaar reeds
in kannen en kruiken. Slechts een paar
dagen daarna werd het betrokken wets
ontwerp bij de Kamer ingediend. Op
haar beurt heeft deze het dadelijk in be
handeling genomen; het voorloopig ver
slag is spoedig verschenen en de Minis
ter heeft daarop direct geantwoord,
zoodat het spoedig voor mondelinge
behandeling gereed was gekomen. Zoo'n
wijze van afdoening van zaken geeft den
burger, in dit geval den boer, weer wat
moed. De toelichting op het wetsont
werp is sober gesteld, doch geeft den
toestand in werkelijkheid weer. Na het
geen bij het oorspronkelijke wetsont
werp is besproken en vooral nadat is
gebleken, dat vele daarbij voorspelde
bezwaren door de practijk zijn geloo-
chenstraft, lag het voor de hand te
verwachten, dat ditmaal de behandeling
vlotter zou gaan. Edoch, het V. V. wijst
in andere richting. Gelukkig begint dit
met de mededeeling, dat vele leden het
ontwerp met instemming begroeten, ter
wijl anderen, hoewel minder met 't ont
werp ingenomen, toch daaraan hun stem
zullen geven, omdat h. i. verdere steun
door A, W. v. E.v. R,
3). -
Gunnet voerde hen naar de zitkamer.
Voordat Leslie zoo haastig naar de po
litie was gegaan, had hij de lamp op den
schoorsteenmantel neergezet en daar
brandde zij nog en verlichtte de schrijf
tafel met haar tragischen last.
De sergeant bukte zich en voelde de
koude wang van de vrouw, die er over
heen lag. Daarna lichtte hij een ooglid op
en keek onder het zachte, kort geknipte
haar, dat haar gezicht omlijstte.
„Dood," zei hij. „Ligt ze precies, zoo
als zij gevonden werd?"
Leslie stapte vooruit in den lichtkring,
„Ik heb haar niet aangeraakt, be
halve om haar gezicht te voelen, precies
als u deed. Ik wist toen, dat zij dood
was,"
Hij kon het gekras van het potlood
hooren, waarmee de agent zijn aantee-
keningen m.lakte.
„Weet u zeker, dat zij toen dood was."
„Daar was niet de minste twijfel aan.
Als ik ook maar eenigszins had gedacht,
dat zij nog leefde, zou ik Geprobeerd
hebben iets voor haar te doen, maar ik
was er zoo zeker van, dat zij niet meer
in leven was, dat ik regelrecht naar
Gunnet liep. Het bloed op het vloeiblad'
was toen al opgedroogd."
„Hoe laat was dat, rar, Leslie.?"
DE üOESCnE COU
aan den landbouw dringend noodig is.
De overigen hebben bezwaren van ver
schillenden aard. Vooreerst het bezwaar
van een verhoogden broodprijs en een
vermindering van het brood verbruik;
anderen meenen, dat het bij een maxi
mum van 40 pet. nog niet zal blijven en
weer anderen meenen in dezen maat
regel een streven naar autarkie te ont
dekken. In de memorie van antwoord
weerlegt de Minister, naar onze meening
op afdoende wijze, met cijfers, het brood-
prijsbezwaar. Hij berekent, dat verhoo
ging van het maalpercentage bij een
richtprijs van 12 een verhooging van
den broodprijs van 0,7 ets. per 800 gram
met zich brengt. „Het Handelsblad"
kwam aan 0.5 ets. per 800 gram en dit
blad is op het gebied der tarwewet een
autoriteit. Ook wij zijn van meening,
dat de Minister bij zijn berekening aan
den hoogen kant is geweest. Een nog
hooger percentage zal bij de tegenwoor
dig gevoerde politiek niet noodig zijn,
meent de Minister; dit zou alleen het
geval wezen, als doelbewust op autar
kie werd aangestuurd en daaraan doet
Z, E. niet mee.
Het klinkt wellicht vreemd, doch als
we de landbouw-crisis voor een groot
gedeelte konden bezweren met tijdelijk
brood te eten van louter inlandsch meel.
dan zouden we het volksoffer op het
vaderlandsche altaar niet bijzonder
groot vinden. Wie daartegen bezwaar
heeft kome aan onze tafel een boter
ham mede-eten.'
Vrijdag werd 't ontwerp aangenomen
met de stemmen der S.D.A.P. en C.P.
tegen. Er is niet zoo heel veel over ge
sproken. Het is dus anders geloopen
dan het V, V. deed verwachten, doch
dit zal wel te danken zijn aan het feit,
dat de Kamer in vacantie-stemming was.
Met dat al is den akkerbouwer een
kerstgeschenk gegeven, dat werkelijk
licht verspreiden zal. De s.d. Hiemstra
wilde de Kamer doen uitspreken, dat
in de reglementen der gewestelijkte
tarwe-centrales de bepaling zou worden
opgenomen, dat de bij de centrales aan
gesloten landbouwers (d.z.d. de tarwe-
telers) de loonen niet mogen verlagen
en dat loonsverlagingen na 1 December
ingevoerd, ongedaan gemaakt moeten
worden. Als een dergelijke specialiteit
aan het woord is, dan past groote be
scheidenheid, maar met inachtneming
daarvan, meenen we toch te mogen zeg
gen, dat de motie practisch weinig
effect zou hebben gesorteerd, en dat
genoemd Kamerlid zich geen volledig
beeld heeft gevormd van den werkelij-
ken toestand. Nog steeds blijft de ver
gissing begaan, als zouden de tarwe-
telers een afzonderlijk, afgerond bedrijf
uitoefenen; over het hoofd wordt gezien,
dat de tarweteelt slechts een onderdeel
van het bedrijf is, dat nu hoogstens een
derde deel van het bouwland zal mogen
omvatten. Wanneer met den tarwesteun
de laatste maatregel werd getroffen om
het landbouwbedrijf als geheel inder
daad loonend te maken, dan mocht on-
zentwege die motie een nog wijder
strekking hebben gehad. Het voorschrij
ven van bepaalde minimumloonen zou
dan alleszins overweging hebben ver
diend, doch zoo staat de zaak in wer
kelijkheid niet. Als de richtprijs der
tarwe op 12 cent zal worden aangehou
den, dan is daarmee het bedrijfsverlies
niet bezworen. Bij aanneming der mo
tie en bij uitvoering daarvan zou alleen
zijn bereikt, dat hier en daar nog enke
le arbeiders zouden worden ontslagen;
het bedrijfskapitaal is nu eennmaal zeer
beperkt geworden, afgezien nog van de
dwaasheid om in dezen onzekeren tijd,
waarin de boer niet eens weet, wat de
volgende dag hem brengen zal, een be
paalde uitgaaf bindend te verklaren.
Ook laat de motie toe, en dat is al heel
bedenkelijk, dat loonsverlagingen voor
1 Dec. buiten de wet zcruden vallen, ter
wijl juist daar eenig ingrijpen allereerst
in de gedachtengang van den voorstel-
„Zoowat acht uur. De keukenklok
sloeg acht, terwijl ik hier binnen was,"
De sergeant, een lange, magere man
gezicht, wreef zich in gedachten de kin.
„Ll woont hier zeker alleen?" vroeg hij,
Leslie knikte.
„Mrs. Grey, de vrouw van den vracht
rijder, doet voor mij het huishouden. Zij
komt 's morgens en gaat om ongeveer
hvee ii'T weg"
„Zoodat het huis verlaten is als u uit
bent?"
„Absoluut, behalve als Grey in de
buurt is. Hij was vanavond naar het
station gegaan om een vrachtje te ha
len en kwam niet voor ongeveer negen
uur terug. Gunnet was hier toen."
„Kan iemand gemakkelijk binnenko
men?"
„Heel gemakkelijk. Er valt hier niets
te stelen. Alleen nu en dan, als er geld
in huis is, doe ik de voordeur op slot.
De sergeant wilde weer iets zeggen,
toen Leslie hem voorkwam.
„Daar herinner ik me juist iets. Ik ver
gat het tot nu toe. De deur stond wa
genwijd open, toen ik huiskwam. Dat is
nooit eerder gebeurd."
„Ze was niet op het slot toien u uit
ging?"
„Neen maar de klink zat er op. Die
doe ik altijd dicht, en het is een goede
klink ook."
„W^as u den heelen middag en avond
in de buurt van het erf, mr. Leslie?"
ANT VAN WOENSDA
Ier, aan de orde zou moeten komen.
Logischer is de opvatting der
genen, die zeggen, we willen, dat de
last, die ter wille van den producent
op den consument wordt gelegd, ook in
derdaad aan den eerste ten goede zal
komen en dat daarom niet onnoodig
veel tusschen kaai en schip verloren
gaat. Grif geven we echter toe, dat de
loonen der landarbeiders hier en daar
bedenkelijk omlaag zijn gegaan, het be
staansminimum nabij of daaronder ge
daald. Om hierin verbetering te bren
gen, weten we slechts één middel dat
is een loonend landbouwbedrijf schep
pen. Hiernaar moet met vereende
kracht worden gestreefd. Naar onze
meening moest dit veel meer nog dan
thans in onderling overleg gebeuren.
Zaterdagavond vergaderde die Ver-
eeniging van oud-leerlingen van den
land- en tuinbouw-wintercursus te O. en
W.-S ouburg.
Uitgebracht werd het verslag van de
resultaten der proefvelden. Hierna
hield de voorzitter, de heer L. Koole te
Ritthem een lezing over „Ontsmetting
van zaaizaden". Spr. behandelde uit
voerig de beteekenis van zaaizaad-ont
smetting, alsmede de verschillende me
thoden v.oor het te behandelen zaaizaad
Hoewel reeds veel voor ontsmetting
wordt gedaan, is deze nog lang niet vol
doende en zal het nooit overbodig zijn
altijd op de ontsmetting te wijzen. Voor
al in deze tijden mag men zeker geen
risico beloopen voor zijn gewassen, ter
wijl de kosten van ontsmetting zeer gun
stig zijn.
Hoewel tusschen nat-ontsmetting en
droog-ontsmetting wel niet veel verschil
zal bestaan, zal men voor sommige zaden
nat-ontsmetting moeten verkiezen, b.v.
bij voorweeken van bietenzaad met Ger-
misan. Tenslotte behandelde spreker
ook nog de kwestie over het ontsmetten
van pootaardappelen, die ook van be
teekenis moet worden geacht, en sprak
den wensch uit dat de leden vooral hier
mede eens proeven moeten nemen.
Op de voordracht voor een benoe
ming van onderwijzer aan de O L
school te den Iïoorn (Tcxel|) staal no.
1 de beer A. C. v. cl. Linden te O o sa
terland.
ART. 72 DER LAGER ONDERWIJS
WET 1920,
Een origineele beslissing. Ver
melding van de reden der aan
vrage is niet in alle gevallen wet
telijk vereischt.
Men schrijft ons:
Sinds de in werking treding van de
Lager Onderwijswet 1920 zijn inzake de
toepassing van artikel 72 dier wet een
groot aantal belangrijke beslissingen
verschenen, zoodat men zou verwach
ten, dat men op het oogenblik zoo on
geveer weet waaraan men te dier zake
toe is. Edoch de stroom van besluiten
blijft niet alleen aanhouden, maar steeds
weer openen zich nieuwe gezichtspun
ten.
Een schoolbestuur te Alkemade had
overeenkomstig art, 72 bij den gemeen
teraad de gelden aangevraagd voor de
aansluiting zijner school bij de in aan
leg zijde waterleiding en het aanbren
gen van de benoodigde sanitaire artike
len (fonteintjes, closets enz.)
De gemeenteraad weigerde de aange
vraagde medewerking te verleenen, om
dat het schoolbestuur blijkens een
voorloopig plan, deze verandering van
inrichting van het schoolgebouw op
royaler wijze wenscht uit te voeren dan
het gemeentebestur noodig achte. Het
schoolbestuur ging van dit afwijzend
besluit in beroep, waarop Ged. Staten
Tot dusverre was de ondervraging,
behalve wat den agent met zijn ijverig
potlood betrof, min of meer vriendschap
pelijk en informeel geweest. Nu was er
een officieele klank in de stem van den
sergeant, die maakte, dat Leslie zijn
antwoord zorgvuldig overwoog.
„Ik ging van middag omstreeks vier
uur uit, en kwam niet terug vóór even
over achten."
„Was u al dien tijd niet dicht ge
noeg in de buurt om een schot te kun
nen hooren? Dit is namelijk door een
schot gebeurd."
Leslie schudde het hoofd.
„Ik maakte een verre wandeling naar
buiten, uehalve even na vieren of iets
voor achten had ik niets kunnen hoo
ren."
„Een ongewone tijd voor een wande
ling, mr. Leslie!"
Uit de stem van den sergeant viel
niets op te maken, maar toch voelde
Leslie dat hii een kleur kreeg.
„Ik had het te druk om eerder te
gaan, en ik had behoefte aan lichame
lijke inspanning," zei hij kortaf.
„Kunt u rekenschap geven van uw
tijd? Ik moet u verzoeken goed over
uw antwoord na te denken.
Lessie viel hem in de rede. Zijn zenu
wen hadden al heel wat geleden onder
de gebeurtenissen van van dien avond,
en de manier van doen van den man be
gon hem te vervelen.
28 DECEMBER 193
van Zuid-Holland beslisten, dat de ge
vraagde medewerking alsnog behoorde
te worden verleend.
De gemeenteraad teekende hierop be
roep aan bij de Kroon en voerde boven
dien in 't proces onder verwijzing naar
art. 73, lid 3, van genoemde wet, nog
dezen grond voor de weigering aan, dat
het schoolbestuur in zijn aanvrage aan
den raad verzuimd had de reden van
het verzoek te vermelden.
Alzoo waren er twee bezwaren, waar
over in hoogste instantie de Kroon had
te beslissen, hetwelk is geschied bij K.
besluit van 8 December 1932, no. 53,
Hierbij is het schoolbestuur volledig in
het gelijk gesteld.
Ten aanzien van het eerste bezwaar
(overschrijding van de normale eischen)
is komen vast te staan, dat de gemeen
teraad slechts heeft te beslissen op de
aanvrage zelf; over de wijze van uit
voering, den omvang van die uitvoering
en de kosten wordt overleg gepleegd
met burgemeester en wethouders, zoo
dra de verplichting tot medewerking
vaststaat (art. 77, lid 4 en 5). De ge
meenteraad is niet bevoegd op dat
overleg vooruit te loopen.
Belangrijker is de beslissing ten aan
zien van het tweede bezwaar (ontbre
ken van de reden van het verzoek).
Hierbij is o.m. overwogen, dat de aan
vrage strekt tot het verkrijgen van de
medewerking voor een verandering van
inrichting van het gebouw der school,
als bedoeld in art, 72 der wet; dat het
voorschrift van art. 73, 3e lid, eersten
zin, der wet slechts den eisch stelt, dat
bij een verbouwing opgegeven wordt,
waarom zij wordt gewenscht; dat al
reeds hierom het gemeentebestuur ten
onrechte meent, dat het schoolbestuur
in strijd met de vorengenoemde wets
bepaling zou hebben verzuimd, in zijn
aanvrage de reden, waarom de veran
dering van inrichting wordt gewenscht,
te vermelden.
Dit is de eerste beslissing der Kroon
omtrent dit punt en hiermede is uitge
maakt, dat een schoolbestuur alléén
indien een verbouwing der school noo
dig is, in de aanvrage moet vermelden of
die verbouwing gewenscht is wegens 'n
bepaalde reden (toeneming aantal leer
lingen enz.)
Winterwerk in onzen tuin.
Bij niet vriezend weer is er in onzen
tuin ook in den winter werkte verrich
ten. We zorgen dat onze greppels voor
al nu goed functionneeren, opdat over-
tllig water steeds direct kan afvloeien.
Zware, stijve gronden spitten we liefst
voor den winter, of anders nu noig flink
diep om, waarbij we de bovenstreek ruw
laten liggen. Resten van eenjarige plan
ten, ook koolstronken, ruimen we op,
zoodat de tuin ook in den winter een
netten indruk maakt. Het is echter ver
keerd wanneer we in de heestervakken
de afgevallen bladeren gaan wegruimen,
Laat deze hier rustig liggen en vertee
ren, ze vormen dan een humuslaagje dat
de planten weer ten goede komt. Het
verdorde loof van vaste planten snijden
we gewoonlijk af. Toch moeten we hier-
hiermede voorzichtig zijn. Zoo is het
verkeerd om Nepeta of kattenkruid bij
den grond af te snijden. In een ongunsti-
winter gaan daardoor vaak tal van plan
ten verloren. Ook snijden we vooral
geen groene deelen af, zooals bijv, de
bladeren van Irissoorten. Eerstens doen
we dat net omdat we in den winter zui
nig zijn op alles wat groen is, maar bo
vendien is het nadeelig votor de planten.
Het is nu ook den tijd voor het aanwen
den van een kalkbemesting. Immers mag
kalk niet gelijktijdig worden uitge
strooid met meststoffen welke stikstof
„Hemel, man, je wilt toch niet zeg
gen, dat alles, wat ik zeg, tegen mij ge
bruikt kan worden? Wat ik kan vertel
len, is tot je dienst, maar het is niet veel.
Ik had deze dame nooit van mijn leven
eerder gezien, toen ik om acht uur thuis
kwam en haar hier in mijn kamer vond.
Ik heb er geen flauw idee van hoe zij
hier kwam. Je denkt toch zeker niet,
dat ik haar vermoord heb?"
Maar de sergeant verkoos zich daar
niet over uit te laten.
„Hoe het zij, wij wenschen te weten
waar u gedurende den avond was en of
u in dien tijd iemand gesproken hebt,
die dat waar kan maken."
„Hoe had ik iemand kunnen spreken?
Ik zei u toch, dat ik een lange wande
ling naar buiten heb gemaakt! Ik geloof
niet, dat ik een sterveling ontmoet heb,
en zeker niet iemand, die mij kende."
„Vier uur is heel lang! Wandelde u
al dien tijd?"
„Ja."
Leslie sprak kortaf. Hij was vermoeid,
en de heele 7^.ak begon op zijn zenu
wen te werkeC
„Als dat alles is, wat u mij kunt ver
tellen, mr. Leslie, zal ik hier eens rond
kijken. Als u zoolang in een andere ka
mer wilt gaan
Leslie opende den mond, alsof hij
iets wilde zeggen, doch blijkbaar be
dacht hij zich.
„U kunt mij in de keuken vinden, als
No. 217.
in ammoniakvorm bevatten, als: stal
mest zwavelzure ammoniak en de meng
sels van kunstmestsoorten. Voor een
kalkbemesting gebruiken we ^eeJal
kalkmergel waarvan we 30 tot 40 kilo
per are gebruiken. ïnplaats hiervan kun
nen we ook schelpkalk nemen. Alleen
op zure gronden gebruiken we soms
versch gebluschte kruitkalk of landbouw-
kalk. Het veel kalk bevattende Thomas-,
slakkenmeel dat we meer als een ïo'
torbemesting gebruiken strooien we r
het kalkgehalte nu oo'k uii. Soms
bruikt men voor kalibemesting de r
kalizouten welke veel chloor bevat
en daar chloor in groote hoeveelheden
zeer schadelijk is voor de planten,
strooien we deze zouten nu reeds uit op
dat he tde schadelijke werking door ver
binding met andere bestanddeelen van
den bodem verliest voordat we weer
gaan zaaien en planten. Beter is het om
voor een kalibemesting het weinig
chloor bevattende patentkali te gebrui
ken, dat in het voorjaar kan worden
uitgestrooid.
Vrijdagavond werd het nieuwe
kerkgebouw van de Gerei. Gemeente te
W e m e 1 d i nge plechtig in gebruik ge
nomen door ds. M. Hofman van Krab-
bendijke, met een predikatie over Hag-
gai 2:10.
Men meldt ons naar aanleiding van
het bericht, overgenomen uit de „Waar
heid en Getuigenis", dat er inderdaad
mogelijkheid bestaat voor B i e z e 1 i n-
g e om vrij beheer te verkrijgen. Aan
gezien deze kwestie tot op heden nog
nimmer rechterlijk is opgelost. Er be
staan geene bepalingen die het tegen
deel doen vaststaan. Hier gelooft men
echter niet dat het tot een stemming
der lidmaten om vrij beheer te verkrij
gen, komen zal, gezien de houding der
kerkvoogdij in April l.L, toen ook een
poging is gedaan om van onder het toe
zicht weg te komen. Hetgeen echtq'
zeer te betreuren zou zijn, want d
zou deze kwestie alweer niet tot o
lossing komen.
De kerkeraad van de Ned. Herv
Gemeente te Nijmegen heeft, naar de N.
R. Crt. meldt, besloten in 1933 bij wijze
van proef, niet onder den dienst te col
lecteeren Aan den uitgang zal
collecte zijn, tweemaal in de maand, n
de ochtenddiensten, voor buitengewon
doeleinden en na de andere dienste
voor de kerkvoogdij. De diaconie zi
hare collecte door inschrijvingsbiljettei
vervangen en voor degenen, die spon-
taan in de kerk willen offeren een bus
bij den uitgang plaatsen.
De moordaanslag in het Naaldenveld.
De jachtopziener W. uit Aerdenhout,
surveilleerde eenige maanden geleden
in het Naaldenveld te Bloemendaal, toen
hij een man aantrof die zich aan onzj
delijke handelingen schuldig maakte,
wilde den zwerver arresteeren, doch
ze greep plotseling een nijptang en/
den jachtopziener daarmede een l—p
op het gezicht. De slag werd met zoo
veel kracht toegebracht dat hgt linker
oog was dichtgeslagen en dat het juk
been verbrijzeld was; later bleek, dat
W. aan dit oog blijvend blind moest blij
ven.
De dader werd later gearresteerd en
hij heeft voor de Haarlemsche recht
bank met gesloten deuren terecht ge
staan. De rechtbank veroordeelde hem
tot 3 jaar gevangenisstraf met aftrek
van preventief.
U mij noodig hebt", stemde hij toe, ter
wijl hij de kamer uitging. „Er staat kof
fie op de kachel, als iemand er soms
trek in heelt."
De sergeant keek hem nadenkend na
en liep toen naar de deur.
„U zult me verplichten het huis niet
te verlaten", riep hij hem na.
Leslie verloor plotseling zijn geduld.
„Beste man, ik zal heusch niet weg-
loopen", barstte hij uit.
In de kleine keuken viel hij in een
stoel bij de kachel neer en streek zich
met de vingers door het haar. Hij Was
ontzettend moe, zelfs te moe, om be
hoorlijk te kunnen denken, en het begon
tot hem door te dringen, dat hij in een
neteliger positie was, dan hij wel ge
dacht had. Het was dwaas van hem ge
weest zijn geduld te verliezen. Het was
dien man tenslotte niet kwalijk te ne
men, dat hij wat achterdochtig was.>
Zwaar zuchtend liet hij het hoofd iV*
de handen zinken en trachtte zijn toe
stand kalm te overdenken. Maar de ge
dachten dwarrelden ongeregeld in een
kringetje door zijn vermoeid brein, en
eindelijk gaf hij het in wanhoop op en
richtte zich op. Als de politie maar wat
voort wilde maken en de zaak beëindi
gen!
Wordt vervolgd.)'