BINNENLAND. LANDBOUW. DE R00DE VULPENHOUDER ONDERWIJS. Voor kleine tuinen. KERKNIEUWS. RECHTZAXEH. TWEEDE EL Ai) VA] 0- -urn li T" OPSCHORTING SCHOLENBOUW TE ALMELO. Een Stillhalte-overeenkomst, gel dig tot 1 Juli 1933. De plannen tot stichting van een der de school voor Christelijk Nationaal schoolonderwijs te Almelo gaan voorloo- pig niet door. Op zich zelf behoeft dit niet direct van groote beteekenis te zijn, doch er zit meer achter. Tusschen het gemeentebestuur van Almelo en de besturen der plaatselijke bijzondere scholen voor lager onderwijs is name lijk overeenstemming verkregen omtrent een voorloopige opschorting van de uit voering der aanhangige en toekomstige plannen tot het bouwen van nieuwe scholen (bijzondere en openbare) tot 1 Juli 1933. Voor de financiën der gemeente Al melo is deze overeenkomst van niet ge ringe beteekenis. De gemeenteraad toch had reeds medewerking ingevolge art. 72 der Lager Onderwijswet 1920 toegezegd waarvan één toezegging is tot stand gekomen bij Kon. besluit, na dat de gemeenteraad medewerking had geweigerd tot stichting van nieuwe schoolgebouwen voor Christelijk volks onderwijs en Christelijk Nationaal schoolonderwijs. Ook de twee Roomsch- Katholieke schoolbesturen hebben van de noodzakelijke uitbreiding .hunner scholen afgezien en genoegen genomen met de tijdelijke beschikbaarstelling van niet bij de schoolgebouwen gelegen les lokalen, terwijl ook de gemeente het bouwen van nieuwe openbare scholen heeft afgelast. Verder is door reorgani satie van het openbaar lager onderwijs ter plaatse een voorloopige oplossing gevonden voor de behoefte aan school ruimte. Indien de omstandigheden, welke tot deze voor de gemeentefinanciën nood zakelijke overeenkomst hebben geleid, zich niet binnen afzienbaren tijd in gun- stigen zin wijzigen, zal het gemeente bestuur genoodzaakt zijn, zich te zijner tijd opnieuw tot de verschillende hoofd besturen te wenden, teneinde een ver lengd uitstel na 1 Juli 1933 van den scholenbouw te bereiken, De Wijziging der Tarwewet. Onze landbouwkundige medewerker schrijft ons: Toen de minister bij 't behandelen der begrooting de toezegging deed, te be vorderen, dat de tarwewet dusdanig zou worden gewijzigd, dat het daarin vast gelegde percentage van 25 zou worden verhoogd tot 40, was alles blijkbaar reeds in kannen en kruiken. Slechts een paar dagen daarna werd het betrokken wets ontwerp bij de Kamer ingediend. Op haar beurt heeft deze het dadelijk in be handeling genomen; het voorloopig ver slag is spoedig verschenen en de Minis ter heeft daarop direct geantwoord, zoodat het spoedig voor mondelinge behandeling gereed was gekomen. Zoo'n wijze van afdoening van zaken geeft den burger, in dit geval den boer, weer wat moed. De toelichting op het wetsont werp is sober gesteld, doch geeft den toestand in werkelijkheid weer. Na het geen bij het oorspronkelijke wetsont werp is besproken en vooral nadat is gebleken, dat vele daarbij voorspelde bezwaren door de practijk zijn geloo- chenstraft, lag het voor de hand te verwachten, dat ditmaal de behandeling vlotter zou gaan. Edoch, het V. V. wijst in andere richting. Gelukkig begint dit met de mededeeling, dat vele leden het ontwerp met instemming begroeten, ter wijl anderen, hoewel minder met 't ont werp ingenomen, toch daaraan hun stem zullen geven, omdat h. i. verdere steun door A, W. v. E.v. R, 3). - Gunnet voerde hen naar de zitkamer. Voordat Leslie zoo haastig naar de po litie was gegaan, had hij de lamp op den schoorsteenmantel neergezet en daar brandde zij nog en verlichtte de schrijf tafel met haar tragischen last. De sergeant bukte zich en voelde de koude wang van de vrouw, die er over heen lag. Daarna lichtte hij een ooglid op en keek onder het zachte, kort geknipte haar, dat haar gezicht omlijstte. „Dood," zei hij. „Ligt ze precies, zoo als zij gevonden werd?" Leslie stapte vooruit in den lichtkring, „Ik heb haar niet aangeraakt, be halve om haar gezicht te voelen, precies als u deed. Ik wist toen, dat zij dood was," Hij kon het gekras van het potlood hooren, waarmee de agent zijn aantee- keningen m.lakte. „Weet u zeker, dat zij toen dood was." „Daar was niet de minste twijfel aan. Als ik ook maar eenigszins had gedacht, dat zij nog leefde, zou ik Geprobeerd hebben iets voor haar te doen, maar ik was er zoo zeker van, dat zij niet meer in leven was, dat ik regelrecht naar Gunnet liep. Het bloed op het vloeiblad' was toen al opgedroogd." „Hoe laat was dat, rar, Leslie.?" DE üOESCnE COU aan den landbouw dringend noodig is. De overigen hebben bezwaren van ver schillenden aard. Vooreerst het bezwaar van een verhoogden broodprijs en een vermindering van het brood verbruik; anderen meenen, dat het bij een maxi mum van 40 pet. nog niet zal blijven en weer anderen meenen in dezen maat regel een streven naar autarkie te ont dekken. In de memorie van antwoord weerlegt de Minister, naar onze meening op afdoende wijze, met cijfers, het brood- prijsbezwaar. Hij berekent, dat verhoo ging van het maalpercentage bij een richtprijs van 12 een verhooging van den broodprijs van 0,7 ets. per 800 gram met zich brengt. „Het Handelsblad" kwam aan 0.5 ets. per 800 gram en dit blad is op het gebied der tarwewet een autoriteit. Ook wij zijn van meening, dat de Minister bij zijn berekening aan den hoogen kant is geweest. Een nog hooger percentage zal bij de tegenwoor dig gevoerde politiek niet noodig zijn, meent de Minister; dit zou alleen het geval wezen, als doelbewust op autar kie werd aangestuurd en daaraan doet Z, E. niet mee. Het klinkt wellicht vreemd, doch als we de landbouw-crisis voor een groot gedeelte konden bezweren met tijdelijk brood te eten van louter inlandsch meel. dan zouden we het volksoffer op het vaderlandsche altaar niet bijzonder groot vinden. Wie daartegen bezwaar heeft kome aan onze tafel een boter ham mede-eten.' Vrijdag werd 't ontwerp aangenomen met de stemmen der S.D.A.P. en C.P. tegen. Er is niet zoo heel veel over ge sproken. Het is dus anders geloopen dan het V, V. deed verwachten, doch dit zal wel te danken zijn aan het feit, dat de Kamer in vacantie-stemming was. Met dat al is den akkerbouwer een kerstgeschenk gegeven, dat werkelijk licht verspreiden zal. De s.d. Hiemstra wilde de Kamer doen uitspreken, dat in de reglementen der gewestelijkte tarwe-centrales de bepaling zou worden opgenomen, dat de bij de centrales aan gesloten landbouwers (d.z.d. de tarwe- telers) de loonen niet mogen verlagen en dat loonsverlagingen na 1 December ingevoerd, ongedaan gemaakt moeten worden. Als een dergelijke specialiteit aan het woord is, dan past groote be scheidenheid, maar met inachtneming daarvan, meenen we toch te mogen zeg gen, dat de motie practisch weinig effect zou hebben gesorteerd, en dat genoemd Kamerlid zich geen volledig beeld heeft gevormd van den werkelij- ken toestand. Nog steeds blijft de ver gissing begaan, als zouden de tarwe- telers een afzonderlijk, afgerond bedrijf uitoefenen; over het hoofd wordt gezien, dat de tarweteelt slechts een onderdeel van het bedrijf is, dat nu hoogstens een derde deel van het bouwland zal mogen omvatten. Wanneer met den tarwesteun de laatste maatregel werd getroffen om het landbouwbedrijf als geheel inder daad loonend te maken, dan mocht on- zentwege die motie een nog wijder strekking hebben gehad. Het voorschrij ven van bepaalde minimumloonen zou dan alleszins overweging hebben ver diend, doch zoo staat de zaak in wer kelijkheid niet. Als de richtprijs der tarwe op 12 cent zal worden aangehou den, dan is daarmee het bedrijfsverlies niet bezworen. Bij aanneming der mo tie en bij uitvoering daarvan zou alleen zijn bereikt, dat hier en daar nog enke le arbeiders zouden worden ontslagen; het bedrijfskapitaal is nu eennmaal zeer beperkt geworden, afgezien nog van de dwaasheid om in dezen onzekeren tijd, waarin de boer niet eens weet, wat de volgende dag hem brengen zal, een be paalde uitgaaf bindend te verklaren. Ook laat de motie toe, en dat is al heel bedenkelijk, dat loonsverlagingen voor 1 Dec. buiten de wet zcruden vallen, ter wijl juist daar eenig ingrijpen allereerst in de gedachtengang van den voorstel- „Zoowat acht uur. De keukenklok sloeg acht, terwijl ik hier binnen was," De sergeant, een lange, magere man gezicht, wreef zich in gedachten de kin. „Ll woont hier zeker alleen?" vroeg hij, Leslie knikte. „Mrs. Grey, de vrouw van den vracht rijder, doet voor mij het huishouden. Zij komt 's morgens en gaat om ongeveer hvee ii'T weg" „Zoodat het huis verlaten is als u uit bent?" „Absoluut, behalve als Grey in de buurt is. Hij was vanavond naar het station gegaan om een vrachtje te ha len en kwam niet voor ongeveer negen uur terug. Gunnet was hier toen." „Kan iemand gemakkelijk binnenko men?" „Heel gemakkelijk. Er valt hier niets te stelen. Alleen nu en dan, als er geld in huis is, doe ik de voordeur op slot. De sergeant wilde weer iets zeggen, toen Leslie hem voorkwam. „Daar herinner ik me juist iets. Ik ver gat het tot nu toe. De deur stond wa genwijd open, toen ik huiskwam. Dat is nooit eerder gebeurd." „Ze was niet op het slot toien u uit ging?" „Neen maar de klink zat er op. Die doe ik altijd dicht, en het is een goede klink ook." „W^as u den heelen middag en avond in de buurt van het erf, mr. Leslie?" ANT VAN WOENSDA Ier, aan de orde zou moeten komen. Logischer is de opvatting der genen, die zeggen, we willen, dat de last, die ter wille van den producent op den consument wordt gelegd, ook in derdaad aan den eerste ten goede zal komen en dat daarom niet onnoodig veel tusschen kaai en schip verloren gaat. Grif geven we echter toe, dat de loonen der landarbeiders hier en daar bedenkelijk omlaag zijn gegaan, het be staansminimum nabij of daaronder ge daald. Om hierin verbetering te bren gen, weten we slechts één middel dat is een loonend landbouwbedrijf schep pen. Hiernaar moet met vereende kracht worden gestreefd. Naar onze meening moest dit veel meer nog dan thans in onderling overleg gebeuren. Zaterdagavond vergaderde die Ver- eeniging van oud-leerlingen van den land- en tuinbouw-wintercursus te O. en W.-S ouburg. Uitgebracht werd het verslag van de resultaten der proefvelden. Hierna hield de voorzitter, de heer L. Koole te Ritthem een lezing over „Ontsmetting van zaaizaden". Spr. behandelde uit voerig de beteekenis van zaaizaad-ont smetting, alsmede de verschillende me thoden v.oor het te behandelen zaaizaad Hoewel reeds veel voor ontsmetting wordt gedaan, is deze nog lang niet vol doende en zal het nooit overbodig zijn altijd op de ontsmetting te wijzen. Voor al in deze tijden mag men zeker geen risico beloopen voor zijn gewassen, ter wijl de kosten van ontsmetting zeer gun stig zijn. Hoewel tusschen nat-ontsmetting en droog-ontsmetting wel niet veel verschil zal bestaan, zal men voor sommige zaden nat-ontsmetting moeten verkiezen, b.v. bij voorweeken van bietenzaad met Ger- misan. Tenslotte behandelde spreker ook nog de kwestie over het ontsmetten van pootaardappelen, die ook van be teekenis moet worden geacht, en sprak den wensch uit dat de leden vooral hier mede eens proeven moeten nemen. Op de voordracht voor een benoe ming van onderwijzer aan de O L school te den Iïoorn (Tcxel|) staal no. 1 de beer A. C. v. cl. Linden te O o sa terland. ART. 72 DER LAGER ONDERWIJS WET 1920, Een origineele beslissing. Ver melding van de reden der aan vrage is niet in alle gevallen wet telijk vereischt. Men schrijft ons: Sinds de in werking treding van de Lager Onderwijswet 1920 zijn inzake de toepassing van artikel 72 dier wet een groot aantal belangrijke beslissingen verschenen, zoodat men zou verwach ten, dat men op het oogenblik zoo on geveer weet waaraan men te dier zake toe is. Edoch de stroom van besluiten blijft niet alleen aanhouden, maar steeds weer openen zich nieuwe gezichtspun ten. Een schoolbestuur te Alkemade had overeenkomstig art, 72 bij den gemeen teraad de gelden aangevraagd voor de aansluiting zijner school bij de in aan leg zijde waterleiding en het aanbren gen van de benoodigde sanitaire artike len (fonteintjes, closets enz.) De gemeenteraad weigerde de aange vraagde medewerking te verleenen, om dat het schoolbestuur blijkens een voorloopig plan, deze verandering van inrichting van het schoolgebouw op royaler wijze wenscht uit te voeren dan het gemeentebestur noodig achte. Het schoolbestuur ging van dit afwijzend besluit in beroep, waarop Ged. Staten Tot dusverre was de ondervraging, behalve wat den agent met zijn ijverig potlood betrof, min of meer vriendschap pelijk en informeel geweest. Nu was er een officieele klank in de stem van den sergeant, die maakte, dat Leslie zijn antwoord zorgvuldig overwoog. „Ik ging van middag omstreeks vier uur uit, en kwam niet terug vóór even over achten." „Was u al dien tijd niet dicht ge noeg in de buurt om een schot te kun nen hooren? Dit is namelijk door een schot gebeurd." Leslie schudde het hoofd. „Ik maakte een verre wandeling naar buiten, uehalve even na vieren of iets voor achten had ik niets kunnen hoo ren." „Een ongewone tijd voor een wande ling, mr. Leslie!" Uit de stem van den sergeant viel niets op te maken, maar toch voelde Leslie dat hii een kleur kreeg. „Ik had het te druk om eerder te gaan, en ik had behoefte aan lichame lijke inspanning," zei hij kortaf. „Kunt u rekenschap geven van uw tijd? Ik moet u verzoeken goed over uw antwoord na te denken. Lessie viel hem in de rede. Zijn zenu wen hadden al heel wat geleden onder de gebeurtenissen van van dien avond, en de manier van doen van den man be gon hem te vervelen. 28 DECEMBER 193 van Zuid-Holland beslisten, dat de ge vraagde medewerking alsnog behoorde te worden verleend. De gemeenteraad teekende hierop be roep aan bij de Kroon en voerde boven dien in 't proces onder verwijzing naar art. 73, lid 3, van genoemde wet, nog dezen grond voor de weigering aan, dat het schoolbestuur in zijn aanvrage aan den raad verzuimd had de reden van het verzoek te vermelden. Alzoo waren er twee bezwaren, waar over in hoogste instantie de Kroon had te beslissen, hetwelk is geschied bij K. besluit van 8 December 1932, no. 53, Hierbij is het schoolbestuur volledig in het gelijk gesteld. Ten aanzien van het eerste bezwaar (overschrijding van de normale eischen) is komen vast te staan, dat de gemeen teraad slechts heeft te beslissen op de aanvrage zelf; over de wijze van uit voering, den omvang van die uitvoering en de kosten wordt overleg gepleegd met burgemeester en wethouders, zoo dra de verplichting tot medewerking vaststaat (art. 77, lid 4 en 5). De ge meenteraad is niet bevoegd op dat overleg vooruit te loopen. Belangrijker is de beslissing ten aan zien van het tweede bezwaar (ontbre ken van de reden van het verzoek). Hierbij is o.m. overwogen, dat de aan vrage strekt tot het verkrijgen van de medewerking voor een verandering van inrichting van het gebouw der school, als bedoeld in art, 72 der wet; dat het voorschrift van art. 73, 3e lid, eersten zin, der wet slechts den eisch stelt, dat bij een verbouwing opgegeven wordt, waarom zij wordt gewenscht; dat al reeds hierom het gemeentebestuur ten onrechte meent, dat het schoolbestuur in strijd met de vorengenoemde wets bepaling zou hebben verzuimd, in zijn aanvrage de reden, waarom de veran dering van inrichting wordt gewenscht, te vermelden. Dit is de eerste beslissing der Kroon omtrent dit punt en hiermede is uitge maakt, dat een schoolbestuur alléén indien een verbouwing der school noo dig is, in de aanvrage moet vermelden of die verbouwing gewenscht is wegens 'n bepaalde reden (toeneming aantal leer lingen enz.) Winterwerk in onzen tuin. Bij niet vriezend weer is er in onzen tuin ook in den winter werkte verrich ten. We zorgen dat onze greppels voor al nu goed functionneeren, opdat over- tllig water steeds direct kan afvloeien. Zware, stijve gronden spitten we liefst voor den winter, of anders nu noig flink diep om, waarbij we de bovenstreek ruw laten liggen. Resten van eenjarige plan ten, ook koolstronken, ruimen we op, zoodat de tuin ook in den winter een netten indruk maakt. Het is echter ver keerd wanneer we in de heestervakken de afgevallen bladeren gaan wegruimen, Laat deze hier rustig liggen en vertee ren, ze vormen dan een humuslaagje dat de planten weer ten goede komt. Het verdorde loof van vaste planten snijden we gewoonlijk af. Toch moeten we hier- hiermede voorzichtig zijn. Zoo is het verkeerd om Nepeta of kattenkruid bij den grond af te snijden. In een ongunsti- winter gaan daardoor vaak tal van plan ten verloren. Ook snijden we vooral geen groene deelen af, zooals bijv, de bladeren van Irissoorten. Eerstens doen we dat net omdat we in den winter zui nig zijn op alles wat groen is, maar bo vendien is het nadeelig votor de planten. Het is nu ook den tijd voor het aanwen den van een kalkbemesting. Immers mag kalk niet gelijktijdig worden uitge strooid met meststoffen welke stikstof „Hemel, man, je wilt toch niet zeg gen, dat alles, wat ik zeg, tegen mij ge bruikt kan worden? Wat ik kan vertel len, is tot je dienst, maar het is niet veel. Ik had deze dame nooit van mijn leven eerder gezien, toen ik om acht uur thuis kwam en haar hier in mijn kamer vond. Ik heb er geen flauw idee van hoe zij hier kwam. Je denkt toch zeker niet, dat ik haar vermoord heb?" Maar de sergeant verkoos zich daar niet over uit te laten. „Hoe het zij, wij wenschen te weten waar u gedurende den avond was en of u in dien tijd iemand gesproken hebt, die dat waar kan maken." „Hoe had ik iemand kunnen spreken? Ik zei u toch, dat ik een lange wande ling naar buiten heb gemaakt! Ik geloof niet, dat ik een sterveling ontmoet heb, en zeker niet iemand, die mij kende." „Vier uur is heel lang! Wandelde u al dien tijd?" „Ja." Leslie sprak kortaf. Hij was vermoeid, en de heele 7^.ak begon op zijn zenu wen te werkeC „Als dat alles is, wat u mij kunt ver tellen, mr. Leslie, zal ik hier eens rond kijken. Als u zoolang in een andere ka mer wilt gaan Leslie opende den mond, alsof hij iets wilde zeggen, doch blijkbaar be dacht hij zich. „U kunt mij in de keuken vinden, als No. 217. in ammoniakvorm bevatten, als: stal mest zwavelzure ammoniak en de meng sels van kunstmestsoorten. Voor een kalkbemesting gebruiken we ^eeJal kalkmergel waarvan we 30 tot 40 kilo per are gebruiken. ïnplaats hiervan kun nen we ook schelpkalk nemen. Alleen op zure gronden gebruiken we soms versch gebluschte kruitkalk of landbouw- kalk. Het veel kalk bevattende Thomas-, slakkenmeel dat we meer als een ïo' torbemesting gebruiken strooien we r het kalkgehalte nu oo'k uii. Soms bruikt men voor kalibemesting de r kalizouten welke veel chloor bevat en daar chloor in groote hoeveelheden zeer schadelijk is voor de planten, strooien we deze zouten nu reeds uit op dat he tde schadelijke werking door ver binding met andere bestanddeelen van den bodem verliest voordat we weer gaan zaaien en planten. Beter is het om voor een kalibemesting het weinig chloor bevattende patentkali te gebrui ken, dat in het voorjaar kan worden uitgestrooid. Vrijdagavond werd het nieuwe kerkgebouw van de Gerei. Gemeente te W e m e 1 d i nge plechtig in gebruik ge nomen door ds. M. Hofman van Krab- bendijke, met een predikatie over Hag- gai 2:10. Men meldt ons naar aanleiding van het bericht, overgenomen uit de „Waar heid en Getuigenis", dat er inderdaad mogelijkheid bestaat voor B i e z e 1 i n- g e om vrij beheer te verkrijgen. Aan gezien deze kwestie tot op heden nog nimmer rechterlijk is opgelost. Er be staan geene bepalingen die het tegen deel doen vaststaan. Hier gelooft men echter niet dat het tot een stemming der lidmaten om vrij beheer te verkrij gen, komen zal, gezien de houding der kerkvoogdij in April l.L, toen ook een poging is gedaan om van onder het toe zicht weg te komen. Hetgeen echtq' zeer te betreuren zou zijn, want d zou deze kwestie alweer niet tot o lossing komen. De kerkeraad van de Ned. Herv Gemeente te Nijmegen heeft, naar de N. R. Crt. meldt, besloten in 1933 bij wijze van proef, niet onder den dienst te col lecteeren Aan den uitgang zal collecte zijn, tweemaal in de maand, n de ochtenddiensten, voor buitengewon doeleinden en na de andere dienste voor de kerkvoogdij. De diaconie zi hare collecte door inschrijvingsbiljettei vervangen en voor degenen, die spon- taan in de kerk willen offeren een bus bij den uitgang plaatsen. De moordaanslag in het Naaldenveld. De jachtopziener W. uit Aerdenhout, surveilleerde eenige maanden geleden in het Naaldenveld te Bloemendaal, toen hij een man aantrof die zich aan onzj delijke handelingen schuldig maakte, wilde den zwerver arresteeren, doch ze greep plotseling een nijptang en/ den jachtopziener daarmede een l—p op het gezicht. De slag werd met zoo veel kracht toegebracht dat hgt linker oog was dichtgeslagen en dat het juk been verbrijzeld was; later bleek, dat W. aan dit oog blijvend blind moest blij ven. De dader werd later gearresteerd en hij heeft voor de Haarlemsche recht bank met gesloten deuren terecht ge staan. De rechtbank veroordeelde hem tot 3 jaar gevangenisstraf met aftrek van preventief. U mij noodig hebt", stemde hij toe, ter wijl hij de kamer uitging. „Er staat kof fie op de kachel, als iemand er soms trek in heelt." De sergeant keek hem nadenkend na en liep toen naar de deur. „U zult me verplichten het huis niet te verlaten", riep hij hem na. Leslie verloor plotseling zijn geduld. „Beste man, ik zal heusch niet weg- loopen", barstte hij uit. In de kleine keuken viel hij in een stoel bij de kachel neer en streek zich met de vingers door het haar. Hij Was ontzettend moe, zelfs te moe, om be hoorlijk te kunnen denken, en het begon tot hem door te dringen, dat hij in een neteliger positie was, dan hij wel ge dacht had. Het was dwaas van hem ge weest zijn geduld te verliezen. Het was dien man tenslotte niet kwalijk te ne men, dat hij wat achterdochtig was.> Zwaar zuchtend liet hij het hoofd iV* de handen zinken en trachtte zijn toe stand kalm te overdenken. Maar de ge dachten dwarrelden ongeregeld in een kringetje door zijn vermoeid brein, en eindelijk gaf hij het in wanhoop op en richtte zich op. Als de politie maar wat voort wilde maken en de zaak beëindi gen! Wordt vervolgd.)'

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1932 | | pagina 3