TWEEDE BLAD VAN DE GÖESCHE COURANT VAN DINSDAG 13 DECEMBER 1 932. No. 205. GELUIDFILMS IN ONZE TAAL. „DERWENT", ALIAS THORNTON AUTARKIE. DRIE VOORDEELEN. Hoe buitenlandse he films voor ons land worden bewerkt; in teressante proefnemingen; de kans van de Amerikaansche film keert terug. (Van onzen specialen verslaggever.) Toen de geluidsfilm zijn intrede in ons land deed, vroeg de belangstellen de in de filmkunst zich niet ten onrechte af hoe het groote publiek zich met de onverstaanbare monologen en dialogen zou moeten redden. Somigen waren zelfs de meening toegedaan vele in siders in het bioscoopbedrijf behoorden tot hen i dat de sound-film, of liever de sound-film waarin gesproken werd, het hier niet zou bolwerken en dat het meerendeel der geen vreemde talen sprekende bioscoopbezoekers, zoodra de nieuwigheid er af was, de oude stille flim weer voor zich zou opeischen. Dat het dit niet gedaan heeft is bekend, doch over de vraag waarom niet, verkeert men eenigermate in het onzekere. Ver moedelijk zijn in dit verband van be- teekenis hei zeldzaam worden van de stille film en de concessie door de Ne- derlandsche filtm-verhuurders aan het publiek gedaan in den vorm van Ho 1- landsche teksten op de rolprent, met be hulp waarvan de handeling van het ge filmd onderwerp zoo niet geheel afdoen de, maar dan toch eenigermate wordt toegelicht. Deze gedrukte teksten zijn inderdaad te beschouwen als een nood maatregel; ze hebben bij het bioscoop bezoekend publiek nooit het gemis aan kennis van vreemde talen geheel over brugd, hetgeen o.a. blijkt uit den voor sprong, die de gemakkelijk ie volgen Duitsche film bijna onmiddellijk na het algemeen worden van de talkie op de Amerikaansche rolprent kreeg. De kist was echt een noodmaatregel, die de ver wachting wettigde, dat de technici bin nen afzienbaren tijd zou komen met iets anders om vreemde talen sprekende filmartisten voor de Nederl, bioscoop bezoeker geheel verstaanbaar te maken. Dit „iets" nu is er en dezer dagen heb ben we er kennis mee gemaakt in de studio der „Standaard-film" in de Re sidentie, waar men al geruimen $ijd zeer interessante proefnemingen doet voor het overbrengen van buitenlandsch sprekende films in onze taal. Hoe dit geschiedt moge blijken uit de volgende samenvatting van de vele uitvoerige ge gevens, die ons namens den heer Loet C, Barnsteijn, directeur der „Standaard films" door diens zoon en plaatsvervan ger en door de heeren Theo Frenkel, re gisseur en ir. C. A. van Diggelen,") de geestelijke vader van tal van zeer ver nuftige apparaten, die alles met de tot standkoming van Hollandsche geluids films uitstaande hebben. Zooals bekend mag worden veronder steld schuilt het geluid op de meeste sound-films in een smal bandje terzijde van de beeldfilm-band. Om nu een bui- tenlandsche spreekfilm in een Holland sche te veranderen, wordt de buitenland- sche film eerst ontdaan van het geluid. Vervolgens wordt van de copie een breede papierband gemaakt, die zooda nig wordt geperforeerd, dat de gaatjes in het papier de gaatjes in de film vol komen dekken. Op de papierband wordt dan de buitenlandsche tekst van de film geschreven, precies ingedeeld, zoodat men zien kan hoeveel seconden deze of die acteur spreekt, waar een bepaald geluid begint etc. Vervolgens is het zaak de vreemde taal te vertalen, waarbij er Ir. Van Diggelen heeft dezen zomer de filmreis naar Harwich, waarvan wij in ons blad een beschrijving van hebben gegeven, meegemaakt. door Herman Antonsen. 19). Precies! Dag en nacht in touw en geen oogenblik voor je zelf. En hij ont ziet een mensch nog minder dan z n hond. Gisterennacht nog. Eerst uren op hem staan wachten in het West End en eindelijk om elf uur naar huis. Hij had een dame bij zich. Ik was blij dat mijn werk eindelijk af was en wilde juist in bed stappen, toen hij weer aan de telefoon kwam en, alsof hij tegen 'n hond sprak, me beval de rammelkast weer voor te rijden. Het regende oude wijven. De dame, die bij hem was, scheen stom dronken te zijn". En hij was woe dend op me, omdat ik zoo ineens niet wist, waar een of andere straat in 'n achterbuurt van Highgate was. Ik wou, dat ik dien kerel.... Ja, het lijkt wel, of hij ze niet op een rijtje heeft, troostte Thornton. En dan naar Highgatedaar is het over dag al slecht genoeg rijden met al die slonpen en stegen. Ik weet er alles van; ik heb daar ook wel eens gereden. Hoe heette die straat, die je daarnet noem de, ook weer? Ennisfield Garden, Bent u er bekend? Ik heb nog nooit zoon rom- melbuurt gezien. Thornton wendde goed geveinsde verwondering voor. rekening mee moet worden gehouden, dat de Hollandsche tekst niet alleen in spreek-duur de oorspronkelijke tekst volkomen dekt, ook de z.g. lipletters moeten overeenstemmen, en de Holland sche zinnen moeten hetzelfde inhouden als de oorspronkelijke. Is de Holland sche tekst, die meestal zeer veel hoofd brekens kost vastgelegd op de papier band, die nu een zuiver Hollandsche vergrooting is van den buitenlandschen filmband, dan wordt de papierband ge plaatst in een projectie-machine, die een combinatie is van papierband-projectie en van normale filmband-projectie, ech ter synchroon gekoppeld. In werking ge steld projecteert dus de machine op het doek de beeld-film en daaronder het op den papierband geschrevene. Deze twee projecties vormen de opgave voor de Nederlandsche tooneelspelers en too- neelspeelsters op wie de keuze van den regisseur Theo Frenkel valt voor het ««zeggen" van de Hollandsche tekst. Na de noodige repetities kan tot de eigen lijke opname van het geluid worden overgegaan, de door de acteurs in de microfoon gesproken woorden kunnen worden vastgelegd op een filmband; aan een „ver-Nederlandsche" film is zoo doende het aanzien gegeven. Het klinkt allemaal zeer eenvoudig, doch men be grijpt, dat er onnoembaar veel eischen door acteurs, regisseurs en sound-man ingelost moeten worden alvorens een waardig geheel wordt verkregen. De werkzaamheden vragen in ieder geval wel zooveel tijd, dat per dag slechts 1 acte op den geluidsband kan worden vastgelegd. Voor de muscicale illustra tie van de Nederlandsche versie van bui tenlandsche films, wordt gebruik ge maakt van de bestaande muziek of van gramofoonplaten, voor het verwekken van allerhand geluiden heeft men in de Haagsch studio een arsenaal van luid ruchtige apparaten en gramaphoonpla- ten. Na de bezichtiging van alles wat voor het „dubben"-d.i. het overbrengen van een nieuwe geluidsband van een film noodig is, waren we zeer benieuwd naar de resultaten. In de kleine show-zaal der onderneming kregen we o.a, een acte van een Amerikaansche geluidsfilm te zien. Later werd dezelfde acte gedraaid in de Hollandsche versie, Amerikaan sche personen spraken daarbij dus Ne- derlandsch. Gezegd moet worden, dat het resultaat, zelfs bij een zeer critische be-* schouwing, bewondering afdwong. Ook de gevaarlijke close-ups toonde niet op vallend, dat de mondbewegingen der Amerikaansche acteurs on-Hollandsch waren. De inhoud van de film, die op de oorspronkelijke rolprent ook voor den middelmatig goed Engelsch verstaanden toehoorder grootendeels verloren ging, kwam in de Hollandsche vertaling na- j tuurlijk 100 pet. tot zijn recht. Door dit laatste geven we de Holland- sche geluidsfilm een groote kans. Als men even aan de verandering gewoon is zal het publiek zelfs niet meer buiten dubbing" kunnen. O.i. is dan ook een Hollandsche Film-industrie met een re- produceerende taak bezig zich het ter- rein te verwerven, dat voor een eigen film-industrie, die zich een scheppende opdracht had gesteld, door den te klei ne omvang van ons taai-gebied t.o. van de productie-kosten, onbereikbaar was. j De „vertaling op filmband" van buitenlandsche rolprenten, door de „standaard films" ter zake kundig en met een eigen, door den Nederlandschen Ir. van Diggelen geconstrueerd systeem, ter hand genomen, opent tal van per- spectieven. Zij zal het mogelijk maken de in het gedrang geraakte, goede Ame rikaansche productie-film naast de star films in de bioscopen te brengen; men zal thans het publiek voor het eerst kunnen laten zien wat Italiaansche, Dat is gek, zeg. ik heb indertijd gereden voor de firma Mundays.. i die behangerij op nummer acht. dat waren toeft heel fatsoenlijke lui maar daar ben je dan toch zeker niet geweest. Nee, we moesten op zeventien zijn, en ik durf er mijn kop om verwedden, dat daar geen enkel fatsoenlijk mensch te vinden zou zijn. En van morgen om acht uur belde hij me alweer op. Ik was pas om twee uur naar bed gegaan, moet u weten. En toch dorst ie vanmorgen te gen me opspelen, omdat er wat modder spatten op dien ouden wagen zaten. Ik zeg maar. Thornton nam zoo gauw hij maar even kon afscheid en een half uur later belde hij de kamenier van la Foneuse op. Mylady is vannacht in Highgate geweest en ik denk wel, dat je er op rekenen kunt, dat ze vanavond voor negen uur weer thuis is. Mocht dat niet het geval wezen, dan zal ik nog wel op- bellen.Voorloopig dus geen politie roe pen. De huizen van Ennisfield Gardens hadden bijna alle een brandladder langs de buitenzijde en de toegang tot dien ladder was afgesloten met een hekje, voorzien van prikkeldraad, om kwa jongens te weren. Eerdat Thornton tot de tweede verdieping van nummer ze ventien was omhoog geklauterd, zaten zijn handen vol schrammen en zijn klee- ren vol scheuren. Maar het was gelukkig donker, zoodat niemand er zich aan Spaansche en Russische geluidsfilms-fa brieken presteeren. Bovendien werp „dubbing" vooruitzichten af voor Ne derlandsche acteurs en actrices met goe de stemmen. Dra zullen regelmatig in de Nederland sche Bioscopen films in het Nederlandsch te zien en te hooren zijn, en zal een ein de zijn gemaakt aan de door de geluids film vele bioscoop-bezoekers opgelegde verplichting met de oogen te zien. en te hooren. In een economische-etische stu die, die hij „Autarkie" (uitgever A. E. Kluwer te Deventer) noemde, wijst de schrijver L. Hoyack den weg, die volgens zijn oordeel bewandeld moet worden om te komen van den tegen- woordigen chaos tot een geordenden economischen toestand. Drie wegen staanthans voor de menschheid nog open: 1, Communisme, 2. Internationale of Europeesche „Planwirtschaft" op niet-bolsjewisti- schen grondslag, 3. Autarkie. De schrijver begint met vast te stel len, dat we thans in het moeras zitten; het stelsel van ongebreidelde productie, gepaard aan een op den spits gedreven toepassing van machines is hiervan de oorzaak, In de slooping van alle tolmu ren, in 'het vrije ruilverkeer ziet de schrijver geen heil, integendeel, de vrij handel zelf is het moeras, de vrije pro- ductie is het euvel. Jn de huidige we reldhuishouding is het aanbod van wa ren veel grooter dan de mogelijkheid, dat de waren worden opgenomen. Er blijft dus steeds een percentage der wa ren onverkoopbaar. Dit beteekent, dat een deel der produceerende onderne mingen zijn reden van bestaan verliest, dat de in hun dienst staande arbei ders definitief op straat komen. Het wereldaanbod van waren is nu monster achtig groot geworden door consekwen- te toepassing der machine, rationalisa tie, efficiencij. De gouden jaren van de 19de eeuw komen niet meer terug. Toen was de gansche aardbol nog een maag delijk afzetgebied voor de producten. Het succes der eerste ondernemers werkte prikkelend op anderen en zoo werd maar raakt geproduceerd. Een winsthonger heeft zich van hen meester gemaakt, maar overproductie kon daar bij niet uitblijven, d w.z., dat de produc tie niet in evenwicht is met de bestaan de koopkracht in de wereld. Dan breekt de crisis aan, het economisch leven stokt, ondernemingen gaan failliet, ar beiders komen op straat. Ellende en honger treden in de plaats van welvaart. Het is niet aannemelijk te achten, dat de wereldhuishouding zich nog eenmaal herstellen zal, de hoop op „betere tijden" is een ijdele illusie; er is geen mogelijkheid meer om nieuwe af zetgebieden voor de industrie te ont ginnen. De toestand in de wereld is thans deze: een deel der menschheid zit opgescheept met een overschot onver- bruikbare en onverkoopbare waren, ter wijl een ander deel dier menschheid met den dag tot grooter ellende ver valt. Het organisme der staathuishoud kunde ligt in stijfkramp en niemand weet het gezond te krijgen. Een „Plan wirtschaft", een planmatige productie kan hier redding brengen. Er moet een redelijke verdeeling van arbeid plaats hebben en wel zoodanig, dat ieder zijn aandeel in lasten en lusten heeft. Er moet orde komen; niet langer een plan loos groeien van ondernemingen, noch ergeren kon! De vensters aan de achterzijde van het huis waren zoo zorgvuldig gesloten, dat ze geen enkel lichtstraaltje doorlie ten. Hij was van meening, dat hij de gezochte zou vinden daar, waar hij licht ontdekte, omdat hij het te on waarschijnlijk vond, dat van Rouse zijn prooi in donker zou opgesloten hebben. Maar zelfs toen hij tot de hoogste ver dieping geklommen was, had hij nog ner gens eenig licht ontdekt. Hij ging dus terug tot de eerste verdieping en eerst toen viel hem de gedachte in, dat als men iemand in een kamer wil opsluiten, het onder meer noodig is om de ven sters goed te sluiten ook aan de bui tenzijde. Vlug hervatte hij 2ijn onderzoek. Hef vierde venster op de eerste verdieping was van platte ijzeren tralies voorzien, die in haken aan de buitenzijde pasten. Al maakte men van binnen de sluiting los, dan kon men het toch niet openen zoolang men de tralies niet kon verwij deren. Geruischloos verwijderde Thornton de ijzeren staven en trachtte bet dub- benle venster te openen. Maar het was ook aan de binnenzijde gesloten. Het zou natuurlijk niet zoo heel moeilijk voor hem geweest zijn met een mes het hout werk wat weg te snijden, zoodat hij den knip kon wegschuiven, waarmee zulke ramen gewoonlijk gesloten waren, maar dat zou allicht eemg leven veroorzaken en mocht hij dat wel wagen? Maar om dat hij volstrekt niets afwist van de ook het wegwerken van arbeiders ten bate van machinerieën; er moet wor den opgehouden met het zinloos opvoe ren der productie boven de werkelijke behoefte. De behoefte aan bepaalde artikelen moet binnen bepaalde economische kringen worden berekend; het credietwezen moet daarbij een pu bliek rechterlijk karakter krijgen. De centrale leiding heeft zorg te dragen dat voldoende bestaansmiddelen aan wezig zijn; een minimumloonstandaard zal moeten worden vastgesteld. Dat wil niet zeggen, dat alle burgers ambtena ren worden, het is meer een Coöpera tie van economische- zelf-verantwoor- delijke personen en lichamen. Wel zou een dergelijk systeem een zekere stroef heid bezitten, doch dit bezwaar weegt niet op tegen de vele voordeelen. Waar om zou de menschheid, die reeds mees terwerken van organisatie tot stand heeft gebracht, blijven staan voor de or ganisatie der staathuishoudkunde als voor een Chineeschen muur? Het moet deze richting uit en er mag niet geaar zeld worden, totdat weer een nieuwe wereldoorlog zal uitbreken, die het grootste deel derWestersche volkeren van den aardbodem zal verdelgen. Men vergete ook niet, dat ons 'n „Planwirt schaft" zou kunnen worden opgelegd. Onafgebroken is Moskou aan het werk om de resten van het oude systeem weg te vreten. Aan Sovjet Rusland moet geen voorbeeld worden genomen; aldaar is de rationeele staathuishoudkunde vastgekoppeld aan een principieel atheistische, materialistische levensop vatting. Langs dien weg zal de mensch heid niet verder gaan naar het doel, dat is de stichting op aarde van het rijk Gods. Het bolsjewisme wordt dus afge wezen. Nu resten nog twee mogelijkhe den, waarbij het verschil is gelegen in het grooter of kleiner zijn van het ge bied, dat de „Planwirtschaft" bestrijkt. Sommigen willen een wereldplanwirt- schaft, anderen zijn tevreden met een economische aaneensluiting der Euro peesche staten zonder Rusland. De met hode in het kleinere gebied komt neer op wat men verstaat onder Autarkie. Het punt van uitgang is daarbij de hui dige verdeeling der aardoppervlakte volgens de nationaliteiten. Een wereld- planwirtschaft brengt mede een cen traal punt, van waar uit de gansche eco nomie bestuurd wordt. Ook het we reld verkeerswezen zal centraal gere geld moeten zijn. Op papier is zoo'n organisatie der wereldhuishouding be wonderenswaardig, doch de practische uitvoering daarvan acht de schrijver niet mogelijk. Zoo'n inrichting laboreert aan haar grootte; het raderwerk zou waarschijnlijk voortdurend stokken en de wereldhuishouding zou telkenmale volkomen ontwricht zijn. Zielekracht, moed, animo, fut, werklust, geestelijke en lichamelijke gezondheid zouden ver dwenen zijn. Bij zoo'n plan worden alle menschen als getallen berekend, doch men vergeet het element leven in te voegen. Zoo'n plan is een hersen schim. Jammer, dat daaraan energie en kracht worden verspild in plaats van te bouwen aan een redelijke en moge lijke oplossing. Een Pan-Europa lijdt ook aan dit euvel, is ook topzwaar, vandaar, dat men den derden weg, der z.g. Autarkie moet opgaan. Op dit ter rein heerscht no grgotvoerwaeirgrngak rein heerscht nog groote verwarring. Soms b.v. wordt voor vrijhandel gepleit en daarnaast mede een pleidooi gele verd voor Nederlandsch fabrikaat. In het sluiten der grenzen, het oprichten van tolmuren in de contingenteering ligt de. natuurlijke correctie, die het le ven aanbrengt o^ onze menschelijke dwaasheden. De menschheid moet inzien dat de staathuishoudkunde geordend moet zijn. Hier sprekl geen chauvi- plannen van zijn tegenstander, dorsl hij het niet te wagen lang werkeloos te blijven en dus ging hij op goed geluk af aan den gang. Hij deed het zoo stil letjes mogelijk, maar toch werd opeens het raam van de binnenzijde geopend en staarde hij in een stikdonkere ruimte. Zijn hand vloog naar zijn zak ora zijn revolver te grijpen, maar de stem van la Foneuse klonk terstond daarop in zijn oor, fluisterend maar blij. Ik wist dat u komen zoudt maar hoe bent u achter mijn verblijf plaats gekomen. Ik heb mijn hersens den heelen dag al zitten pijnigen, om te be denken, hoe er eenige mogelijkheid voor u zou zijn om mij te vinden. maar ik wist er geen raad op.... het is doodgewoon verwonderlijk slim. Laten we hier maar eerst zoo gauw mogelijk vandaan gaan, fluisterde hij terug en zijn stem was schor door ontroering. We verkeeren niet in gevaar....; nu nog niet! En er valt nog iets te doen voordat we hier weggaan. Kom binnen, dan kunnen we weer op ons gemak praten. Gehoorzaam stapte hij naar binnen en wilde het raam achter zich dicht doen, maar haar hand hield hem tegen. We moeten onze schepen niet ach ter ons verbranden, zei ze. We moeten zorgen dat ons een uitweg open staat, als ze mochten komen. Houd mijn hand vast, dan zal ik u hiernaast brengen. Want al ben ik gevangen, ik heb het hier weelderig genoeg. Deze heele eerste Drie voordeelen biedt het, zich thans als abonnee op dit blad te laten notee- ren: 1. Men ontvangt dan dagelijks tot ma tigen prijs een flink dagblad. 2. Men krijgt alle tot 1 Januari 1933 verschijnende nummers gratis, en 3. Men ontvangt als gratis-premie het boekje „Een Zeeuwsch regent uit het I laatst der XVIIIe eeuw." I Abonnementen worden genoteerd aan onze bureaux te Middelburg! Lange St. Pieterstraat, tel. 139; te Goes; Turf- kade, telefoon no. 17. nisme, maar welbegrepen internatio naal overleg. De strekking tot autarki bestaat reeds thans, ze behoeft alleen maar bewust gemaakt te worden, het plan zelf zal geleidelijk moeten worden uitgevoerd. Elk land moet zooveel mo gelijk produceeren voor eigen behoef ten, vooral voor eigen voeding heeft het zorg te dragen. Export-industrie moet verdwijnen en plaats maken voor ont brekende takken van industrie, die voor het binnenland werkt. Er moet worden geprofiteerd van de beweegkracht, die in het land zelf aanwezig is In Neder land zal dat vooral de wind zijn. Alle voor arbeid beschikbare handen moeten in het productieproces worden betrok ken, geen werkloozen dus. Hierdoor wordt een natuurlijke grens aan het ma- chinisme gesteld. Om de uitvoering van een dergelijk plan binnen korten tijd mogelijk te maken, dient een geest van offervaardigheid zich van alle klassen meester te maken. De schrijver zou wil len overgaan tot heffing ineens op groote schaal, tot onteigening van fortuinen, in de eerste plaats van grondbezit. Ge- beurt dat niet, dan zal vroeg of laat infla- tie alle vermogens tot scheurpapier re- duceeren. De boer moet weer gelegen heid krijgen tot industrieëelen arbeid; hij moet weer leeren weven en spinnen! Het volk, dat het eerst principieel tot autarkie overgaat*, komt hierdoor aan de spits van den vooruitgang te loopen. De schrijver behandelt daarna nog de bevolkingspolitiek, waarbij moet wor den gestreefd naar een meer en meer oordeelkundige verdeeling tusschen volk en bodem; van een overbevolking is dan nergens sprake, evenmin van al te groote stapeling der economie. Ook aan het Koloniale- en het voe- dingsvraagstuk wordt een hoofdstuk ge wijd. Hij voorspelt daarbij, dat we bin nen zeer afzienbaren tijd met onze ko loniën hetzelfde spectakel zullen krij gen als Engeland met zijn Indië. Daar om ware het gewenscht, dat Nederland met de inheemschen tot overeenstem ming kon geraken om te komen tot de „Vereenigde Staten van Indonesië." Onze voeding zal zich moeten aanpas sen bij Hetgeen het eigen land produ ceert. Een ^nationaal zaaiplan a.h.w. wordt uitgewerkt. Door dit alles zal veel werkelijkheid worden van wat het socialisme op zijn program heeft. Noch tans is de schrijver geen S.D.A.P.-er, omdat hij niet gelooft aan klassemoraal, noch heil ziet in het partij-zijn der ar beidersmassa. We hebben een uitvoerig uittreksel uit dit boek genomen, omdat we het in teressant vinden. Het wil ons echter voorkomen, dat de schrijver sterker staat bij het aangeven van de algemeene lijn zijner gedachten, dan bij het ilit werken daarvan tot een practisch plan voor Nederland. verdieping is tot mijn beschikking. Ze sloot de deur tusschen de beide vertrekken zorgvuldig en stak dan eerst een kaars aan. Thornton keek rond en zag dat hij in een weelderig gemeubi leerd vertrek was. Ik kan u niet alles ineens vertel len, vervolgde ze gejaagd. Ik heb van Rouse al jarenlang gekend en heb hem even langen tijd veracht. Indertijd heeft hij me zelfs ten huwelijk gevraagd. Ik zou hem allang van de lijst mijner ken nissen geschrapt hebben, als dat ver standig was geweest. Maar ik was er achter gekomen, dat hij in nauwe rela tie stond met de menschen, die oorzaak van mijn vaders dood zijn geweest en daarom meende ik, dat het beter was, de kennismaking wat vaster aan te knoopen. Ik ben al heel wat van hem te weten gekomen. En hij beschouwt me nu als een halve gek, die nergens voor terug zou schrikken om den dood van haar vader te wreken. Hij is niet zoo dom, als u misschien wel van hem denkt en nu hij in de gaten gekregen heeft, dat het mis dreigt te loopen met zijn vroegere vrienden, is hij bereid om naar hun tegenstanders over te loopen, als die hem willen gebruiken. Gisteren avond ben ik met hem gaan soupeeren en toen heeft hij me dat onomwonden verteld. (\Vo*-dt vervo' >J

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1932 | | pagina 1