1 Augustus 1932 Dagblad. SOLA SILVER N° 85 Vrijdag 15 Juli 1952 f!9e Jaargang. De Kleine Bazar verschijnt de Goesche Courant als DEARMEMILLIONNAIR Bij dit nummer be hoort een bijvoegsel. Buitenland. ABONNEMENT Prijs per kwartaal in Goes ƒ2,— buiten Goes ƒ2,— Afzonderlijke nummers 5 cent. Verschijnt Maandag-*, Woensdag en Vrijdagavond. GOESCHE UitgaveNaamleoze Vennootschap Goesche Courant Telefoonnummer 17, na 17.30 No. 244 COURANT en Kieeuwens Ross' Drukkers- en Uitgeversbedrijf gevestigd te Goes. ADVERTENTIEN van 1—5 regels ƒ1,20, elke regel meer 24 cent. Driemaal plaatsing wordt 2 maal berekend. Dienst aanbiedingen en aanvragen 15 ct. per regel. Advertentiën worden aangenomen tot 12 uur voorm. OP DEN GOEDEN WEG. W as Lausanne een keerpunt? De goede verwachtingen, die wij dit maal van Lausanne koesterden, zijn niet teleurgesteld geworden. De conferentie zelf, en ook de commissies, hebben gewel dig gewerkt en het resultaat was, zooals gemeld, dat de schadeloosstellingen ge schrapt zijn en Duitschland als eindbedrag, voor het herstel van Europa, nog een som van drie milliard mark zal betalen. Het komt ons voor, dat, om dit resul taat en om de geest die op deze confe rentie tot uiting kwam, Lausanne een keerpunt kan genoemd worden, dat hier mede een eerste stap gezet is op den goe den weg, die tenslotte naar algeheele ver betering van den toestand zal leiden. Maar niettemin is de af te leggen weg nog te lang, en deze eerste stap nog te wankel, om nu dadelijk optimistisch te worden. Want men vergete niet, dat de conferentie, door de omstandigheden, tot dit resultaat min of meer gedwongen werd, dat de bedoeling der Duitschers was, om niets meer te betalen en niets meer toe te zeggen. En nu is een schuld van 3 milliard voor een land wel niet zulk een geweldig bedrag, maar men vergete niet, dat ,,de laatste loodjes het zwaarst wegen", dat Duitschland reeds geheel leeggehaald is, ja, meer dan leegWant was alleen die drie milliard nog te betalen, zonder meer, dan zou het nog goed te overkomen zijn, maar Duitschland heeft in het buitenland, voornamelijk in Amerika, ook nog gewel dige schulden, die het reeds aangaan moest om tot vorig jaar aan zijn verplichtingen te kunnen voldoen. En evenzoo is het met Frankrijk, EngelandItalië, België, e.a. gesteld, allen staan bij Amerika voor ge weldige bedragen in het krijt, daarvan moet rente en aflossing betaald worden, en deze lasten zijn heden nog zoo zwaar, dat daar bij, uit algemeen oogpunt beschouwd, de afgenomen last der schadeloosstellingen eigenlijk in het niet verzinkt. Ondanks dit alles, blijft Lausanne ech ter een keerpunt, al was ook de eerste stap in goede richting nog slechts een wankele. Het zal er nu verder van afhan gen, welke stappen nog volgen zullen. Frankrijk en Engeland gaven blijk dit te beseffen, en sloten reeds deze week een „accoord van vertrouwen", in hoofdzaak er op neer komende, dat zij alle verdere tot herstel dienende stappen op de meest openhartige wijze met elkaar zullen behan delen, terwijl zij de hoop uitspreken, dat andere staten zich bij deze procedure zul len aansluiten. Onder die verdere stappen wordt o.a. ook verstaan het tot een goed einde brengen der ontwapeningsconferen tie, en het serieus en praktisch voorberei den der economische wereld-conferentie. Ongetwijfeld houdt deze overeenkomst hoe simpel zij in wezen ook lijkt, een be lofte in, want meer dan ooit is thans „sa menwerking" en „openhartigheid" noodig, wil men de vele moeilijke vraagstukken, waarvoor de wereld thans gesteld is, tot een oplossing kunnen brengen. In verband daarmede, is het een ge wichtige vraag, of in de toekomst ook op samenwerking en openhartigheid van Duitschland zal kunnen gerekend worden. Mogelijk brengen de Duitsche Rijksdag verkiezingen 31 Juli a.s. hier het antwoord op. Zegevieren de nationaal-socialisten, dan zullen aan de „samenwerking" hooge eischen gesteld worden, al zal het aan „openhartigheid" waarschijnlijk niet ont breken. Hitler was tenminste al zoo open hartig om te verklaren, dat de schuldbe kentenis van drie milliard mark, door Von Papen te Lausanne geteekend, na de ver kiezingen geen drie mark meer waard zal zijn. Hij schijnt dus van plan, op het stand punt te blijven staan, om geen cent meer te betalen dan reeds gedaan werd. Dat de samenwerking met de andere mogendhe den daardoor op een zware proef gesteld zal worden behoeven we wèl niet op te merken. Doch het is óók nog een groote vraag, of Hitier inderdaad na de Rijksdagverkie zingen de lakens zal kunnen uitdeelen, iets waar men in Duitschland nog lang niet ze ker van is. De Nazi's zelf zijn vol vertrou wen, rekenen op een volstrekte meerder heid en dus de volstrekte macht, maar aan de andere zijde wordt, vooral door de so ciaal-democraten en Centrum ook hard gewerkt en verwacht men dat de Nazi's niet meer dan 40% der zetels zullen be halen. Komt deze verwachting uit, dan kan Hitier lang niet doen wat hij zich voor stelt en zal hij, wil hij mee regeeren, heel wat water in zijn wijn moeten doen. En daaronder valt in de eerste plaats, het er kennen van het accoord van Lausanne, want Brüning verklaarde reeds, dat dit „onder alle omstandigheden" aangenomen zal moeten worden en dat zelfs Hitler's opmerking, dat die schuldbekentenis na de verkiezingen geen drie mark meer waard zal zijn, daaraan niets zal kunnen veran deren. Zoo is de datum van 31 Juli a.s. een zeer belangrijke; wordt dan voor een groot deel bepaald, of en in welke richting de stappen tot herstel verder gedaan zullen worden. Rusland en Japan. Ernstig inci dent. Volgens een Russische officieele mede- deeling hebben op 7 Juli vertegenwoordi gers van de Mantsjoerijsche regeering die vergezeld waren door Japansche adviseurs, aan de directie van het omslagbedrijf van de haven van Charbin, dat aan den Chi- neeschen Oosterspoorweg behoort, meege deeld, dat zij de overhandiging van de sleutels der pakhuizen verlangen. Zij ver klaarden het havenbestuur als afgezet. De leider van het omslagbedrijf deelde aan de Japansche vertegenwoordigers me de, dat hij de sleutels zonder toestemming van het bestuur van den Chineeschen Oos terspoorweg te Rudy niet zou afgeven. Na deze mededeeling bezetten de Japan ners met behulp der Mantsjoerijsche poli tie alle pakhuizen en alle schepen van den Chineeschen Oosterspoorweg. Naar verder gemeld wordt werden ook verscheidene Russische barken vastgehou den. Dit optreden der Japanners heeft te Moskou groote opwinding veroorzaakt. Het commissariaat voor buitenlandsche za ken heeft den Russischen consul-generaal te Charbin opgedragen tegen de in beslag neming van het omslagbedrijf te protestee ren en te verklaren, dat de Mantsjoerij sche regeering verantwoordelijk zal wor den gesteld voor alle schade, die voor Sovjet-Rusland ontstaat. Russische stappen. De Russische ambassadeur te Tokio had een onderhoud met den plaatsvervangen- den Japanschen minister van buitenland sche zaken, waarin hij er op wees, dat de bezetting van het omslagbedrijf te Charbin door Mantsjoerije en Japansche beambten een schending van de verdragen betee- kent, waardoor de toestand in het Verre Oosten nog verscherpt wordt. Officieel wordt medegedeeld, dat de Mantsjoerijsche reegering de in beslagne ming van de overladingsplaatsen te Char bin bevolen heeft, daar zij zich genood zaakt zag het scheepsverkeer op de rivier de Soengari te controleeren en daardoor de Japansche troepen te helpen bij de on derdrukking van de opstandige beweging iie vooral in Sachaljan heerscht. De Mants joerijsche regeering verklaarde verder dat de in beslagneming ondanks alle Russische protesten niet zou worden opgeheven. Relletjes te Brussel. In de diverse stakingsgebleden bleek Woensdag de kalmte teruggekeerd. Uit Luik wordt echter gemeld, dat de staking zich daar nog uitbreidt. Te Brussel deden zich echter vrij ern stige incidenten voor. Voor het Volkshuis vergaderden, zooals eiken dag, de werk- loozen en vandaag temeer, omdat een so cialistische meeting was aangekondigd. On der de werkloozen mengden zich ook com munisten, die strooibiljetten uitreikten en aanspoorden tot het houden van betoogin gen. Daar het op relletjes dreigde uit te 'T LICHT VAN LAUSANNE. Vele lange, bange jaren Heeft Europa reeds gezucht In den zeif gekozen kerker, Met gebrek aan licht en lucht Dreigend-zware onweerswolken Dreven langs het firmament, Aan 't genot van rust en welyaart Was Europa gansch ontwend. Plotseling valt in Lausanne Thans een kloek en wijs besluit. Schuchter straalt nu weer 't zonlicht Door de lage kerkerruit. Hopen wij dat mede daardoor Thans de lucht gezuiverd is, Wat een keerpunt kan beduiden In onze geschiedenis. loopen kwam de politie tusschenbeide, waarop de menigte zich naar de volksbuur ten verspreidde. In een der straten wilden agenten een rumoerig persoon arresteeren, doch de menigte koos partij tegen de po litie en er ontstonden gevechten, die tot groote verwarring leidden. Uit de ramen werd huisraad geworpen, terwij! op een gegeven moment vijf schoten weerklonken. Volgens de politie werd uit de rijen der stakers geschoten. Een agent werd in de buik geschopt en viel neer. Daarop werd ook van de zijde der politie van de vuurwapens gebruik ge maakt en twee jongens van 17 en 18 jaar moesten gewond naar het ziekenhuis wor den gebracht. De menigte week uiteen en groepen betoogers begaven zich naar de Oude Markt, waar men in het oude ijzer een groote voorraad projectielen vond, waarmede de politie werd gebombardeerd. De politie had intusschen versterkingen gekregen, voerde charges uit en ontruim de het marktplein. Er werden verscheiden personen gearresteerd. De mijnwerkersstaking. De Beligische mijnwerkersstaking heeft een vrij spoedig einde gehad. Woensdagmiddag zijn de mijneige naars en de mijnwerkers tot een een stemmig accoord gekomen en gisteren is in de meeste mijnen het werk reeds hervat. De loonregeling blijft tot 1 Novem ber van kracht, evenals de speciale toelagen. In de Borinage zal het per soneel weer worden aangeworven on der de voorwaarden die voor de sta king van kracht waren, o.a. met be trekking tot ziekteuifkeering en steen kolen-toeslag. Tevens zal een rouleer systeem worden ingevoerd, waardoor alle arbeiders achtereenvolgens te werk worden gesteld. De daartoe in gestelde commissie zal bestaan uit zes vertegenwoordigers der werkgevers en zes arbeiders, terwijl alle vijf Belgi- gische steenkoolbekfcens er in verte genwoordigd zullen zijn, n.l. Charleroi, Bergen, Centrum, Luik en de Kempen. De commissie zal worden (gepresideerd door den minister of een gedelegeerde en krijgt ook andere kwesties .aangaan de de steenkoolbekkens te behandelen, zooals de besfudeering van de 40-urige werkweek. In Duitschland. Te Marneck (Holstein) is in een sloot het lijk gevonden van den sedert Zondag vermisten communistischen leider Adolf Bauer. Het lichaam ver toonde geen uiterlijke verwondingen, maar men vond sporen van een hefti- gen strijd. Zondagavond had Bauer nog een rede gehouden. 14 FEUILLETON DOOR CHARLES BETHFORD. HOOFDSTUK VII. Met een ruk keerde Bliss zich om. Bij de geopende deur stond zijn hospita met het theeblad in haar handen. Ze was een kleine, magere vrouw, met een gezicht, waarvan elke lijn vertelde van de vele moeilijkheden, die ze in haar leven onder vonden had. Haar dun, peper-en-zout kleurig haar, was glad naar achteren ge streken. Toch ging er iets prettigs van haar uit Misschien was het de toon van haar stem, misschien was het de uitdruk king voor haar oogen of waren het de vermoeide lijnen om haar mond. Ze keek haar huurder een beetje angstig aan, alsof ze wel wist wat zijn antwoord zou zijn, maar toch bang was voor de bevestiging van haar vermoeden. „Ik heb geen haast vanmorgen, Mrs. Heath", zeide Bliss. „Die betrekking waar van ik u verteld heb, ben ik kwijt". Zijn hospita zuchtte, terwijl ze het thee blad even op een hoek van de tafel liet rusten. „Wat jammer, meneer", was het eenige wat ze zei. „Ja, verduiveld jammer". „En 't is zoo vervelend als u in dit weer uit moet gaan om werk te zoeken", ging ze door. „Heeft u al iets op het oog?" Bliss schudde neerslachtig van neen. „Weet u wat het is Mrs. Heath", zeide hij, „ik heb zoo iets nog bijna nooit bij de hand gehad, en ik geloof, dat ik het zaakje verkeerd aanpak. Misschien kunt u 't me zeggen. Wat doen uw commensaals ge woonlijk als ze buiten werk zijn?" „Of ze gaan naar de arbeidsbeurs of naar een of ander bureau voor werkver schaffing", zeide Mrs. Heath, „dat hangt af van wat ze betalen kunnen en van 't soort werk waarvoor ze geschikt zijn". „Ik heb op het oogenblik mijn heele weeksalaris nog in mijn zak en u ben ik toch niets schuldig, is 't wel,Mrs. Heath?" „U weet heel goed, dat ik daar heele- maal niet aan dacht, meneer", zeide Mrs. Heath verwijtend. „Goed, dan zal ik maar eens naar zoo'n bureau voor werkverschaffing gaan", be sliste Bliss. „Kunt u me ook zeggen, waar er een is?" Even viel er een stilte, terwijl Mrs. Heath nadacht. ,,'t Hangt er heelemaal van af, wat soort werk u hebben wilt", zeide ze toen. „Ik zou denken, meneer, dat u 't beste geschikt was voor licht werk, iedereen kan aan u zien, dat u niet geschikt bent voor werkelijken zwaren handenarbeid. En daarbij komt, u hebt uw uiterlijk mee. Als uw pak goed af geborsteld is en u heeft een schoone boord om, dan heeft u werkelijk iets van een heer. Als ik u was, meneer, dan zou ik probee- ren om een of ander licht baantje te krij gen". ,AIs ik zou moeten decideeren", zei Bliss in gedachten, „wat bij mij het beste ontwikkeld is, mijn spierkracht of mijn ver stand, dan zou ik werkelijk niet weten, wat te zeggen. De gulden middenweg is dus om zoo te zeggen, wat je het prettigste zou vin den en dat is in mijn geval mijn verstand". „Dan doet u het beste naar Smithson toe te gaan. Smithson op den hoek van Endell- stieet", besliste Mrs. Heath. „Een tijdje ge leden heeft een van mijn commensaals daar een goed baantje gekregen, ik geloof, dat hij vier en twintig shilling in de week ver diende en hij is twee jaar in dezelfde be trekking gebleven". Bliss nam zijn hoed van den haak. „Dan zullen we maar eens naar Smith son gaan", zeide hij, „misschien boffen we". Maar dat „boffen" liet lang op zich wachten. De eerste vier dagen was Bliss' eenige werk geduld oefenen, 's Morgéns vroeg gin hij adressen bij Smithson halen, het verdere gedeelte van den dag bracht hij door met lange vermoeiende tochten op zoek naar werk. Toen hij op den morgen van den vijfden dag weer naar Smithson toeging, zag hij al van uit de verte, dat het voor het kantoor nog drukker was dan gewoonlijk. Een half uur lang moest hij in de rij staan. Het was opmerkelijk, hoe verschillend van leeftijd en van type de menschen om hem heen waren. Zoo nu en dan schuifelde de geheele rij eenige stap pen vooruit. Eindelijk was de beurt aan hem. Toen hij zich vooroverboog om door het loketje te kijken, zag hij aan den an deren kant denzelfden bediende, die hem de vorige dagen ook te woord had ge staan; het was een bloedarm uitziende jon ge man, die hem met een paar eigenaardig verschrikte oogen door twee groote ronde brilleglazen aankeek. „Wat bent u daar weer", zei hij ver ontwaardigd, „ik geloof, dat ik u wel twaalf adressen gegeven heb". „Alles geprobeerd", antwoordde Bliss kort en bondig. „Bij de laatste betrekking was ik net vijf minuten te laat". De jonge man krabbelde een naam op een voor de hand liggend stukje papier en schoof het Bliss toe. „Hoor eens", zeide hij, „als dit nu ook weer niet lukt, dan moet u maar eens naar een ander bureau toegaan. Me dunkt, dat hier waar voor uw geld gekregen hebt' „Ik ben toch naar alle adressen, die u me opgegeven heeft, toe gegaan", zeide Bliss eenigszins beleedigd. „Mijn getuig schriften zijn goed en ik stel waarachtig geen hooge eischen. 't Is toch zeker niet mijn schuld, dat ik aldoor achter 't net heb gevischt." „Schiet nou in elk geval maar op", zei de bediende. „En u hoeft heusch niet te rug te komen, als u niet van plan bent opnieuw te betalen". In de negen maanden, die nu volgden, kwam Bliss voor vele moeilijkheden te staan en verscheidene malen wist hij nau welijks genoeg te verdienen om zich in het leven te houden, maar hij hield vol. Hij vervulde verscheidene betrekkingen, als portier, chauffeur, kantoorbediende, e.d.. maar telkens scheen het noodlot hem te vervolgen, ging de zaak- waarvoor hij werkte failliet, wilde men hem dingen la ten doen, die niet met zijn gevoelens van eer strookten, of wel, hielp hij zijn patroon zooals hij het ook Mr. Masters gedaan had, en moest dan, om zijn weddenschap niet te breken, deze betrekking verlaten. De grootste moeilijkheden, die Bliss overwinnen moest, hadden echter een an dere oorzaak. Nauwelijks een maand na dat hij Mr. Masters verlaten had, kwam hij opnieuw met Frances Clayton, de ty piste van Mr. Masters, in aanraking. Zij vertelde hem, dat het Mr. Masters nog steeds uitstekend ging, maar zij had haar betrekking bij hem verlaten, omdat hij haar voortdurend het hof maakte. En voor miss Clayton volgden toen dezelfde moeilijkhe den met haar betrekkingen, die Bliss on dervond. Voor haar was dit echter nog zooveel zwaarder, omdat zij, behalve voor zichzelf, ook nog te zorgen had voor twee zusters, waarvan er één ziekelijk was en eigenlijk een dure verpleging behoefde. En Bliss trok zich dit zoo aan, omdat hij voor het knappe en edele meisje een groote lief de opvatte. Maar toch wilde hij, geduren de het jaar van zijn weddenschap haar niet laten profiteeren van zijn rijkdom; in de eerste plaats, omdat hij dan, wilde hij met haar blijven omgaan, ook min of meer zou profiteeren van haar betere omstandighe den; in de tweede plaats, omdat hij wilde, dat zij van hem houden zou, zooals hij nu was, de arme Bliss, die moest ploeteren om zich een sober bestaan te verschaffen. Het eenige wat hij zich permitteerde, een enkele maal, als zijn verdiensten tijde lijk iets ruimer vloeiden, en ze in een ge zellig maar goedkoop restaurant in Soho een en ander gingen gebruiken, was zijn groot vertrouwen uitspreken in een betere toekomst. En soms ook, als het er voor hen beiden erg donker uit zag, trachtte hij met zijn „toekomstdroomen" haar zorgen te verdrijven. Maar toen er bijna tien maanden van het „weddenschapjaar" ver streken waren, werden de omstandigheden zoo zwaar - Frances was weer zonder betrekking, evenals Bliss, die zijn nachten in de open lucht doorbracht dat hij haar eenige weken niet durfde op te zoe ken, bang, dat hij anders de kracht zou missen om, naast zijn eigen leed, ook het hare nog te dragen. Toen echter verbeterden zijn omstan digheden weer. Hij werd aangesteld als chauffeur bij de Omnibus Compagnie, vond daar een chef en een collega, die zijn bij zondere sympathie opwekten, en boven dien een vrij behoorlijk betaalde betrek king. (Zie vervolg Tweede Blad).

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1932 | | pagina 1