GOESGHE COURANT Aspirin BIJVOEGSEL MIJNHARDT's Buitenland, Binnenland Dit buisje behoor! RS™"™B"in Uw zak VAN DE VAN VRIJDAG 13 MEI 1932. Zenuw-Tabletten75 ct Laxeer-Tabletten 60 ct Hoofdpijn-Tabletten 60 ct Bij Apoth. en Drogisten DE TARWETEELT Het secretariaat der Gewestelijke Tarwe-Organisatie voor Zeeland schrijft ons INVENTARISATIE OOGST 1932. KRING Uitgez. tarwe Uitgez. tarwe Uitgez. tarwe uitgedr. in Bedrijfs- grootte 1932 bouwland aant. leden 1931 aant. leden 1932 oogst 1931 oogst 1932 van de bedrijfs - grootte van het bouw land 1932 O. Z.-Vlaanderen 4126. 7533.09 24.2 30.- 31146.61 25113.89 1171 1170 W.Z.-Vlaanderen 2716.- 6044.06 24.6 27.7 24516.78 21844.17 872 1276 Zuid-Beveland 3140.- 4702.44 18.4 23.6 25524.19 19899.26 1290 1731 Noord-Beveland 825.— 1498.25 22.7 25.8 6630.03 5882.38 271 410 Walcheren 895.- 1613.54 11.4 20.9 14179.97 7787.60 1371 1665 Th. en St. Philips! 975.— 1426.61 14.5 17.8 9858.76 8052.43 331 456 Sch.-Duiveland I860.— 2864.98 18.9 25.3 15189. 11329.84 745 1041 België 63.— 295.03 21.0 24.5 1409.20 1277.33 18 111 14600.— 25978.- 20.23 25.66 128454.54 101186.90 6069 8400 Deze tarwe wordt verbouwd door Bovenstaande cijfers vertoonen wel is waar een belangrijke uitbreiding van de tarweteelt, doch deze is zoo groot niet als de losse geruchten wel deden vermoeden. Hadden de slechte weersomstandigheden in het najaar 1930 de uitzaai niet bemoei lijkt, dan zou de oppervlakte tarwe in 1931 reeds grooter zijn geweest en was de ver- - meerdering der uitzaai meer geleidelijk ge gaan. De uitbreiding van het ledental met 2400 (d.i. 40%) beteekent reeds een ver meerdering der bebouwde oppervlakte van 6000 a 7000 H.A. De uitbreiding en van het ledental en van de bebouwde oppervlakte illustreert den toestand van den akkerbouw in onze provincie en is verklaarbaar, omdat: le. de tarwe het eenigste product is, dat bij behoorlijke opbrengst, met zeker heid rendabel kan worden verbouwd 2e. de suikerbietenteelt, als gevolg van de steunmaatregelen, die betrekking heb ben op 80 van de gemiddelde verbouw in de jaren 1928—1930, circa 20% is in gekrompen, hetgeen beteekent, dat pl.m. 4600 H.A. voor andere gewassen beschik baar kwam 3e. de vlasteelt absoluut niet loonend is, ondanks de in uitzicht gestelde maat regelen. Hierdoor moet voor pl.m. 5000 H.A. „iets anders'' worden gezocht 4e. de andere handelsgewassen als blauwmaanzaad (1930:. 1321 H.A.), kool zaad (1930: 554 H.A.), geel mosterdzaad (1930: 731 H.A.), karwij (1930: 521 H.A.), alsmede uien (1930: 2120 H.A.), eveneens ingekrompen zullen zijn, omdat de teelt steeds speculatief is en de tijd er niet naar is om veel te risceeren 5e. de haver- en gerstprijzen zoo laag zijn, dat deze teelten niet rendabel zijn en daarom zeer belangrijk ingekrompen zullen zijn, waardoor naar schatting 5000 a 7000 H.A. beschikbaar kwam voor andere ge wassen. (Deze omstandigheden zijn plaatselijk verschillend, doch gelden voor het Zeeuw- sche zaaiplan). Het bovenstaande leert, dat er dus 14.000 a 16.000 H.A. beschikbaar kwam, die niet loonend bebouwd kan worden en waarvoor andere dan de gebruikelijke ge wassen gekozen moesten worden, of die braak zouden moeten blijven liggen. Er is reden om aan te nemen, dat de landbou wers hun keuze hebben bepaald bij tar we en aardappelen. Van dit laat ste product is veel meer uitgepoot, naar schatting 5000 H.A. (Zoolang de officiee- le cijfers niet bekend zijn, blijven dit ra mingen) Had de mogelijkheid van deze uitbrei ding niet bestaan, dan zou er reeds meer gebraakt zijn, daar dit veelal minder nadeelig is, dan jaar in jaar uit gewassen te verbouwen, die verlies opleveren. Mocht de tarweverbouw beperkt moeten worden, Belgen op Nederlandsch grondgebied, dan kan men zeker verwachten, dat een volgend jaar veel meer gebraakt zal wor den. Er zijn reeds uitingen in de pers ver schenen, dat deze uitzaai zeer verontrus tend was, eensdeels omdat bij een maal- percentage van 25 alle tarwe niet zou kunnen worden opgenomen, andersdeels omdat de werkgelegenheid op de bedrijven belangrijk zou inkrimpen. Wat het eerste betreft, hierover kan men pas oordeelen, wanneer alle cijfers uit Nederland bekend zijn en dan zal men moeten afwachten, wat te dezer zake be sloten wordt. Wat het tweede betreft, mag worden aangenomen, dat de uitbrei ding van een tarweteelt voornamelijk ten koste is gegaan van de inkrimping van de haver en gerst, waardoor er geen wijziging in de werkgelegenheid is geko men en van het vlas, het geen zijn oorzaak vindt in de absoluut onvoldoende steun maatregelen. In dit verband mag er op gewezen wor den, dat de graanteelt in de jaren 1913 en 1914 (de beide jaren vóór den oorlog) resp. bedroeg 35.265 en 37.287 H.A. of wel 32 en 34 van het bouwland, terwijl dit in 1921 nog 35.598 H.A. (33%) be droeg en nadien steeds is afgenomen, doch steeds nog 28 van het bouwland be droeg. De inkrimping van de suikerbietenteelt wordt volledig gecompenseerd door de uit breiding van de aardappelteelt, waardoor aan werkgelegenheid niet verloren is. Met bieten en aardappelen waren in 1930 be bouwd 33.383 H.A. (gemiddeld gedurende 1921'tot en met '30 36.565 H.A.), hetgeen dit jaar zeker bereikt zal worden. Bij dit alles mag niet vergeten worden, dat wanneer de toestand niet spoedig ver betert, het meerendeel der landbouwers door geldgebrek gedwongen zal worden de intensiteit van het Zeeuwsche akkerbouw bedrijf belangrijk te verminderen, om op deze wijze tot een sluitende rekening te komen, waarnaar iedere landbouwer moet trachten te komen, wil hij niet ten gronde gaan. Door den steun aan de tarwe en de bieten alleen zullen zeer velen er nog niet kunnen komen, wanneer niet alle maatre gelen, die hem ten dienste staan, genomen worden. Vaak wordt er een overdreven voorstel ling gegeven van de financieele resultaten van den tarwesteun. Men dient echter wel te bedenken, dat de richtprijs van f 12,50 (waarin de bewaarpremie is begrepen) be rust op de productiekosten en de prijzen gedurende de laatste 10 jaar. Het bedrag, dat er netto voor den boer overschiet, kan de verliezen op andere producten in zeer vele gevallen niet goed maken, vooral nu de gemengde bedrijven ook in het gedrang zijn gekomen. ACHTTIEN MEI. Voor Volkenbond en Vrede. Gedurenae reeds een lange reeks van jaren heeft de „Vereeniging voor Volkenbond en Vrede", welks hoofd bestuur en verdere organen zijn sa mengesteld uit personen van elke po litieke en godsdienstige richting, op den 18 Mei haar Volkenbondsdag. De ze beoogt om, zooveel mogelijk op een en denzelfden dag en zooveel mogelijk door geheel het land, aandacht te schenken aan den Volkenbond, zijn beteekenis, zijn werken, en zoodoende te komen tot een vermeerderde be langstelling voor deze instelling, die alleen dan, wanneer zij leeft bij allen, kan groeien tot een organisme, waar van kracht uitgaat. Telken jare' sedert 1927 is van de zijde van den Minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen een aan schrijving uitgegaan, waarin aan de schoolautoriteiten zoowel van het La ger als het Middelbaar onderwijs ver zocht werd de beteekenis van den Vol kenbond, aan de scholieren uiteen te zetten. De Minister heeft gemeend, dat thans de aandacht van de scholen vol doende op deze aangelegenheid is ge vestigd, zoodat het Z.E. niet noodza kelijk is voorgekomen dit jaar weder om een circulaire voor dit doel te ver zenden. Het zou uiteraard te betreuren zijn, en het ligt zeker niet in de bedoeling van den Minister, dat dientengevolge de scholen, Lagere zoowel als Mid delbare, openbare zoowel als bijzon dere, niet op den 18 Mei a.s. de ge bruikelijke aandacht aan den Volken bondsdag zouden geven. Doel van dit artikeltje is met aan drang aan alle scholen, leeraren en onderwijzers te verzoeken aandacht aan den Volkenbond op den 18 Mei a.s. te geven. Voorzoover zulks door onderwijzers of leeraren mocht worden gewenscht, stelt het Secretariaat van de „Veree niging voor Volkenbond en Vrede", gevestigd Jan van Nassaustraat 93 te 's Gravenhage, zich ter beschikking teneinde inlichtingen, die worden ge vraagd, hetzij betreffende den Volken bond, hetzij betreffende de wijze om deze op de scholen uiteen te zetten, te verschaffen. Het zal het Secretariaat aangenaam zijn, indien vele aanvragen het daartoe bereiken. Doumer's uitvaart. De Parijsche bevolking heeft gister morgen met groote plechtigheid den vermoorden president der Fransche republiek, Doumer, naar zijn laatste rustplaats begeleid. Langs den gehee- len weg hingen de vlaggen halfstok. De vertegenwoordigers der buitenland- sche mogendheden (o.a. Koning Albert en de Prins van Wales) waren reeds om half acht op het Elysée aanwezig. Om 8 uur zette de stoet zich in bewe ging naar de Notre Dame, waar de kerkelijke rouwdienst pjaats vond. Dr. Brüning spreekt. Duidelijke woorden. Het belangrijkste feit van de laat ste zittingsperiode van den Duitschen Rijksdag was de groote rede, welke de rijkskanselier heeft gehouden. Dr. Brü ning was in schitterende conditie. Hoewel hij enkele dagen geleden voor de Duitsche pers zijn politiek program uiteen had gezet, wist hij door nieuwe formuleeringen en door zijn slagvaar digheid den Rijksdag sterker te boeien dan dit tot nu toe één spreker had ge daan. Het betoog van den rijkskanse- :ier was tegelijkertijd vol pessimisme. Hij schilderde den algemeenen toe stand van de wereld in uiterst don kere kleuren, maar juist omdat de in ternationale crisis een zoo ver gevor derd stadium had bereikt, meende hij ook op verbetering te kunnen hopen. Nog nooit heeft hij zoo nadrukke lijk de totale schrapping der reparatie- lasten verlangd als hij dit nu heeft ge daan. Daarbij kwam het tot een merk waardige scène. Zonder veel omhaal verweet de rijkskanselier den natio- naal-socialisten, dat zij in besprekin gen met buitenlandsche diplomaten zich geneigd hadden verklaard, een ac- coord aan te gaan, dat hij verwierp. Een daverend gelach ging door de zaal toen dr. Brüning deze onthulling had gedaan en hij op zoo onbarmhartige wijze de dubbelzinnige tactiek der Hit- terianen had ontmaskerd. Van de ban ken der uiterste rechterzijde klonk slechts de tegenwerping: „Dat zijn geen methodes", waarop dr. Brüning nieuw vuur vatte en antwoordde, dat de Hitlerianen de laatsten waren, die tegen zijn methode van debatteeren be zwaar konden maken. Overigens was het hem alleen er om te doen geweest, te laten uitkomen, dat zijn regeering en ook zijn eventueele opvolger in de reparatiekwestie geen ander standpunt zouden innemen dan hij dat nu deed. Zeer sterk legde dr. Brüning den na druk er op, dat Duitschland den te- genwoordigen economischen en finan- cieelen strijd kan uithouden. Men had den grooten aanval,waarvoor ieder in Duitschland steeds gevreesd had, door staan, toen de credieten op korten ter mijn werden teruggetrokken. Thans was Duitschland in staat, het langer uit te houden dan vele andere landen. De hoofdzaak was, dat de rijksmark stabiel bleef en Duitschland zou den wisselkoers weten te verdedigen. In dien het noodig was, zou men nog scherpere maatregelen nemen en den invoer nog verder beperken, maar een nieuwe inflatie zou er niet komen. Te vens zou hij het crediet van het rijk hoog houden, wat niet kon geschieden zonder ook een oplossing te vinden voor de schulden der landen en ge meenten. Dezen keer, aldus dr. Brüning, zal het buitenland er niet in slagen, een regeling ten koste van Duitschland te treffen. Dat klonk zeer strijdlustig. Dr. Brüning voegde er echter aan toe, dat hij reeds verscheiden landen voor zijn opvatting had weten te winnen, en dat zij, die verdere reparatie-beta lingen verlangden, dit slechts deden voor een verre toekomst, die hij niet kon voorzien. Daags nadat de repara tiebetalingen geschrapt zullen zijn, riep hij uit, zal de heele wereld veel rijker wezen. Dr. Brüning dreef de nationaal-soci alisten nogmaals leelijk in het nauw, toen hij hun verklaringen van hun par tijleiders voorhield, waarin gezegd werd, dat het thans tijd was voor de Hitlerianen, aan de regeering te ko men, daar successen op het gebied der buitenlandsche politiek waren te ver wachten. „Ik ben aan de regeering en ik kan er aan blijven", riep Brüning hun toe. Hoewel vaak onderbroken door de batten met de uiterste rechterzijde: was Brüning's rede een groot parle mentair succes. Zelf schijnt hij er niet aan te twijfelen, dat hij het Duitsche schip van staat veilig zal brengen door den storm, waarin het zich thans be vindt. Rijksdag-schandaal. De voorzitter van den Duitschen Rijksdag deelde gister tijdens de zit ting mede, dat hem gerapporteerd was, dat in den Rijksdag een journalist is aangevallen (rumoer bij de nazi's). Spr. heeft opdracht gegeven om de daders, onverschillig of zij afgevaar digden zijn of niet, door de politie te doen aanhouden. Na deze mededeeling komt het tot rumoerige twistgesprekken tusschen de nazi's en sociaal-democraten. Loebe schorst de vergadering voor een half uur. Over de mishandeling die tot de schorsing leidde meldde men nader: Overste Klotz, voorzien van een toegangskaart, zat in het restaurant van den Rijksdag om met eenïge soc.- democratische afgevaardigden iets te bespreken. Toen de bel voor de eerste stemming ging, verlieten de afgevaar digden hem en Klotz bleef alleen wachten. Plotseling kwamen eenige laat-ko- mende nat. soc. afgevaardigden voor bij, die bij het zien van Klotz uitrie pen: daar zit de hond die de Bröhm- brieven vervalscht heeft! Zij sloegen Klotz, die zich heftig te weer stelde, tegen den grond en toen twee inspec teurs hem te hulp wilden komen, vie len ongeveer 20 nat.-socialisten op Klotz en'de inspecteurs aan. In de pauze is Klotz in de zittings zaal toegelaten, waar hij twee nat. soc. afgevaardigden als aanvallers aanwees. Klotz stond vroeger aan de zijde der nat. socialisten, maar is later tot de soc. democraten overgegaan, en heeft een brochure tegen de nazi's geschre ven in den vorm van de bovengenoem- brieven. Na de heropening der zitting te 3 uur deelt Loebe mee dat hij al zijn bevoegdheden aan de justitieele amb tenaren heeft overgedragen om de mis handeling van Klotz te onderzoeken en voor den strafrechter te brengen. Er komt bij dat iemand de lafheid heeft gehad uit het gebouw aan de echtge- noote van het slachtoffer de telefoni sche boodschap te sturen „dat haar man zich onbehoorlijk gedragen had en deswege doodgeslagen was. Ze moest maar iemand zenden om de beenderen te halen halen". Loebe deelt dan mee dat de natio- naal-socialisten Weitzel, Koch, Steg- man en Heine door getuigen herkend zijn als de eerste aanvallers. Het noe men van Heine's naam wekt een storm van verontwaardiging aan de linker zijde, waar men roept: „zoo gedragen zich veemmoordenaars in den Rijks dag". Loebe sluit alle 4 afgevaardigden voor 30 dagen van de bijwoning der zittingen uit, ongeacht de maatregelen die de justitie of het slachtoffer zul len nemen. Als geen van de vier uitge- slotenen aanstalten maakt om te ver- vertrekken en Frick een „verklaring" il afleggen, zet Loebe zijn hoed op en sluit de vergadering met de korte mededeeling: „ik zal den dames en heeren laten weten wanneer ik de zit ting heropenen zal." Nog lang nadat Loebe vertrokken is blijft het rumoerig in de zaal maar de nu door politie versterkte zaal dienaars weten geleidelijk een ontrui ming te bewerken. UIT DE TWEEDE KAMER. De ongevallenwet. De Tweede Kamer heeft haar in de laatste maanden zoozeer op de crisis maatregelen toegespitste werkzaamhe den ditmaal eens afgewisseld met een debat over de Ongevallenwet. Op den 17den Maart van het vorige jaar dien de de heer K. ter Laan (s.d.a.p.) n.l. een motie in, waarin hij herziening vroeg van het hoofdstuk der Onge vallenwet, dat den omvang der schade- deloosstelling en de berekening daar van behandelt en hij deed zulks op grond van de klachten over de toepas sing van verschillende artikelen van dat hoofdstuk. Die klachten werden bij de behandeling van de begrooting van dit jaar in een nota van den heer Drop (s.d.a.p.) opnieuw naar voren ge bracht en men besloot toen de be spreking van de toepassing der wet uit te stellen tot de behandeling der motie, een behandeling, die gisteren is aangevangen. De heer Ter Laan betoogde, dat er vele gevallen zijn, waarin de uitvoe ring van de wet te wenschen laat, zoo dat zij niet steeds de werking heeft, welke zij kan en moet hebben. Hij noemde daarbij verschillende voor beelden, die z.i. bewijzen, dat wets wijziging dringend noodig is. Het gaat hier vooral ook om de beslissingen van den dokter, die uit medisch oogpunt wellicht wel juist zijn, doch waarin het sociale element echter dikwijls niet tot zijn recht komt. De minister heeft een commissie van overleg toe gezegd en dit is al wat, al is het niet afdoende. Naar sprekers inzicht be hoort een commissie ingesteld te wor den, waarin werknemers, regeering en Raden van Beroep vertegenwoordigd zijn en die zal aangeven welke wets verbeteringen noodig zijn. Met cijfers en tallooze voorbeelden vulde de heer Drop het betoog van zijn partijgenoot aan. Hij ontkende dat zucht tot critiek hem in zijn nota ge leid heeft en laakte de „verdachtma- kende methode" van het ministerieel antwoord op die nota. Er is, zoo meen de spr., een verschil tusschen de schat tings- en de werkelijkheidsinvaliditeit, dat de R. V. B. niet kan wegpraten. Bij den prikkel om de arbeidsgeschikt heid te doen toenemen overheerscht het medisch clement het sociale. Toen de heer Drop zijn stelling met voor beelden trachtte te staven, riep minis ter Verschuur: „Die gevallen bewijzen niets", waarop de voorzitter den mi nister verzocht te wachten tot hij zelf aan het woord zou komen! (Hilariteit.) De heer Drop kwam naar aanlei ding van een en ander tot de conclusie dat er verschil van meening bestaat over de vraag, wat een rechtvaardige toepassing van de wet is. Men vraagt zich af of het sociale element wel vol doende in het oog wordt gehouden, doch mist voldoende gegevens. In ver band hiermede is het spr. en zijn par- tijgenooten beter voorgekomen de mo tie-Ter Laan te wijzigen in een, waarin de Kamer uitspreekt, dat een onder zoek naar de vraag of de Ongevallen wet wordt uitgevoerd in volledige over eenstemming met doel en strekking, ge wenscht is, en den minister uitnoodigt daartoe een commissie in te stellen, waarin de regeering, de R. V. B., de beroepsorganen, werknemers en werk gevers vertegenwoordigd zijn. l evenals alle andere onmisbare dingen vulpenhouder potlood portefeuille, enz. welke een man niet kan missen, eemg op de wereld Lef op oranje band en Bayerkruis. Prijs 75 ds.^ De heer Kuiper (r.k.) bleek het met de inleiders eens, dat de werkelijke schade gaat boven de medisch bepaal de arbeidsongeschiktheid; met de ver minderde kans op werk b.v. wordt te weinig rekening gehouden. Ook deze spreker drong daarom op een deskun dig onderzoek aan, dat hij wilde uit breiden tot de beroepswet en de wet op de R. V. B. Hij diende daarom een tweede motie in, waarin een onderzoek gevraagd wordt naar een eventueel noodige wijziging in de toepassing van bovengenoemde wetten en waarin de regeering uitgenoodigd wordt een com missie te benoemen met de bevoegd heid om concrete voorstellen in te die- in. Hoewel dr. Vos (lib.), die de critiek op de medici niet geheel billijk achtte en opmerkte, dat de kwestie van het werk voor de onvolwaardigen een soci aal vraagstuk op zichzelf is, voelde hij ook wel wat voor een onderzoek. Zou er echter in de moties een element van wantrouwen tegen de rechtspraak schuilen, dan zou hij er niet vóór kun nen stemmen. Beter zou het daarom zijn, als de minister er toe zou kun nen komen zelf een commissie in te stellen. Voor zoo'n onderzoek voelde de heer Snoeck Henkemans (c.h.) ech ter niets. Het kan wel zijn, dat de ver anderde bedrijfsomstandigheden een andere wetstoepassing noodig zouden maken, doch dan is de minister best in staat met zijn ambtenaren zelf die wijziging door te voeren. De economische raad. De Tweede Kamer heeft daarna ook de behandeling van het wetsontwerp in zake de instelling van een Econo mischen Raad ten einde gebracht. He den zou over het ontwerp gestemd worden. Gistermiddag zijn nog de amendementen van de heeren Joekes en Van Voorst tot Voorst op artikel 6 goedgekeurd, resp. met 51 tegen 19 en 52 tegen 19 stemmen. Artikel 6 werd met 52 tegen 19 stemmen aange nomen. Ten slotte was er nog een amendement-Joekes op art. 8 dat den Raad de bevoegdheid geeft om onder werpen, die niet bij vaste commissie of bij een erkend college van advies thuis behooren, naar bijzondere com missies te verwijzen. De heer Joekes meende, dat die verwijzing ook moest kunnen geschieden, al behoort het on derwerp bij een erkend college van advies thuis. Zijn amendement werd echter met 40 tegen tegen 29 stemmen verworpen. De Philips-bedrijfspolitie. Gebruikt vuurwapens en spioneert. Het Tweede Kamerlid De Visser heeft den Minister van Justitie de volgende vra gen gesteld 1. Is het der regeering bekend, dat bij een goed deel der bevolking van Eindho- en met stijgende ontstemming wordt ken nis genomen van het wederrechtelijk op treden van de Philips-bedrijfspolitie, die zich veroorlooft, ook buiten de terreinen der Philipsfabrieken als politie op te tre den en een ongekende terreur op bepaalde inwoners toepast 2. Is het der regeering bekend, dat de ze particuliere politie onder leiding van haar zoogenaamden inspecteur in de stad vaak politie-diensten ten uitvoer legt en er zelfs niet tegen op ziet daarbij van vuurwapens gebruik te maken 3. Is het der regeering bekend, dat ge noemde bedrijfs-politie zich herhaaldelijk schuldig maakt aan hinderlijk volgen van personen en hierbij zoover gaat, de huizen van bepaalde personen dag en nacht te be waken, vaak door de brievenbus poogt te beluisteren welke gesprekken binnenshuis worden gevoerd en door de gordijnen tracht te bespieden, welke handelingen in woningen van de betrokkenen worden ver richt 4. Is het der regeering bekend, dat ge noemde bedrijfs-politie vaak vervolgingen doet instellen zonder dat de vervolgden er iets van weten, dat tegen hen proces-ver baal is opgemaakt en dat ook bestraffing ten gevolge daarvan plaats heeft 5. Wil de regeering oogenblikkelijk maatregelen treffen, dat aan dit optreden van de Philips-bedrijfspolitie een einde wordt gemaakt en, indien een onderzoek naar een en ander wordt ingesteld, zich niet uitsluitend doen voorlichten door de politioneele autoriteiten, die dit optreden blijkbaar billijken Amsterdam's salarissen. Naar wij vernemen heeft de Kroon thans vernietigd het besluit van den Raad der gemeente Amsterdam van 29 April 1932, houdende vernietiging van de besluiten der commissiën voor Georganiseerd Overleg tot tijdelijke korting op de wedden van ge meente-ambtenaren en ambtenaren van de politie, alsmede tot herstel van 1 Mei 1932 tot 1 Juli 1933 voor de vóór die besluiten geldende wedde-regelingen.

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1932 | | pagina bijlage 1