De weg tot geluk
N° 55
Maandag 9 Mei 1953
fi9e Jaargang.
Buitenland,
ABONNEMENT
Prijs per kwartaal in Goes ƒ2»
buiten Goes ƒ2,—'
Afzonderlijke nummers 5 cent.
Verschijnt Maandag-, Woensdag
en Vrijdagavond.
ROND HET GROENE FRONL
Twee hoofdwegen.
Wij zijn er in den laatsten tijd aan
gewoon geraakt, dat, wanneer verkie
zingen voor de Kamer in het zicht zijn,
er nieuwe partijen worden gemaakt.
Zij komen voort uit groepen, die mee
nen, dat in het parlement aan hun be
langen te weinig aandacht wordt ge
schonken, ja zelfs, dat deze worden
verwaarloosd. Veel succes heeft men
als regel bij de stembus niet gehad
en een lang leven is die nieuwelingen
nooit beschoren geweest.
Het meest sprekende voorbeeld voor
de weinige levensvatbaarheid van der-
gelijk maaksel is wel de economische
Bond van Treub. Hier stond aan het
hoofd een geniaal man, een ervaren
parlementariër, de oud-minister uit
het oorlogsmïnisterie, waaraan Neder
land zoo ontzaglijk veel te danken
heeft. Zijn begin, de gansche opzet,
was reeds talentvol. Er werd niet ge
proken van groepsbelangen, het groo
e, algemeene belang bleef op den
voorgrond staan, alleen .dit zou nu
liet meer bekeken worden door een po
itieken bril, doch uit een oogpunt
an economie, met terzijdestelling van
lies, wat naar politiek rook. Personen
an verschillende levensbeschouwing
onden daarom toetreden. De groote
•aas zelf trok door het land, zijn ver
aderingen waren reuze-successen, im
tiers men had genoeg van de politiek,
doch desondanks vermocht hij slechts
drie Kamerzetels te veroveren en wei
nig tijd daarna werd ook deze partij
met andere in den smeltkroes gewor
pen, waaruit de Vrijheidsbond te voor
schijn kwam.
We hebben aan een dergelijke be
weging, na herhaald verzoek, nooit wil
len mededoen. We deden niet mede,
omdat we onder politiek nog altijd
iets beters verstaan dan het drijven
van koehandel en omdat naar onze
eening het levensbeginsel, dat men
elijdt, ook bepaalt den kijk op de
conomische behoeften van ons volk.
Weer nadert het verkiezingsjaar en
„het is thans in den landbouw stand,
"dat stemmen opgaan om bij de ver
iezingen met eigen candidaten uit te
omen, met mannen die de platte
andstoestanden kennen van nabij en
van wie men verwacht, dat zij in het
jparlement met kracht en talent voor
de belangen van het platteland zullen
opkomen.
Een „groen front" heeft zich
yormd om de daarvoor noodige voor
bereidende maatregelen te treffen. Dat
js geen gemakkelijke taak. Het staat
voor den opbouw van een geheel nieu-
organisatie, een eigen huis, met
éigen interieur, waarin naar het hoopt,
ben groot deel van het Nederlandsche
(kiezerscorps onderdak zal zoeken en
lich thuis zag gevoelen. Deze fronters
aan tot dezen moeilijken arbeid over,
bmdat zij van oordeel zijn, dat hun be-
angen in de Kamer krachtiger naar
oren moeten worden geschoven dan
ot dusver is gedaan.
Een andere groep, de „boerenbon
ten", gaat minder ver. Deze wil geen
Jgen candidaten, doch pressie, druk,
Ikitoefenen op de bestaande politieke
jartijen; aan deze wil zij haar land
buwprogram voorleggen en de poli
'eke partij, die daaraan serieus ad
aesie betuigt, zal van den weerom-
uit op den boerensteun kunnen re-
énen.
In zekeren zin bouwt de tweede
toep dus niet haar eigen huis, ze re
gevestigd
ADVERTENTIEN
van l~-5 regels ƒ1,20, elke regel
meer 24 cent. Driemaal plaatsing
wordt 2 maal berekend. Dienst
aanbiedingen en aanvragen 15 ct.
per regel. Advertentiën worde*
aangenomen tot 12 uur voorin.
FEUILLETON
door
E. PHILIPS OPPENHEIM.
Geautoriseerde vertaling van
M. HELLEMA.
„Ik kom met een heel vermetel voorstel"
begon Gerald, „maar ik hoop toch, dat u
het zorgvuldig zult overwegen. U hebt ve-
-gevangenen in uw Vesting, die daar
3*oor een groot deel vertoeven wegens on-
vgeftik. Er zijn daar velen, wier vergrijpen
t-onbeduidend zijn, die waarschijnlijk over
korter of langer tijd weer vrijgelaten zul-
2 len worden, en die nu evengoed in vrij-
heid gesteld konden worden dan op kosten
van de regering hier blijven".
„U schijnt heel wat te weten van mijn
.gevangenen", merkte de Gouverneur on
vriendelijk op. „Velen van hen zijn misda-
digers van de ergste soort".
„Het is niet over een daarvan, dat ik
wensch te spreken", verzekerde Gerald
bjn. „U hebt hier toevallig een jonge man,
£n 't geheel niet tot de klasse van mis-
jers behoort. Hij heeft zeer rijke vrien-
riep de Gouverneur uit. „Hoe
deneert, er zijn reeds huizen genoeg
en zij wil volstaan met het huren van
een kamer met eigen stoffeerïng in die
bestaande huizen, natuurlijk in de
hoop, dat aan dien solïden huurder
eenige zeggenschap zal worden toege
kend en stellig aan zijn belangen zal
worden gedacht.
Met het voorgaande meenen we de
beweging, die thans in verschillende
streken van ons land op het platteland
gaande is, te hebben gekarakteriseerd.
Eenïg commentaar moge hierop vol
gen. We beginnen dan met de er
kenning, dat deze beweging niet gelijk
mag worden gesteld met hetgeen we
tot dusver in dien geest zagen gebeu
ren. Onder alle maatschappelijke om
standigheden zullen er wel enkelingen
en groepen blijven bestaan, die mee
nen, dat ze tekort worden gedaan en
daarom voor zichzelf willen zorgen.
Vandaar dat zoolang ons kiesstelsel
dit mogelijk maakt, in elke nieuwe
periode pogingen daartoe zullen wor
den aangewend. In de meeste gevallen
gaat zoo'n poging uit van den een of an
deren streber, die geen kans ziet om
door de groote poort binnen te komen
en nu een kans waagt langs een ach
terdeur. Partij en program worden
door dezulken zelf gemaakt en elke
stem daarop is een sport in den lad
der, die hem voeren moet naar het
vooropgestelde doel. Hoe we over zulk
maakwerk denken, beschreven we aan
het begin.
Zoo staat het, naar onze meenïng,
met de beweging onder de boeren
echter niet. We hebben hier geen
krachtpatser, die door een opzicht-
baar, aanlokkelijk uithangbord een
groep om zich heen heeft weten te ver
zamelen. Wat hier gebeurt is van on
deraf opgekomen, spontaan, het ge
heele land door van Noord tot Zuid.
De heerschende landbouwcrisis en de
steeds nijpender wordende nood heb
ben deze beweging in het leven geroe
pen. Men kan dan ook geen bepaald
persoon aanwijzen, die hiermede be
gonnen is. In de plattelandsche pers
van verschillende richting over het
geheele land en in de landbouwpers
kwamen dergelijke stemmen a.h.w. te
gelijk tot uiting, ieder naar eigen wijze;
maar allen in denzelfden trant. En al
die éénlingen, die slechts steunen kon
den op eigen kracht en overtuiging.,
hebben hulp gezocht tegen de elemen
ten, die hen bedreigen. De geest des
tijds heeft hen dien steun doen zoe
ken in een landelijke organisatie.
Deze heeft dan de bouwstoffen, die
uit het geheele land zijn aangevoerd,
te ordenen en deze geschikt te maken
tot bouwsteenen.
Zooals we deden zien, zijn in deze
beweging duidelijk twee groepen te
onderscheiden. In eigen oog verschil
len zij zoozeer in methode, dat tot
dusver in samenwerking nog geen heil
wordt gezien. De een wil zelf zijn eigen
huis bouwen, de ander ïs tevreden met
een behoorlijk onderdak in één der
bestaande huizen.
De houding der eerste groep lijkt
radicaler dan die van de tweede
groep. Zij willen hun eigen vakmen
schen aan het werk zetten. De vraag
is echter of daardoor hun kans van
slagen grooter is, de kans van slagen
in dien zin bedoeld, dat inderdaad
het verlangde huis zal verrijzen, want
door het aanstellen van eigen vak
lieden is men daarvoor nog niet vol
ledig verzekerd, immers, de aangestel
De vrouw mengde zich in het gesprek.
Zij greep haar vriend bij den arm.
,Ivan", riep zij, „het is ongeloofelijk
Weet je, van welke som monsieur spreekt?
Het is om versteld van te staan! Hij
spreekt van tien duizend pond! Dat is twee
millioen roebels! Wat denitc je daarvan?'
„Heilige moeder Gods!" prevelde Kross-
neys. „Een van mijn gevangenen?"
,Een van uw gevangenen", herhaalde
Gerald. „Ik zal heel openhartig jegens u
zijn, meneer. Ik weet, dat ik met een man
van eer spreek, en ik vraag u in aanmer
king te nemen, dat deze jonge man niet
overtuigd is van eenige misdaad, en dat de
regeering, door welke hij hierheen werd
gezonden, wankelende is. Het is geen om-
kooperij, die ik u voorstel. Het is de prijs
voor een daad van rechtvaardigheid. Het
geld zal contant worden betaald".
Krossneys was nu even opgewonden als
de vrouw. Maar zijn blijdschap was ver
mengd met vrees, dat bleek duidelijk uit
de bezorgdheid op zijn gelaat en zijn ang
stige vragen.
„Het nummer?" riep hij. „Zeg mij, welk
nummer de gevangene heeft, dien u ver
langt?"
„Nummer 29", antwoordde Gerald.
De Gouverneur sloeg met de gebalde
vuist op de tafel, zoodat de glazen rinkel
den.
„Moge de duivel jullie beiden halen!"
riep hij.
den, in dit geval de gekozenen, kun
nen door gebrek aan ervaring, funda
menteele fouten maken. Uit onze par
lementaire geschiedenis kunnen zulke
voorbeelden worden aangehaald.
De andere groep lijkt voorzichtiger
secuurder, zij koopt haar eigen meu
bels en vraagt een passende kamer in
een bestaand huis. Nu gelooven we in
derdaad, dat de politieke partijen te
genover die laatste beweging niet on
verschillig zullen staan. Zeker, er zijn
in haar midden verschillende land
bouw-specialisten, doch er zijn er on
der, die het bedrijf en het bedrijfsle
ven zijn ontgroeid. Menige politieke
partij zal moeten toegeven, dat ver
sterking van haar landbouw-element
noodzakelijk is, waarmede echter nog
niet gezegd is, dat dit ook zal gebeu
ren. Een hoofdbestuur moge daartoe
adviseeren, de leden der partij spre
ken ook een woordje mee, geven soms
bij vrij referendum de candidaten aan.
Zijn deze eenmaal gesteld, dan is het
moeilijk daarin verandering te bren
gen.
Men vergete ook niet, dat in verkie
zïngsdagen beloften gemakkelijk wor
den afgelegd. Zoo zou het weieens kun
nen gebeuren, dat alle politieke par
tijen te kennen zullen geven met het
doel in te stemmen, waarmede dan
niet veel nieuws zou zijn bereikt.
De vraag moet dan ook aan do twee
de groep worden gesteld, of zij toch
niet een stap verder moet gaan en aan
de politieke partijen niet alleen vta
gen om een sympathiebetuiging, doch
met klem erop aandringen dat op de
candidateniijsten de landbouwmen
schen een goede kans zullen hebben
Zou op ons denkbeeld worden inge
gaan, dan zou een limiet moeten wor
den gesteld om voldoenden tijd over
te houden voor verdere stappen, zoo
als de eerste groep beoogt.
Met dit alles hebben we te kennen
willen geven, dat we de boerenbewe-
ging zeer begrijpelijk en verklaarbaar
vinden, dat we in zekeren zin sympa
thiek daartegenover staan, maar ook
hebben we willen zeggen, dat op dezen
weg liggen voetangels en klemmen
zoodat met kalm en rustig overleg ge
handeld zal moeten worden. W.
FRANKRIJK'S PRESIDENT
OVERLEDEN.
Geneeskundige hulp
mocht niet meer ba
ten.
President Paul Doumer is Vrijdag
nacht om 4 uur 40 aan de gevolgen
van zijn verwondingen zacht en kalm
overleden. Hij is 75 jaar geworden.
De dood van het Fransche staats
hoofd was voor degenen, die de late
avonduren en het begin van den nacht
in het Höpital Beaujon hadden door
gebracht, geen verrassing meer. Reeds
sedert tien uur wist men, dat nog
slechts een wonder den grijsaard zou
kunnen redden. De zes artsen, die
den strijd om het leven van Doumer
voerden, constateerden, dat er com
plicaties intraden, en dat met name de
hersenen aangetast bleken, en gaande'
weg verloren zij de hoop, dat zij erin
zouden slagen hem te redden, In groo
te spanning en ontroering woonden
mevr. Doumer, .de kinderen en klein
kinderen van den president, de pre
Hij schopte een voetenbankje, dat in zijn
bereik was, dwars door de kamer. Toen
liet hij zich in een armstoel vallen en bleef
daar met gekruiste armen Elsa woedend
aanstaren. De vrouw keek naar hem, alsof
zij dacht, dat hij plotseling gek was ge
worden.
Heb je je verstand verloren, Ivan?"
riep zij, „Negen en twintig of negen en der
tig wat doet dat er toe? Is de eene ge
vangene niet even goed als de andere? Wie
komt hen bezoeken? Wie weet, welke cel
ledig is? Ba!"
,,Je dacht dus, dat je voor je leven rijk
waart, he Elsa?" mompelde de man in de
stoel. „Nu, die gedachte kan je wel laten
varen. En wat u betreft, meneer, ging hij
voort met een kwaadaardigen blik op Ge
rald, ,,u moogt u gelukkig prijzen, als u
dit land even gemakkelijk verlaat als u
er gekomen bent".
De vrouw kwam wat dichter bij hem. In
haar oogen was de blik van een wild dier.
„Luister, Ivan!" riep zij. „Ben je gek?
Het is een vermogen, dat deze man in zijn
hand houdt. Wat is er onder het schuim,
dat je gevangenissen bevolkt, dat daarte
gen opweegt? Je maakt mij bang. Het geld
zou tusschen ons verdeeld worden. Con
tant geld, Ivan! Geld om uit te geven
morgen overmorgen eiken dag!"
„Jij gekkin!" snauwde de Gouverneur.
Waartoe dient geld, als je voeten in de
lucht bengelen en je nek gebroken is?
mier Tardieu en de leden der regee-
ring den strijd der artsen bij.
De laatste uren.
Om 11 uur constateerden de ge
neesheeren, dat de krachten van den
president voortdurend afnamen; beur
telings werden puncties in de lenden
streek verricht en injecties toegediend
Toen Doumer een oogenblïk bij kennis
kwam vroeg hij: „Zijn het Franschen
die het gedaan hebben, en hoe is het
eigenlijk gebeurd?" Toen een der art
sen zeide, dat hem een auto-ongeluk
was overkomen, informeerde Doumer
naar den naam van den chauffeur. De
dokter vroeg hem toen, zich toch te
sparen en te probeeren of hij kon sla
pen. Weldra verloor Doumer toen op
nieuw het bewustzijn.
Om 1 uur werd bekend gemaakt
„Zoo even is een nieuwe bloedtrans
fusie op den president der republiek
toegepast, welke echter geen reden
tot hoop meer laat. Doumer ligt in
doodsstrijd. Het einde kan ieder
oogenblik intreden".
Na deze transfusie kwam Doumer
opnieuw een oogenblik bij en fluister
de: „Wanneer zijt gij klaar met mij?"
Tegen half twee werd een nieuw com
muniqué uitgegeven, waarin gezegd
wordt: „De in verband met de sche
delkwetsuur ingetreden storingen in
de hersenen worden erger. De zwakte
neemt toe. De toestand van den pre
sident wordt steeds bedenkelijker."
Kort daarna trad de toestand van
coma in; elk .oogenblik verwachtte
men toen het einde, en om 4' uur 40
trad het in, zonder dat Doumer meer
tot bewustzijn was gekomen.
1 Ministerraad.
In de gehouden zitting van den tran
schen ministerraad zijn de volgende
besluiten genomen.
President Doumer is in de uitoefe
ning van zijn functies vermoord. Hij
zal dus een nationale begrafenis deel
achtig worden en zijn stoffelijk over
schot zal in het Panthéon worden bij
gezet. De begrafenis vindt Donderdag
12 Mei plaats.
Verder heeft de ministerraad be
sloten, dat de Nationale Vergadering
welke den nieuwen president moet
kiezen, Dinsdagmiddag 2 uur zal wor
den bijeengeroepen. De huidige Ka
mer, dus de in 1928 gekozene, zal aan
de verkiezing deelnemen, daar de nieu
we Zondag gekozen Kamer pas 1 Juni
in functie treedt.
De Fransche premier Tardieu heeft
het volgende manifest uitgevaardigd:
„De president der republiek is ver
moord. Heel Frankrijk is stom van
droefheid en in rouw gedompeld. Het
land betreurt den illusteren grijsaard,
wiens leven in 's lands dienst stond en
van wien vier zonen voor de verdedi
ging van het land zijn gevallen. Het
land buigt zich voor de treurende
weduwe, die hedenochtend in het zie
kenhuis de oogen van haar man, die
zelf op het veld van eer is gevallen,
heeft gesloten. Laten wij den overle
den president de eenige eer bewijzen,
die hij gewenscht zou hebben. Mor
gen vinden de Kamerverkiezingen
plaats, Dinsdag zal de Nationale Ver
gadering een nieuwen president benoe
men, Donderdag zal het volk Doumer's
stoffelijk overschot naar het Panthéon
geleiden. In de herinnering aan een
grooten Franschman zal Frankrijk zijn
eenheid weten te toonen. Leve Frank
rijk, leve de republiek."
(get.) A. TARDIEU,
Voorzitter van den ministerraad
dat zou je lot zijn, en een dozijn kogels
in mijn hart! U is een vermetel man, die
naar Rusland durft te komen met zulk een
zending", voegde hij er bij, Gerald woe
dend aanziende.
Zij wendde zich tot haar bezoeker.
„Wat meent die gek toch?" vroeg zij.
,Wie is die gevangene, wiens vrijheid u
wenscht?"
„Ik weet het niet", antwoordde Ge
rald. „Ik ben slechts een tusschenpersoon".
De Gouverneur ging rechtop zitten.
„Ik zal het u vertellen", zeide hij heesch.
„Nummer 29 is alles, wat de gevangenis-
registers van hem zeggen, maar zijn naam
is Paul, Grootvorst van Volostok, Vorst
van Tamboff, erfelijk grootvorst en Be
stuurder van alle provincies van de Dwi-
na, neef van Nicholaas, den gestorven
Czaar, hoofd van het Huis Romanoff
en indien het volk morgen van regeering
wil veranderen, zelf Czaar aller Russen!
Daar, vrouw, nu ken je het geheim van
mijn Vesting. Je kunt nu raden, wat er met
ons zou gebeuren, indien ik onderhandelde
met dien krankzinnige!"
De vrouw viel op de sofa neer. Zij was
bleek onder al haar rouge en poeder. Haar
blond haar was uit het lint ontsnapt. Haat
ochtendjapon was half van haar schouder
gegleden. Zij zat eenigen tijd zwaar te
ademen. Gerald was de eenige van de drie,
die zijn hoofd niet verloor.
„Dat maakt niets uit", zeide hij kalm
De moordaanslag.
Omtrent den opzienbarenden aan
slag op den president van de Repu
bliek kunnen de volgende bijzonder
heden worden meegedeeld: Nadat de
heer Paul Doumer op het Elyseeeen
lunch had aangeboden aan den heer
Emir Feisal, die een bezoek bracht aan
Parijs, begaf hij zich vergezeld van de
leden van zijn Huis naar de verkno
ping van de vereeniging van oud-strijd-
dersromanschrijvers, die gehouden
werd in het mooie huisje van de Roth
schild-stichting in de Rue Berrver. Hij
vond hier enkele ministers die zich
bij hem aansloten en trad met hen
de groote zaal binnen waar de schrij
vers elk achter hun stalletje hun boe
ken te koop boden. Hij werd ontvan
gen door den voorzitter der vereeniging
Claude Farrère, den bekenden roman
schrijver, die hem tegemoet trad en
begon te zeggen hoezeer hij en zijn
collega's zich over dit bezoek ver
heugden.
Op dit oogenblik snelde een betrek
kelijk nog jonge zeer lange man, die
even te voren een boek van Farrère en
van een anderen schrijver gekocht had
en hun had verzocht daarin een op
dracht te schrijven, met een zware re
volver in de uitgestrekte hand op den
president van de republiek toe en loste
eenige schoten. De heer Doumer viel
zonder een woord te kunnen uiten
achterover in de armen van degenen
die hem vergezelden Farrère, de di
recteur van de gemeentelijke politie
Guichard en andere aanwezigen over
manden niet zonder moeite den aan
valler waarbij de eerste door een kogel
in den rechter benedenarm gewond
werd. De heer Guichard kreeg een
lichte verwonding aan de pols.
Terwijl de politiebeambten zich
meester maakten van den aanvaller,
die daarbij door het publiek zeer mis
handeld werd, nam een van de aanwe
zige journalisten den president in zijn
armen en droeg hem geholpen dooi
anderen naar den overkant van den
Faubourg St. Honoré waar zich in de
onmiddellijke nabijheid het hospitaal
Beaujon bevindt. Hier werd de heer
Doumer onmiddellijk uitgekleed en
onderzocht. Daarbij bleek de noodza
kelijkheid wegens het geleden bloed
verlies terstond een bloedtransfusie
toe te passen waartoe een van de in
wonende geneesheeren zich onmiddel
lijk beschikbaar stelde.
Bij het onderzoek bleek verder dat
de president door twee kogels getrof
fen was. De eene was bij het linterjuk
been naar binnen gedrongen en was
zonder veel schade aan te richten aan
de rechterzijde weer naar buiten geko
men. De andere was in den schouder
gedrongen en had daar door een slag
ader te raken ernstig bloedverlies ver
oorzaakt.
De dader.
De dader bleek bij onderzoek Gor-
goelov (of Gorgulef) te heeten.
Na zijn verhoor door de politie, dat
twee uur duurde, waarbij hij verklaar
de een bewonderaar van Hitier en
Mussolini te zijn, werd Gorgoêlov over
gebracht vaar het Paleis van Justitie.
De menigte riep „a mort!" en trachtte
hier en daar de afzetting te verbre
ken om den dader te lijf te gaan. Bij
zijn verhoor door den rechtercommis
saris betuigde hij het sovjet-regime te
willen bestrijden. In de kranten had
hij gelezen dat president Doumer de
tentoonstelling van auteurs-frontstrij-
,,U windt u erg op voor niets. De dynastie
der Romanoffs behoort tot het verleden.
Er zal nooit weer een czaar komen in Rus
land. Deze jonge man heeft rijke vrienden,
die hem willen bevrijden. Ik zou meenen,
dat uw regeering blij zou zijn hem kwijt
te raken".
Gerald's woorden bleven niet zonder uit
werking, vooral op de vrouw.
„Alles wel beschouwd", mompelde zij,
spreekt die man verstandig. Wie geeft nu
nog iets om grootvorsten? Er zijn reeds
genoeg van hen ontsnapt. Wat komt liet
aan op een meer of minder?"
„Maar deze ik heb je gezegd, wie hij
gromde de man.
De vrouw begon weer moed te vatt"
Zij bespotte hem openlijk.
„Wanneer het volk van Rusland de da
gen van het czarenrijk weer verlangt", zei
de zij, „zullen zij gemakkelijk een van dat
geslacht vinden. Maar die dag is nog niet
gekomen. Deze jonge man in je vesting is
van geen beteekenis. Je bent een dwaas,
Ivan. Je kunt de waarheid niet zien. Je
hebt je niet voorgesteld, wat duizend pond
kan beteekenen".
Krossneys leunde achterover in zijn stoel
en beet op zijn nagels.
„Wie is u?" vroeg hij plotseling. „En
waar komt dat geld vandaan?"
(Wordt vervolgd).