SOLA s SILVER De Kleine Bazar De weg tot geluk Amsterdamsche Bank N.V. M° 18 Vrijdag 22 April 1932 119® Jaargang Bij dit nummer be hoort een bijvoegsel. Binnenland Bijkantoor GOES ALLE BANKZAKEN - SAFE-LOKETTEN - ABONNEMENT Prijs per kwartaal in Goes ƒ2,— buiten Goes ƒ2,— Afzonderlijke nummers 5 cent. Verschijnt Maandag^, Woensdag en Vrijdagavond. GOME UitgaveNaamlooze Vennootschap Goesche Courant Telefoonnummer 17, na 17.30 No. 244 COURANT en Kleeuwens Ross' Drukkers- en Uitgeversbedrijf gevestigd te Goes, ADVERTENTIEN van 1—5 regels 1,20, elke regel meer 24 cent. Driemaal plaatsing wordt 2 maal berekend. Dienst aanbiedingen en aanvragen 15 ct. per regel. Advertentiën worde» aangenomen tot 12 uur voorat. HET DERDE BEDRIJF. De strijd om Pruisen. Na de twee opwindende presidents verkiezingen, staat Duitschland weder om voor een verkiezing, die niet al leen Duitschland zelf, maar vrijwel de geheele wereld met spanning tege moet ziet. Want Zondag a.s. vinden de verkïe zingen voor den Pruisischen Landdag plaats, en, zoo luidt het oude gezeg de, „wie Pruisen heeft, heeft Duitsch land". Dat 'hier veel van waar is blijkt wel uit het feit, dat van de 36 millioen stemmen, die 10 dezer in Duitschland voor het presidentschap uitgebracht werden, er 22 millioen uit Pruisen kwamen. De verdeeling der Pruisische zetels, waarbij de coalitie nog een kleine meerderheid heeft (230 220) luidt thans als volgt: „Coalitiepartijen", soc. dem. 137, centrum 71 en staatspartij 22; „Oppositie", Duifsch nationalen 71, comm. 48, Duitsche Volkspartij 40, Duitsche fractie 20, Ec. partij 16, N a - tionaal Socialisten 7, Chr. soc. 4 en kleine partijtjes 14. Nadat allereerst het groot aantal fracties (in totaal 15) opvalt, trekt in de tweede plaats de aandacht, dat de nationaal socialisten thans slechts 7 zetels bezetten. Als we nu in oogen schouw nemen, dat 10 April 1.1. van de 22 millioen uitgebrachte st. zich er ruim 8 millioen of precies 36.8 pet. op Hitler vereenigden, dan is wel op te maken, dat de Nazi's bij deze verkie zing ongetwijfeld geweldig vooruit zul len gaan. Zouden zij weer hetzelfde percentage stemmen krijgen, dan ko men zij van 7 op 165 zetels. Doch een vergelijking met de presi dentsverkiezing gaat slechts zeer ten deele op, want toen waren er slechts drie partijen en stemden zelfs vele communisten op Hitier. Maar ander zijds kreeg ook Hindenburg vele stem men, die nu naar de tegenwoordige oppositie-partijen zullen overgaan eni zeer zeker is dit aantal grooter dan in het tegenovergestelde geval. We noemden hier de communisten afzonderlijk, omdat die tot de opposi tie blijven behooren, en zeker ook bij de nieuwe kabinetsformatie geen deel van de regeering zullen uitmaken. Iets anders is het echter met de natio naal socialisten, ongetwijfeld krijgen die een zeer groote kans omtotregee ren geroepen te worden. Zijzelf zijn weer zeer optimistisch, rekenen op 44 pet. van het stemmental, wat dan 198 van de 450 zetels zou maken, en ongetwijfeld zullen dan wel meer dan 40 bondgenooten te vinden zijn om een meerderheid te vormen. Maar zelfs al zullen zij dit aantal zetels (dat wij beduidend te hoog achten) niet berei ken, dan nog is het zeer waarschijnlijk, dat zij, b.v. met Duitsch nationalen en Duitsche Volkspartij, en mogelijk en- 53 FEUILLETON door E. PHILIPS OPPENHEIM. Geautoriseerde vertaling va» M. HELLEMA. Hij was verwonderd over haar kalmte. Zij, wier kuischheid scheen toe te nemen met haar meerdere kennis van de wereld, scheen hem te willen dwingen van die lee- lijke oogenblikken te spreken. ,,Ik vrees, dat ik er niet voor kan in staan, wat er zou zijn gebeurd", erkende hij. ,,Ik was erg verliefd op je, en jij had er niet het minste begrip van, wat alles beteekende. Je ziet dus, dat je hem groo- ten dank bent verschuldigd, Myrtile". ,,Dat vind ik niet", antwoordde zij. Gerald was sprakeloos van verwonde ring. Haar rustige woorden leken hem bij na een uitdaging. „Je bent de eenige persoon in de we reld, die zoo iets zou zeggen", merkte hij op. „Misschien wel", gaf zij toe. „Misschien ben ik ook de eenige, die in staat is er over te oordeelen". Gerald's belangstelling was in hooge mate opgewekt. Hij keek naar haar gelaat, het was kalm en ernstig. Er was geen kele kleinere groepen, een meerder heid kunnen vormen en daarmede dus de Pruisische Landdag „om" zal gaan. Van dit alles is uit den aard der zaak niets met zekerheid te zeggen. De vraag zal zijn, welke eischen zullen de andere aan de Nationaal socialis ten stellen voor hun medewerking en zullen de nationalisten de regeering willen aanvaarden, als zij teveel con cessies moeten doen. Regeeren is ver antwoording aanvaarden en het is ge makkelijker veel te beloven als oppo sitie-partij, dan het beloofde waar te maken als men aan de regeering is. Toch is uit de uitlatingen van de voormannen der Nazi's alleen op te maken, dat ze de regeering gaarne aanvaarden zullen en zich niet ver schuilen zullen achter het feit, dat ze numeriek de meerderheid nog niet hebben. Dan krijgen we dus, volgens ver wachtingen, die velen deelen en waar o.i. thans wel grond voor is: ten eer ste, Zondag een groote zege voor de Nationaal socialisten (voor een groot deel ten koste der sociaal-democra ten), met een meerderheid van de te genwoordige oppositiepartijen, en ten tweede, een kabinetsvorming door de meerderheid, waarbij dan Hitier, als leider der sterkste partij, als kabinets formateur zal optreden. Wat we dan ten derde zullen krij gen, is moeilijk te voorspellen, doch eenvoudiger zal de toestand dan voor Duitschland en alle mogendheden, die thans met Duitschland zoo nauw con tact hebben, zeker niet worden! ELK WAT WILS. Gaat het kapitalisme onder of hernieuwt het zich Zondag is het zoogenaamde „A.B.K.- huis" op de Veluwe feestelijk ingewijd. Dit huis, geheeten naar den bekenden schrijver, Kleerekooper, van de „op roerige krabbels" in de S. D.-pers, is een goedkoope logeergelegenheid, een zoogenaamd Natuurvriendenhuis. On getwijfeld een sympathieke instelling en de „Geldersche arbeidersbeweging" mag trotsch zijn op zoo'n bezit. Door den zoon van den heer Kleerekooper, die nog altijd ziek is, werd een ope nings-speech voorgelezen, waaruitwaar deering, dankbaarheid en hartelijkheid bleken. Hierop werd geantwoord door den heer M. Borsje, den voorzitter van de Natuurvriendengroep van het Insti tuut, die mededeelde, dat de arbeiders in Europa meer dan 400 dergelijke na tuurvriendenhuizen bezitten. Daarna kwam de klap op de vuurpijl: „De economische omstandighe den zijn ellendig, doch het is onze overtuiging, dat deze mi sère den ondergang van het kapitalisme aankondigt". Van de Veluwe trekken we naar Ge- nève. Daar vergadert de Internationale Vakvereeniging. Ook Nederland is daar vertegenwoordigd. De Duitsche spreker gewaagt van de groote en moeilijke taak, die de internationale vakbeweging te vervullen heeft tegen het steeds krachtiger georganiseerde ondernemersdom. De Nederlandsche vertegenwoordiger pleit voor eischen, die practisch te verwezenlij ken zijn, de werkelijkheid moet nie t uit het oog worden verloren. hoogere kleur op haar wangen, geen en kel teeken van verwarring te zien. „Je bedoelt, dat het je spijt, dat Chris topher tusschenbeide kwam? Dat je liever de risico had willen loopen, dat ik vergat alles waaraan ik had moeten denken?" „Het spijt mij, dat Christopher tusschen beide kwam", zeide zij duidelijk. „Op dat oogenblik had ik je lief, en ik wist niet, dat het slecht voor mij was je lief te heb ben. Als je later genoeg van mij had ge kregen, wat zeker zou zijn gebeurd, zou ik mij hebben gedood, wanneer ik dat bemerkte. Maar ik zou toch eerst geluk kig zijn geweest". „Maar ben je dan nu niet gelukkig?" vroeg hij. „Ik ben heel tevreden", antwoordde zij, „en heel dankbaar. Ik geloof, dat niemand ter wereld ooit zooveel vriendelijkheid heeft ondervonden als ik. Maar geluk lijkt mij iets anders toe. Het is iets groots, heerlijks en zeldzaams. Ik geloof niet, dat heel vele menschen het bezitten, ofschoon zij het meenen. Het zou mij ten deel zijn gevallen, hoe kort dan ook, indien Chris topher niet tusschenbeide was gekomen Gerald was ten hoogste verbaasd. Het scheen hem toe, dat dit meisje, dat zoo kalm naast hem wandelde, plotseling zijn meerdere was geworden en trachtte hem, alsof hij nog een leerling was, groote en elementaire dingen te verklaren. „Myrtile", verklaarde hij, „je verbaast mij zeer. Ik had nooit vermoed, dat je zoo DE GEVAREN VAN 'T VERKEER -"ra». Het hedendaagsche snelverkeer Vergroot de kans al meer en meer Op bloedige ongelukken. Toch klemt de mensch zich er aan vast Ofschoon het als een looden last Het menigmaal moet drukken. Wij, ouderen, kennen wel de wet, Maar heel iets anders is het met De argelooze kleinen, Die roekeloos spelend op de lijn, Helaas zoo vaak het offer zijn Van voortgejaagde treinen. De eisch van onzen nieuwen tijd Is steeds voor alles: waakzaamheid, Dit moet dan ook met alle kracht Den kind'ren worden bijgebracht. En nu komt er weer een klap op de vuurpijl. Met groote instemming der geheele conferentie, bestrijdt de Engelsche afgevaardigde de opvatting, alsof het kapitalisme thans den dood strijd voert. Het kapitalistische stelsel is niet alleen niet dood, maar het hernieuwt zich en hultzich slechts inan- dere vormen. Beide verslagen halen wij uit het S. D. Volksblad van Maandag 18 April. VERSTANDIG BESLUIT. Stopzetting van allen scholenbouw te Almelo tot 1 Juli 1933. Het is duidelijk dat de onbelemmer de bouw van scholen, zoowel voor openbaar als bijzonder onderwijs, in dezen tijd geen voortgang kan hebben. Waar men allerwege zoekt naar doel treffende middelen om de gemeente- begrootingen sluitend te maken, daar zal men verstandig doen de school- bouwvrijheïd niet te misbruiken. Grondwettelijk is er vrijheid. Moreel thans ook? Het valt niet te loochenen dat snelle toeneming van leerlingenaantal in bij zondere gevallen ook onder bijzondere tijdsomstandigheden bijzondere voor zieningen vereischen. M.a.w. niet alle schoolbouw zat tijdelijk onderbroken kunnen worden. Dat door samen werking op dit gebied evenwel meer te bereiken is, dan men soms zou ver moeden, leert Almelo's jongste school geschiedenis. Twee schoolvereenigin- zoudt voelen. Veronderstel nu eens, dat ik tot je zou zeggen „Ga morgen met mij mee naar Londen en wees daar mijn gezellin?" „Dat zou je niet kunnen doen", zeide zij eenvoudig. „Je zoudt mij zulk een ontzet tende en akelige beleediging niet kunnen aandoen. Je begrijpt toch zeker wel, dat ik toen niet wist, dat je mij niet liefhad?" „Ik begrijp het", prevelde hij. „Ik had je lief", ging zij voort, met de oogen gericht op de ineengestrengelde tak ken der boomen, waaronder zij liepen, „toen je als een prins bij het hek kwam, waar ik van vrees stond te beven, en om mijn angst lachte. Ik had je lief, toen je mij het einde van den weg wees en be loofde mij daarheen te brengen. Ik had je lief in die eerste oogenblikken, zooals het mij voorkwam, dat ik je had liefgehad, voor ik geboren werd en zooals ik weet, dat ik je zal liefhebben, nadat ik gestor ven ben. Dat is de soort wijsheid, welke kinderen zelfs bezitten. Waarin ik dom en onwetend was, dat was, dat ik niet be greep, dat liefde van één kant kon komen. Ik dacht, dat liefde bij twee personen be hoorden. Nu weet ik het anders". „Myrtile", begon hij. Zij wenkte hem ernstig te zwijgen. „Vandaag", vervolgde zij, „heb ik meer te zeggen dan jij, omdat het mij genoegen zou doen, als je mij begrijpt. Maar je moet niet met Christopher over mij praten. Het spijt mij erg, maar ik vind hem dwaas. Ik gen daar ter plaatse verzochten najaar 1931 aan den gemeenteraad elk om medewerking voor den bouw van een school. De financieele toestand der ge meente was echter verre van rooskleu rig. Een samenspreking van B. en W. met de besturen der diverse school- vereenigingen had dezer dagen plaats en... men besloot tot voorloopige stop zetting van allen schoolbouw, zoowel voor bijzonder als openbaar onderwijs, tot 1 Juli 1933. Een sympathiek be sluit, dat ter navolging aanbevolen zij. Niet minder sympathiek is het de vorige week in de „Sint Jansklokken" gepubliceerde bisschoppelijk schrijven van mgr. A. F. Diepen, waarin deze zich keert tegen de stichting van niet strict-noodzakelïjke kleine scholen in het bisdom 's Hertogenbosch en zich de beoordeeling der al of niet nood zakelijkheid daarvan nadrukkelijk voorbehoudt. Indien bij gemeente- en schoolbe sturen het besef maar meer verleven digd wordt dat het in deze sombere dagen niet geoorloofd is met plannen voor niet direct noodzakelijken school bouw voor den dag te komen, indien men elkanders motieven door onder linge samenspreking leert kennen en waardeeren, indien men meer alge meen doordrongen wordt van de on derwijskundige en financieele bezwa ren, die aan de stichting van kleine scholen verbonden zijn, dan zal men van de grondwettelijke vrijheid een uiterst matig gebruik gaan maken, zon der ook maar eenigszins aan het be ginsel der grondwettelijke gelijkheid te tornen. Voorstanders van openbaar en bij zonder onderwijs ontmoeten elkaar, indien.... de geest van Almelo door werkt. was een boerenmeisje en wist niets. Doch een wijs en schrander man als Christopher moest het begrijpen. Het schijnt mij on zinnig toe, dat hij het mogelijk kon ach ten, dat ik hem zou liefhebben. Het is zoo dwaas, dat ik niet geloof, dat zijn liefde echt is. Ik denk, dat hij mij spoedig zal vergeten". „En wat moet er dan van jou worden, Myrtile?" vroeg Gerald. Zij zag naar hem op met een glimlach. „Wat wordt er van zooveel anderen", vroeg zij, „die het leven doorgaan, zooals ik zal doen? Zij zijn heel tevreden. Veel lijden wordt hun bespaard. Zoo zal het ook met mij zijn. Nu wij eenmaal dit on derwerp hebben behandeld, Gerald, kan ik misschien wat openhartiger met je spreken. Ik let zoo nauwkeurig op je, dat ik dingen zie, welke anderen niet opmerken. Je waart vroeger niet werkelijk gelukkig, omdat je niet wist, wat geluk was. Nu ben je on gelukkig. Dat is zoo treurig". „Ja", gaf Gerald toe, „ik ben ongeluk- kig". „Er is iemand, die je liefhebt?" Hij dacht er niet aan de vraag te ont wijken, maar antwoordde eenvoudig en eerlijk: „Het is mademoiselle de Ponière, die ik te Monte Carlo ontmoette en die met mij in de auto placht te rijden. Ik heb haar weer ontmoet". „En toch ben je niet gelukkig?" „Ik ben niet gelukkig", erkende Ge rald", „omdat ik niet de minste zekerheid Opgericht 1871 KAPITAAL RESERVE f 55.000.000," f 46.500.000,-- T ij d e I ij k Vla smarkt 18 Telefoon 441 (2 lijnen) De electrische fiets. In ons vorig nummer hebben wij eenige mededeelingen opgenomen om trent de nieuwe vinding van Philips, nml. de electrische fiets. Een nieuwig heid, waarvoor ongetwijfeld veel be langstelling zal bestaan. Want we zien juist in dezen tijd een groot aantal lichte motorrijwielen, of beter rijwie len met lichte motoren, in den handel komen en vrij snel burgerrecht ver krijgen, zoowel in de steden als bui ten. Wat brengt nu Philips? Wij vonden de directie van de N.V. Simplex Machine- en Rijwielfabriek te Amsterdam één van de vijf genoem de fabrikanten van het nieuwe rijwiel - bereid terzake enkele technische gegevens te verschaffen. De electrische fiets zal rijden op accu en motor de accu's van Varta, de motoren van Emi te Utrecht vol gens een door Philips ontworpen sy steem, waarbij een snelheid van 22 K.M. bereikt en op de geladen accu 80 K.M. Afgelegd kan worden. Men kan thuis, bijvoorbeeld 's nachts, de accu bijladen met behulp van een bij radio-menschen welbekenden gelijk- richter. De levering van den gelijkrich- ter is bij den prijs van het rijwiel in begrepen en deze prijs zal minimaal f 230 bedragen. Dit is dus méér dan de rijwielen met lichten motor kosten. De electrische fiets krijgt haar ac cu's laag tusschen trappers en voor wiel gemonteerd, den motor even be neden het zadel. De voortbeweging ge schiedt door middel van draaibare handvatten van het stuur; er zijn geen versnellingen. Het bijzondere van het electrische rijwiel zal de geruischlooze gang zijn, als door den wind voortbewogen of door een onzichtbaar koord getrokken, zullen de fietsers langs de wegen gaan. Vermoedelijk zullen de electrische fietsen in Mei a.s. in den handel ko men; wielen, frame, e.d. zijn van spe ciale constructie. De electrische fiets is één geheel, een gewoon rijwiel kan niet „electrisch" worden gemaakt. Ei hoeverre de nieuwe „karretjes" in een behoefte zullen voorzien en hoe zij in de practijk zullen voldoen, zal de naaste toekomst moeten leeren! bezit, of zij om mij geeft of niet. Zij is heel geheimzinnig. Zij heeft verdriet, waar in zij mij niet wil laten deelen'. Hij meende Myrtile te zien glimlachen. Zij waren nu uit het boschje en liepen het park door. .Wat je mij daar vertelt, is heel vreemd", bekende zij. „Ik beweer niet, dat ik het begrijp. Men zegt, Gerald, dat je op jou manier ook vrouwen hebt bemind. Dat is heel jammer, maar als het waar is, weet je misschien zelf niet, wat je wilt. Weet je zeker, dat je die jonge dame lief- hebt?" ,Ik weet alleen, dat ze mij doet gevoe len en lijden, wat niemand nog ooit heeft gedaan", antwoordde hij eenigszins som ber. Zij naderden nu het huis. Myrtile legde haar hand bedeesd op zijn arm. „Het schijnt mij toe, Gerald", zeide zij met een droevig glimlachje, „dat wij van rollen hebben verwisseld. Jij vroeg mij met je naar huis te wandelen om over Christo pher te spreken, en nu zijn wij daarvan afgestapt en houden ons bezig met je eigen zaken". „Er is niets in mijn geval, waarover wij kunnen redeneeren", zuchtte Gerald. ,Nu nog niet", gaf Myrtile toe, „maar op het laatst moet het geluk komen, om dat waar liefde is, altijd geluk isMag ik nog één woord zeggen?" „Ga je gang", antwoordde hij. (Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1932 | | pagina 1