N0 15 Maandag 11 April 1952 119* Jaargang. De weg tot geluk Buitenland. Rechtszaken PpoVlncienieavtfs ABONNEMENT Prijs per kwartaal in Goes ƒ2,— buiten Goes ƒ2,— Afzonderlijke nummers 5 cent. Verschijnt Maandag-, Woensdag en Vrijdagavond. GOESCHE UitgaveNaamlooze Vennootschap Goesche Courant Telefoonnummer 17* na 17.30 No. 244 COURANT en Kleeuwens 6 Ross' Drukkers- en Uitgeversbedrijf gevestigd te Goes. ADVERTENTIEN van 1—5 regels 1*20, elke regel meer 24 cent. Driemaal plaatsing wordt 2 maal berekend. Dienst aanbiedingen en aanvragen 15 ct. per regel. Advertentien worden aangenomen tot 12 uur voorm. HINDENBURG PRESIDENT. Gekozen met volstrek te meerderheid. Gelijk we in ons vorig nummer niet twij felachtig konden noemen, is Von Hinden burg met duidelijke cijfers tot president van Duitschland herkozen. Een deel der kiezers was thuis geble ven, pl.m. 3 van het aantal dat 13 Maart 1.1. ter stembus toog, zoodat 83 van het aantal stemgerechtigden zijn stem uit bracht. Geldig waren, volgens den officieu- zen uitslag: 36.483.690 stemmen. Hiervan verkregen: Hindenburg 19.359.642 stemmen Hitier 13.417.660 stemmen Thalmann 3.706.388 stemmen Wij verwachtten, afgerond, een verdee ling als volgt: Hindenburg 55 Hitier 35% en Thalmann 10%, dit is, eveneens afgerond, geworden: Hindenburg ruim 53%, Hitier ruim 36%, Thalmann ruim 0 10%. Onze schatting is dus niet ver mis geweest. Hitier ging het meest in stern- mental vooruit, n.l. 2.078.375, Hindenburg steeg met 708.912 en Thalmann verloor 1.276.809 stemmen. Het aantal stemmen, dat op Hitier uit gebracht is, mag ongetwijfeld niet onder schat worden; een man, die een derde der natie achter zich heeft, moet meegeteld worden. Een groote vraag is echter, hoe- velen van die dertien millioen zijn ook na- tionaal-socialist? Nog een paar weken, als ook de Pruisische verkiezingen achter den rug zijn, zullen we hier meer van weten. Op het oogenblik moeten de Duitsche nationaal-socialisten echter wel zeer te leurgesteld zijn, en het gevaar lijkt ook niet denkbeeldig, dat deze uitslag aan Hit ler en de nationaal-socialisten meer kwaad dan goed gedaan heeft. Von Hindenburg. Reeds toen pas het gerucht ging, dat Hitier zich canaidaat zou stellen, schreven wij, „we kunnen niet gelooven, dat Hitier zich aan zulk een proefneming zal wagen", en nu het pleit beslist en verloren is, moet zijn candidaatschap ook als een groote, tactische fout aangemerkt worden. Met Hitier als candidaat speelden de Nazi's hun hoogste troef uit, voor zich er van overtuigd, dan een groote kans op de zege te hebben. Het bleef daar echter zeer ver vandaan; het was een verkeerde, mogelijk een te vroege greep naar de macht, en voor vele personen en bewegingen, is een dergelijke tactische fout ook beslissend ge weest voor de toekomst. De naaste weken zullen wellicht leeren, of ook de Duitsche nationaal-socialisten, met deze verkiezing hun hoogtepunt be reikt hadden. 4S FEUILLETON door E. PHILIPS OPPENHEIM. Geautoriseerde vertaling van M. HELLEMA. ,,U zult mij toch wel eens aannemen", zeide hij. „Waarom nu niet? Wij zouden onze wittebroodsweken te Parijs kunnen doorbrengen, en verder gaan naar de Ita- liaansche meren. Of wij zouden kunnen trouwen in het Gezantschap te Parijs, als u dat wilde. Enthoven, de eerste secre taris, is mijn neef, en zou alles wel voor ons in orde brengen". ,,U maakt gebruik van dit eenzame plek je", mompelde zij, haar hand in het water stekend. „Ik heb u reeds gezegd, dat ik een anderen man lief had". „U zult hem binnen een week vergeten", it verzekerde Gerald haar. „Ik ben een heel gezellig mensch". „Ik twijfel er niet aan. dat u vele men- schen de gelegenheid hebt gegeven u zoo te vinden", antwoordde zij droogjes. „Maar ik voel mij juist niet aangetrokken tot zulk een ondervinding". AANSLAG OP DR. LUTHER. Vrijwel ongedeerd. Da ders gegrepen. Zaterdagavond omstreeks negen uur is op den Potzdammer Bahnhof te Berlijn een revolveraanslag gepleegd op den pre sident der Duitsche Rijksbank, dr. Luther. Ofschoon het schot van vlakbij werd ge lost bleef de Rijksbankpresident wonder boven wonder vrijwel volkomen onge deerd. De kogel doorboorde de mouw van zijn jas en veroorzaakte slechts een schrammetje op Luther s arm. Het projectiel werd kort daarop op een merkwaardige plaats teruggevonden. De kogel bleek namelijk in den hak van den schoen van een witkiel te zijn binnenge drongen, die op een paar meter afstand van den Rijksbankpresident had gestaan. De dader en een medeplichtige konden onmiddellijk in hechtenis worden genomen. Bij hun verhoor deelde de dader mede, Werner Kertscher te heeten en 34 jaar oud te zijn. Zijn medeplichtige is een zekere dr. Rosen uit Hamburg. Beiden zijn inmid dels naar het hoofdbureau van politie over gebracht. De aanslag werd gepleegd op het oogen blik, dat dr. Luther op den D-trein van 20 uur 52 stond te wachten, ten einde zich naar Bazel te begeven, ter bijwoning van de zitting van den raad van beheer der Bank voor Internationale Betalingen. Ter wijl de leden der delegatie op het perron heen en weer liepen, bevonden zich op hetzelfde perron twee keurig gekleede hee- ren, die voortdurend in hun nabijheid ble ven. Even voordat de Rijkspresident in den intusschen voor vertrek gereed staanden trein wilde stappen, trok een der beide be doelde heeren eensklaps een revolver en vuurde daaruit, vóór iemand het hem kon beletten, een schot op dr. Luther af, dat zooals gezegd slechts diens mouw door boorde. Zijn begeleider waarschuwde on middellijk een op het perron patrouillee rend agent, die zich eveneens in de nabij heid der delegatie bevond en de twee mannen arresteerde. De dader bleek uiterst kalm te zijn. Toen de agent hem arresteerde, overhandigde hij dezen glim lachend en met een ironisch „Alsublieft" de revolver. Even later bleek tot ieders verrassing, dat degeen, die den stations chef had gewaarschuwd, zelf tot het com plot behoorde. Hij werd daarop eveneens in hechtenis genomen. De politie zoekt op het oogenblik nog ijverig naar den twee den medeplichtige, namelijk den man, die zich op het perron in Kertscher's gezel schap bevond, doch zich intusschen uit de voeten heeft gemaakt. Het verhoor der beide gearresteerden bevindt zich nog in vollen gang. Veel wen- schen zij tot nu over de motieven, die hen tot hun daad hebben gebracht, niet los te laten. Echter is wèl reeds gebleken, dat po litieke beweegredenen hierbij niet in het spel zijn geweest. Beiden bleken namelijk fanatieke aanhangers van een bepaalde economische leer te zijn. Naar zij verkla ren, hebben zij met het plegen van den aanslag uitsluitend bedoeld, tegen de va luta-politiek van dr. Luther te demon- streeren. Reeds verleden jaar October werd door hen bij de justitie een aanklacht inge diend tegen den Rijkspresident en het ge- heele directorium der Duitsche Rijksbank. Luther en het directorium werden des tijds door Kertscher en Rosen van wissel ruiterij, oplichting, hoogverraad, vervalsch- te boekhouding, het berokkenen van na deel aan het Duitsche nationale vermogen enz. beschuldigd. Aan deze aanklacht werd echter door den officier van justitie geen gevolg gegeven. Blijkbaar om uiting „Pauline, houdt ge een beetje van mij?" vroeg hij ernstig. Zij zag hem in de oogen. „Niet heel veel", antwoordde zij open hartig. „Ziet u, het beste gedeelte van mij dat deel waarmee ik moest voelen is verdoofd verdoofd door het ongeluk. Het eenige dat ik kan zeggen is, dat ik, als u heel vriendelijk is, mogelijk kan ver anderen tot zekere hoogte. Persoonlijk komt het geval mij hopeloos voor". „U zoudt er niet aan denken, veronder stel ik", opperde hij, „mij, nu wij op een anderen voet staan, uw geschiedenis te vertellen?" „Niets zou mij kunnen overhalen zoo iets te doen", antwoordde zij. „Ik vind, dat wij mijn tante al lang genoeg alleen hebben gelaten". Hij nam den riem op en doopte hem in het stille, rustige water. Hij bleef zwijgen, tot ze de landingsplaats hadden bereikt. „Waar is die andere man?" vroeg hij, terwijl hij haar hielp uitstappen. Zij dacht lang na, voor zij antwoordde. Toen wendde zij zich tot hem met het voorkomen van iemand, dit tot een be sluit is gekomen. „De andere man", verklaarde zij, „is mijn broeder. Hij is in de gevangenis, ver oordeeld tot wat u geloof ik dwangarbeid noemt". te geven aan hun ontevredenheid over het verloop der door hen aanhangig gemaakte zaak en tevens om de aandacht op zich te vestigen hebben zij toen besloten, een aanslag op den Rijksdagpresident te ple- gen. Dr. Max Rosen blijkt op 7 September 1873 te Buenos Aires te zijn geboren, van waar hij in 1930 naar Londen vertrok. Te Hamburg was hij later als rechtskundig adviseur en econoom werkzaam. Zijn ken nissen beschouwden hem als „een be- waam financieel adviseur". Een ander bericht meldde nog: Op het bericht van den aanslag op dr. Luther is het perron te Maagdenburg, waarlangs de D-trein met den Rijksbank president aankwam, afgesloten. Een ver tegenwoordiger van Wolff gelukte het dr. Luther te spreken te krijgen. Hij zat zeer rustig in zijn coupé en kon over den aan slag weinig vertellen. De daders waren dr. Luther volkomen onbekend. Een van de daders had hij zelf vastgehouden. Degeen, die het schot gelost had, trad op hem toe met de Engelsche woorden: I suppose De wond is een ongevaarlijke 4 c.M. lange schaafwond en werd door een van zijn begeleiders verbonden. Dr. Luther wilde de reis onvoorwaarde lijk voortzetten. Het scheen hem ook wei nig te treffen, toen hij vernam, dat te Maagdenburg een aantal rechercheurs in den trein waren gekomen, die wilden mee reizen, omdat men vermoedde, dat er nog een derde in den trein zat. Stern en Wassiljef gefusileerd. Stern en Wassiljef, die wegens den aan slag op den Duitschen gezantschapsraad von Twardowski ter dood veroordeeld waren, zijn Zaterdag te Moskou gefusi leerd. Het centrale executieve comité van de Sovjet-Unie had het verzoek om ge nade afgewezen. RECHTBANK TE MIDDELBURG. In de zitting van Vrijdag j.l. werden de volgende zaken behandeld: Verboden autobus-diensten. A. d. R., 37 jaar, autobusdienst-onder- nemer te Dinteloord, was op 19 Februari 1932 door den Kantonrechter te Goes vrij gesproken van de ten laste legging als zou de hij op 14 Januari 1932 een autobus dienst hebben onderhouden van de Noord- Brabantsche-Zeeuwsche grens op Goes, en een passagier vervoerd, zonder vergun ning van Ged. Staten van Zeeland. (Twee feiten) De Ambtenaar van het Openbaar Mi nisterie was tegen dat vonnis in hooger beroep gekomen. Eisch: vrijspraak. A. S., 26 jaar, chauffeur te Anna-Jaco- ,bapolder, was op 19 Februari j.l. wegens een soortgelijke overtreding door den Kantonrechter te Goes veroordeeld tot f 5 boete of 5 dagen hechtenis. Deze overtre ding was gepleegd op 14 Januari j.l. op het traject Noord-Brabantsch-Zeeuwsche grens—Goes. De verdachte was in hooger beroep ge komen. Eisch: bevestiging van het vonnis van den Kantonrechter. De Groote Markt. G. J. d. J„ 35 jaar, autobus-ondernemer te Driewegen, was op 19 Februari 1932 door den Kantonrechter te Goes veroor deeld tot f0,50 boete of 1 dag hechtenis, wegens het uitlokken door misbruik van gezag, dat zijne chauffeurs Machielse en de Keijzer hun auto op het niet bestrate III. Lord Hinterleys leunde achterover in zijn stoel en maakte zich gereed te genie ten van zijn dagelijksche traktatie zijn eenig glas portwijn. „Je bent dus toch niet naar Schotland gegaan, Gerald merkte hij op, op den avond van Gerald's komst te Hinterleys. „Neen ik ben er niet heen gegaan, pa pa", antwoordde Gerald. „Een paar van mijn oude vrienden waren in de stad. Ik heb den meesten tijd met hen doorge bracht". „Ik had liever gehoord, dat je naar Schotland waart gegaan", merkte zijn va der op met een blik op het bleeke gelaat en de bezorgde uitdrukking van zijn zoon. „Londen lijkt mij in Augustus verschrik kelijk toe." „Het was er zeker erg heet", gaf Ge rald toe. „Maar ik was een groot deel van den tijd op de rivier." Er heerschte een korte stilte. Lord Hin terleys was gewoonlijk een heel gereser veerd man, en hij had een hekel aan de taak, welke hij zich zelf had opgelegd. Hij aarzelde nog eenigen tijd en staarde door het hooge venster over het terras naar de tuinen. Zijn gelaat werd verzacht bij het zien van de twee meisjesgestalten, die on der den ceder zaten, waar gewoonlijk kof fie werd gedronken. gedeelte van de Groote Markt te Goes hebben geplaatst, door hun dat te gelas ten. De verdachte was in hooger beroep ge komen. Eisch: bevestiging van het vonnis van den Kantonrechter. Medium voor de rechtbank. Sinds eenige dagen dient voor de recht bank te Londen de zaak van een medium, dat een vervolging wegens laster heeft in gesteld tegen de „Daily Mail". De klaag ster is mevrouw Meurig Morris, die sinds eenige jaren preeken houdt in een toe stand van trance. Haar heele uiterlijk ver andert dan en haar stem is die van een man. Zij zegt, dat dan een „macht" door haar spreekt. De vrouw, die vele volge lingen heeft, is verleden jaar ook te Lon den opgetreden en de „Daily Mail" heeft toen geschreven, dat haar preeken bedrog waren en dat zij zich bediende van het ge bruikelijke „predikersjargon", Hiertegen is de klacht van mevrouw Morris gericht, die tevens een eisch tot schadevergoeding heeft ingediend. Bij de behandeling van de zaak is het vooral te doen om de vraag in hoeverre de vrouw, zoo er van bedrog harerzijds geen sprake is, handelt onder een soort hypnotischen invloed van ande ren. De vrouw ontkent zulks. Het merk waardige is, dat zij niet meer dan gewoon lager onderwijs heeft genoten en in haar preeken blijk geeft van veel grootere ont wikkeling dan zij zelf bezit. Bij de behan deling van de zaak is gebleken, dat zij her haaldelijk in het goede verband woorden gebruikt, waarvan de beteekenis haar ten eenenmale onbekend is. Bij het verhoor heeft zich een drama tische scène voorgedaan, doordat de vrouw plotseling in trance geraakte. Zij stond met gesloten oogen in de getuigenbank en stond onvast op haar beenen. De advo caat van de tegenpartij merkte dit het eerst op en riep den deurwaarder om haar te helpen. Onmiddellijk klonken van alle kanten kreten: „Raak haar niet aan, raak haar niet aan! Zij is in trance". De deur waarder en een vrouw, die te hulp gesneld was, bleven toen werkloos achter mevrouw Morris staan. Na ruim een minuut kwam zij bij en bood den rechter haar veront schuldigingen aan, zeggende dat zij een gezicht van Christus had gehad. Verschei dene vrouwen barstten in tratfen uit, ter wijl anderen met glinsterende oogen naar mevrouw Morris staarden. Rechter Mc. Cardie gaf de vrouw toestemming zich eenige minuten te verwijderen. De verde diger van de andere partij zag van verder kruisverhoor af. Alleen liet hij een gram mofoonplaat draaien van een preek van mevrouw Morris. Deze begon met haar gewone stem en sloeg toen over in een krachtige bariton. Dit was de stem van de macht. De jury wil nu den man hooren, onder wiens invloed mevrouw Morris zou staan, om te zien, of zij soms met zijn stem spreekt. Dit wordt door de aanhan gers van mevrouw Morris ontkend. De zaak trekt in spiritistische kringen zeer de aandacht. Landbouwschuur verbrand. Dertig runderen om gekomen. Zaterdagmiddag omstreeks twee uur brak brand uit in de groote landbouwers- schuur van den heer Koenen, wonende tus- schen Grijpskerke en Middelburg. Aange wakkerd door den vrij stevigen wind laai den de vlammen hoog op. De Middelburg- sche brandweer rukte, nadat zij van den brand op de hoogte was gesteld, onmid dellijk onder commando van den heer Bier man met de groote motorspuit en den „Je hebt je zeker wel schuldig gemaakt, Gerald, aan het gewone aantal onvoor zichtigheden, maar een handeling van je, welke onder die rubriek dreigde te vallen, zal ik met dankbaarheid gedenken. Myr- tile is een echt zonnestraaltje, dat onze eenigszins saaie huishouding is komen op- vroolijken". „Het doet mij genoegen, dat u zoo gun stig over haar denkt, papa", antwoordde Gerald onverschillig. „Hoe meer ik haar bestudeer, ging Lord Hinterleys ernstig voort, „hoe meer zij mij met bewondering vervult. Het lijkt, alsof zij uit het feeënland is gekomen. Ik heb altijd, zooals je weet, veel om stand en geboorte gegeven. Myrtile is echter een van die verwonderlijke uitzonderingen, welke alle argumenten omverwerpen. Zij is een aristocrate, tot in haar vingertoppen in alle opzichten. Ik geloof, dat het haar onmogelijk zou zijn iets leelijks of verkeerds te doen. Zij heeft al mijn voor- oordeelen overwonnen." Gerald's belangstelling werd opgewekt. Het was al lang geleden, dat hij zijn vader zoo vol geestdrift had gezien. „Ik ben heel blij, dat u haar hier hebt gehouden, papa", merkte hij op. „Ik ben meer dan blij, ik ben dankbaar", was het levendige antwoord. „Ik zie uit naar de uren, waarin zij zich aan mij wijdt, brandwagen uit. Met groote moeite slaag den de spuitgasten er in het woonhuis, dat juist in den wind lag, te behouden. De schuur, waarin zich 39 stuks rundvee en paarden bevonden werd evenwel een prooi der vlammen en spoedig was daar van niets meer over dan een rookende puinhoop. De eigenaar, die zeer onder den indruk was van den brand, vertelde ons, dat 30 stuks prachtig rundvee, waaronder ook nog een paard, in de vlammen waren om gekomen. Slechts negen stuks heeft men nog in veiligheid kunnen brengen. Ook ging een vrij groot aantal landbouwwerk tuigen door het vuur verloren. Daar twee kinderen bij het uitbreken van den brand in de schuur speelden, vermoedt men, dat deze met vuur hebben gespeeld en dat daardoor de brand is ontstaan. Naar de eigenaar ons voorts mededeelde, was alles verzekerd. PLAATSELIJK NIEUWS. KAPELLE, Coöp. Boerenleenbank, In het lokaal „Obadja" hield de Coöp. Boerenleenbank te Kapelle haar 20ste jaar vergadering. Uit de rekening bleek, dat de ontvang sten hebben bedragen f744,109,51, be staande uit kas vorig dienstjaar f6507,21, gew. spaargelden f 150.410,38. Terugbe taalde voorschotten f 18.550,-—. In loopen- de rekening van medeleden f 248.606,42, van de Centrale Bank f 260.347,80, van jaardeposito's Centrale Bank f 37.500,'—, van afschrijvingen f 2600,'—, van op re- serve's gebrachte winst f 1893,49. Van ren te voorschotten £6629,32, van rente loo- pende rekening f 7523,76, van Coupons f 100,—, van rente Centr. Bank f 1427,66, van rente jaardeposito's f 1679,27, van kosten loopende rekening f 1,70, van di verse ontvangsten f32,50. Met inbegrip der kas op 31 December van dit jaar beliepen de uitgaven eveneens £744.109,51, bestaande uit de spaargelden a f 252.566,32. Gegeven voorschotten f 12.620,—. In loopende rekening aan me deleden f250.525,—, aan de Centr. Bank f200.224,17, aan rente spaarbank f 9497,31 aan rente termijndeposito's f 1125,32, aan rente in loopende rekening f 1065,32, ren te aan de Centrale Bank f51,81, aan bij drage waarborgfonds £55,—. Bijdrage aan de Centrale Bank waaronder Crisisfonds f 328,74. Aan kassierssalaris met inbegrip gratificatie f 30,f 1350,—, aan afschrij vingen f 2600,—, aan diverse uitgaven f 220,82. Op reserve gebrachte winst f 1089,37. De balans gaf in actief en pas sief aan f 379.826,80. Uit het verslag aangaande den toestand der vereeniging bleek, dat het aantal leden 191 bedroeg, 8 leden vielen af door ver trek en overlijden, 2 nieuwe leden traden toe. In het bestuur kwam geen verande ring, herkozen werd het aftredende be stuurslid de heer P. Mol Jz. Voor den raad van toezicht was aftredende Joz. de Jager Bz., welke niet meer in aanmerking wenschte te komen, in deze vacature werd gekozen de heer M. Glas Jz. De aftreden de plaatsvervangende bestuursleden de heeren J. Tollenaar en P. Staal, werden herbenoemd. Bij het punt mededeelingen, deelde de voorzitter mee, dat de rente der spaargel den met 1 Januari 1932 bedraagt 3 pet., die der termijndeposito's 3,25 pet., die der voorschotten, ook in loopende rekening 4,50 pet. Bij voorkomende zaken werd op voor stel van het lid D. Ganseman besloten in den vervolge te plaatsen op het con vocatie-biljet de rekening-balans. Goed gekeurd werd de rekening, welke vier we ken ter inzage zal liggen voor de leden ten kantore van de Bank. met een genoegen, dat ik nauwelijks kan beschrijven. Als ik er nog aan terugdenk, dat alleen het uitbreken van roodvonk in het gezin, waar zij zou worden opgeno men, de oorzaak was, dat zij lang genoeg hier bleef, opdat wij haar goed konden waardeeren, kan ik mij niet dankbaar ge noeg voelen. Haar ontwikkeling gade te slaan gedurende het laatste jaar was als te kijken naar de ontplooiing van een mooie bloemknop". „Zij heeft in elk geval een verovering gemaakt op u, vadertje", merkte Gerald op. „Ik vond zelf ook, dat zij er aan het diner bijzonder lief uitzag". „Zij heeft mij zoo ingepakt, als ik het niet voor mogelijk zou hebben gehouden", erkende Lord Hinterleys, een blik op zijn zoon werpend. „Ik heb het verlangen van een oud man gekoesterd, Gerald, om in Hinterleys de vrouw te verwelkomen, die jij eens tot je echtgenoot zoudt verkiezen. Ik heb in mijn geest een lijstje opgemaakt van de jonge dames van onze wereld, die ik hier gaarne zou zien. Nooit heb ik er ook maar vluchtig aan gedacht, iemand zonder naam op die lijst te plaatsen. En toch". „Er is geen sprake van zoo iets tusschen Myrtile en mij, papa", verklaarde Gerald na een eenigszins verlegen stilte. (Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1932 | | pagina 1