PUROL BIJVOEGSEL VAN DE 60ESGHE COURANT Jtivwe sefvuzte fiuid De crisis-vergadering der landbouwers. Pijnlijke Tooneelherinneringen VAN VRIJDAG 21 NOVEMBER 1930 De besprekingen; wie het woord voerden; een motie. Van de middagvergadering van Woensdag in het Schuttershof, hebben we in ons Woensdagnummer alleen nog maar de belangrijke mededeelïng van het Tweede Kamerlid, den heer Lockefeer, inzake de steun aan de sui kerbietenteelt, die in voorbereiding is, gemeld. Thans schenken we aandacht aan de overige sprekers en aan het ver loop van de middag-vergadering. De groote zaal in het Schuttershof was zoo mogelijk nog voller dan des morgens. Tusschen de stoelen stonden de belangstellenden opgepropt, zoodat men eenmaal in de zaal zijnde, wel ge dwongen was er te blijven. De laat komers kwamen natuurlijk op de kof' fie. Dit ondervonden o.a. de Tweede Kamerleden, wier plaatsen door ande ren waren ingenomen. Staande woon den de Kamerleden nog een gedeelte der vergadering bij, doch toen beslo ten zij maar te verdwijnen. Hetgeen, in verband met de wijze waarop som' mïge woordvoerders zich uitten, wel licht nog het beste is geweest. Ook in de gangen in de nabijheid der groote zaal stonden de belangstellenden schouder aan schouder. Ze verkozen blijkbaar een kijkje op de sprekers boven een rustig zitje in de Schouw burgzaal, waar het in de groote zaal gesprokene, dank zij de luidsprekers zeer goed te volgen was. Het oog wil echter ook wat. De sprekers. De eerste spreker, die van Mr. Die leman het woord verkreeg was de heer Boonman, voorzitter van den Kring Zuid-Beveland van den R.-K. diocesanen land- en tuinbouwbond. Deze gaf in het kort een overzicht van den nood der landbouwers, en vestigde speciaal de aandacht op het maal- en menggebod, en op den in voer van Russisch graan, welk laatste hij verboden zou willen zien. Hij wek te de landbouwers op zich te ver eenigen. De heer Langenhotst, vertegenwoor diger van den Kring Hulst van den Noord-Brabantschen Chr. Boerenbond, die een vlot spreker bleek, verheugde zich over de eenheid tusschen de boe ren, die men dankt aan den slechten tijd. Spr. hoopte, dat ook in betere tijden deze eenheid merkbaar zou zijn, en dat zij dan nog hechter zou wor den dan zij nu is. Wat de eenheid be treft kunnen de boeren zich spiegelen aan de arbeiders. Als één arbeider onrechtvaardig ontslagen wordt, leg gen 999 anderen het werk neer; als één boer daarentegen onrechtvaardig van zijn hoeve verdreven wordt, staan 999 andere boeren klaar om zijn plaats in te nemen. Wat de eenheid betreft spiegele de boer zich aan de S. D. A. P. en aap Alles is pijnlijk. De gesloten deur. Het meestertje, De vergeten vijgen Oordeel van Pers en Collega's. (Vervolg). Jaap van der Poll schrijft on»: Wat mijn pijnlijkste tooneelheriinnering is Vraagt u liever, welke herinneringen niet pijnlijk zijn in ons dierbaar Holland, dat zich buitengewoon interesseert voor voetbalwedstrijden, voor revue's en films, en waar we een overheid genieten, die nog steeds duldt, dat de goede gemeenschap parasiteert op de to0neelkunst en dit hard nekkig bewijst door 20 pet. belasting te innen 'en daarvan een klein gedeelte als subsidie te restitueenen aan onze pijnlijk in 'het nauw gedreven directeuren. Wat pijnlijk was in mijn loopbaan? Och... was het wel pijnlijk, toen in JDe Getemde Feeks" mijn tricot scheurde en ik bijna... „Het Teeken des Kruises" had gemaakt voor het kuische publiek? Was het wel hevig pijnlijk toen ik in „Juditlh" tegen het afgeslagen hoofd van Holofemes een gebed moest uitspreken en de lieve, maar onervaren actrice het hoofd van Holofemes uit haar handen liet vallen en genoemd houten hoofd (on der ons: het was een geschminkte pi-ui- kenbol van den onvolprezen coiffeur Mi- dhels) naar het voetlicht rolde en eenig^ lampjes stuk gooide? Was het wel zoo pijnlijk, toen wij in Utredht „Jozef in Dothan" speelden en ik, als Levi, mijn broertje Jozef in de put stopte, hem op order van Joost van iden de communisten. Spr. weidde vervol gens uit over het werk der regeering. Hij had woorden van hulde voor de pachtwetten, doch zou gaarne zien dat het maal- en menggebod met spoed werd aangenomen. We kunnen niet langer op zulke maatregelen wach ten, zei spr. Alle boeren in Zeeland werken momenteel dag en nacht zon der eenige belooning. Laat de regee ring beseffen dat we haast hebben met hulp. Men zegt wel eens dat de boer niet te houden is als hij een vlag in de hand heeft. Welnu, de re geering kan voorkomen dat de boer een vlag van verkeerde kleur in de handen krijgt. Het Kamerlid, de heer J. J. C. van Dijk, zei namens de andere aanwe zige Kamerleden, dat zij zeer onder den indruk waren gekomen van deze eensgezinde en krachtige vergadering. Zij zullen deze indrukken met zich meenemen en zij hopen dat er moge lijkheid zal bestaan op nationalen bo dem hulp aan de boeren te verlee- nen. Spr. herinnerde er aan dat de oorzaken van de crisis op internatio nalen bodem liggen en dat het daar om moeilijk is de crisis binnen de eigen grenzen te verlichten. Mr. Die leman dankte de Kamerle den voor hun belangstelling. Als de regeering aarzelt, zei spr., hopen wij dat Gij het initiatief tot hulp zult nemen. Met hoeden en handen groetend ver lieten daarop de Kamerleden, onder toejuichingen der vergadering, de zaal. De heer De Feijter, voorzitter van de Chr. boerenbond voor Zeeuwsch- Vlaanderen, hield een zeer lang be toog over het welvaartspeil, waarop zich de boeren bevinden. Hij bestreed de vermeende rijkdommen der land bouwers, en zei dat veel landbouwers op Nieuwsjaardag niet aan hun ver plichtingen zullen kunnen voldoen. Spr. waarschuwde tegen de invloeden van het communisme en anarchisme. De heer E. Lockefeer, lid der Twee de Kamer, zelf Zeeuw zijnde, zei de moeilijkheden der Zeeuwsche landbou wers sterk aan te voelen. Hij verte genwoordigde de R.-K. Kamerfractie eti zijn idee is dat deze geheele frac tie achter de boeren staat. Spr. be sprak de resultaten van de economi sche conferentie in Genève, die hij ge ring achtte. Nederland zal zich zelve moeten helpen, en de regeering zal krachtige maatregelen moeten nemen teneinde de tariefmuren omver te wer pen. Nederland zal zijn oude beproef de vrijhandels-politiek niet kunnen handhaven. Spr. pleitte ten gunste van de actieve handelspolitiek en vooreen onderhandelingstarief. De regeering mag niet langer inzien, aldus spr., dat het buitenland het plat teland ten onder brengt. De regeering en springende lippen Dooien 30-60 en 90 ct. Tube 80 ct. B|J Apoth. en Drogisten Vondel toevoegend: „Gij zult in dezen put vergaan!".., en achter den houten schouwburg, op precies 't zelfde moment, een schetterend fanfarekorps inzette: Lang zal-ie leven", ter eere van een jubi leerenden brandwacht, dat het publiek tra nen lachte en wij op het tooneel ook? Dit alles en zooveel meer, was eigenlijk meer vermakelijk. En toch is onze loop baan niet zoo leuk, geachte redactie. Co- quelin heeft het gezegd: „C'est une rude métier!" Het is een pijnlijk vak! Wiat isüiet niet pijnlijk, als je een ondankbare rol speelt. Dan vindt niemand je goed. En als je een dankbare rol speelt dan vindt de eene helft je mooi en dé andere helft je leelijk. Dit slaat vooral op de he-eren vlan (de pers, die t nooit met elkaar eens zijn. Behalve na je dood. Dan zijn ze allemaal jvol lof over je. Ook als je een slecht acteur bent geweest. Pijnlijk! Pijnlijk is ook hét oordeel van je (col lega s. Als ze een vriendje (of vriendinne tje) van je zijn, noemen ze je ,jgoed", zijn ze dat nief, dian ben. je eeni jsof", of...„ met uiterste clementie zeggen ze dan ach ter je rug „dat de rol op je lijf is ge schreven". Pijnlijk is het ook, als je direct re 41I te veel notitie van je neemt.... Ras op, als ze je op een vergadering uitnoodigenWaar om? Omdat een directie je alleen op (een vergadering toelaat, als ze je salaris niet kan betalen. Wanneer een directie, zij! het sporadisch, winst uitkeert, worden we niet ter vergadering uitgenoodigd.... We zouden te rijk worden en geld schaadt den kunstenaar Pijnlijk is het ook, als je 'n derde-rangs Russische troep een derde-rangs stuk op derderangs-wijze ziet uitvoeren en pers ön publiek in een zwijmel van vereering ligt, terwijl we in Holland de knapste acteurs moet ingrijpen voordat het te laat is. Spr. deelde mede dat de middelen om te komen tot steun van de suiker bietenteelt, bij de regeering reeds in een vergevorderd stadium van voorbe reiding zijn. (Applaus). Spr. eindigde met de hoop, dat ons volk niet zal worden gedreven naar het communisme en naar de gods- dienstloosheïd. De heer D. J. Dees, voorzitter van den Kring Axel der Z. L. M„ gaf een zeer uitvoerig overzicht van de inkom sten en uitgaven van het boerenbedrijf in dezen tijd, waaruit bleek, dat een bedrijf niet meer rendeeren kan. Hij drong op steun der regeering aan. De heer Huijssen Dieleman gaf een overzicht van de wijze waarop andere landen den landbouw steunen. De heer J. C. Quist te Schoondijke protesteerde tegen de dumping van het graan en pleitte voor invoerrech ten op graan. Hij had woorden van scherpe critiek op het droog leggen der Zuiderzee, en vroeg wat men met de Zuiderzee zal moeten doen als men er met verlies graan zal moeten verbouwen. Niets. Alleen is er hoop, dat de regeering in de Zuiderzee zeil zal gaan boeren. Dan zullen er wel spoe dig invoerrechten op graan komen. De heer Simons, voorzitter van den Chr. landarbeidersbond, sprak over het gemeenschappelijk belang dat de landbouwers en de landarbeiders heb ben. De landarbeiders willen het front van samenwerking met de werkgevers zoo ver uitstrekken, dat er een natio naal front ontstaat. Spr. riep uit „Vereenigt U, landbouwers en land arbeiders in Zeeland". De heer C. Koopman te Pyramide, sprak over het maal- en menggebod en zei dat inlandsche tarwe uitstekend geschikt is voor de bereiding van brood. Als onze bakkers meenen van niet, aldus spr., dan verstaan ze hun vak niet. De heer Bannink, burgemeester van Zierikzee, huldigde den voorzitter der Z. L. M. en weidde in geestigen trant uit over de wijze waarop de stedeling den boer ziet. Spr. wees op het nut van de organisaties en drong aan op betere samenwerking tusschen de ste den en het platteland. De heer Coppenolle te St. Jansteen, had critiek op de leiding der organi saties, die z.i. te langzaam werkt, op de kerkelijke instellingen, die de noo- den der boeren voorbij zien. Hij pro pageerde het vormen van een boeren partij en bleek voorstander van hef opruimen der sociale wetten. Alle landarbeiders zou hij staatspensioen willen geven. De heer van Klunen, voorzitter van den R.-K. landarbeidersbond, zei dat zijn bond sympathiseert met bet stre ven der landbouwers, omdat de be en actrices hebben en uitstekende regis seurs, waarvoor men nooit zwijmelt... Pijnlijk is het ook, dat je tegen jhict einde van het seizoen nooit weet wat jhet volgende seizoen zal brengen... ein dat wordt nog pijnlijker als je jezelf bombar deert tot directeur! Wie z'n vader en moeder heeft vermoord, is nog te goed voor tooneel-directenr", zeggen we. En 't allerpijnlijkst is, dat we verliefd zijn op Melpoméne (Muze1 der tragedie), als mamneu, die weten, dat die diame bins veel pijn zal doen, maar dat we haar niet kunnen loslaten, omdat we... nu eenmaal verliefd zijn... Intusschen, ik ben ook een beetje op haar verliefd ofschoon misschien nog meer op Thalia! (Muze van het blij spel). Dogi Rugani, een talentvolle jonge ac trice, was het, die hot volgende voor,ons ophaalde: „U vraagt me naar de pijnlijkste too- neelherinnering, die ik heb. Nu zijn er pijnlijke herinneringen te over, maar om dat ik die niet allemaal kan vertellen, zal ik u een van de laatste meedeelen. We hadden première bij het Schouw- toioneek er was hard gewerkt op t stuk en we hadden er allemaal plezier in gehad Maar door allerlei omstandigheden, bleek bij die eerste opvoering, dat het strik 'te lang was- Bovendien hadden we nog pech met de décor-verwisseling gehad, zoodat het laat was geworden. In de laatste acte had ik een tamelijk spannende scène met Carel Rijken. Hij was til buiten mede weten van m'n ouders bij mij op visite ge komen, tamelijik laat in dén avond. Ik speelde- een dood-onschuldig m-cisje, dat erg moest schri kken als zo merkt, dat de bedoelingen van. haar vriend niet zoq pla tonisch waren, als ze eerst wel dacht. In Een der mooiste witkuifhennen op de Nationale Pluimveetentoonstelling welike in de eierhai tc Nijkerk deze week georganiseerd werd door de pluimveeveneeni- ging „Nijkerk en Omstreken". langen van de landbouwers niet te scheiden zijn van de belangen der landarbeiders. Spr. had waardeering voor de rede van den heer Siebenga, omdat daaruit blijkt, dat loonsverla ging het laatste middel is, waartoe men zal overgaan. Spr. sprak over den noodtoestand en hij ontzegde Ne derland het recht op goedkoope le vensmiddelen, als de boeren en arbei ders niet te eten hebben. Pastoor Doens te Sas van Gent ging in op hetgeen een der vorige sprekers had gezegd over de kerkelijke instel lingen. Hij sprak over de verlaging der pachten door de kerkelijke instellin gen en stelde dit de particulieren tot voorbeeld. Hij critiseerde de critiek op de leiding -der organisaties, en sprak het tegen dat de regeering te langzaam zou werken. Spr. vermaande de boeren elkander niet zooveel con currentie meer aan te doen bij het pachten van bedrijven. Hij wekte de aanwezigen op achter hun organisatie te staan. De heer J. J. Dieleman sprak over de bescherming, die de boeren in Duitschland genieten. De heer P. Dekker waarschuwde de regeering, die de Nederlandsche boe ren tot socialisten maakt. Hij sprak over de verdeeldheid der boeren, over de armoede der landarbeiders, en eens hoort ze haar vader aankomen. De jonge man heeft geen tijd meer om te vluchten en duikt daarom weg achter een canapé; op hetzelfde- oogenblik moet de vader binnentreden. We zitten dus en hoo- ren de vader (Cor Hermans) aan de deur morrelen, maar die kan niet open. Hij duwt, hij trekt, hij schudt ('t lijkt wel een variatie op de Hoover), maar het resultaat blijft nihil. 'tHeele décor buigt cn wijkt: edoch de deur staat pal. We hooren chan- geerders en insp-eciënten aandraven en ik dacht aan Marie Antoinette en meende mijn haren te voelen grijs worden, Carol en ik zaten voor gek, hij kad wel al tien maal kunnen vluchten. En toen kwam hei glori euze moment, waarop we een daime op de eerste rij luid hoorden zeggen: „Gunst* wat een vervelend stuk, hè? Toen ging de deur open! Later vertelde Carel me dat hij naar een gat in dert grond had ver langd, om er voor eeuwig in te mogen ver dwijnen!" J,an Grefe heeft zijn pijnlijkste too- neelherinmering te danken aan z n ouderen collega Anton Roemer: „Als jongen van* ja, 17 jaar, heb ik eens een matinée gezien van „Overschotje"! Wat vond ik dat mooi en leuk, wat heb ik zitten genieten, daar boven in den Enge lenbak. Hebt U het ge-zien? dan zult u stellig met me meevoelen: toen kwam de meester binnen, het mannetje dat ,*o-ok maar alleen was". Maar dat binnenkomen... en^ het slot van het stuk, als .Overschotje" verlaten is door h-aar vriend, en ze nu samen zitten en alleen zijn... Wat „Ammie van Ees" en Anton Roemer" da-ar 'presteerden ging dwars door me heen. Dat was het nou. Hebt u het gezien. „Overschotje"? Maar nu komt het. over de boeren-partij die hij in de toe komst ziet ontstaan. Spr. verheugde zich over deze bijeenkomst en had woorden van waardeering voor Mr. Dieleman. Als deze vergadering nief helpt, zei spr., dan zullen we op trekken naar Den Haag, en ik ken Mr. Dieleman goed genoeg om te weten dat hij voorop zal gaan. Als de regee ring ons niet helpt, zullen we hem in de Kamer brengen, waar hij onze be langen zal behartigen. (Applaus). Hij hoopte dat deze vergadering een ern stige waarschuwing voor de regeering zal vormen en hij zei te bouwen op de Koningin. Mr. P. Dieleman stelde hierop de volgende motie voor: De vergadering van de afgevaardigden en leden van den Chr. Boerenbond voor Zeeuwsch-Vlaanderen (.W deel), de Ge- weestelijke afdeeling Zeeland van den Christeüjken Boeren- en Tuitidersbotid in Nederland, den Kring Hulst van den Noord-Brabantschen Boerenbond, den Kring Zuid-Beveland van den Diocesa nen Land- en Tuinbouwbond en de Zeeuw sche Landhouw-Maatschappij, gehouden op 19 November 1930 te Goes. gehoord de inleidingen en discussies over den toestand van den landbouw in Zeeland, de suikerbietenteelt en den fi- nancieelen toestand van Öo landbouwers; wijst uitdrukkelijk op den noodtoestand Wat was een paar jaar na di-e matinée mijn ©erste rol bij het JRottendainsche Hpf- stad-Tooeeel? Het meestertje! En wie stond, terwijl ik op- datzelfde tooneel stond te repeteeren, ergens in 'n hoekje met een paar collega's te praten en te lachen? „De heer Roemer" zelf; ik smeek je. Het repeteeren ging zoo slecht... een vioolconcert spelen als je een jaar les hebt gehad... in tien minuten loopen van de Pier naar het Hollandsche spoor... zóó koorts achtig ongelukkig gevoelde ik mij. Nou ja, dat is misschien wel gped, maar pijnlijk was 't." En Edi-ard Palmers biecht: „Ik voel me als een biechteling met weinig zon-den op mijn geweten, dus is het niet erg pijnlijk een en ander te bekennen. Teruggaande tot mijn eerste optreden voor het publiek, het was in een stuk van J. Heyligers: „Een huishouden van Jan Steen", herinner ik mij1, dat ik moest op komen met een zakje vijigen (echte) en hiervan mijn geliefde moest tracteeren. Op de repetities ging alles natuurlijk denk beeldig. De première kwam, ik verscheen ten to-oneele, maar zonder vijgen. Mijn tekst luidde; „TcHeb hier een zak met vijgen. Jij1 kan wat lekkers krijgen". Voor ik dit had gezegd voelde ik in mijn broek zak, maar o schrik, 'k had mijn vijgen op de requisieten-tafel laten liggen. Maar, er was een reddende engel, niet in den hemel, maar in het souffleurshok. KLaassen zei „psst* psst... Hoe kan ik langer dralen? Ik ga wat lekkers halen". Ik af, en terug met mijn vijigen. Dit was mijn eerste schrik Ik weet nu nog boe ik me voelde, pret tig is anders. Ook ben ik een, keer te laat opgeko men. Dit was in de voorstelling van „De

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1930 | | pagina bijlage 1