ii BIJVOEGSEL VAN DE GOESGHE COURANT Film* Varia Abdijsiroop Uit de Radio Wereld^ Het geheim der „Levensstralen". Verdrijf d icn hoest Pijnlijke Tooneelherinneringen] die Uw ouden dag vergalt VAN VRIJDAG 31 OCTOBER 1930 Eigenaardige onderzoekingsresultaten op het gebied der biologie. Door Dr. F. WALTER. Jaren geleden werkte in Weenen de be roemde arts Dr. Mecmer, de ontdekker van net „dierlijk magnetisme". Hij ver kondigde, dat ïtn den mensch een bijzon dere levenskracht werkzaam was, welke overeenkomstig het gewone magnetisme b.v. van ijzer, eenvoudig door hand-op leggen of bestnjken van den eenen mens cl op den andere kan worden overgebracht. Verder Leerde hij, dat iedere ziekte ia den grond slechts berust op een gebrek aan leven smagnetisme en dat er men scheen bestonden, die een zeker teveel van deze kracht bezaten. Bestrijkt zulk een persoon met zijn vingertoppen, een zieke, dan kan hij genezing bewerken. Het Mesmerisme sLoeg in. Het leek wel op< Otto Otto of Zeileis, niet alleen we gens de overeenkomst in behandeling, doch ook wegens de enorme toeloop van zieken. Mesmer had letterlijk niet ge noeg handen, om al die duizenden te mag- netiseeren. Hij kwam toen op een curi euze gedachte: hij behandeljde met zijn magnetische streken een emmer water of een ijzeran staaf en droeg op deze voor werpen zijn teveel aan leven smagnetisme over. Het water en de staaf waren dus een soort van accumulatoren. Inplaats van dat de wonderdokter nu zelf zijn patiënten magnetiseerde, straalden deze levenlooze objecten het leven smagnetisme naar de zieken uit en de lijdenden werden even ge zond van het magnetiseerende water, als door de behandeling van Dr. Mesme* zelf. Men begrijpe goed: even gezond^ Wij zijn geneigd, deze geheele behande ling als hocus-pocus te veroordeelen en er eens hartelijk om te lachen, vooral om het feit, dat dezelfde levenskracht zich op het water zou laten overbrengen eni dit water deze kracht zelfs later weer zou teruggeven, nog daargelaten of er werke lijk levensmagnetisme bestaat en of men daarmee genezingen bewerkstelligen kan. In ieder geval staat vast, dat zelfs te- woordig nog verscheidene gediplomeerde artsen als magnetiseur optreden en de Mes meriscbe methode in toepassing brengen. Het schijnbaar nog meer dubieuse feit, namelijk, dat de geneeskundige kracht van Mesmer in het water overgaat, zich hier verzamelt en dan op andere levende we zens kan inwerken, is nu op verbluffende wijze bevestigd door een nauwgezet, we- schappelijk onderzoek. De Fransche bio loge Mile. Choucroun is reed® geruimen tijd bezig met onderzoekingen op het, te genwoordig in het middelpunt van de be langstelling staande gebied van de door Gurwitsche ontdekte „levensstralen", die l rij dag, de dertiende. Het me7ischelijke engeltje. Ver strooidheid. Een voorstelling van den spooktrein. Watt en Half Watt. (Vervolg.) Dit keer komen er een paar jongeren aan de beurt, maar jongeren, die lang ge noeg aan het tooneei zijn om pijnlijke herinneringen te hebben. Daar heb je b.v. Theo Fr enkel. Een acteur, die de laatste jaren in het fijnere blijspel prachtige dingen heeft gedaan. Hij schreef ons: U Vraagt mij, om iets te schrijven be treffende mijn pijnlijkste tooneelherinne ringen. Dit was de lijdensgeschiedenis van een langen pijnlijken avond in Indië. Een klein plaatsje, dat de Spooktrein-vo«r- stelling.... móést en zou hebben. Hoe wij het hun ook hebben afgeraden... ze moes ten de Spooktrein op hun prae-historiach tooneeltje hebben. En.... ze hébben hem gehad! U weet wel, dat wij het wel eens heb ben over het „Het Godje van de Kome dianten", dat ons door de moeilijkste si tuaties heen helpt. Doch dien avond was ons Komedianten Godje ergens in Europa gaan 'kegelen. Voor mijn schijnbaar over dreven verhaal heb ik gelukkig tien getui gen; de medespelenden in de Spooktrein- tourtiée (Directie Jan Musch. en Anton Ruys) Ned.-Indië 1928-1929. Van 'bovengemeld stuk was ik regisseur en met 3 medespelers, die tevens de technici waren, bereidden wij elketn dag door eik levend wezen worden uitgezon den, die van het eene levende wezen op het andere kunnen overgaan en die overal waar zij komen cei-deelingen veroorza ken. De Fransche biologe nu onderzocht de invloed van de levensstralen op de eieren van zee-egels en klassieke „proef konijntjes" der embrioiogie. Als „zender" dezer groeibevorderemde stralen fungeerde de bekende kankerverwekker der planten, de beruchte „Bacillus Tumefaciens". De proeven leverden gunstige resultaten op. Het gelukte werkelijk door middel van de uitstralingen van de kankerbacillen in de zee-egeieierem cel-deelin gen te veroorzaken. Opvallend echter was het verschil in plaatselijke werking. De eene maal was zij sterk, de andere maal zwak. In den beginne kon men deze ver schillen in de resultaten der verschillende onderzoekingen niet verklaren er moest een onbekende factor in het spel zijn. En zoo ontpopte het zeewater zich ten slotte als de gezochte factor. Bij de be straling van de zee-egel-eieren door de kankerbacillen werd het zeewater, waar in de eieren lagen, dikwijls meebestraald. Wie had kunnen vermoeden, dat dit van ©enigen invloed zou zijn op het verloop der proefnemingen En toch het bleek na derhand duidelijk. Zond dit zeewater, na dat het met de kankerbacillen in contact had gestaan, nu zelf de levensstralen uit! Men kon het haast niet gelooven en deed dezelfde proeven nog eens en nog eens. Maar het resultaat bleef hetzelfde; ge woon zeewater heeft geen invloed op de bestraling van eieren, daarentegen neemt het zeewater, dat voor de groeibevorderem de stralen van de kankerbacillen is ge troffen, deze stralen in zich op en wordt nu zelf tot stralen-uitzender, zoodat ii de eieren dezelfde cel-deelingen plaats vinden, als de kankerbacillen zelf ver oorzaakten. Men kan het vergelijken met het verschijnsel van het phospljoriseeren, Ook daar stralen voorwerpen, die voor dien aan het zonlicht waren blootgesteld, nadat zij in het donker zijn geplaatst, licht uit. De levensstralen zijn dan ook, volgens de jongste onderzoekingen, aether- golven van zeer bepaalde lengte, en ir wezen zooverre met het licht verwant, dat zij juist onzichtbaar zijin. Het is mogelijk, dat men hier zelfs te doen heeft met een „nalichten" van het zeewater, onder in vloed van de levensstralen. En hiermede is ojp een eigenaardige wijze de zoozeer bespotte methode van Dr. Mesmer gerehabiliteerd. Men behoeft slechts inplaats van levensmagïietisme de levensstralen te denken en men verkrijgt hetzelfde resultaat. Niet deze vergelij king met het verleden, maar wel de ge dachte aan de toekomst maakt de ont dekking van de Fransche 'biologen zoo gewichtig. Daarmede is toch in principe vastgesteid, dat de levensstralen van le vende wezens medegedeeld kunnen wor den aan levenlooze voorwerpen en dat de ze levenlooze voorwerpen dan wederom opnieuw dit moeilijk technische stuk voor. Van de 41 voorstellingen in Indit zijn er 40 vlot en succesvol verloopen.., doch een enkele voorstelling was „pijn lijk". De voorbereidende maatregelen wa ren voor dien avond getroffen. De trein- effecten waren ingestudeerd door 10 Hol- landsche soldaten.... de lichteffecten func tioneerden prima.... 3 van de soldaten moesten zwijgende rollen vervullen en alles klopte. Twee reuzen zouden Engel- sche poütie-agenten voorstellen, dtfch een klein, pieterig mannetje drong zich op den voorgrond en wilde o, zoo graag meespe len. Ik gaf hem een stuk ijzer en blik 5n zijn handen om treinlawaai te fabriceeren. Het begin was goed.... eerste acte ver liep prachtig.... Jan Musch lag als halte chef dood op den grond en het d!oek viel dicht... applaus... maar het doek viel met een razende snelheid want er zaten twee reusachtige ijzeren kogels aan de1 onder einden en deze gchoten rakelings langs het hoofd van Jan Musch.... En terwijl we als gewoonlijk met het „tableau vivant1' sloten en verslagen naar het lijk keken... en het publiek applaudisseerde, kroop plotseling ,;het lijk*' met gekke rug- sprongen naar het midden van het tooneei De kogels hadden het hooffd van Jan Musch bijna geraakt.... en deze bracht zich in veiligheid. De uitwerking was buitengewoon.... de heefe zaal lachte en stond op om te kijken.... Tableau lag in het water..,. Wij lachen en feliciteeren Jan Musch, dat hij er zoo goed afgekomen is. Tweede acte begint.,.. Van het in twee- en gesdheiden voordoek breekt één der touwen, zoodat maar één helft opgaat en één helft van het tooneei voor het publiek zidhtbaar is. De spelers achter en ook drukke en uitgelaten mondaine leven deel te nemen en vindt het best, als men hem de kluizenaar van St. Wolfgang noem tv .,Ik zou er evenmin iets tegen hebben, ook in den winter een paar dagen hier te komen uitrusten", zei hij zoo voor zich heen. „Ik zou het liefst in Oostenrijk wo nen, in Amerika geld verdienen, in Wee nen optreden op het tooneei en voor de Ufa op de film spelen. Dat wil natuur lijk niet zeggen, dat ik niet blij ben om ,in andere groote steden van Europa op het tooneei te kunnen optreden. En ik wil ook met plezier nog eens terug naar Hol lywood om daar nieuw werk te doen in een vertrouwde omgeving. Binnenkort ga ik er weer eens heen! De opening van het Engelsche parlement heeft Dinsdag te Londen met groot praalvertoon plaats gehad. De statiekoets, waarin de Koning en Ko ningin gezeten zijn, op weg naar het parlementsgebouw. levende wezens door de uitzending van de opgevangen stralen beïnvloeden. Misschien is daarmede tevens een verbluffend een voudige verklaring gegeven voor de tot nog toe als „occult" beschouwde eigen schap uit brieven of andere levenlooze voorwerpen den bezitter te beschrijven. Misschien is door het bovenstaande ook de genezende kraoht van zeewater ver klaard, dat door duizenden en duizenden zeedieren met hun levens-uitstralingen door drongen is. Op bezoek bij Emil Jannings. Emil Jannings, die sinds een paar we ken promotie heeft gemaakt van lieveling van het publiek en de filmmaatschappijen tot „Lieveling der Goden", werkt thans niet ver van de smalspoorbaan Ischl- Salzburg in de buurt van St. Wolfgang, maar juist \a»an den anderen kant van de baan, waar de touristen verblijf houden; zoodat hij vrijwel op zichzelf woont. Wie Emil Jannings .kent, weet dat hij voor al les behoefte heeft aan rust. Het scenario van de film is van Hans Müller en 'de hoofdpersoon, Albert Win kel maun, verkeert in soortgelijke omstan digheden als Emil Jannings; hij is ook kort geleden uit Amerika overgekomen en rust ergens in een klein plaatsje uit van de vermoeienissen van de reis en het drukke leven in de Verenigde Staten. Hierdoor kan Emil Jannings de rol ge makkelijker en natuurlijllier spelen. Hij werd vooral getroffen door de scène, die hij samen speelde met Wladi- mir Sokoloff- deze had de rol van een operazanger, die in Amerika zijn stem verloren had en aan lager wal raakte en wiens eenige genoegen nu bestaat in het luisteren naar zangers uit zijn vaderland, hoewel hij door een ziekelijken wrok later toch tracht, (hen in het verderf te storten. De vrouwelijke hoofdrol wordt gespeeld door de bekoorlijke Karola Müller, die onze tecjhnici merken het niet, want het décor is potdicht.... en er moest iemand afioopen, om te waarschuwen, wat er gaande was.... wanjioop op het tooneei en we waren niet zoo goed, of alles moest van het tooneei en de boel moest gerepa reerd worden. Heel gemoedelijk kwam men vanuit de zaal met ladders aandra gen en ten aan schouwe van het geheele pu bliek, repareerden inlandsdhe bedienden, soos-bestuursleden en kolonialen het scjherm.... na een klein half uurtje was het scjherm gerepareerd, doch de stemming voor „De Spooktrein" was aan weers kanten van het voetlicht onder nul. Met nieuwen moed verder, maar de tweede acte verliep wonderwel, we haal den weer adem en de stemming was terug gekomen. Na de pauze de laatste acte! Al onze tooneelmisdaden zouden in dat ééne be drijf gestraft worden... Alles mislukte.,., de muskieten kwamen met duizenden op het tooneei en beten ons overal. Coba Keiling, als de dronken juffrouw, lag zich op haar rustbed te krabben.... onder een stille scène .ging een tokkee zijn helscb geschreeuw aanheffen... op het moment, dat het licht moest uitgaan voor de spook verschijning gebeurt er iets „pijnlijks want het licht op het tooneei gaat één se conde uit en de andere seconde in de zaal aan. Wat was gebeurd? Op het tooneei was gerepeteerd, dat het licht gedurende 20 seconden zou uit gaan en alles stikdonker zou zijn.... doch achter in de zaal zat een mandoer die van niets wist en dacht, dat de tooneel-instal- Latie kapot wa9, hij gooide het zaallicht aan terwijl het uit moeste, wèg effect... als lamgeslagen stonden we te wachten wat gebeuren zou.». Hoe die man, die in Met de jaren verzwakken onze adem halingsorganen. Kom ze te hulp wanneer het ademen moeilijker gaat dan vroeger, wanneer Gij vlugger benauwd zijt. Ge kunt al die ongemakken bestrijden. Ge behoeft niet te hoesten, niet te kuchen, geen wanhopige pogingen te doen dat moeilijk op te lossen slijm kwijt te raken. Neem dadelijk Abdijsiroop. Door de bijzondere samenstelling voor U een aan gewezen middel. Buitengewoon verzach tend, slijmoplossend en borstversterkend. Beroemd bij Hoest, Bronchitis, Asthma. AKKER'; „Voor de Borst" Alom verkrijgDaar. Prijs Fl. 1.50, Fl. 2.75, Fl.4.50 Gebruik buitenshuis Abdijsiroop-Bonbons (60 ct.j. Dan bespoedigt Ge Uw genezing. ABDIJSIROOP-BONBONS (Gestolde Abdijsiroop te St. Wolfgang heel wat leven in de bron- werij bracht, toen zij e» zijn moest voor de filmopnamen. Toch doet Emi! Jannings nog wat an. ders dan den hieeien tijd door luieren hanclteehenmgen zetten voor bewonderaars en wandelen op de esplanade met zijn vrouw Gussy Hooi. Hij heeft 'juist in dien tijd Hansi Nieze geëngageerd voor zijn gastvoorstellingen in Holland en schijnt haar als een aanwinst te beschou wen. Maar hij voelt er niets voor, aan het de zaal zat, te bereiken?... Na twee mi nuten stilstand in, het bedrijf' gaat het licht in de zaal uit... Miaar diezelfde Man doer draaide de noodverlichting, aan... Ten einde raad gooide onze tooneelmeester de hoofdschakelaar uit... doch toen het licht weer op moest gaan, kon hij in donker den schakelaar niet meer vinden en ble ven we... in het donker staan. Er moest iemand bijgehaald worden, die het licht in orde maakte... een deftig bestuurslid strui kelde oser stoelen en tooneclattributcn en eindelijk was het licht overal aan... zoowel in de zaal als op het tooneei. Na eenig ge scharrel was het gewenschte effect weer bereikt en gingen we met den moed der wanhoop verder. Op het moment, dat ik als detective het Spook met een welge mikt schot onschadelijk moet maken... wei gert mijn revolver en hoe ik ook trek alle vijf de patronen ketsen... in mijn wanhoop riep ik na vijf ketsen... Pang, pang, pang. Het resultaat was, dat de spelers hun ruggen naar 'het publiek keerden en be denkelijk met de schouders schokten.../, maar het afgesproken teelten om den tre,n in de laatste acte te waarschuwen.... wa ren de revolverschoten... Het resultaat was, dat de trein niet kwam en er was weer stagnatie in het bedrijf... Ook dat werd verholpen door af te loopen... de trein kwam, stopte... en even later zouden de agenten opkomen met hun arrestanten... Wat zagen wij? De twee groote agenten kwamen niet op het tooneei, maar een heele groote en het kleine, pietepeuterige mannetje. Wat zag dat onderkruipsel er uit, de agentenjas reikte tot over zijn hielen, zijn handen wa ren niet te zien, zijn helm zakte tot over zijn wangen, alleen een reusachtige roods neus kwaim er uit. De andere agent-kolo Omroepreportage. Van tele joon in micro joon? hoe ver men in Duitschland Het was tot voor korten tijd geleden nog niet mogelijk in Duitschland een actu eel© reportage onmiddellijk uit te zenden. Dit moest bijna zonder uitzondering ge schieden via gramofoonpiaten, tenzij men dagen vooraf op de h0ogbe was1 van de ko mende dingen en men dus de radiorepor tage reeds vroegtijdig kon orgauisaeren. Men nioest zich met de directie van het telegraafkantoor van de plaats, waar de actueeie gebeurtenis, welke uitgezonden moest worden, in verbinding stellen en de ze zorgde dan voor het vrijmaken van een lijn voor verbinding met de studio. Een en ander nam natuurlijk veel tijd weg, terwijl men bovendien dikwijls het terrein van de opname niet dicht genoeg kon na deren. Slechts in enkele gevallen gejjikte het, als alle omstandigheden medewerkten, een directe reportage te geven. In den laatsten tijd is er in dezen toe stand echter een gunstige wending geko men. Het Ministerie van Rijkspost heeft beschikt, dat nu via iedere telefoonaanslui ting een actueel© gebeurtenis kan wor den overgebracht, mits de bezitter van de aansluiting daarmede aceoord gaat. Om te kunnen nagaan, of deze nieuwe regeling in de toekomst waarde zal heb ben, ging de leider der reportage-afdeeüng, Dr. Ernst, met een technicus naar de stad, zonder vooraf te zeggen, van waaruit hij zou spréken. Hij wist zelfs niet eens, verklaarde hij, welke telefoonbezitier hem in de gelegenheid zou willen stellen, van zijn toestel gebruik te maken. Men kwam overeen', dat het gesprek om 10 minuten over 7 zou plaats hebben. Eenige minuten voor dezen tijd werd in de versterkejrj- ziaal van het Omroep-gebouw eiem micro foon opgesteld voor den omroeper Her mann Töllo. Het doel van dezen microi- foon was, het publiek in de tusschentijdf, die verliep gedurende de inschakeling van het telegraafkantoor en den zender, op de hoogte te houden van de verschillende ver richtingen en hun tijdsduur, om te laten zien, binnen welken korten tijd zulk een aansluiting tot stand zou kunnen komen. Ongeveer om (j minuten over 7 meldde Dr. Ernst zich telephonisch en verzocht om aansluiting op den zender. De dienst doende employé van de versterker-zaal belde onmiddellijk de betreffende af due ling van het telegraafkantoor op en 1/2 mi nuut later kwam reeds het antwoord van het telegraafkantoor, dat de aansluiting tot stand was gebracht. 5 Seconden latei' niaal was lang-bleek-mager en had een groote snor. We stonden allemaal op too neei als geslagen, we dorsten, niets te zeggen want we voelden; Als we wat zeggen moeten, kan het niet, want dan stikken we van het lachen... Plots een stem uit de zaal: Kijk eens, Watt en Half Watt.,, en waarachtig daar leken ze op. Dat was teveel voor txns arme komedianten, we barsten uit in het laohen, wat men in de zaal niet hoorde, want daar bulderde men (Half Watt was een be kend type uit dat plaatsje). We speelden zoo goed en zoo kwaad als het ging door, hoe weat ik niet meer.,; tot overmaat van ramp wilde dat kleine mannetje niet van tooneei af, hij had niet gerepeteerd en inplaats dat de agenten"! de gevangenen afbrachten... moesten de acteurs-gevangenen de agenten van tooneei sleuren. Achter de schennen gekomen riep Half-Watt: „Ik wou graag zien hoe het verder afliep!" Hoe we verder gespeeld hebben, weet ik niet meer... Het was één doorloopend gevecht tegen „lachen", alles deed ons pijn. De stemming was weg en zoo nu en dan begonnen ze in de zaal weer te bulde ren en wij deden dan maar weer flink mee... Maar plotseling namen we ons een parig voo» ernstig te zijn en werkelijk de laatste tien minuten was het weer serieus spelen met de kracht, die de wanhoop je geven kan, maar we dorsten elkaar niet in de oogen 1© kijken. j We streden als dappere soldaten ver der en... gelukkig... het laatste woord werd gezegd... Maar toen kon het voordoek niet zakken.... en weer stonden we voor schut... en er bleef ons niets anders ovetrl'. dan tot het publiek te roepen... Het is uit.,», en te buigen.

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1930 | | pagina bijlage 1