IV. 127
Maandag 27 October 1950
117 Jaargang
Buitenland,
School en kerk
Het meisje, dat met
een Koning trouwde
Parlementaria.
ProVincienieuWs
ABONNEMENT
Prijs per kwartaal in Goes f2,
buiten Goes f 2,
Afzonderlijke nummers 5 cent.
Verschijnt Maandag-, Woensdag
en Vrijdagavond.
GOESCHE
Uitgave: Naamlooze Vennootschap Goesche Courant
Telefoonnummer 17, na 17.30 No. 244
COURANT
en Kleeuwena Ross' Drukkers- en Uitgeversbedrijf
gevestigd te Goes.
ADVERTENTIËN
van 1—5 regels fl,20, elke regel
meer 24 cent Driemaal plaatsing
wordt 2 maal berekend. Dienst
aanbiedingen en aanvragen 15 ct
per regel. Advertentiën worden
aangenomen tot 12 uur voorm.
Een vorsten-huwelijk.
Koning Boris en prinses
Giovanna in het huwelijk
verbonden.
Zaterdag werd in het kleine berg
stadje Assisi, waar eens de H. Fran
ciscus het levenslicht aanschouwde
het huwelijk voltrokken tusschen Ko
ning Boris van Bulgarije en Prinses
Giovanna van Savoye, derde dochter
van Koning Victor Emmanuel van Ita
lie en Koningin Helena.
Omtrent de huwelijksvoltrekking
wordt gemeld, dat de intocht van hef
bruidspaar aan glans heeft ingeboet,
doordat, vóór dat het bruidspaar de
kerk bereikte, de hemel meer en meer
betrok en, terwijl de zon aanvankelijk
nog door de donkere wolken haar stra
len de kerk inwierp, de hemel som
berder en somberder werd totdat een
fijne motregen begon te vallen. Deze
ging weldra over in een aanhoudende
neerplassende stortbui, waardoorspoe
dig de tapijten en loopers, die den weg
naar de basiliek aangaven, doorweekt
waren en de rit, die tot dicht bij de
kerk in open auto's zou geschieden,
in gesloten wagens tot voor het kerk
gebouw gemaakt moest worden. Hoe
wel was aangekondigd, dat de plech
tigheid een hoogst eenvoudig karak
ter zou dragen, vielen in de kerk toch
nog prachtige toiletten te bewonderen.
De bruid was gekleed in een prachtig
wit satijnen japon, met een korte sleep
en wijde lange mouwen. De japon was
hoog aan de hals gesloten. Prinses
Mafalda was eveneens gekleed in een
wit satijnen japon, met een lange wit
te sluier, terwijl koningin Helena een
donker koperkleurig fluweelen toilet
droeg. Prinses Jolanda droeg een
pauwblauw zijden en prinses Maria een
lichtblauw toilet.
De plechtigheid in de kerk duurde
niet langer dan een kwartier. Door
een dubbele rij soldaten, zwarthem
den en rijkspolitie reed de bruidstoet
van de kerk in den neerstortenden re
gen terug naar het kasteel, waar men
voorloopig zijn intrek nam.
Ondanks den regen was een groote
menigte op de been om de bruiloft
stoet gade te slaan.
Te weinig onderwijzers.
Geen gegadigden voot
schoolhoofd.
In Friesland blijft men sukkelen om
aan kleine scholen van het o. 1. onder
wijs op het platteland hoofden te krij
gen. Soms komt geen enkele liefheb
ber opdagen, dan één of twee. Voor de
vaca.ures te Eestrum en Terkaple is
de animo thans weer zoo- gering, dat
de besturen der betrokken gemeenten
besloten hebben nog eens pogingen aan
te wenden door het plaatsen van een
l.erhaalde oproeping. Uit benoemingen
blijkt, dat de schoolhoofden liever sol-
liciteeren naar de betrekking van on
derwijzer in grootere plaatsen in en
buiten de provincie.
68
FEUILLETON
DOOR ALICE HEATH HOSKEN.
Vertaald door Dicky Wafelbakker.
Wij besloten te wachten, totdat het
donker werd en dan te probeeren in
Huida's kleinen automobiel te ontko
men. Als wij eenmaal buiten de stad
waren, zouden wij veilig zijn. Hulda
was bereid als het noodig bleek ge
durende de driehonderd mijl, die wij
naar Gritna moesten afleggen, den wa
gen te besturen.
Het was een afschuwelijke gedachte
te weten, dat ik drie honderd mij)
en meer van Max verwijderd was. Ik
wist totaal niet, wat er in andere ge
deelten van het land plaats vond. Elk
schot van het eindeloos geweervuur
Jat wij hoorden, kon heel goed een
'ermeerdering van de macht der op
standelingen beteekenen.
Natuurlijk zouden wij het ten slotte
toch niet Winnen winnen. Hulda en
TWEEDE KAMER.
De communist De Visser uit
de vergaderzaal geweerd
Tijdens de replieken bij de algemee
ne beschouwingen over het vloof-ont-
werp, heeft de communistische afge
vaardigde L. de Visser het Vrijdag
zoo bar gemaakt, dat de voorzitter
hem moest gelasten de zaal te verlaten
De heer De Visser had weder de
waanzinnige bewering laten hooren,
dat West-Europa zich voorbereidt op
een gemeenschappelijken aanval op
Sovjet-Rusland en beweerde nu in, on
geoorloofde termen, dat de Paus de
leiding van dien modernen kruistocht
op zich had genomen. Toen de voor
zitter, na hem een paar malen ver
maand te hebben dit niet te zeggen
hem ten slotte tot de orde riep, stoor
de de heer De Visser zich niet daar
aan en bleef doorpraten. Dat kon de
voorzitter niet gedoogen en hij ont
nam hem het woord. De communist
bleef echter doorslaan, waarop de
voorzitter het voor de hand liggende
middel toepaste en de vergadering
voor een kwartier schorste.
Dat kwartier groeide aan tot een
uur, maar wie nu dacht, dat de heer
De Visser tot kalmte was gekomen,
had zich vergist. Nauw was de ver
gadering hervat, of met zijn onwellui
dende stentorstem zette hij zijn rede
voort, tegen het gehamer des voor
zitters in.
Nu moest met forschheid worden
opgetreden en boven de stem van den
communist klonk des voorzifters voor
stel uit om den afgevaardigde voor de
zen middag het verdere bijwonen der
vergadering te ontzeggen. Over een
dergelijk voorstel moet volgens het
Reglement van Orde, zonder discussie
gestemd worden en, terwijl de heer
De Visser al maar door bulderde en
raasde, zoodat ten slotte zijn orgaan
hem begaf, klonk daarboven uit de
daverende stem van een der commie
zen-griffier de namen der leden af
roepende en even luid weerklonk hef
,vóór!" van den afgeroepene, met uit
zondering van kameraad Wijnkoop
die „tegen" was. Met 91 tegen 1 stem
werd het banvonnis geveld, doch de
heer De Visser toonde zich niet ge
neigd zich er in te schikken en bleef
zitten. De voorzitter schorste toen de
vergadering maar weder en toen de
delinquent alleen in de zaal zat, ging
een politie-ambtenaar op hem af om
hem te verzoeken goedschiks heen te
gaan, anders
Toen schikte hij zich in zijn lot
en verdween vrijwillig uit het Kamer
gebouw.
Na heropening de?: vergadering zijn
de replieken gehouden, die weinig
nieuws opleverden. Even willen we
stil staan bij de toelichting, welke de
heer Albarda heeft gegeven van zijn
bekende uitlating op de meeting op
Houtrust. Hij heeft nu verklaard, dat
de bedoeling van zijn woorden deze
was, dat wanneer de regeeringen van
plan zijn oorlogen te ontketenen, men
elk desnoods ook onwettig middel mag
gebruiken om zich daartegen te ver
zetten.
ik waren beiden daarvan maar al te
zeer overtuigd.
Het kon slechts een kwestie van een
paar dagen zijn. Maar oh, die af
schuwelijke angstWat zou er met
ons gebeuren, indien, nadat wij eeni-
gen tijd geïsoleerd waren, de orde
en wetten hersteld werden?
Hulda", zei ik, „wij moeten ten
koste van alles zien weg te komen.
Niemand weet, dat wij hier zijn".
Op het moment dat ik dit zei, wer
den luide voetstappen voor de deur
gehoord, waarop deze werd geopend.
Drie mannen traden de kamer binnen.
Achter hen bevonden zich twee met
geweren gewapende soldaten die de
wacht hielden.
De drie mannen waren ruw uitzien
de werklieden, en aan hun kleeren was
het duidelijk merkbaar, dat ze ge
vochten hadden. Ze droegen een wit
met roode cocarde, naar ik veronder
stelde de kleuren van Prins Joira.
In naam van kameraad Joira", zei
de grootste van de drie, „moet'U zich
als de gevangene van de Republiek
beschouwen, Mevrouw".
Ik was niet bepaald bang, doch hef
was een verre van aangename sensatie.
Hij verzekerde, dat hij daarbij niet
aan Nederland en zijn Regeering had
gedacht, maar aan fascistische regee
ringen, die op oorlogen aansturen, ter
wijl de wetgeving dier landen de be
volking in enge banden houdt.
Dit dus heeft de heer Albarda be
doeld, en niet hetgeen het „Volk" enz,
uit zijn woorden heeft afgeleid.
Daarop is over het wetsvoorstel ge
stemd en is dit aangenomen met 61
tegen 33 stemmen. Het korps tegen
stemmers werd gevormd door de so
ciaal-democraten, de vrijzinnig-demo
craten en de heeren Wijnkoop, Braat
en Floris Vos.
Het maal- en menggebod.
De Vrijheidsbond belegt een
bespreking.
Naar wij vernemen, heeft de liberale
staatspartij de Vrijheidsbond een bij
eenkomst belegd in het gebouw dei-
Tweede Kamer op Woensdag 5 No
vember a.s. des middags twee uur. Tot
deze bespreking, waar de landbouw
crisis, speciaal dan van de kwestie
van den steun aan de tarwecultuur
behandeld zal worden, zijn uitgenoo-
digd de leden der Landbouwcommis
sie uit den Vrijheidsbond, n.l. de hee
ren dr. S. E. B. Bïerema te Usquert
mr. A. G. A. Ridder van Rappard te
Tiel, D. de Boer Dzn. te Stompetoren
M. van der Gaag te Loosduinen, J.
van Gelderen te Boskoop en M. van
der Hont te Naaldwijk.
Verder is uitgenoodigd de Pacht-
oommissie uit den Vrijheidsbond, n.l.
de heeren J. Smid te Voorburg, E. M
Teenstra te 's Gravenhage en E. H.
Kbels te Nieuw Beerta (de heeren
Bierema, Van Rappard en De Boer
hebben óók in deze commissie zitting).
Tenslotte zijn tot genoemde bespre
king ge-inviteerd als buitenstaande
deskundigen de heeren C. M. Rein
ders Folmer te Heemstede, W. H. de
Vos te Dordrecht, R. C. Schenk te Slo-
terdijk, A. de Haas van Dorsser te
Oude Tonge, M. C. van Nieuwenhuy-
zen te Achthuizen en L. Snapper te
Amsterdam.
De crisis.
Actie van landbouwers uit
Noordelijk Friesland.
In een te Leeuwarden gehouden ver
gadering van een groot aantal land
bouwers uit Noordelijk Friesland is;
naar de „Leeuw. Ct." meldt, besloten,
in verband met den crisistoestand in
den landbouw, geen looncontract af te
sluiten en alle landbouwers te ver
zoeken zich hiernaar te richten.
Verder werd onderstaande motie
aangenomen, welke gezonden zal wor
den aan den minister van binnenland-
sche zaken en landbouw:
Ze waren zoo vreeselijk ruw. Hun ge
zichten zagen er vuil uit en ze hadden
stoppelige baarden, terwijl zich hier
en daar bloedvlekken op hun kleeren
bevonden. Een van hen droeg zijn arm
in een verband. Ze keken me bru
taal aan. Misschien lag dit volstrekt
niet in hun bedoeling, doch hun blik
ken vervulden me met afschuw.
Ik vroeg hun, waarom ik mij als
gevangene moest beschouwen, waar
op ze antwoordden, dat Joira het be
stuur van het land op zich genomen
had. Hij was President van de nieuwe
Republiek. Over het geheele land
wonnen de opstandelingen terrein.
,Wij dragen U geen kwaad hart
toe", voegde hij er aan toe. „Het volk
houdt van U".
Hoe wist je, dat ik hier was?"
vroeg ik. Dit was echter een vrij over
bodige vraag, want natuurlijk hadden
de bedienden ons verraden. Niemand
anders had dit kunnen doen
Waar is de Koning?" bracht ik
angstig uit.
JDat weet ik niet", antwoordde hij.
Maar Gritna is in onze handen.
„En het leger?" riep ik uit.
„Het leger is aan onze zijde, even
Groot aantal landbouwers uit Noor
delijk Friesland, in vergadering bijeen
te Leeuwarden, dringt er, gezien den
noodtoestand in den landbouw, bij uw
regeering op aan, ten spoedigste de
voorgestelde crisismaatregelen van het
Nederlandsch Landbouwcomité in be
handeling te nemen, gaat over tot de
orde van den dag.
Bakkerstentoonstelling.
Te Yerseke.
Op de te Yerseke gehouden Bak
kerstentoonstelling, waren 261 inzen
dingen ingekomen. Woensdag had de
keuring plaats door de jury, bestaan-
staande uit de heeren: J. Speeken
brink te Bergen op Zoom; F. van Til
burg te Den Haag en J. Verboom te
Wolphaartsdijk. De prijzen werden als
volgt toegekend: (Waterbrood) le pr.
D. van de Vrede te Yerseke; 2e pr.
J. Felius te Kloetinge; 3e pr. C. van
der Jagt te Yerseke. Idem bakkerszo
nen: le pr. W. v. d. Vrede te Yer
seke; 2e pr. J. Schroevers te Arne-
muiden; 3e pr. M. Visser te Arnemui-
den. Krentebrood: le pr. J. Bimmel
te Zoutelande; 2e pr. C. Filius te
Yerseke; 3e pr. P. Filius te Yerseke.
Beschuit: le pr. M. C. Deurloo te
Tholen; 2e pr. J. Smallegange te Bie-
zelinge; 3e pr. C. Filius te Yerseke.
De uitgeloofde bekers krijgen: W. v.
d. Vrede te Yerseke; M. Deurloo te
Tholen; C. Filius te Yerseke. Grootste
broodprijs f25,gewonnen door den
heer Visser van Arnemuïden.
Verblindende verlichting.
Van rijwielen
Het bestuur van de Kon. Ned. Auto-
mobolieb Club heeft aan den Commis
saris der Koningin in Zeeland een
schrijven gezonden betreffende hef
probleem van de verblindende ver
lichting van rijwielen, welke bij de
huidige perfectionneering van de rij
wiellampen zeker niet minder urgent
wordt geacht dan de verlichting van
automobielen en motorrijwielen voor
welke een regeling is gevonden in hef
Motor- en Rijwielreglement. Een wet
telijke regeling voor wat de rijwielen
betreft, is echter nog niet tot stand
gekomen, tenzij in verband met het
arrest van den Hoogen Raad van 29
October 1928, W 11903, en dat van
23 Juni 1930, W 12175, in art. 22a der
Motor- en Rijwielwet een regeling van
deze ijiaterie mag worden gezien. De
verblinding, veroorzaakt door rijwiel
lantaarns, wordt veelal toegeschreven
aan een verkeerden stand van de
lamp. Daardoor kan de wielrijder
meestal straffeloos den autorijder ver
blinden en daardoor eigen leven en dat
van anderen in gevaar brengen. Hef
bestuur van de K. N. A. C. meent in
afwachting van een herziening van de
Motor- en Rijwielwet, waarbij deze
kwestie uitdrukkelijk wordt geregeld,
al datgene te moeten nastreven wat
onder de huidige omstandigheden kan
bijdragen de verkeersveiligheid te ver
hoogen. Volgens genoemd bpstuur zou
reeds een groote verbetering kunnen
worden bereikt indien de gemeente
als de Marine". Ik was van afgrijzen
vervuld.
,Ze zullen den Koning toch geen
kwaad doen?" stamelde ik.
Zij zijn niet bijster op hem ge
steld", vervolgde de man. „Ze maak
ten zich woedend over de wijze, waar
op hij U behandeld heeft". Hij sprak
nu op onhebbelijken toon. Het was
alsof ik een klap in mijn gezicht
Doch wat kwam het er op aan, of mijn
vernedering algemeen bekend was, zoo
lang Max veilig was, kon niets me
schelen. Op dat oogenblik voelde ik
maar al te duidelijk, dat Max alles
voor mij beteekende, en dat al het
andere bij hem vergeleken geenerlei
waarde voor me had.
Het scheen heel weinig nut te heb
ben met deze mannen te praetn. Wij
waren volkomen hulpeloos te midden
van een troep opstandelingen. Ik was
niet erg angstig, doch ik vermoed,
dat dit met Hulda wel het geval was.
Ze ging naast mij staan, en toen een
der jonge mannen tegen haar lachte,
drong ze zich dicht tegen mij aan. Ik
nam haar hand in de mijne.
,Waar is Prins Joira?" vroeg ik
ronduit.
dagboekblaadjes.
27 OCT. Het is nog niet te laat
om te vertellen van mijn ontmoeting
met Harry Liedtke. En al was hel
wèl te laat, dan zou ik er u nog van
vertellen, van mijn held, mijn film
held, wünt dat is tè gewichtig om te
verzwijgenHet geheele Haagsche
intellect en alle kunstlievende slagers
jongens waren uitgestroomd, om hem
toe te juichen.
De trein, waarmede hij aan het Haag
sche Station S.S. binnenreed, bestond
uit een locomotief, een tender, een goe
derenwagen en negen personen-rijtui
gen. (Ik ben niet gewoon, van derge
lijke evenementen eenig belangrijk de
tail te verwaartoozen).
Een eigenaardigheid, die mij trof,
was dat Liedtke het portier van zijn
wagon opende, alvorens uit te stappen.
Hierdoor waren zijn bewonderaars in
de gelegenheid, op te merken, dat hij
zijn overjas draagt óp zijn costuunj,
een bijzonderheid, die nog dienzelfden
dag door de Haagsche jeunesse dorée
werd nagevolgd. Terwijl hij voor tach
tig fotografen poseerde, merkte ik ver
der op, dat hij in zijn linnen boord
een mauve, zelfgestrikte das draagt,
een z.g. „zelfbinder" en over zijn vest
een z.g. „colbert". Een vilten hoed
(maat 57J dekt zijn hoofd en schoenen
van leder (maat 43) zijn sokken
(maat g).
De heer Kinsbergen, directeur van
het Passage-theater, bood den Hoogen
Gast een fraai bouquet aan, een hulde,
waarvoor Liedtke in het Hollandsch
zijn erkentelijkheid betuigde met de
woorden: „Dank je wel, lief kind",
welke men hem uit het hoofd had la
ten leeren, in de verwachting, dat een
aanvallig dochtertje dezen lieven plicht
zou vervullen. Terwijl eenige andere
directeuren de sleep van zijn overjas
ophielden, naderde Liedtke de con
trole. Daar had een sensatie plaats,
waarbij de uitslag van de Duitsche ver
kiezingen en alle Zuid-Amerikaansche
revoluties in het niet verzinken. LIEDT
KE KON ZIJN SPOORKAARTJE
NIET VINDEN. En nu moet ik mij
veroorloven, den voortreffelijk typee
renden en onverbeterlijken zin van
mijn „Telegraaf"-collega over te ne
men-. „Tot groot vermaak van het pu
bliek doortastte Harry op zichtbare
wijze al zijn zakken". Alleen verzuim
de mijn collega er bij te vermelden,
dat dank zij Harry's vindingrijkheid
het kaartje al spoedig op zichtbare
wijze uit zijn vestzakje ie voorschijn
kwam. Toch zou ik dit moment niet
gaarne gemist hebben!
politie tegen dit euvel optrad op grond
van bovengenoemd art. 22a (verbod
in gevaar brengen van de vrijheid of
de veiligheid van het verkeer), of zich
desnoods bepaalde wielrijders te waar
schuwen tegen hun roekelooze wïjzs
van handelen. Verder wordt in hef
schrijven van het bestuur van de K. N.
A. C. gewezen op het feit dat, on
danks de voorschriften, de reflecto
ren, welke aan de achterzijde van de
rijwielen behooren te zijn aangebracht,
door slechte of verkeerden stand,
.Kameraad Joira", verbeterde mij
degene, die het woord gevoerd had.
,Waar is hij? Ik eisch, dat men
mij bij hem brengt, want niemand
heeft het recht op een dergelijke wijze
in het paleis tegen ons op te treden".
,Ik heb voor de deur gewapende
schildwachten geplaatst", antwoordde
hij grimmig. „Zoo groot is mijn macht.
Op alle hoeken van het plein zijn
machinegeweren opgesteldIk her
haal evenwel: het volk zal U niets
doen".
,Wie ben je?" vroeg ik hem thans.
Niettegenstaande ik zeer opgewonden
was, kon ik toch helder denken. Het
was tot mij doorgedrongen, dat het
volk zich tegen Max gekeerd had, ge
deeltelijk ter wille van mij. Dit maak
te mijn kwelling nog grooter. Oh,
waarom had ik den toesfand erger ge
maakt door alleen hierheen te ko
men?
„Ik ben Gorno Wiztar", zei hij,
opperbevelhebber van de stad Ves-
teral en ik krijg mijn instructies van
kameraad Joira en het hoofd van hef
Republikeinsche leger".
(Wordt vervolgd).