N1. 91
Maandag II Augustus 1950
117 Jaargang.
Buitenland.
Het meisje, dat met
een Koning trouwde
PpovincienieuWs
School en kerk.
'Dagboekblaadjes,
ABONNEMENT
Prijs per kwartaal in Goes f2,—
buiten Goes f2,
Afzonderlijke nummers 5 cent.
Verschijnt Maandag-, Woensdag
en Vrijdagavond.
GOESCHE
Uitgave: Naamlooze Vennootschap Goesche Courant
Telefoonnummer 17, na 17.30 No. 244
COURANT
en Kleeuwens Ross' Drukkers- en Uitgeversbedrijf
gevestigd te Goes.
ADVERTENTIËN
van 1—5 regels fl,20, elke regel
meer 24 cent. Driemaal plaatsing
wordt 2 maal berekend. Dienst
aanbiedingen en aanvragen 15 et
per regel. Advertentiën worden
aangenomen tof 12 uur voorm.
Boter en kaas.
Duiischland, Finland
en Nederland.
De Duitschers, die gaarne coquettee
ren met onze stamverwantschap en
nooit nalaten, ons, Nederlanders te
rekenen onder hun beste vrienden met
wie zij sinds lange tijden ook uitne
mende economische betrekkingen on
derhouden, zijn thans bezig, daarin
verandering te brengen.
Het is niet een vooropgezette bedoe
ling om ons onaangenaam te zijn, maar
zij willen ons benadeelen door in
breuk te maken op onze rechten, be
rustend op verdragen en het resultaat
daarvan is, dat men een sterke ani
mositeit wakker roept. Ondanks de
verdragen, die gesloten zijn tusschen
ons land en Duitschland, is men voor
nemens een verdrag met Finiind te
sluiten, dat inbreuk maakt op onze
rechten en Finland groote voordeelen
biedt. Een tegenprestatie bestaat er
natuurlijk ook, maar die kan hier bui
ten beschouwing blijven.
Zooals men weet, betreft het een
verdrag over de levering van boter
door Finland, waardoor onze uitvoer
van zuivelproducten (evenals die van
Skandinavië) sterk zou lijden. Van de
zijde der benadeelden is het plan ont
worpen van een boycot van Duitsche
waren, en deze beweging heeft dade
lijk zooveel instemming en steun ge
vonden, dat zij in Duitschland de aan
dacht heeft getrokken. Niet bij de
autoriteiten, die er nog geen rekening
mee houden, maar wel bij de bladen
en in de kringen van handel en in
dustrie.
Zoo spreekt in het „Berl. Tageblatt"
dr. Erwin Topf er zijn verbazing over
uit, dat men te bevoegder plaats te
Berlijn durft verklaren, dat de dezer
dagen hervatte particuliere onderhan
delingen over een Duitsch-Finsch bo-
terverdrag geen eventueelen terugslag
op Nederland en de Skandinavische
landen doen vreezen.
Is het de rijksregeering inderdaad
onbekend, vraagt het blad, dat deze
terugslag in den vorm van een boy-
cotbewegen tegen Duitsche goederen
reeds na de eerste, gelukkig mislukte
onderhandelingen, is ingetreden? Ge
looft men in de Wilhelmstrasse, dat
het tot stand komen van een Duitsch-
Finsch boterverdrag ook, zoo de on
derhandelingen daarover andermaal
schipbreuk mochten lijden, de door
den Reichslandbund geëischte opzeg
ging van het Duitsch-Finsch handels
verdrag de boycotbeweging geen nieuw
voedsel zal geven?
Het blad geeft opnieuw als zijn mee
ning te kennen, dat de boycotbewe
ging voorbarig is, maar betoogt an
derzijds, dat men dient te probeeren,
met Nederland tot overeenstemming
te komen. Het zou de grootste dwaas
heid zijn die Duitschland zou kunnen
begaan, als men het liet aankomen
op een „frischen fröhlichen" handels
oorlog met het land, dat de beste af
34
FEUILLETON
DOOR ALICE HEATH HOSKEN.
Vertaald door Dicky Wafelbakker.
De Koningin-Moeder noodigde zich
zelf uit voor de lunch en gaf te ken
nen, dat zij wenschte dat niemand an
ders tegenwoordig zou zijn. Ze maakt
me nog voortdurend verlegen met haar
nauwgezetheid, doch wanneer zij iets
wenscht, maakt ze van haar verlangen
zelfs een bevel. Ik weet daarom nooit
precies waar ik met haar aan toe ben.
Als ze mij bijvoorbeeld wil zien, stuurt
zij een boodschap om te vragen of ik
haar kan ontvangen. Natuurlijk ant
woord ik dan, dat ik bij haar zal ko
men. Als ik dan kom, put zij zich uit
in dankbetuigingen over mijn welwil
lendheid. Wat moet ik in zulk een ge
val doen? Ik ben nog zoo jong en zij
is een oude vrouw. Ik weet, dat het
niets dan een vormen-kwestie is, maar
het geeft mij een onaangenaam ge
voel. Voortdurend heb ik het idee,
dat ze totaal niets om me geeft. On-,
langs merkte ik, hoe ze me met eigen
nemer van zijn industrieproducten op
de heele wereld is.
Ook de „Frkfrt. Ztg." schrijft over
de boycotbeweging en zegt dat deze
nu eenmaal een feit is en de Duit
schers hebben alle aanleiding, daaruit
de juiste consequenties te trekken,
d.w.z. de ongelukkige poging, die in
de voorgenomen leveringsovereen
komst met Finland gedaan is, defini
tief voor de geheele wereld ad acta
te leggen. Wil men daarmee wachteq
totdat het economische effect van zulk
een boycot eerst in vollen omvang
merkbaar is? De landen, waarom het
hier gaat Nederland, Skandinavië
en de Baltische landen met uitzond:
ring van Finland namen in het
eerste halve jaar 17 pet. oï meer dan
één zesde deel van den geheelen
Duitschen export af; Nederland alléén
reeds de helft daarvan, want dat land
staat met Engeland aan de spits van
alle Duitsche afnemers.
De schade, die juist tijdens een
economische crisis als thans door
een ernstige belemmering van onzen
export naar die landen zou ontstaan
is niet te overzien. Maar hij beperkt
zich niet alleen tot economisch terrein.
Het discredïet, vervolgt het blad:
waarin de Duitsche trouw aan afge
sloten verdragen dreigt te komen, kan
weliswaar niet in cijfers uitgedrukt
worden, maar is gevaarlijk genoeg. En
hebben de verhoogingen der agrari
sche tarieven zich niet steeds op pijn
lijke wijze doen gevoelen in de bui-
fenlandsche politiek?
Het blad besluit met de waarschu
wing, dat de regeering zich niet de
leiding uit handen moet laten nemen
door minister Schiele.
In hoeverre de actie der bladen en
andere organen der openbare mee
ning met het uitspreken van hun waar
schuwing succes heeft gehad, is nog
niet te zeggen, maar het schijnt, dat
men te Berlijn voorzichtig is gewor
den. Terwijl een bericht van Vrijdag
ochtend nog meldde, dat de onder
handelingen goed vorderden, zoodat
men rekende op het sluiten van een
contract binnen enkele dagen, kwam
later op den middag het verrassende
nieuws, dat de onderhandelingen defi
nitief mislukt waren. De moeilijkhe
den waren toch al groot, en zijn er in
de laatste dagen niet minder op ge
worden, zeer zeker ook door het op
treden van waarschuwende raadge
vers. Zij worden gevonden in de krin
gen der Duitsche industrieelen, voor
al in het Westen.
Het „Berl. T." deed er een boekje
van open, en onder het constafeeren
van een gemis aan inzicht bij de be
trokken autoriteiten vermeldt het blad
de klachten van firma's die jarenlang
in uitstekende betrekkingen gestaan
hebben met Nederlandsche zaken en
die nu uit alle deelen van ons land
brieven ontvangen, waarin gezegd
wordt, dat men genoodzaakt is, tegen
over de Duitsche handelspolitiek van
nu solidair te zijn met de nationale
a f weerbeweging.
Voorbarig is misschien deze boy
cot-actie, maar wanneer het bevestigd
aardige blikken opnam, en leek het
me, alsof ze bij zichzelf tracht na
te gaan, of ik iets vermoed, van het
geen er tusschen Max en Valona gaan
de is. Bovendien verbeeld ik me, dat
ze mij als minderwaardig beschouwt,
omdat ik niet van koninklijken bloede
ben.
Vanmorgen was ik erg neerslach
tig en had heimwee. Mijn meubeltjes
van Eden House waren aangekomen.
Hieronder bevond zich het kleine
Fransche bureautje, waaraan ik als
kind reeds al mijn brieven schreef, de
ouderwetsche naaitafel uit China af
komstig, en die een geschenk wasvoor
een der Engelsche koninginnen uit de
17e eeuw, met de ivoren bladen, de
wonderlijke collectie spoelen, klossen
en ander naaigereedschap, alles van
ivoor en goud. Deze deden me leven
dig die gelukkige, zorgelooze dagen
herinneren, welke ik thuis doorbracht
en ik dacht er aan, hoe vrij en vroó-
lijk ik toen was.
Toen kon ik zooveel aan sport doen,
als ik zelf slechts wilde en moeder
was altijd even lief en goed. Bovendien
had ik allerlei pleziertjes, schouwbur
gen, tennispartijtjes en dinertjes en
lunches in de stad. Indertijd vond ik
mijn neven en nichten heel vreemd
en stijf, maar oh, wat verlang ik naar
wordt, dat de onderhandelingen met
Finland daardoor mislukt zijn, dan is
zij geen dag te vroeg begonnen. De
goede vriendschap, die ons bindt met
Duitschland, is een kostbaar bezit,
maar niet alleen voor ons. ^Gelukkig
ziet men dat in Duitschland zelf ook in.
Toenemende werkloosheid.
Een wereldverschijnsel.
Dezer dagen is het aantal steuntrek
kende werkloozen in Groot-Brittannië
tot boven de 2 millioen, gestegen. Ver
geleken bij verleden jaar om dezen
tijd, beteekent dit een vermeerdering
van ruim 800.000. De onrustbarend
toenemende werkloosheid is geen spe
cifiek Engelsch, maar een wereldver
schijnsel. In de meeste Europeesche
staten heeft de werkloosheid een on
gekenden omvang bereikt. Frankrijk
en ook Rusland maken hierop tot nog
toe een uitzondering, maar Duifsch
land bijv. telt 2% millioen werkloo
zen. Ook in Italië heerscht groote
werkloosheid, maar cijfers zijn daar
van niet voorhanden. Zelfs in het klei
ne Oostenrijk zijn bijna 200.000 man
buiten werk.
Maar boven aan de lijst staan de
Vereenigde Staten. In dit meest wel
varende land ter wereld kwam men
tot de ontdekking, dat er millioenen
werkloozen waren en eerst kort ge
leden werd zulks ook officieel toege
geven.
Opmerkelijk is, dat men in Amerika
het juiste aantal van werk verstoke-
nen niet kan opgeven. Wel staat vast,
dat sedert begin Juli de werkloosheid
aanzienlijk is toegenomen. Naar de
meening van hen die tot de best-
ingelichten gerekend kunnen worden,
bedraagt het totaal aantal werkloozen
in de Vereenigde Staten 5 millioen,
terwijl de leider van de „National
Unemployment League" het aantal op
6.600.000 schat; doch deze schatting
wordt door ervaren waarnemers als
onjuist beschouwd.
Een Ifaliaansch economist, de vroe
gere minister van financiën, de Stefa-
nï, oordeelt zeer ongunstig over Ame
rika, wiens welvaart voor altijd voor
bij is". Hij heeft een onderhoud ge
had met president Hoover over de
Amerikaansche tariefwet en schreef
een artikel in de „Corrïere della Se
ra", waarin hij als oorzaken der mi
sère aangeeft: de stopzetting van de
Italiaansche emigratie en de hooge ta
rieven. Het vrijhandelsstelsel alleen
zou, naar zijn meening, Amerika uit
het moeras helpen.
Preeken van Philpot.
De classis Rotterdam der Gerefor
meerde Gemeenten, vergaderd onder
voorzitterschap van Ds. G. H. Kersten,
heeft uitgesproken het lezen van pree
ken van Philpot als regel niet aan
te bevelen. Hoewel die preeken me
nige leering en vertroosting bevatten,
heeft Philpot toch den kinderdoop ver
worpen, terwijl dit feit ook niet op
zich zelf staat.
hen terug. En dan June van Oren
Het lijkt me, alsof het in mijn vorige
incarnatie was, toen June en ik gin
gen wandelen en rondreden met haar
zuster, de hertogin en thee én ijs ge
bruikten bij Samplemayer in St. Ja
mes Street.
Als ik alles goed beschouw, ben ik
hier niets anders dan een gevangene.
Maar ik zal dit leven wel moeten
blijven verdragen....
De Koningin-Moeder was heel be
minnelijk gedurende de lunch. Voor
zoover het Hofleven dit toelaat, was
ik aan haar wenschen tegemoet ge
komen. Van mijn hofhouding waren
alleen tegenwoordig de kalme, be
scheiden en saaie Markiezin Dotoky.
De Koningin-Moeder werd vergezeld
van een dame, wier naam ik nooit kan
onthouden, alhoewel ik haar verschei
dene malen heb ontmoet. Ze is erg
praatziek, waar ik heel blij om was.
Na afloop van den maaltijd trokken
ze zich terug en bleven de Koningin-
Moeder en ik' geheel alleen in een
vertrek, dat de morgenkamer der Ko
ningin wordt genoemd. Het ligt op
dezelfde verdieping als de kleine, in
tieme eetzaal en is een erg aardige
kamer. Max's moeder heeft die inge
richt. Deze lijkt veel op een Engel
sche kamer. Alle meubelen zijn van
Oranjefeesten te Yerseke.
Geen druk bezochte vergade
ring; financieele hulp van de
burgerij verwacht.
De gehouden vergadering tot het her
denken met een volksfeest van de
verjaardag van H.M. de Koningin, was
niet druk bezocht. Het doel is te ko
men tot een aangenaam volksfeest en
tractatie der schoolkinderen. De eer
ste giften zijn ingekomen en men
hoopt, dat de burgerij zich verder niet
onbétuigd zal laten. Ook zal de hulp
van een muziekkorps worden ingeroe
pen om een en ander beter te doen
slagen. Men hoopt 4 September hef
feest te vieren.
Gemeenteraad van Ovezande.
Geen subsidie aan de feest
commissie te 's Heerenhoek.
Vergadering van den gemeenteraad
op Vrijdag j.l. Present alle leden. Op
een verzoek van de feestcommissie te
's Heerenhoek om eene subsidie voor
eene tractatie pan de schoolkinderen
wordt afwijzend beschikt. De rooilijn
voor eventueele bebouwing op hetNo-
tenweidje wordt bepaald op 5 meter
uit den binnenkant van de sloot. De
begrooting van het Burgerlijk Armbe
stuur voor 1931 werd vastgesteld in
ontvangst en uitgaaf elk op f9712,26i/s
In verband met de nieuwe financieele
verhoudingswet werd na een duide
lijke uiteenzetting van den voorzitter
besloten als volgt: de gemeentefonds
belasting in te deelen in de 3e klasse
de personeele belasting in de 8e klasse
te handhaven; op de gemeentefonds-
belasting 20 opcenten te heffen en op
de personeele belasting 90 opcenten.
Van Dijk bij Kingsford Smith
De vlieger bijna hersteld.
Gisterenmiddag kwam met den mail-
trein te Vlissïngen aan de Nederland
schen Oceaanvlieger Evert van Dijk,
die een bezoek aan zijn Australischen
metgezel Kingsford Smith in het gast
huis te Middelburg kwam brengen.
Verwelkomd door den heer en me
vrouw van Loon, begaf de heer Van
Dijk zich met zijn gast en gastheer
naar hun woning te Veere voor het
gebruik van de lunch. Des middags
reed men naar het gasthuis, waar de
heer Kingsford Smith jijn beterschap
tegemoet gaat. Gisteren mocht hij een
uurtje opzitten en heden zou hij mo
gen loopen, om dan vermoedelijk Don
derdag of Vrijdag het ziekenhuis te
verlaten en zich naar Veere te be
geven om ten huize van dr. van Loon
verder door rust op krachten te ko
men, voor hij per boot naar Australië
terugkeert. Nadat de heer Van Dijk
zich eenigen tijd met den herstellen
de had onderhouden, namen de beide
vrienden van de aviatiek hartelijk af
scheid van elkaar, waarna de heer
Van Dijk met zijn gastheer en gast
vrouw een tocht rond Walcheren
maakte en het gezelschap te Dom
burg de thee gebruikte. Het einddoel
was Vlissingen, waarvandaan Van Dijk
weder per mailtrein Zeeland verliet
mahoniehout en overtrokken met cre
tonne in rose, blauw en groen. Ik zit
daar dikwijls en laat er zooveel moge
lijk bloemen in brengen.
Wij dronken een kopje koffie. De
Koningin-Moeder rookt niet, dus wan
neer zij er is doe ik het vanzelf niet.
Ze begon mij een menigte vragen te
stellen, wat ik wei vaag verwacht had.
„Jij en Max zijn erg gelukkig samen,
is het niet, Margaret?"
„Oh, ja".
„Je voelt zeer veel voor hem1, niet
waar?"
,Dat is zoo".
„Hij is een jonge man, op wien
ieder meisje verliefd zou worden,
vindt je niet?"
Ja, dat is waar".
„Ik geloof, dat jij je er heel goed
doorheen slaat", ging ze voort, terwijl
ze tegen me glimlachte, waardoor haar
mooie witte tanden zichtbaar werden.
Er lag een eenigszins teedere uitdruk
king op haar gelaat, die ik er nooit
op gezien heb en ik begreep plotse
ling, dat zij, toen ze jong was heel
mooi moet zijn geweest. Nu is zij te
mager en dat maakt haar gezicht groo-
ter en harder. Ik heb portretten van
haar op jeugdigen leeftijd gezien en
daarop is ze bijna dik.
„Ik ben er zeker van, dat je je best
li AUGUSTUS. Meneer Mulder
en meneer Muller woonden tegenover
elkaar. Ze hadden beiden een winkel,
maar waren overigens de beste vrien
den.
Ik weet wat, zei meneer Mül-
ler op een dag. Jij verkoopt boter en
ik verkoop ijzerwaren. Welnu, laten
we slim zijn. Laten we elkaar als
goeie buten behandelen. Als de eene
hand de andere wascht, enzoovoort.
Ik beloof jou, dat ik je fatsoendelijk
zal behandelen. Als fe goeie boter
hebt, kun fe ze altijd aan me kwijt,
want ik heb 'n hok jongens met groo
te monden. Je loopt maar binnen. Ik
heb ook wel andere boterleveranciers,
maar ik trek er geen één voor bij jou.
Maar dan moet ik even makke'ijk aan
jou m'n ijzerwaren kunnen slijten.
Top, antwoordde Mulder, maar
zouen we 't niet zwart op wit zetten
Kan gebeuren. Zei Muller. Zij
haalden er een paragraafdokter bij,
die een onbegrijpelijk stuk voor hen
opstelde, waarin ze zich wederzijds
verbonden, elkander te behandelen
„op den voet van de meestbegunstigde
natie".
Of MiiUer wel ooit begrepen heeft,
wat dat beteekende, is tot dusver een
geheim gebleven. Maar zeker is, dat
Mulder, toen hij op een morgen bij
den winkel van Muller voorreed, daar
een raten toestand aantrof. Müllers
winket had twee deuren gekregen. Op
de ééne stond„Ingang voor Finmans;
toegang Vrij". Op de andere stond;
„Ingang voor anderen dan Finmans;
toegangsprijs 3O cent op iedere K.G.
boter".
Dat is een gemeene streek, zei
Mulder, fe bent vergeten wat je met
me afgesproken hebt. Nou trek je
hèm toch voor!
Nietes, zei Müller. Die deur met
vrijen toegang voor Finmans, daar zit
ik niet aan, maar m'n zoon. En met
hèm heb je toch zeker niks afge
sproken!!
Ftauwsies! riep Mulder uit. Jij
of je zoon, da's één pot nat. Hij werkt
toch zeker met jouw geldWil ik je
's wat vertellenIk koop nooit 'n cent
ijzer meer bij je en ik zat m'n heele
familie aanraden om het zelfde te
doen. Ik ben wel goed. maar niet gek.
Himmelkreuz-Sakrament-Don-
nerwetter-nochemal, pfui daiwel, riep
Mullet uit, met beide armen ten he
mel gestrekt, ik verbied je, in
te grijpen in mijn interne Za
ken!
Mulder stond met een van verba
zing scheefgetrokken, gapenden mond
te kijken. De woorden „Dat is lef"
stokten hem in de keel.
En sedertdien is er aan den toe
stand niets veranderd. Ze staan et
nog net zoo.
Muggebeten 1 Pflïï AT
en Huid jeuk IL"lVli
doet", vervolgde ze. „En wanneer je
waf van je Engelsche manieren zult
hebben afgeleerd, ben ik er van over
tuigd, dat je een nog veel beter fi
guur maakt. Volgens mij hebben meis
jes uit alle standen in Engeland in
den tegenwoordigen tijd veel te veel
vrijheid. Menschen als wij moeten al
reeds vroeg leeren inzien, dat wij
strenge plichten te vervullen hebben.
Menige dwaas benijdt ons, vermoed
ik, maar ons leven is verre van ge
makkelijk. En mijn beste Margaret",
ze keek me scherp aan met haar
groote, koude, grijze oogen „wij
mogen meer dan tevreden zijn, als
wij een beetje persoonlijk geluk vin
den, zooals jij nu hebt en ik vroe
ger bezat".
Ik ben bang, dat ik vuurrood werd.
Ik moest opstaan om haar kopje op
het blad te zetten, zoodat ik mijn ge
zicht voor haar kon verbergen. Hier
op zei ze vrij plotseling:
„Ik wil je mee naar boven nemen
om je iets te laten zien. Wees zoo
goed en laat den Kamerheer vragen
mij de sleutels van de kamer van
den Prins te doen brengen? Heb je
het heele paleis al bezichtigd?"
(Wordt vervolgd).